De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1938 29 oktober pagina 6

29 oktober 1938 – pagina 6

Dit is een ingescande tekst.

K A N T T E E K E N I IV G E N Kanton en Hankou gevallen MEN kan, wanneer men de gebeurtenissen nagaat, die zich op militair gebied de laatste twee weken in China hebben af-^_ gespeeld, slechts tot n conclusie komen: dat het .Chineesche front ineen is gestort. Hetgeen zich bij Peking, bij Sjanghai en bij Nanking heeft afge speeld, heeft zich nu bij Hankou herhaald: geruimen tijd wisten de Chineezen door numerieken over macht de aanvallende Japanners tegen te houden, totdat hun verdediging, waarschijnlijk door gebrek aan voldoende krijgsmateriaal, mogelijk ook door interne oorzaken, plots in elkaar zakt. Bij Kanton is van eenige serieuze verdediging niet eens sprake geweest. In tien dagen tijd hadden de van het Zuiden uit oprukkende Japansche troepen deze ongemeen belangrijke havenstad bereikt en konden zij haar vrijwel ongehinderd bezetten. Hankou is fel ver dedigd, maar de technische meerderheid van de uit Oost, Noord en Zuidoost opmarcheerende Japansche legers, gedekt, ten deele ook geravitailleerd door vliegtuigen, aan de Jangtse beschermd door kleine kruisers en kanonneerbooten, is tenslotte te groot geweest. Na een heldhaftige verdediging van om streeks een half jaar moet Tsjang-kai-Tsjek zijn tweede hoofdstad ontruimen. Het tempo waarin de Japanners deze twee groote, wellicht op den langen duur beslissende over winningen hebben behaald, is sneller dan het buiten land in het algemeen, ja dan zij zelf verwacht heb ben. De redactie van den Oriental Economist", het eerste Japansche .economische tijdschrift, meende in September dat de val van Hankou nog wel enkele maanden" zou duren. Vier weken later is deze val een feit. Dit alles maakt het waarschijnlijk dat men de oorzaken van deze twee groote Japansche successen niet zoozeer zoeken moet aan hun kant bij Hankou kon tenslotte de militaire druk niet verder vergroot worden als wel aan die van de Chineezen. In invloedrijke Chineesche kringen, tot in de onmiddellijke nabijheid van den maarschalk, heeft men van meet af aan van geen langdurige en serieuze verdediging tegen Japan willen weten. Wellicht vreesde men daar, dat deze verdediging de Chineesche regeering tenslotte volledig, niet alleen practisch maar ook ideologisch, afhankelijk zou maken van Moskou. Hoe het ook zij, de rechter vleugel van de Kwomintang was gaarne bereid, het met den aanvaller op een accoordje te gooien. Dat hierdoor de weerstandskracht van China is uitgehold, van binnen uit, is maar al te waarschijn lijk. Wat nu in China ? DE oorlog is nog niet afgeloopen dit staat wel vast. Voorzoover het uit de berichten is op te maken, is de kern van het Chineesche leger er in geslaagd, zich ordelijk en intact van Hankou uit Westwaarts terug te trekken. Gedemoraliseerd is het niet. Erger (want het moreel van een leger kan altijd hersteld worden): het is van den wapentoevoer afgesneden. De groote oorlogsinvoerhaven Kanton, waarlangs de Chineesche legers hun wapentuig, in hoofdzaak van Duitsche en Italiaansche makelij, ontvingen, is verloren gegaan. De verbindingen met Rusland zijn zeer slecht: enkele woestijnwegen, onberijdbaar voor motor-tractie, dat is alles. Van de nieuwe verbindingen met Fransch Indo-China moet men niet te groote verwachtingen koesteren. Japan zou de kust van Indo-China kunnen blokkeeren het zou daarmee op het moment geen belangrijk risico loopen ; bovendien is het on waarschijnlijk dat China nog veel crediet in het buitenland heeft. De goudreserve is reeds beden kelijk geslonken. De overblijvende Chineesche legers zullen daarom, naar wij verwachten, niet in staat zijn veel weerstand te bieden. Het tempo van den opmarsch zal voortaan niet door hen, maar door de Japansche troepen worden behaald. Zien deze de mogelijkheid om de resteerende Chineesche legermacht te omsingelen, dan zullen zij stellig verder westwaarts trekken. Zien zij deze mogelijkheid niet, dan zullen zij waarschijnlijk allereerst pogen om het onmetelijke veroverde gebied te pacificeeren". Dit kan nog maanden, zoo geen jaren vergen. Desondanks zal de wereld de oogen niet langer kunnen sluiten voor het feit, dat China het lot van Mandsjoekwo gaat deelen. Het wordt een half kolonie van het Japansch imperium. Hij die verder kijkt, zal het waarschijnlijk achten dat zich ook in deze halfkolonie op den duur, juist door en in de Japansche industrieele en agrarische exploitatie, krachten zullen ontwikkelen, voldoende om het Japansche juk af te schudden?, de naaste toekomst is echter aan het Rijk van de Rijzende Zon. De vraag van het oogenblik is, of het voor deze exploi tatie mede een beroep zal doen op het buitenlandsch kapitaal. Het lijkt ons niet onwaarschijnlijk dat de Londensche City over eenigen tijd Japan zal bij springen, in de hoop daarmee een gedeelte van de zware verliezen goed te maken. Tsjechoslowakije en Hongarije f""\E onderhandelingen tusschen de Slowaken en \J de Hongaren over het aandeel dat den laatsten in den Tsjechoslowaakschen buit toekomt, zijn in de afgeloopen week slechts met horten en stooten vooruit gekomen. De rechtstreeksche onderhande lingen werden niet hervat. Allereerst heeft zich een merkwaardige strijd afgespeeld omtrent de plaats waar de vertegenwoordigers elkaar zouden ont moeten. De Hongaren kozen Venetië, de Slowaken Weenen. Op verrassende wijze wordt hier de ver borgen tegenstelling tusschen Duitschland en Itali zichtbaar, die in de toekomst, naar wij verwachten, nog wel geaccentueerd zal worden. Italiëpoogt een front te vormen, waarvan Polen, Hongarije en Zuidslaviëde eerste verdedigingslinie zullen vormen, bedoeld om den groeienden invloed van Duitschland in Centraal- en Zuidoost-Europa tegen te gaan. Roemeniëheeft er weinig voor gevoeld, om zich bij een dergelijk front aan te sluiten. Althans: een daartoe strekkend voorstel van kolonel Beek vond een koele ontvangst. Strategisch en politiek zou het natuurlijk voor het genoemde front van groot belang zijn, wanneer Polen en Hongarije daarbij over een gemeenschappelijke grens beschikten. Door nauwe aansluiting te zoeken bij de Duitsche regeering, heeft Praag tot dusver de vorming van deze gemeenschappelijke grens verdeeling van Roetheniëzou daartoe een voorwaarde zijn kunnen verhinderen. Dat Hongarije tot dusver met zijn aanspraken op enkele steden waaraan de Slo waken om economische en historische redenen zeer gehecht zijn, geen succes heeft gehad, zal men wel aan den invloed van Duitschland moeten toeschrij ven. In dit deel van Europa is het woord van Berlijn wet. Volledigen steun heeft de Tsjechoslowaaksche regeering natuurlijk niet gekregen. Het zal wel op een compromis uitloopen. Hoe sterker Berlijn Hongarije laat aandringen, des te meer zal Praag den Duitschen machthebbers naar de oogen moeten kijken. Reeds heeft Tsjechoslowakije de tolgrenzen met Duitschland opgeheven. Semi-fascistische ele menten in den Tsjechoslowaakschen staat die reeds geruimen tijd vooral op het binnenlandsch bestuur invloed hebben uitgeoefend, voelen nu dat zij het tij mee hebben. De anti-semietische relletjes, die in het laatste weekend te Praag zijn voorgevallen, zullen stellig een reden tot ernstige ongerustheid zijn voor de vierhonderd-duizend Joden die in Tsjecho slowakije wonen. De toekomst zal hun, naar wij vreezen, weinig goeds brengen. Palestina DE toestand in Palestina is in de afgeloopen weken weer belangrijk critieker geworden. Dagenlang hebben de Arabische opstandelingen practisch een gedeelte van Jeruzalem beheerscht. De herovering door het Britsche leger, dat voorzien van de mo dernste wapenen oprukte, is wel geslaagd, maar op het platteland is het Britsche gezag vrijwel overal weggesmolten. Het verkeer is zoo goed als lam gelegd. De Arabieren schijnen er op te speculeeren dat hoe moeilijker zij het den Engelschen nu maken, des te grooter de concessies zullen zijn waartoe Londen zal besluiten. Deze speculatie heeft inder daad groote kans van slagen. Het Colonial Office" schijnt veel te voelen voor het oprichten van een Arabischen nationalen staat, staande onder controle van Irak en Engeland, waar de Joden een minder heid zullen vormen met z.g. gegarandeerde rechten. Het rapport van de Woodhead-commissie die den toestand in Palestina ter plaatse heeft bestudeerd, beval een soortgelijke oplossing aan, wanneer men althans de geruchten die daarover zijn uitgelekt, beschouwen mag als de proefballonnetjes die de Er'tsche regeering voor min of meer belangrijke be slissingen in de groote pers pleegt op te laten men denke aan het befaamde geïnspireerde Times"artikel over het afstaan van het Sudetenland. Wat een dergelijke oplossing voor de Joden beteekent, laat zich denken. Het is, niet meer of minder, een ramp. Dat zij zich zoo maar zullen schikken in het opgeven van een ideaal waarvoor duizenden hun leven hebben gegeven en millioenen week in, week uit financieele offers hebben gebracht, is on zeker, hoewel wij weinig verwachting hebben van eventueele protesten, hoe fel ook. Het is een be moedigend teeken dat de regeering der Vereenigde Staten zich actief voor de Palestinensische quaestie interesseert. Wellicht dat zij nog iets weet te be reiken voor den Joodschen opbouw in Palestina, die in de Vereenigde Staten sterk de aandacht heeft getrokken. Wij verwachten van niet. De Engelschen willen rust in de Middellandsche Zee, en om deze rust te verkrijgen zullen zij niet terugdeinzen voor het schenden van ettelijke officieele verklaringen. De Nederlandsche handelspolitiek BIJ traditie is Nederland een vrijhandelsland. De rechten die tot dusver van den in- en uitvoer geheven werden, droegen geen protectio nistisch doch een fiscaal karakter. Zij waren bedoeld om de Schatkist te stijven, niet om bepaalde in dustrieën bij te staan. Met deze traditie die overigens door een uitgebreide contingenteeringswetgeving al vrij wormstekig was geworden heeft de Tweede Kamer Vrijdag j.l. gebroken door de aanneming van een wetsontwerp, waarbij de regeering het recht krijgt, invoerrechten te heffen, mede tot matige bescherming van bepaalde Neder landsche bedrijven". Matig" is een gevaarlijk onze kere term. Hierop is terecht van vele kanten ge wezen. Op de technisch-economische zijde van dit kersversch protectionisme zouden wij hier niet in willen gaan. Er zat echter aan deze quaestie een ander, vrij onverkwikkelijk aspect dat de aan dacht verdient. De regeering heeft indertijd toege zegd, niet van vrijhandel" op protectionisme te zullen overschakelen, zonder de Kamer in de gelegenheid te stellen, de zaak in de afdeelingen en in het openbaar uitvoerig te onderzoeken. Aan deze toezegging heeft zij zich niet gehouden. De principiëele wijziging is nu binnengesmokkeld door een achterdeurtje. Deze handelwijze kan het pres tige van het parlement kwalijk ten goede komen. De regeering heeft de democratie een slechten dienst bewezen. De oppositie waarop het regeeringsvoorstel, niet alleen om economische maar ook om deze zuivere staatkundige redenen stuitte, heeft echter niet kunnen verhinderen dat het ministerie, zij het ook met een geringe meerderheid, zijn zin heeft gekregen. Dit was een overwinning wellicht een Pyrrhus-overwinning voor de Katholieke mi nisters. Het behoeft wel geen betoog, dat een ge deelte van de liberale pers deze zegepraal heeft aan gegrepen om ijverig op anti-Papistische gevoelens te speculeeren. DROSTE 7 Nieuwe namen - met den klinkenden cerenaam Dtoste er bij! 7 Nieuwe, toonaangevende Droste-bonbons! Vanaf 35 en 10 et. per ons. ALTIJD WELKOM! Spaart plaatjes Mor 'i nieuwe Drvie-album .,Hel Wa'trup'. PAG. 6 D3 GROENE No. 3204

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl