Historisch Archief 1877-1940
?V'
UITHUIZIGHEDEN
Tooneel
Delila In den Stadsschouwburg
MOLNAR heeft als fijn, gevoelig,
ironisch blijspelschrijver zijn plaats
in ons hart veroverd, maar dit laatste
stuk brengt in sommige opzichten meer
zijn zwakke dan zijn sterke kanten
naar voren. De gansche opzet: een lief
hebbende, maar weerbare en sluwe
echtgenoote, die er tenslotte in slaagt
haar man te behouden door hem zijn
machtigste aantrekkingskracht voor
het geraffineerde jonge kind, waarmee
hij wil trouwen en waarvoor hij haar
wil verlaten, af te nemen, n.l. zijn geld
(vandaar de titel), deze heele opzet,
hoe aardig ook op zichzelf, was in de
uitwerking toch niet erg overtuigend,
en dit luchtige niemandalletje eigenlijk
te mager, ook reeds van omvang, om
een avond te vullen. Het deed dan ook
terugverlangen naar den tijd, toen men
het nog genoegelijk vond aan zooiets
een nacter te zien voorafgaan, en
waar voor zijn geld" kreeg. Daarbij
traineerde het tempo wel eenigszins,
waarmee niet gezegd wil zijn dat de
vaak pittige maar te heterogene dialoog
een luchtiger trant verdragen zou heb
ben. Daarvoor waren de overgangen
van de dramatische en zuiver-gevoelige
momenten naar de satyrische en vice
versa te onaanvaardbaar en te weinig
verantwoord. Zoodoende deed alles te
bedacht aan, al blijkt Molnar een
tooneelschrijver van groote kwaliteiten.
Fientje de la Mar heeft van de groote
en moeilijk-geschreven titelrol gemaakt
wat er van te maken was. Zij legde het
accent naar den' gevoeligen kant, en
wist daarmee zuivere en treffende mo
menten te bereiken, die jammer ge
noeg door het tweeslachtig karakter
van rol en stuk weer telkens met min
der waarschijnlijke, wat uit dien toon
vallende gedeelten, afgewisseld werden.
Louis de Bree heeft in zijn eigen
aanleg die tweespalt tusschen ernst en
luim, tusschen het serieuze tooneel en
den uitgesproken kluchtspelstijl, welke
ook deze comedie-zelf kenmerkt. In
dezen zijn ouden stijl moest hij wel in
het zwakkere laatste bedrijf terugval
len, maar in het eerste en tweede gaf
hij met de hem eigen vaart en zeker
heid de figuur van dezen modernen
Simson, al vermag hij dan als verliefde
niet steeds met voldoende charme te
overtuigen.'Maar iets van de tragiek
van den ouder wordenden man,
onweerhoudbaar gefascineerd door een bere
kend jong nest waarvan hij zelf de on
benulligheid zeer goed doorziet, gaf
hij toch zeer aannemelijk. Myra Ward
speelt altijd eenigszins op de zaal, al
kreeg zij daar onder Defresne's regie
minder kans toe, en haar grappigheid
is soms wel wat te veel aan het ope
rette-genre verwant, zoodat zij meer
een typetje dan een karakter maakte;
maar afgezien daarvan zag men haar
toch met genoegen en genoot van haar
kwasie-candide toontjes. Voortreffelijk
en geestig was nog Anton Roemer in
de kleine rol van den buffetknecht.
Alles bijeen toch een avond van aan
genaam vermaak.
Voordrachtsku nst
Een nieuwe verschijning:
IK haat voordragen," zei een me
neer, ik kan er eenvoudig niet
tegen".
Och", zei een mevrouw, weer van
die gedichten en zoo, hè?"
Maar omdat er een nichtje naar toe
ging, of om een andere reden, waren
zij toch in het Muzieklyceum bij den
voordrachtsavond van Roosje Driessen.
Zij hadden nooit van haar gehoord,
maar zij klapten. Die eene meneer, die
niet tegen voordragen kon, klapte het
hardst.
Zoo begint een publiek. En zoo be
gint een kunstenaar.
Een avond als deze bestaat uit drie
elementen: kunstenaar, publiek en
programma. De novelle Angst" van
Stefan Zweig was misschien niet de
gelukkigste keus.
In tegenstelling tot deze lange no
velle, was het programma na de
pauze. Bekoorlijk was het
middeleeuwsche Jezus en St. Janneken".
Maar in haar volle betoovering toonde
Roosje Driessen zich in de fragmenten
van Géraldy's Toi et Moi, en i i de gees
tige fabel van Lafontaine.
Nu reeds mag Holland met aandacht
de carrière volgen van deze jonge kuns
tenares, die pas aan het begin van haar
loopbaan staat en ons vele blijde ver
rassingen heeft te brengen.
hij uitbeeldde. In deze film wordt de
exgangster een goed gespeeld type. Ver
makelijk en spannend zijn de beste
adjectieven voor deze film.
Tentoonstellingen
Rondom Rembrandt
\S UNSTHISTORIE in een
oogop|x slag" zou een beknopte aandui
ding zijn voor een door de Haagsche
Stichting voor Beeldpaedagogie inge
richte tentoonstelling Rondom
RemFilm
Een licht geval
. . van moord ?
MISDAAD is nu weer in een slecht
daglicht. Als we dus nog iets van
de verboden spijs willen eten krijgen
we het voorgezet in een dekschaal van
fatsoen. Een oprechte gangsterfilm is
dus al weer uit de mode. A slight case
of murder is dus een onoprechte gang
sterfilm, waarin de ex-bootlegger na de
opheffing van het Amerikaansche
drankverbod eerlijk wordt en wettelijk,
hoewel uitgesproken slecht bier gaat
brouwen. Als hij dan ook bijna failliet
gaat doet hij zelf geen moord om de
benoodigde halve millioen dollars te
stelen. Maar een vroeger
concurreerende bende doet het voor hem en laat
zich vervolgens in zijn huis door een
ontevreden bendelid doodschieten,
waardoor de eerlijke ex-boef toch de
wissels kan betalen en zijn dochter de
eerlijke rijke jonge man trouwen.
Edward G. Robinson heeft eenige
groote films gemaakt, waarvan ik mij
herinner De zilveren dollar, de car
rière van een goudzoeker en later za
kenman in den tijd van den geweldigen
rijkdom in Amerika. Toen was het een
ontroerend en levensecht mensch die
brandt", in De Bijenkorf, te Amsterdam
(na Rotterdam en Den Haag). Beeld
paedagogie leert feiten door ze visueel
voor te dragen. Voor de eeuwigheids
waarde" van een schilderij van Rem
brandt is het natuurlijk niet van belang
te weten, hoeveel dat schilderij ge
kost heeft in 1650, in 1700 en nu. Maar
een grafische voorstelling met
beeldstatistiek die dit aangeeft, is een curio
sum dat iets leert over de waardeering
van voor ons komende geslachten. Zoo
hebben alle tabellen, nu bijeengebracht
in het gele zaaltje ergens in het groote
gebouw aan het Damrak, iets te zeg
gen, iets dat treft en telkenmale een
raampje opent, waardoor de beschou
wer zegt: Oh ja, nu begrijp ik in eens
iets meer van dat of dat schilderij".
Het zijn alles feiten, die de nauwkeu
rige kenner van Rembrandt en van zijn
tijd behoort te weten. Maar afgezien
van dat behooren is de methode van
voordragen zoo, dat het beeld zich spre
kender verklaart dat een geschreven
woord. De indeeling van vier en zestig
zelfportretten naar perioden uit des
schilders leven, werpt in die chrono
logische volgorde, een nooit vermoed
LESSEN IN LASTER IN DEN STADSSCHOUWBURG
"T*\E 25e vertooning van Sheridan's
l J School for Scandal" door het
* ~ Residentie Tooneel was tevens
de première voor Amsterdam en de
seizoenopening alhier van dit gezelschap.
Deze precieuze, zwierig-geestige comedie
uit 7776" is in de
wereld-blijspellitteratuur van alle eeuwen niet meer of
minder dan een meesterwerk. De gan
sche luchthartige tijdgeest vindt er uit
drukking in, maar ook de menschelijke
zwakheden en dwaasheden die van alle
tijden zijn. De tintelende dialoog met
zijn verrassende wendingen en invallen
heeft nog niets van zijn rijkeflonkering
verloren. En dat een hedendaagsch
publiek met lachsalvo's, lang aan
houdende toejuichingen, bloemen, en
niet het minst met wat men van de
couloir-gesprekken opving, zich zoo
geboeid en opgetogen toont, is wel een
bewijs hoe jong en onverwoestbaar
Sheridan's kunst is gebleven, ondanks
de gekunsteldheid en conventioneelheid
van dz compositie en de effecten, de
terzijde's, de bekende situaties. Het
bewijst tevens, dat dit vermoeide en
verwende publiek zich van realisme en
waarschijnlijkheid niets aantrekt, als
het maar de kans krijgt, echt tooneel te
genieten en met kinderlijk plezier op te
gaan in geestig, vernuftig, levend en
superieur geschreven karakterspel, ook
al is de intrige nog zoo gecompliceerd
en het stuk een echt praatstuk. Het
bewijst, tenslotte, eens te meer dat alle
dogma's en theorieën op dramaturgisch
gebied niet opgaan, omdat het alleen
aankomt op het creatief vermogen van
den auteur.
ifDat dit zoo voortreffelijk tot zijn
recht kwam is bovenal te danken aan de
uitnemende wijze, waarop Johan de
Meester deze satyre geregisseerd heeft.
De prachtige, slechts lichtelijk in den
grotesken stijl door hem ontworpen
costuums waren een lust voor de oogen.
De voorstelling, met veel vaart en
gedeeltelijk voor de kleinere
tusschentifereelen op het voortooneel gespeeld,
werd tevens gesteund door fraaie, in
barakken trant gehouden decors van
Gerard Hordijk. Dat de vijf bedrijven
van veertien tafereelen geen oogenblik
lang zijn gevallen is bovendien te danken
aan de geraffineerde spelregie van De
Meester, die zich hier met allerlei
fijne, speelsche en vindingrijke aan
wijzingen van opstelling enz. enz.
*leurig kon uitleven.
Hij zelf gaf een vooral naar het
uiterlijk gave uitbeelding van den
marqué(hoe levert hij 't, om bij voort
during van zijn oogen bijna uitsluitend
het wit te toonen?), al had hij tegen het
slot, toen hij ook wat sterk chargeerde,
zijn stemmiddelen niet genoeg in be
dwang. Enny Meunier was licht, natuur
lijk en uitermate bekoorlijk als Lady
Teazle ; bizonder gelukkig en zoo ideaal
als men het zich maar droomen kan
waren Fie Carelsen en Bets Ranucci als
Lady Sneerwell en Mrs. Candour. Adr.
Canivez had de rol van Maria van
Marty Hansen overgenomen. Voluit
kostelijk was Engers als Sir Oliver. La
Chapelle had, vooral in het eerste
bedrijf, van Snake een heel gaaf en
knap karakterrolletje gemaakt. Dirk Ver
beek, Paul Steenbergen, Bob de Lange
en Piet Bron voldeden, resp. als SirPeter,
Charles Surface, Backbite en Rowley.
licht op Rembrandt. Zichtbare gege
vens over de uitbreiding en welvaart
van de hoofdstad tijdens Rembrandt
(en zijn groote tijdgenooten) doen ons
met een oogopslag de werkelijke groot
heid van dien tijd zien, de werkelijke
straling van de gouden eeuw"
realiseeren. En de verdeeling over de heele
wereld, van de honderden schilderijen
van den meester, alles grafisch voor
gesteld, spreekt ons van de liefde van
de Amerikanen, de Russen, de
Engelschen voor Rembrandt, en de gering
heid van het Nederlandsche overschot
van de werken van dien Nederlander.
Amerikaansch van methode, zou
men deze wijze van
kunstgeschiedschrijving kunnen noemen. Goed: maar
die kinderlijkheid doet geen afbreuk
aan den ernst van de beschouwing van
het werk van Rembrandt, noch aan de
juistheid der verwerkte gegevens, noch
aan den eerbied en zorgvuldigheid,
waarmee men het waardevolste in het
oeuvre heeft omgeven.
Geestelijke weerbaarheid
IN het Museum Fodor heeft het Kunste
naars Centrum voor
GeestelijkeWeerbaarheid een tentoonstelling ingericht
cm vier schrijvers en dichters der
sociale verheffing" in hun werk en
invloed te toonen. Een invloed van een
werk is niet uit te maken naar het uiter
lijk van den omslag. Maar de uitgestal
de drukken spreken toch voor den weer
klank van een werk. Manuscripten,
brieven portretten brengen ons dichter
bij personen, tijdvakken en ideeën. Van
Eeden, Gorter, Henriette Roland Holst
en de zestigjarige Van Suchtelen zijn
hier bijeengebracht. Een overzicht van
hun werk, gerangschikt naar den aard,
is duidelijk gegeven. In deze omgeving
zullen eenige voordrachtsmiddagen over
en uit het werk der geëxposeerde vier
belangstellenden en liefhebbers ver
eenigen.
V/ARNERBROS
PRESENTEERT DE
HILLIOENEN
FILM
DE AVONTUREN
INDEHOOFDROL
ERROL
FLYNN
EEN
MEESTERLIJKE FILM
EEN WONDER
VAN TECHNIEK
Toegang 14 jaar
PAG. H DE GROENE No. 3204