Historisch Archief 1877-1940
rouwen en vrouwenleven
De winter komt
HET wordt herfst.
Dezer dagen wolkte voor het
eerst een wollige morgendamp
boven het water langs mijn huis. Ik
durf het bijna niet te zeggen, maar ik
begroette het verschijnsel in den prillen
morgen met vreugde.
Waarom ?
Omdat ik van den herfst houd en
omdat ik het soort zomer, waarop wij
tegenwoordig worden vergast, niet
beminnen kan, met geen mogelijkheid.
Er zijn menschen, die uitbundig ge
nieten van de enkele zeer zonnige
dagen, die er ieder jaar wel zijn. Zij
laten zich bronsbruin branden, waar
schijnlijk alleen om zichzelf en anderen
de illusie te geven, dat het lang achter
een heerlijk weer is geweest. Maar als
het u op den man (of vrouw) af wordt
gevraagd, kunt u dan met overtuiging
zeggen, dat u van den zomer houdt?
Het is waar, dat de eerste mooie
lentedagen een gevoel van vreugde
en verlangen naar vrijheid in den
mensch wakker maken, dat ze
nieuwe energie geven aan vermoeide
menschen; het is waar, dat iedereen
bij de eerste zomerverschijnselen met
genoegen constateert, dat het nu wer
kelijk zomer schijnt te worden, maar
de herfst met de eerste gele bladeren,
die aarzelend van de boomen vallen,
het gouden zonlicht van den vallenden
herfstavond, de langer wordende avon
den en de niet-zoo-barbaarsch vroege
ochtenden worden toch eigenlijk met
evenveel enthousiasme begroet. Wat
een geluk voor de natuurkinderen, die
wij in den grond van ons hart blijken
te zijn, da£ de voortdurende wisseling
van jaargetijden er is en zich aanpast
bij onze alweer verzadigde stemming,
zoodra iets wat lang duurt.
HET wordt herfst.
Het is niet meer in den
allervroegsten ochtend, dat de zon dwin
gend in onze oogen schijnt en ons
wakker maakt, hoe groot het verlangen
naar slaap ook nog is. Zonsopgang
om vijf uur en volmaakt daglicht om
zeven uur hebben iets zeer
vermoeiends. In de stad krijgt men dan een
verlangen naar buiten; wie buiten is,
zou wenschen dat het vogelkoor zijn
uitbundig gesjilp nog wat naliet, omdat
men nog wat slapen wil.... En aan
zee.... och, een bad voor het ontbijt
is ook niet alles !
De zomer is vermoeiend. Ieder jaar
weer constateert iedere vrouw dat ze
met geen mogelijkheid aan genoeg
zomerkleeren komen kan. Ten eerste
weet men nooit op wat voor weer
men rekenen kan. En dus rekent men
maar op alles. Het kan koel zijn,
regenachtig, er kan een excessieve
hittegolf woeden, het kan twijfelachtig
weer worden, en in vierentwintig uur
varieeren van een killen natten morgen,
via een snikheeten middag, tot een
avond vol onweer en de daarbij
behoorende ongemakken.
Ik begin den zomer met twee nieuwe
'jurken voor avondpartijtjes. Ik ga er
nooit heen, dus ik weet eigenlijk niet,
waarom ik die voorzorg neem. Maar
men kan nooit weten. Dan komen de
compromissen. Twee jurken van het
vorig jaar, n van het jaar daarvoor
en daarna een voortdurend spendeeren
van mijn kostbare geld aan goedkoope
jurken, die, als men het goed beschouwt,
nooit langer dan drie uur frisch en
kreukloos blijven. Er is altijd wat te
wasschen. Welke vrouw kent niet het
wanhopige gevoel, dat de wasscherij
nog twee dagen weg zal blijven; dat
er niets behoorlijks meer te dragen is,
omdat in de stoffige hitte van sommige
zomerweken alles in minder dan geen
tijd vuil schijnt te worden, en dat er
tenslotte niets anders op overschiet dan
maar een blouse aan te trekken, met
een oude sjantoeng rok, met een cein
tuur die eigenlijk bij geen van beide
past? Dergelijke zorgen vermoeien een
vrouwenhoofd in de zeer vroege mor
genuren van een zomerdag.
Maar nu?
NU kan men 's morgens wakker
worden, om een uur of zeven,
met het plezierige gevoel, dat vóór de
vacantie begon, alle winterkleeren
in orde waren. Schoon en
koesterendwarm hangen ze in de kast te wachten.
Een heet bad in den zomer is geen
genoegen. En dat moet het toch zijn.
Men kan natuurlijk een koud bad
nemen, maar ik voor mij, en er zullen
wel meer vrouwen zijn, die er zoo over
denken, vind een koud bad nooit een
prettige gewaarwording, zelfs niet in
een hittegolf.
En dan het werk. Of dat nu gedaan
wordt in huis of op een kantoor, werk
is nooit goed te doen, als de zon in
de kamer schijnt en er een oven van
maakt. Men drinkt glas na glas lauwig
water, de ramen worden wijd, zoo wijd
mogelijk opengezet.... Het werk vlot
niet. Het gevolg? een wanhopige
tocht naar het naaste zwembad, wat
niet bepaald bevorderlijk is voor de
coiffure en dus.... een onmatige som,
bij den kapper besteed.
In den herfst vlot het werk beter. De
grauwe lucht bezorgt geen afleiding, de
kamers voelen genoeglijk aan, alle
energie keert terug. Bovendien, het
doet er dan niet meer toe wat voor
weer het is. In den zomer.... als
het geen mooi weer is, moppert ieder
een, dat het verschrikkelijk is voor
den tijd van het jaar"; een paar weken
regen in Juli zijn een schandaal",
men moest er iets aan kunnen doen l"
lk weekend dreigt bedorven te zullen
worden door regen.
En nu? Men verwacht niet anders
dan slecht weer. Als het toevallig
mooi is, aanvaardt men het dankbaar.
In den zomer zegt men:
't Werd tijd ook !"
Men hoeft nu niet meer te zonne
baden op een strand vol vlooien of
op een grasveld, totaal ongenietbaar
gemaakt door vliegen en muggen.
Men hoeft niet bruin te zijn. Want
het is immers herfst?
En de avonden.... dat is wel het
allerbeste dat de herfst geven kan. O,
het lengen van de dagen was heerlijk.
Maar: Waar zullen we eten?" O,
ergens, waar het koel is!" Laten we
maar naar buiten gaan l" Wegen vol
met stofverspreidende auto's, overal
achterlichten als glimwormen in de
duisternis, stof, benzine, menschen, o,
massa's, allemaal lieden die ook op
zoek zijn naar een koele plek!
Zomeravonden in een tuin zijn
nooit ongestoord. Muggen zijn klaar
wakker en bijten waar zij kunnen.
Het gras moet gemaaid worden, er
moet gesproeid worden, ligstoelen
worden af- en aangesleept. Rust is
er nooit. De herfst brengt lange,
stille avonden, met een sfeer van avon
tuur: men kan nooit weten wat er
gebeuren zal. Als er iemand komt is
het prettig, als er niemand komt,
strekt men zich behaaglijk uit in een
luien stoel bij een zacht-snorrenden
haard.
En in bed vinden we niet langer een
gekreukeld laken en een
verstikkendheet kussen. Het bed is weer een
veilige rustplaats geworden, waar men
beter slaapt en dieper rust.
De herfst is heerlijk. Welkom,
September ! R. B.
warms voor de /ïerfst
"7OOALS we m de schemering vaak aarzelen het licht op te steken,
^ zoo hebben we in den herfst altijd een periode dat we de kachel nog
niet aan hebben. Vooral de ochtenden zijn nog al eens frisch, en zoolang
we in de huishouding bezig zijn, merken we de kou niet zoo. Maar wél
als we eens even stilzitten om een kopje koffie te drinken of een ladder
op te halen. Een behagelijke ochtendkleeding is de op de foto afgebeelde
huispyama van Schiaparelli, van zwart geribd velours, welke heel
practisch is, en geknipt" voor den herfst.
HET
GRQÖf
Uit de Italiaansche keuken
R was eens een Hollander, die bij
een echtpaar in Italiëzoo heerlijk
gegeten had, dat hij er zijn vrouw
dagelijksch van vertelde. Deze, het
spreekwoord van de liefde, de man en
de maag wel kennende, verzocht hem
eenige van deze Italiaansche recepten
te vragen. De Italianen zonden deze
per keerende post, doch de resultaten,
die in Holland op tafel verschenen,
verschilden zeer veel met de culinaire
herinneringen van den man. Hij tele
grafeerde toen naar Italië: dank voor
recepten, doch zend ook de keukenmeid.
Hieronder geven wij de recepten,
welke hem gezonden waren, en wij zijn
benieuwd, of de lezeressen van De
Groene deze zonder Italiaansche hulp,
naar genoegen, kunnen bereiden!
iiiiiiiiiiiiiiiitiiiimiijiiijiijjjimijiijijimfiimunnnnifnnnnni
H i sotto:
70 gr. vet of 60 gr. boter
i ui
200 gr. rijst
zout
bouillon
parm. kaas
Vet of boter met de ui smoren,
ongewasschen rijst toevoegen, roeren
tot ze doorzichtig is. Kippen- of
ganzenlevertjes smoren, deze, met
gehakte ham, champignons, wat
groene erwten, zout en een kom
bouillon twintig minuten laten koken
met de rijst.Opdienen met parm. kaas.
Champignons alla Florentino:
6 gekookte aardappelen
boter
champignons
tomaten
parm. kaas
paneermeel
De gekookte aardappelen fijn
maken en met boter tot een gladde
massa roeren. Vuurvast schoteltje
met een laag bekleeden en de vorm
vullen met champignons in
tomatensaus. Parm. kaas, paneermeel en
boter er op, tenslotte een kwartiertje
in den oven.
PAG. 11 DE GROENE No. 3198