De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1938 10 september pagina 5

10 september 1938 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

De slaapwandelaar op het dak van Europa DREIGENDE onweerswolken stapelen zich op boven onze hoofden en het ziet er niet naar uit of deze onheilspellende luchten weer zoo, van zelf, zullen verwaaien, zelfs al komt er weer een periode van opklaring. De politieke atmosfeer blijft geladen. ledere ont spanning" blijkt na eenigen tijd ijdele begoocheling geweest te zijn. Het verdrag van Chamberlain met Italië, zoo heette het, zou een zegenrijke uitwerking hebben. We hoeven daar nu werkelijk geen woorden meer aan te verspillen. Zelfs waren er, in dit voor jaar, politieke auguren die na den Oostenrijkschen Anschluss voorspelden, dat het oorlogsgevaar voor geruimen tijd geweken was. Het Duitsche volk had nu zoo veel om zijn gevoel van grootheid in te koesteren. Hitler had een van zijn wenschdroomen in vervulling zien gaan. En, wat inderdaad een belangrijk feit was, in de Duitsche legerorganisatie waren tijdens den opmarsch naar Weenen ernstige fouten aan 't licht gekomen. Drie onweerlegbare overwegingen die niet verhinderden dat binnen drie maanden het gevaar voor Tsjechoslovakije acuut was geworden. MAAR de 2iste Mei ging voorbij, zonder dat er nog iets gebeurde. Er waren weer velen, die zeiden dat het werkelijk slechts loos alarm was geweest. De periodieke opluchting" liet niet lang op zich wachten vooral aan de beurzen niet om daarna toch weer plaats te maken voor een stijgend gevoel van beklemming, dat al weer voor een oogenblik afnam. Maar voor hoe lang ? De Duitsche manoeuvres zijn tenslotte een ge deeltelijke mobilisatie. Is de openlijkheid, waarmee zij aangekondigd zijn en nu gehouden worden, misschien een zand-in-de-oogen-strooien van het buitenland? Zoo niet is het dan opnieuw een politiek drukmiddel om nóg eens langs niet-militairen weg een resultaat te bereiken, dat de kans op het behoud van den vrede nog slechter maakt? En is er nu dan niet een toestand ontstaan, waarin het kleinste incidentje de ongewilde aanleiding" kan zijn van een niet te stuiten brand ? Dat laatste is eigenlijk de kardinale vraag. Be schouwt men deze eventualiteit, dan ziet men dat argumenten als Het Duitsche leger is nog niet gereed", of: De Deutsche Volkswirt zegt zelf, dat men zonder grondstoffen geen oorlog kan voeren", of: ,,De Duitsche legerleiding dénkt er niet aan een oorlog tegen Frankrijk, Engeland en Rusland te riskeeren; dat is op 21 Mei wel gebleken l" dan moet men erkennen dat deze argumenten, hoe logisch ze ook zijn, tenslotte niets bewijzen tegen een ongewilde aanleiding". Evengoed als in '14 de eerste wereldoorlog uitbrak ten gevolge van de psychologische fout die de politieke leiding van het Duitsche Rijk maakte door zich niet te realiseeren, dat in de gegeven omstandigheden ook Engeland zou ingrijpen evengoed kan de tweede wereld oorlogdoor een of ander onbelangrijk incident worden ontketend, omdat de Duitsche legerleiding, hoezeer ook doordrongen van haar strategische op-den-duur onvoordeelige positie, niet beseft (of in ieder geval van dat besef niets mag laten merken), hoe onver antwoordelijk het is om met het gevaar te spelen te midden van zooveel opgehoopte brandstof. Ook tegen den wensch van de leiders van het Derde Rijk kan nu een oorlog uitbreken, waarvoor zij dan tóch de verantwoordelijkheid dragen. Al is het dan weer, net als in '14: ,,Wij hebben dit niet ge wild !" Logische argumenten bewijzen niets voor de waarschijnlijkheid van het behoud van den vrede. De overweging dat de onderstelde toekomstige vij anden van Duitschland numeriek en materieel verre weg de meerderen zijn, zelfs wanneer men het fascistisch Italiëals actief bondgenoot voor het Derde Rijk meetelt, bewijst alleen iets over den mogelijken afloop van een oorlog. Deze logische overwegingen kunnen natuurlijk het besef wakker roepen dat een oorlog een onbegonnen zaak is en dat besef hebben zij dan ook wel opgeroepen. Maar een ongeluk kunnen zij niet verhoeden. Om dieper in de vraag door te dringen of het nog lang mogelijk zal zijn den vrede te bewaren, zijn het niet logi sche maar psychologische overdenkin gen, die ons een leidraad geven kunnen. WANNEER zich een gevaarlijk incident voor doet, zal het van de gemoedsstemming van n man afhangen, of de tweede wereldoorlog uit breekt, of (nog) niet. Deze factor de zuiver individueele psychologische factor telt op het oogenblik even zwaar als alle militaire, politieke en economische overwegingen tesamen. Het gaat om de psychologische gesteldheid van n man: Hitler. Mr. M. Kann Komt deze kant van de zaak naar voren, dan kan men vaak van een zeker vertrouwen gewag hooren maken. Zeker", zoo hoort men dan, Hitler forceert vaak een bepaalde situatie om zijn ver langens door te drijven, maar men kan er staat op maken, dat hij daarbij het gevoel voor proporties niet uit 't oog verliest. Het lukt hem tenslotte steeds, zonder dat er een ramp uit voortvloeit. Dat is geble^Mtejjtét de^bezetting van het Rijnland in Maart i$y>. Biunet de annexatie van Oostenrijk, precies twee jaar later. Maar merkt hij, dat hij op ernstig fèrzet zal stuiten, dan bindWyj in zooals op 21 Mei." Deze geruststellende tegenwerping bevat ontegen zeggelijk veel waars. Hitler zelf schijnt zich terdege bewust te zijn van het gevaarlijke van zijn voort durende actie. Van niemand anders dan hemzelf stamt de uiting dat hij handelt met de onfeilbaarheid van een slaapwandelaar. Maar, op den keper be schouwd, gaat deze trotsche erkenning veel verder dan bovenaangehaalde uitleggingen der geruststellers. Bouwen zij op Hitlers gezond verstand, hij zélf geeft een psychologische definitie, die over de grens van het normale reikt. De trance van een slaapwandelaar kan men niet anders dan patholo gisch noemen. Zoo ook iedp"? mystieke zekerheid", die alleen met deze tranc». vergeleken kan worden. Het is natuurlijk even eenzijdig als overdraven om Hitlers geheele politie«e actie te verklaren uit een zekere psychische onevenwichtigheid. Maar wanneer en dat gebeurt bij wijlen onmiskenbaar ??zijn politiek initiatief ons deze verklaring op dringt, dan loont het de rr ^ite daarbij stil te staan. Hoe vaak komen ook nJ'-^-iededeelingen uit Hitlers omgeving zelfs tot ^?"door, die getuigen van gemoéJül, -jenmgen Aïe de grens van het alledaagsche ver achter zich laten ! Na den 21 sten Mei moet de Führer weken snikkend hebben door gebracht, zeggen uiterst betrouwbare berichten. En wanneer men terugziet op wat er al zoo gebeurd is, in deze laatste jaren, dan valt ons menig verschijnsel op, dat slechts bij het licht der psychopathologische uitleggingen verklaard kan worden. B.v. de phobie en de betrekkingswaan ten opzichte van de Joden en de Katholieke Kerk, een pathologisch verschijnsel bij uitnemendheid, dat iederen beginnenden psy chiater bekend is. En de geweldige militairisatie, het opzweepen tot psychische Kriegsbereitschaft van een geheel volk, maar tegen welken vijand? Tegen een harSiievol onderdrukten en vervolgden ! Ligt daarin niet een dispariteit die te denken geeft ? Is de militaire voorbereiding wel een, in het rijk der normale verlangens liggende, wensch zich militair vóór en in den krijg als gelijke gerespecteerd te zien, of is deze ongelijke strijd en gemakkelijke overwinning op een stuk of wat ongelukkigen slechts zelfbegoocheling; niet een uitvloeisel van het ver langen naar krachtmeting maar alleen de niet te onderdrukken wensch om de triomf gerealiseerd te zien, vóór alles de triomf ? Wanneer dat zoo is, dan is er niet zoozeer een verlangen naar oorlog in 't spel als wel een verlangen naar de triomfale overwinning. Een reproductie, dus, van wat in 't verleden gemist is. Een oorlogs projectie achterste-voren. Curieus is in dit opzicht de eerste actie, onder nomen in de volle zekerheid van de militaire kracht van een nieuw geschapen weermacht: de marsch naar Weenen. Weer een oorlog tegenover een absoluut machteloozen tegenstander maar daarbij eigenlijk gén tegenstander. Een broedervolk, dat wel overweldigd, maar met een merkwaardige ambivalente liefde tóch bemind werd. Althans van Duitsch standpunt. Voor Hitler, die zelf Oostenrijker is, was het een rehabilitatie te midden van zijn eigen volk en tegelijk een wraak voor de lang geleden uitstooting.... Kom, kom," zegt mijn vriend uit het kamp der geruststellers, draaf nu niet door ! Dergelijke duidingen bewijzen toch óók alweer niets ! Wanneer je zóó redeneert, kun je wel alles bewijzen, wat je wilt. En, tenslotte, je schijnt zelf tot de conclusie te komen, dat alles gevaarlijker lijkt, dan het is ! Werkelijk, zooals ik al eerder zei, je kunt bouwen op Hitlers gezond verstand. Hoe geëmotioneerd ook, je ziet telkens dat hij wijkt, dat hij zijn actie laat varen, wanneer de democratische landen hem een onwrikbaar halt toeroepen. Dat doen dictatoren al tijd. En het "getuigt volstrekt niet van abnormaliteit wanneer dictatoren een situatie weten uit te buiten, zooals Hitler deed, toen hij het Rijnland bezette, waarbij hij voor het overige zijn soldaten onge wapend had gelaten en zich had neergelegd bij het besluit om bij den geringsten weerstand terug te trekken. Hij toonde een beter politiek inzicht te bezitten dan zijn generaals, die niet zagen dat het geschil met Italiëover den oorlog in Abessyniëden mogelijken tegenstanders, Engeland en Frankrijk, de handen bond. En wat Oostenrijk betreft, daar gaf Hitler van het zelfde juiste inzicht blijk. Hij begreep weer beter dan ieder ander, dat Frankrijk nooit zou ingrijpen wanneer het niet zeker was van Engelands ruggesteun en dat Engeland nooit zou marcheeren voor iets dat, tot zekere hoogte terecht, als een binnenlandsche aangelegenheid kon worden voor gesteld. Noem dat nu maar eens pathologisch l Het was zeer nuchter en juist gezien, en koel berekend ! En zoo is zijn heele politiek, de afdreigingspolitiek" voor mijn part, die er slechts op gericht is om met dreigementen en bangmakerij dat te krijgen, waar naar zijn eerzucht uitgaat. Bangmakerij, anders niet. Hebben niet de generaals nu, ter gelegenheid van de Duitsche manoeuvres in concilium vereenigd, met nadruk en nóg grooter eenstemmigheid dan ooit, verzekerd dat oorlog gelijk zou staan met zelfmoord? En heeft Hitler daarop niet verzekerd dat hij aan geen oorlog dacht maar slechts aan een politiek drukmiddel tegen de Tsjechen?" DIT is nu juist wat ik mijn steeds-weer-geruststellenden vriend wilde laten zeggen. Dreigen met een drukmiddel", dat gelijk staat met zelf moord .... Het blijkt een strijd om woorden. Waarschijnlijk omschrijf t het begrip koelberekenend" de psycholo gie van Hitler evenmin als de diagnose patholo gisch". Het gaat echter niet om een woord, maar om een begrip. De meesten onzer hebben wel ongelukkigen leeren kennen, die telkens om iets te bereiken dat zij niet kunnen bereiken, dreigen met zelfmoord. En wee degeen, die er op meent te kunnen bouwen dat hij, die telkens dreigt met zelfmoord, zijn wanhoops daad nooit zal volvoeren. De praktijk leert wel anders ! En precies zoo is het met slaapwandelaars, die gevaarlijke capriolen maken in een hooge dakgoot. De gewaande onfeilbaarheid" is een bedriegelijke bescherming. Het is een feit, dat die mystieke zelf-verzekerdheid een tijd lang den slaap wandelaar haar beschermende hand boven 't hoofd houdt. Een tijd lang; meer niet. Hij wordt door de zelfde duistere machten aangetrokken als de adspirant-zelfmoordenaar, die een tijd lang zijn eigen dreigementen de baas schijnt te zullen blijven. Allesbehalve geruststellend voor het voortbestaan dier gehallucineerde onfeilbaarheid" is juist het, aan den anderen kant zoo welkome, verschijnsel dat een hartgrondig halt !" van zijn tegenstanders en het duidelijk bewijs dat men op een gegeven oogenblik niet langer met zich laat sollen, Hitler tot ontnuchtering brengt. Evengoed als een onbeteekenend incident, een ongeluk", nu een rarnp kan veroorzaken, zou een dergelijke politieke ont nuchtering de oorzaak kunnen zijn van het plotse ling naar-beneden-storten van hem die waant met de onfeilbaarheid van een slaapwandelaar te kunnen voortschrijden over het dak van Europa. )»??? CONCLUSIE: van vandaag op morgen kan het gebeurd zijn. Juist een vertoon van onwrik baarheid der democratiën kan hem plaatsen voor het zich-realiseeren van den waren en benarden toestand. Dan kan voor hem de fatale sprong een uitkomst lijken. Kunsttentoonstellingen Kunsthandel P. de Boer, Heerengracht 474. Zomertentoonstelling van schilderijen. Kunsthandel Santee Landweer, Keizers gracht 463. Tentoonstelling van nieuwe werken van Eekman. Schilderijen van den Joegoslavischen schilder Pejic (tot 30 Sept.). Kunstzaal van Lier, Rokin 126. Vroege Vóóren Achter-Indische beeldhouwwerken, (tot i Oct.) Kunsthandel Aalderink, Spiegelgracht 15, Ikatweefsels en plastieken uit Nederlandsch Indië. (tot 23 Sept.). BUITEN AMSTERDAM: Firma D. Katz, Dieren. Zomertentoonstelling van schilderijen (tot en met 15 September). Kunstcentrum D'Olde Deel", Putten. Ten toonstelling van werken van Herman Kruyder. PAG. 5 DE GROENE No. 3197

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl