De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1938 27 augustus pagina 3

27 augustus 1938 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

GROENE AMSTERDAMMER OPGERICHT 1877 Redactie en Administratie: Keizersgracht 355, Amsterdam - C. Tel. 37964. Abonnement f. 10.?per jaar. Postrekening: 72880. Gem. Giro G 1000. Abonnementen kunnen met elk nummer Ingaan, doch alleen tegen het einde van een jaargang, na opzegging vóór l December, worden beëindigd. 27 AU G. 1938 GEWELD EN REDE IN Europa regeert nu het geweld. Het kan niet anders. Zonder geweld ware er geen vrede. Wij 'hebben ons, na den oorlog, een andere wereld gedroomd, een wereld waarin vrede zou heerschen door recht; waarin ontwapening de pacificatie en de welvaart der volken ten goede zou komen. Het is anders geloopen. Aan wien de schuld? Het antwoord op deze vraag is niet eenvoudig. Gemakke lijk is het thans degenen aan te wijzen, die verant woordelijk zijn voor de spanning en de gevaren, waarin de wereld zich bevindt. Er is echter een periode geweest, waarin zij, die nu de hoofdoorzaak zijn van het ongeluk, als beslissend element nog niet bestonden. Als wij de verantwoordelijkheid voor den toestand van het oogenblik zouden willen vaststellen, ware dat niet mogelijk, zonder na te speuren, wie en wat den weg geëffend heeft voor hetgeen wij thans als een geesel der menschheid moeten beschouwen. Maar hoe het zij, de begrippen: vrede door recht, vrede door solidariteit, vrede door ontwapening, lij ken veel verder in de toekomst liggende idealen dan wij ons dat tien jaar geleden hebben voorgesteld. De werkelijkheid toont ons, datslechtsnóg grootere kracht de kracht der gewelddadigen in toom kan houden. Cordell Huil, de Amerikaansche secretaris van staat, heeft dat dezer dagen in een radiorede heel juist onder formule gebracht. Hij heeft betoogd, dat er in deze wereld geen twee groepen naast elkaar kunnen bestaan, een groep van naties, die den weg van het geweld tot den hunne hebben uitverkoren, en een groep, die enkel door redelijk heid wil bestaan. Zoo is het inderdaad. Al te lang reeds hebben de gewelddadigen kunnen speculeeren op de vreedzaamheid der redelijken. De wereld is daardoor dicht aan den afgrond gekomen. Slechts als de redelijken de gewelddadigen kunnen over tuigen, dat zij, met hun superieure mogelijkheden en met hun superieure solidariteit, iedere poging tot overweldiging met geweld zullen bestrijden, hebben wij nog kans, het grootste onheil van ons werelddeel af te wenden. Wie van ons, rijpere lieden, heeft na 1925 kunnen droomen, dat paci fisten in Europa nog, met onbestrijdbaar recht, het oude en zoo bedenkelijke si vis pacem para bellum" zouden verdedigen? ER zijn geruststellende verschijnselen. Daartoe hooren de zichtbare verzwakking van Japan en de toenemende ontevredenheid in Italië, waarvan de mondelinge uitingen niet meer met de middelen van den totalitairen staat kunnen worden onder drukt. Daartoe hooren de krachtige solidariteit van Engeland en Frankrijk, en de onmiskenbare indruk, dien deze maakt op de, daardoor gerustgestelde en aangemoedigde, Balkanstaten. Verder rekenen wij. daartoe de weigering van Duitschland, om Japan werkelijken steun te verleenen tegen Rus land, en vooral ook de reis van Balbo naar Duitsch land. Van verschillende zijden is beweerd, dat Balbo tot taak had, Berlijn voor onvoorzichtige daden tegenover Tsjechoslowakije te waarschuwen, daar Mussolini, bij alle sympathie voor het Duitsche standpunt, niet voornemens was, daarvoor te vech ten. Deze bewering heeft van Duitschen kant geen bestrijding gevonden, en alle uiterlijkheden spreken in haar voordeel. Waarom zond Rome juist Balbo, die niet den roep geniet, een bewonderaar te zijn van de spil Italië-Duitschland ? Diplomatieke zen dingen liggen niet bepaald op den weg van den gouverneur van Libye, en zeker geen diplomatieke zendingen naar Berlijn, waar Ciano en andere fascistische grootheden alle hoofdpersonen kennen, maar waar Balbo slechts met Goering bevriend Ouwehand's Dierenpark R H E N EN op den GREBBEBERG Dr. M. van Blankenstein heet. Balbo heet geen woord Duitsch te spreken, en er is in Duitschland dan ook een tolk te zijner beschikking gesteld. Was hij de aangewezen man om Hitler te bezoeken, die niet anders dan Duitsch spreekt ? De ontmoeting met Hitler is zeer uiterlijk gebleven: een theebezoek, in groot gezelschap, en van een duur, dien een theebezoek nu eenmaal niet pleegt te overschrijden. IS, zooals wij vooralsnog moeten aannemen, Balbo werkelijk ter waarschuwing naar Berlijn gezonden, dan is dit niet enkel een heugelijk teeken. Dan zou dit bewijzen dat men te Rome desperate voornemens van Hitler kende of zeer vreesde. Als de man, die in voortzetting van de staaltjes van de gemoedsgesteldheid van vroegere caesaren, van een Nero en een Caligula, zijn grillen zoozeer totviert dat hij zijn hoogstgeplaatste medewerkers in het openbaar door hoepels en over bajonetten laat springen, en wiens narcissisme hem ertoe brengt zich, met de bovenste helft van een corpulent lichaam ontbloot, voor de zijnen te vertoonen en zich zoo zelfs te laten fotografeeren; als deze man het noodig vindt Berlijn voor daden van verdwazing te waar schuwen, dan weten wij hoe het met Europa ge steld is. Wij kunnen dan geen oogenblik gerust zijn. Alle vertrouwen, dat wij nog bezitten in het behoud van den vrede, moet berusten op de kracht en den moed der mogendheden, die Huil bedoelde, toen hij van de aanhangers der redelijkheid sprak. Gelukkig hebben wij hun solidariteit tot een feitelijk verbond zien worden. Gelukkig heeft dit tevens een versteviging der solidariteit in oostelijk Europa, ten gunste van den vrede, tengevolge gehad. Gelukkig zien wij de Vereenigde Staten, nog altijd schuchter, maar in steeds duidelijker bewoordingen, en met toenemende instemming der openbare meening, hun waarschuwingen richten tot hen, die hun heil zoeken in overweldiging. In dezen tijd van toenemende consolidatie in de wereld tegenover de dreigende gevaren, en van versterking der, den vrede beschuttende groepen, zien wij alleen de kleinere staten van West Europa wegvluchten van iedere verantwoordelijkheid, hun heil zoeken in een minimum van samenwerking. Maar er zijn altijd groepen van staten en individuen geweest, die te laat kwamen. Laat ons hopen dat dit nu geen gevaren meebrengt, doordat anderen bijtijds het inzicht voor het noodzakelijke hebben teruggevon den. Fiere neutraliteitspolitiek, die op het vertrouwen in het inzicht en de kracht van anderen berust, is reeds menigmaal uitermate practisch gebleken. M Europa, wier eerzucht en geloof in eigen kracht thans de wereld ,in het bijzonder verontrusten, voor het juiste begrip van hun mogelijkheden toegankelijk zijn. Wij kunnen, bij het afwegen van geweld tegenover geweld tot voor hen ongunstige resul taten komen; het is daarom volstrekt niet zeker, dat hun berekening evenzoo uitvalt. Zij hebben vertrouwen in eigen stoutmoedigheid en in eigen desperate gestemdheid, die zij met elkaar veel sterker kunnen achten dan de neiging der anderen ge weid, dat hen niet direct treft, met geweld te keeren. Zij kunnen overwegen, dat in de wereldgeschiedenis reeds menigmaal gewaagd en gewonnen is, tegen alle redelijkheid in. Zij zijn er de menschen niet naar, om zich te verdiepen in de bijzonderheden der wereldgeschiedenis. Hun geschiedkundige opvat tingen zijn steeds in leuzen samengevat, en ver toonen waarlijk verdraaidheid genoeg. En zij zijn ongeduldig. De tijd nijpt. Het tempo, dat zij hebben ingeslagen, heeft zijn grenzen. En al wat, om hen heen, hen in toom houdt, is in snellen groei. De consolidatie, die in de wereld valt waar te nemen, moet in hun oogen gelijk een omsingeling zijn. Zij zullen zich belegerd voelen, en wel op een wijze, die op den duur tot hun ondergang leiden moet. Is van hen, die alles daarbij te winnen en niets te verliezen hebben, en die in hun leven steeds met algeheel verlies hebben moeten rekening houden, geen uitval uit hetgeen zij als hun benarde veste beschouwen, te vreezen? HET is noodig dit alles, licht en schaduw, onder oogen te zien, op een oogenblik, waarop Rome zich over de plannen van Berlijn verontrust toont, en waarop Duitsche concentratie van militaire krachten de staatslieden der groote mogendheden naar hun hoofdsteden terugroept, uit hun zuur verdiende vacantie. De algemeene verschijnselen zijn verontrustend, menig vertrouwelijk bericht, waarover men te Londen, te Parijs en vooral ook te Praag beschikt, is het niet minder. Wij meenen te kunnen uitrekenen, dat wie met geweld begint, door geweld zal omkomen. Maar hebben wij reden te gelooven, dat de dingen te Berlijn en te Berchtesgaden met koel oordeel en goed overzicht worden afgewogen? Door bepaalde lieden wel. Maar velen hunner zijn reeds verwijderd. En hoever kan men gaan in zijn vertrouwen op het verstand der ver wildering ? AAR de gevaren zijn toch zeer groot, omdat wij niet weten in hoever zekere lieden in Herberg Oud-Bussem Gooische Taveerne HET MOOISTE ZITJE IN HET GOOI ONDER DE OUDE BOOMEN VAN DE MODELBOERDERIJ OUD-BUSSEM. EN EEN UIT STEKENDE KEUKEN EN WIJNKELDER. TEL. BUSSUM 4145 Drie berichten n verzuchting E buitenlandsche pers bracht ons deze week drie berichten, die rnen elders in dit num mer vindt afgedrukt: in Duitsch land is een luchttorpedo uitgevonden die dank zij de vruchtbare samen werking vanfoto-electrische cellen en infraroode stralen in staat is met volledige zekerheid hoogovens te ver nietigen; een wetenschappelijk ge nootschap te Berlijn heeft zich voor het sociale nut van luchtbombardementen uitgesproken, aan gezien daardoor de maatschappij op doeltreffende wijze verlost zou worden van neuraslhenici en an dere z.g. sociaal-minderwaardige elementen; en, tenslotte, heeft men ergens in Engeland voorgesteld om bij de sport op de middelbare scholen het speerwerpen te ver vangen door oefeningen in het gooien van handgranaten. Er z'jt wellicht lezers die deze berichten niet de moeite waard vinden om naar voren te worden gehaald: men went inderdaad aan veel barbarij in deze eeuw van be schaving. Dat zij hier speciaal gesignaleerd worden, geschiedt slechts door denzelfden geest van hardnekkige koppigheid die de oude Cato deed hameren op het aambeeld van Carthago's onder gang : Ceterum censeo Carthaginem esse delendam. Maar waar hij aandrong op de vernietiging van menschenlevens in naam van een bekrompen, extreem-chauvinistisch eigenbelang, mag hier op de boven staande berichten gewezen worden in naam van de menschelijkheid die steeds deerlijker in de verdruk king geraakt. Huizinga had gelijk, toen hij de deernis een wezenlijk bestanddeel van waarachtige cul tuur noemde. Hoe ver en hoe schuw moet zich deze deernis reeds in andere landen teruggetrokken heb ben, wanneer men in het bezadigde Engeland scholieren leeren wil, hoe zij binnen weinige seconden uit de gave lichamen van hun leeftijdgenooten hun vijanden" onherkenbaar verminkte lijken kunnen maken ? ]~)IT is geen betoog, op zijn J-' hoogst een verzuchting. Wij willen dan ook de vraag naar de oorzaken der huidige benauwenis stellen noch beantwoorden, nog minder hier een poging wagen om oplossingen aan de hand te doen. Het gaat ons om het feit meer niet. Het feit van de onmenschelijkheid die nog steeds hoogtij viert. Het feit van de verruwing die steeds verder om zich heen grijpt. Laat men dit feit voor oogen houden. Laat men zich, juist door deze voortdurende aandacht en zelf controle, wapenen met een geest van ruimheid en verdraagzaamheid. Het lot van de werelden van Europa ligt in handen van hen die dezen geest onverlet weten te houden in de conflicten die de opgroeiende generaties niet bespaard zullen blijven. J. PAG. 3 DE GROENE No. 3195

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl