De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1938 12 november pagina 6

12 november 1938 – pagina 6

Dit is een ingescande tekst.

DE ONGEKROONDE KEIZER VAN MANDSJOEKWO Leven en bedrijf van Yoshisuke Aikawa, oprichter van Japan's derde reuzen-concern IN de zestiende eeuw begaf zich een kleine Japansche familie in den handel. Zij verkocht textiel producten en leende geld uit. Op het oogenblik bezitten de nakomelingen van deze familie zij heet Mitsui ondernemingen met een totaal gestort kapitaal van n-en-een-vijfde milliard yen, ofwel ongeveer anderhalf milliard gulden. In de dagen dat de Mitsui's het beroep van militair er aan gaven, bezat een zekere familie Sumitomo enkele onbelang rijke metaalmijnen. Op het oogenblik neemt zij een vooraanstaande plaats in den Japanschen mijnbouw, in de machine- en in de zware industrie in. Gestort kapitaal: bijna vierhonderd millioen yen. Het hart van de familie Iwasaki trok altijd naar zee: in de eerste jaren na de Restauratie (1868) , toen Japan een moderne staat werd, legde zij zich toe op de vrachtvaart. Van de vrachtvaart kwam zij tot den scheepsbouw en den steenkolen-handel, van den scheepsbouw- tot de ijzerindustrie en de houtbewer king, van den steenkolenhandel tot den mijnbouw resultaat: het Mitsubishi-concern, eigendom van de familie Iwasaki. Gestort kapitaal: achthonderdvijftig millioen yen. In het jaar 1858 tenslotte was een zekere Yasuda leerling bij een klein wisselaartj e in Edo het heet nu Tokio . Met het beetje kapi taal dat hij had, speculeerde hij a la hausse in het geld van de nieuwe regeering na 1868, die door velen gewantrouwd en bestreden werd. Zijn speculaties hadden succes: het Yasuda-concern bezit thans een gestort kapitaal van tweehonderd-zeventig millioen yen. Mitsui, Mitsubishi, Sumitomo en Yasuda ziedaar de big four", de vier groote, van ouds be kende reuzenconcerns, die het is niet te sterk uitgedrukt het economisch leven van Japan beheerschen. Zij bezitten twee-vijfde van alle Japansche depositi, n vijfde van de reserves van alle Japansche levensverzekeringsmaatschappijen, drie kwart van de reserve van alle andere verzekerings maatschappijen. Zij beheerschen de zware en de lichte industrie, den handel en de scheepvaart, den mijnbouw en de pers. De Tokyo Menka, de grootste ruwe-katoen import-firma, behoort tot het Mitsu concern, evenzoo een der grootste spinnerijen, de beroemde Kanegafuchi. De Nippon Yusen Kaisha, de Japansche Scheepvaart Mij., is een onderdeel van het Mitsubishi-concern, eveneens de Asahiglas, de grootste glas-producent ter wereld. De Oji-papier-trust de Japansche Van Gelder Zn. is weer in handen van Mitsui. Tezamen controleeren deze big four" drie-vijf de van het totaal kapitaal van alle Japansche N.V.'s. Hun economische macht wordt door niemand bedreigd tot voor kort. Sinds enkele jaren is namelijk een nieuw reuzenconcern opgekomen, dat hen dreigt te overvleugelen: de Nissan, product van den ondernemingsgeest van Dat onmiskenbare cachet.... die geraffineerde combi natie van kostbare hout soorten met rijke sfoffen, die harmonie van lijn en kleur vindt U alleen bij REENS. Moderne inrichtingen kunt U overal kopen, maar. . . . alleen REENS heeft dat onmiskenbare cachet. REENS SHOWROOMS: Heiligeweg 47-51, A'dam. Passage 76-78, Den Haag. 31 Bruton Street, London. W.l. Vraagf flafprospectus in kleu rendruk. n man: Yoshisuke Aikawa, De beteekenis, die deze ongeëvenaard snel opgegroeide onderneming n in economisch n in politiek opzicht reeds bezit, maakt het gewenscht eenige aandacht te besteden zoowel aan haar zelf als aan den persoon van haar stichter. YOSHISUKE AIKAWA, de man die de Nissan heeft opgebouwd, is geboren in het jaar 1880. Hij heeft voor ingenieur gestudeerd en jarenlang in de Vereenigde Staten gewerkt om er ervaring op te doen. Toen hij dertig jaar oud was, leende hij eenig kapitaal van zijn familieleden en stichtte de Tobata Gieterijen. Moeilijke jaren volgden, maar hij slaagde er in, zijn kapitaal uit te breiden. In 1928 kwam de kans van zijn leven. De Kuhara mijn-maatschappij stond er slecht voor: de aandeelen waren vrijwel niets waard. Yoshisuke Aikawa zag echter nieuwe ontwikkelingsmogelijkheden, kocht de geheele maat schappij met haar hebben en houden op, werkte drie jaren lang dag en nacht aan zijn nieuwe onder neming en kon in 1931 de aandeelen verkoopen tegen het tien-voud van wat hij er zelf voor had be taald. De Kuhara-mijnen werden daarop gescheiden van zijn andere ondernemingen, waarvoor een aparte verzamelmaatschappij werd gesticht, de ? Japansche Industrie-Maatschappij, korter: de Nis san. In zes jaar tijd is de Nissan pijlsnel naar boven geschoten. Zij controleert nu honderdvijftig andere maatschappijen, direct of indirect. Vooral in mijn bouw, industrie en visscherij heeft zij enorme kapi talen belegd. Meer dan honderdduizend personen staan in haar dienst. Gramofoon's en radio's, luci fers en fietsen, auto's en staal, een stroom van de meest verschillende producten verlaat de Nissanfabrieken. Bij Borneo visschen de Nissantrawlers, in Japan daveren de hamers op de Nissan-werven. Het totaal kapitaal dat de Nissan controleert, schat men op achthonderdvijftig-millioen yen. Bijna een derde daarvan is in den mijnbouw be legd en werpt daar zoo'n hooge winst af, dat kleine neven-ondernemingen zonder moeite enkele jaren met verlies kunnen worden geëxploiteerd. Yoshisuke Aikawa dat erkennen ook zijn tegenstanders grif is een zakenman met geniale gaven. Waar ande ren aarzelen, tast hij door. Vreemde ondernemingen weet hij met tact te behandelen: eerst ontziet hij ze, dan verslaat hij ze. Hij kent rust noch duur. De winsten van de eene tak van zijn concern worden onmiddellijk in andere, nieuwe takken belegd. De opkomst van zijn reuzenbedrijf is dan ook ongeëven aard in de geschiedenis van Japan, wellicht zelfs in de geschiedenis van de geheele wereld. YOSHISUKE AIKAWA is niet bang voor risico's. Hij heeft het aangedurfd om het economisch leven van een geheel land op zijn schouders te nemen. Het land heet Mandsjoekwo en bezit drie-en-dertig millioen inwoners. Het leger van zijn staat heeft het in den herfst van 1931 onder een onbeteekenend voorwendsel bezet; het is een gebied, rijk aan grondstoffen. Drie-vijfde van den wereldoogst aan sojaboonen komt er van daan. Yoshisuke Aikawa zag met vreugde, dat het veroverd werd. Hij wachtte totdat hij, alleen of in samenwerking met anderen, belast zou worden met de exploitatie. Echter werd zijn geduld op een zwaren proef gesteld. De boerenzoons die Mandsjoerije veroverd hadden, wilden de particuliere ondernemers er buiten houden. Geen Mitsuï, geen Mitsubishi in Mandsjoerije ! De staat nam de leiding van het economisch leven op zich. Het geheele volk moest deelen in de winsten der industrieele exploi tatie. Een gestrenge controle werd ingevoerd en Japan bevoordeeld ten nadeele van de andere landen. De groote Britsche firma, die vijftig jaar lang ge raffineerde suiker had geleverd aan de Mandsjoerijsche boeren, kreeg een brief op kantoor, dat Mandsjoekwo voortaan zijn suiker uit Japan zou betrekken. De Japansche regeering stelde enorme kapitalen ter beschikking van de marionettenregeering te Hsinking, Japan had de Mandsjoekwo'sche petroleum, ijzer en steenkool noodig. Door middel van aandeelen in den Zuid-Mandsjoerijschen spoorweg en obligaties van den staat Mandsjoekwo werd in de vijf jaren van 1932 tot 1936 meer dan een milliard yen in de nieuwe semi-kolonie belegd. In October 1936 werd een gigantisch vijfjarenplan gepubliceerd. De resultaten van de exploitatie stelden echter teleur en de stemmen die op particuliere exploitatie aandrongen, werden steeds talrijker. Yoshisuke Aikawa wachtte af. Hij heeft nooit haast. DE 29sten October van het jaar 1937 werd een belangrijke dag in zijn leven. DeHsinkingregeering maakte op dien datum bekend, dat een nieuw concern zou worden opgebouwd voor de industrieele exploitatie van Mandsjoekwo en dat het particulier kapitaal daarbij actief zou mogen medewerken. Het kapitaal voor het concern vierhonderd-en-vijftig-millioen yen zou voor de eene helft door den staat verstrekt worden, voor de andere helft door de Nippon Sangyo Kabushiki Kaisha, vertaald: Japansche Industrie Maatschappij, afge kort: de Nissan. Het staatssocialisme werd afge schaft, de Japansche ondernemers, die rond voor hun pessimisme inzake de overheids-exploitatie van Mandsjoekwo waren uitgekomen, triomfeerden. De plan-economie van den staat had gefaald. Onder den prikkel van den oorlog in China, die de uiterste inspanning van het land noodzakelijk maakte, kreeg het particulier initiatief, in den vorm van de Nissan-groep en in den persoon van Yoshisuke Aikawa weer een kans. Waarom was juist hij uitge kozen? Waarom waren Mitsuï, Mitsubishi of Sumitomo niet de hooge eer waardig gekeurd Mand sjoekwo te exploiteeren ? Een van de redenen was deze: de Mitsuï's en Mitsubishi's hadden de ont ginning van Mandsjoekwo in feite voortdurend ge saboteerd. Van hun standpunt uit gezien was dat begrijpelijk: zij voelden weinig voor staatssocialisme. Maar even begrijpelijk was het, bezien van het stand punt der Japansche regeering uit, dat dan ook niet zij, de onwilligen, vertrouwen verdienden, maar wel een jong concern, dat zich altijd levendig geïnte resseerd had voor het continent niet te verwon deren: in Japan hadden de oude" concerns zich al van het economisch leven meester gemaakt en dat bovendien democratischer was opgebouwd: Yoshisuke Aikawa heeft een fijn gevoel voor poli tieke situaties. De aandeelen van zijn concern zijn niet geconcentreerd bij enkele familieleden, maar verdeeld over vijftigduizend kleine luyden". Zijn concern is het concern van de massa. Zijn concern geeft dan ook geen stof aan de aanvallen van het leger, dat bestaat uit de zonen van arme arbeiders en arme boeren. ZIEHIER dan het jongste product van het initiatief en den ondernemingsgeest van Aikawa: de Manshu Jukogyo Kaihatsu Kabushiki Kaisha, N.V. Maatschappij tot ontwikkeling der zware in dustrie van Mandsjoekwo. Deze N.V. is begonnen met de bestaande zware industrie van het land, die het eigendom was van den Zuid-Mandsjoerijschen Spoorweg, op te koopen. Deze transactie vergde meer dan honderd-millioen yen en bracht o.a. de beroemde Showa-Staalfabrieken in haar handen. De N.V. heeft op het oogenblik voorts de ijzer- en lichte metaal-industrie onder haar beheer, zij bouwt auto's en vliegmachines, zij delft goud en steenkool. De regeering heeft haar voor de eerstvolgende tien jaar een jaarlijksche winst van zes pCt. op het belegde kapitaal gegarandeerd. Zoolang het divi dend voor de particuliere aandeelhouders minder is dan tien pCt., krijgt de Staat die vijftig pCt. van het kapitaal verstrekt heeft en dus op een gelijk gedeelte van de winst recht heeft slechts de helft van het dividend dat aan de particuliere aandeel houders wordt uitbetaald: van het staatssocialisme is weinig overgebleven. Egoïstisch is Yoshisuke Aikawa echter niet. Hij wil gaarne het buitenlandsch kapitaal laten medewerken bij de uitvoering van het nieuwe Vijfjarenplan voor Mandsjoekwo, dat alleen voor de zware industrie al drie milliard yen vergt. Yoshisuke Aikawa stelt zich dat zoo voor: n derde van het kapitaal komt uit Mandsjoekwo, n derde uit Japan en n derde uit de Vereenigde Staten, althans uit het buitenland. Het buitenland moet de groote machines en de ingenieurs leveren. Tot dusver heeft het buitenland zich echter nogal afzijdig gehouden, met uitzondering van Duitschland en Italië. Het Otto-Wolf-concern heeft Mand sjoekwo in November 1937 een crediet van twintig millioen gulden gegeven voor den aankoop van machines en er wordt druk onderhandeld over den aankoop van Italiaansche vliegtuigen. Op een-enander werpen de City en Wallstreet afgunstige blikken. Hij gaat nog een groote toekomst tegemoet, Yoshisuke Aikawa.... L. DE JONG PAG. 6 DE GROENE No. 3206

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl