Historisch Archief 1877-1940
rouwen en vrouwenlt.
Moderne martelaressen
DE vrouw van nu staat aan
scherpe critiek bloot. Men heeft
haar oneindig veel verweten.
Maar het woord martelares wordt niet
«f nauwelijks op haar toegepast. En
toch wie het onbevangen beziet,
zal moeten erkennen dat in de vrouw
van 1938 vél van een martelares en
ook wel iets van een heldin schuilt.
Nauwelijks begint de dag of zij is
haar bed ontstegen en maakt bij de
tonen van radio of gramofoon, haar
ochtendgymnastiek. Met aandoenlijke
volharding buigt zij den romp en be
reikt zij haar teenspitsen, om van
vlng-uitgeroerde diepe kniebuigingen
maar te zwijgen. Is dat volbracht, dan
volgt een koude douche. Omderwille
van délijn", die nog altijd, zij het in
verminderde mate, regeert, is haar
ontbijt sober. Al haar maaltijden zijn
sober. Terwijl zétrek zou hebben in
zoete koffie met veel slagroom, drinkt
ze zuur sinaasappel- of flauw
tomatensap. Terwijl ze droomt van een
mokkataartje, eet ze droge toast.
BrillatSavarin beschrijft tot in finesses hoe
men een patrijs behoort te bereiden,
doch zij fileert een in het
water-zonderbouquet (vanwege de moeite) gekookt
vischje. En het martelaarschap gaat
verder. Kunt ge u den man voorstellen,
die drie en een half uur of langer in den
stalen greep van een
permanentmachine zou zitten, met het geduld
van een engel en de zachtmoedigheid
van een lam? De vrouw presteert het.
Glimlachend laat ze zich door haar
schoonheidsspecialiste behandelen, in
smeren met klei of ei-maskers, kneden
en uitstoomen, masseeren en mani
curen. Zulks kost uren en vele guldens,
die ze beide zonder morren uitgeeft.
Niet alleen in uitverkoopdagen toont
ze een zekere mate van onverschrokken
heldenmoed. Ook het b ij een-winkelen
van een voorjaarsgarderobe, die een
bepaald budget niet overschrijden mag
en die er in ieder geval vél duurder
moét uitzien dan ze inderdaad is,
vereischt offers. Herhaald passen in
onverwarmde paskamers is zelden be
vorderlijk voor het humeur, maar
negen van de tien vrouwen van nu
blijven er koel, kalm en zelfs vriende
lijk bij I
P*EN dit alles zijn nu nog slechts de
persoonlijke martelingen, die de
vrouw als enkelinge ondergaat. Is ze
huisvrouw en moeder van een gezin,
dan ondergaat ze dit alles in duplo of
mér. Dan komt bij de jacht op een
breton, die niet al te pannekoekachtig
op het hoofd staat, ook de jacht naar
sokken voor manlief, die niet te bont
en toch ook niet te oude-heerig mogen
zijn. Dan moeten er dassen komen, die
niet het mannelijk afgrijzen opwekken.
Dan worden er balen lichte zomerwol
gekocht, waaruit nijvere vingers straks
jasjes, jurkjes en truitjes zullen
tooveren.
Daar is verder de mystieke speur
tocht naar de ideale keukenmat!
Er zijn vele keukenmatten, die echter
allen op hun tijd gingen krullen en
vlekkerig werden. Maar er moet een
ideale mat bestaan, waarvan de huis
vrouw droomt. Geduldig en heldhaftig
jaagt ze ieder voorjaar dien droom
weer na. Hij wenkt aan den horizon.
Maar, als een werkelijk ideaal, wordt
hij nimmer bereikt en de nieuwe mat,
met zooveel hoop neergevleid, krult
na een poosje óók weer !
Ook kent ge de recepten en de
verfmartelaressen van nu ! De eersten zijn
wild-enthousiast voor ieder recept dat
het menu verlevendigen en verfrisschen
kan. Ze probeeren alles. Ze willen
goulasch maken van broodkorsten,
tomaten en zure augurkjes en pro
beeren vijf en twintig
schijngehaktmethodes, waarvan er
vier-en-twintigen-een-half niet gelukken. Maar ze
versagen niet. De verf-heldinnen ver
dienen ook een aparte vermelding. Ze
koesteren omtrent pakjes verf de
stoutste verwachtingen. Eén pakje van
die verf zal het oude, vervelende lichte
zijdje omtooveren in een modieus nieuw
toilet. Ze verven kousen en hand
schoenen mee. Ze verven ensembles bij
elkaar en zijn teleurgesteld als het
vlekkerig wordt of afgeeft. Maar ze
geven het niet op. Ze verven dóór l
Mannen zijn niet in staat dit
heldendom te waardeeren! Mannen glim
lachen om de geverfde jurken en zeggen
vriendelijk: Koop liever wat nieuws,
dat je góéd staat l" Mannen hebben
geen respect voor het zelfgeknutselde
hoedje, dat precies zes en dertig cent
kost en mompelen hoofdschuddend:
Als je dat ding opzet, ga ik niet m
uit". En ongeveer zóó staan ze tegen
over alle andere vormen van modern
martelaressendom. Maar zijn wij,
vrouwen, ooit werkelijk begrepen ? l
HENRIETTE LABOUREUR
MODE VAN VANDAAG
'IT'EGENWOORDIG zijn weer veel modellen
ge?* inspireerd op het ,,Dirndl-Kleid", met hooge taille
en wijde rokken. Links een pakje waarvan het jasje
astrakan revers heeft. Daarbij hoort dan een mof van
astrakan, de ouderwetsche mof, die zooals zooveel ouder
wetsche dingen, toch telkens weer te voorschijn komt.
Maar de mof doet de handschoenen niet op den achter
grond raken, deze zijn momenteel vaak zwart en voorzien
van een goudleeren bies, en in dezelfde kleur als het
taschje dat van zwart suède is, met initialen.
De flatteuze hoedjes zijn klein, en worden, bij wijze van
spreken, op een wenkbrauw gedragen. Het moderne hooge
kapsel, het z.g. ,,up-hair" heeft dit als noodzakelijk gevolg.
De schoenen, van suède, zijn practisch solide, ze
hebben een dikke zool.
De politieke overtu.
in hef warenhuis
K vind het altijd leuk om in een
warenhuis boodschappen te doen. Ik
probeer mezelf dan wijs te maken,
dat er een feestelijke stemming hangt
tussschen al die bedrijvigheid, en dat
lukt me ook meestal. De meisjes van
de zaal hebben natuurlijk een andere
opvatting daarover, en dat is eventueel
hunjgoed recht. Maar ik vind het prettig
om al die menschen met en zonder
pakjes zoo hebberig te zien kijken. En
ikzelf doe daar even hard aan mee,
dat is nog het gekste. Ik vind het leuk
om alle etages van zoo'n groote zaak
door te wandelen, alleen maar om een
stukje zeep te koopen. Al die andere
mooie en dure dingen koopen andere
menschen, en ze betalen ze ook. Eerlijk
gezegd overkomt het me zelden dat ik
niet iets meer koop dan ik van plan
ben. Als ik het stuk zeep, waar ik
dagen van te voren al over nagedacht
heb, gekocht heb, ga ik niet naar huis
zonder het derde gratis paar kousen
die ik heelemaal niet noodig had.
Een keer is het me gebeurd, dat ik
niets gekocht heb in een warenhuis,
dat was de keer dat ik geen geld bij me
had, maar dat wist ik niet van te voren,
want dan was ik niet gegaan. Ik moest
toen betalen en merkte met schrik
dat ik geen cent in mijn portemonnaie
had. Zooiets is uiterst pijnlijk, het was
het ergste dat mij ooit overkomen is,
in een warenhuis ten minste.
VAN den zomer was ik in Londen.
Ik heb vreeselijk het land aan be
zienswaardigheden en al dat soort din
gen die men gezien moet hebben. Een
van de eerste dingen die ik in Londen
deed, dat was boodschappen doen. Als
je in een vreemd land bent, leer je de
mentaliteit van de bevolking niet ken
nen door de musea te gaan bezichtigen.
Maar in de winkels, waar de menschen
ongestoord hun gang gaan, daar leer
je ze beter kennen dan waar dan ook.
In het museum wenden zij belangstel
ling voor, in restaurant of schouwburg
gedragen" ze zich.
In een van de Londensche waren
huizen zag ik overal opschriften:
Koopt geen Japansche waar" en
Boycot Japan". Ik wilde een paar
kopjes hebben, en al gauw vond ik
zulke als ik hebben wilde. Ze waren
wel geen Wedgwood maar ze zagen er
drie maal zoo duur uit als ze kostten.
Toen ik weer in mijn hotel terug was,
pakte ik ze uit en verheugde me over
de herinnering die ik uit Engeland
zou meenemen. Maar wat voor merk
hadden ze eigenlijk? Ik bekeek een
onderkant, en ik kon het niet goed
lezen. Overigens stond er Made in
Japan" op. BARBARA