Historisch Archief 1877-1940
DE GROENE AMSTERDAMMER
OPGERICHT
1877
Redactie en Administratie: Keizersgracht 355, Amsterdam - C. Tel. 37964. Abonnement f. 10.?per jaar. Postrekening: 72880. Gem. Giro G 1000.
Abonnementen kunnen met elk nummer ingaan, doch alleen tegen het einde van een jaargang, na opzegging vóór l December, worden beëindigd.
19 NOV.
1938
Belgiëen Nederland
door Z. E. P, H. Spaak
Minister-president van Belgi
NEDERLAND en Belgiëkoesteren den innigen wensch de vriendschaps
betrekkingen nauwer toe te halen en op te voeren.
Die gemeenschappelijke wensch heeft aanleiding gegeven tot een on
verpoosd streven om elkander beter te begrijpen en werpt ook reeds zijn vruchten
af. De teekenen die wijzen op een goede verstandhouding worden langs beide
zijden der grens met den dag talrijker. Blootgesteld aan dezelfde gevaren in
een door allerhande tegenstrijdige politieke stroomingen diep beroerde wereld
zoeken de twee volkeren nader tot elkander te komen al veranderen de toe
standen ook gestadig en al duiken wel eens economische tegenstellingen op.
De jongste internationale crisis heeft aangetoond dat ons lot parallel loopt.
Eenzelfde bezorgdheid en eenzelfde streven om hun onafhankelijkheid te
handhaven kenmerkte de twee volkeren. Het eene zoowel als het andere heeft
aldus een volkomen zelfstandige houding aangenomen, overeenstemmend
met den geographischen toestand van het land en beantwoordend atn de
verwachting der bevolking. Zij hebben voorzeker aldus het hunne bijgedragen
om den vrede in Westeuropa te bevorderen.
BEGUNSTIGD door de gedeeltelijke taaiverwantschap en de overeenstem
ming van hun nationaal genie kennen Nederland en Belgiëeen gestadige
uitbreiding van hun cultureele betrekkingen. Die uitbreiding beantwoordt
aan gewettigde verwachtingen en draagt er toe bij om het intellectueel en
kunstpatrimonium waarover de twee naties trotsch mogen gaan, nog te
vergrooten. Ik kan dienomtrent wijzen op het gunstig gevolg van de
NederlandschBelgische overeenkomst van 26 Oktober 1927, waarvan mag gezegd dat het
hoofddoel, het meer intensief maken van de intellectueele strooming tusschen
de twee landen, tot aller voldoening volledig werd bereikt. De regelmatige
uitwisseling van leeraars en studenten, de inrichting van schoolreizen, de
wederkeerige verspreiding van letterkunde en wetenschappelijke werken
hebben er toe bijgedragen om die intellectueele strooming te doen toenemen.
ERNSTIGE pogingen werden ook aangewend om de economische be
trekkingen tusschen de twee landen te saneeren en te ontwikkelen. Er
kan niet genoeg nadruk worden gelegd op het belang dat die betrekkingen
bieden voor het leven van de twee landen; tal van Belgische industrieelen en
handelaars vinden een eerste-rangs-afzetgebied in Nederland en Nederlandsch
Indië, waar zij over een aanzienlijk en gansch getrouwe kliënteel beschikken.
Anderzijds neemt Belgiëin den Nederlandschen exporthandel een vooraan
staande plaats in.
Voor weinig meer dan een eeuw kenden Nederland en Belgiëeen zelfde
douaneregime. Sedertdien heeft elk der twee landen zijn eigen weg gevolgd
waarbij Nederland is gebleken te zijn een land dat zich vooral kenmerkt door
zijn landbouw- en handelseconomie, terwijl Belgiëzich meer heeft toegelegd
op het uitbreiden van talrijke nijverheidstakken.
Hun economische politiek vertoont nochtans gemeenschappelijke trekken:
de twee landen moeten immers hoofdzakelijk leven van export en
transitohandel. Het valt dan ook niet te verwonderen dat de twee Regeeringen steeds
overtuigd voorstandsters zijn geweest van den vrijhandel en meermaals in innige
samenwerking het opheffen hebben betracht van maatregelen die den inter
nationalen handel belemmeren. Indien het nochtans noodig is gebleken onder
den druk dier belemmeringen al eens af te wijken van de in de laatste jaren
gevolgde vrijhandelspolitiek, zijn de twee landen slechts dien weg opgegaan
met de oprechte beddeling'zoo weinig mogelijk te schaden aan hun onderlinge
handelsbetrekkingen. Van weerskanten hebben het nieuwe tijdsgewricht en de
bezorgdheid om de biftnenlandsche markt voor de nationale voortbrengst voor
te behouden, aanleiding gegeven tot het treffen van maatregelen die niet
zonder gevolg konden zijn voor den nabuur. Het invoelingtreden tusschen
overheidspersonaliteiten der twee landen heeft een beter begrijpen van de
wederkeerige moeilijkheden in de hand gewerkt. Op 13 Augustus 1938 hebben
de jongste onderhandelingen geleid tot een vernieuwing van de overeenkomst
betreffende de ruiling van de in het eene en het andere land gecontingenteerde
producten. Een bepaling van die overeenkomst voorziet het stichten van een
gemengde regeeringscommissie die periodisch zal samenkomen en tot taak
zal hebben toezicht te houden over de toepassing van de overeenkomst en de
moeilijkheden te beslechten welke dienomtrent zouden kunnen oprijzen. Een
eerste vergadering heeft reeds te Brussel plaats gehad.
ALDUS komt tot uiting het belang eener politiek van gezonde samen
werking die er hoofdzakelijk op gericht is, de twee volkeren die reeds
door zoovele banden samen verbonden zijn, nog korter tot elkander te brengen.
Eensgezind wordt in Belgiëde wensch gekoesterd dat het bezoek van
Z.M. Koning Leopold III zal bijdragen om die banden nog toe te halen.
Tolk der gevoelens van onze bevolking die vroom gedenken blijft hoe
tijdens de groote beproeving zoovelen der onzen op Nederlandschen bodem
een gul onthaal vonden, zal Z.M. Koning Leopold III aan Nederland den
vriendengroet van Belgiëbrengen.
Dient ten slotte nog gewezen op de hartelijke betrekkingen die beide
dynastieën samen bindt? Die uitmuntende betrekkingen kwamen in de
laatste jaren meermaals tot uiting: zware rouw, blijde gebeurtenissen, glorie
volle jubelfeesten vonden de twee koninklijke families steeds vereenigd in
smart of in blijheid.
iiiiiiiiiiimilllllllililllliiiniiiiiiiiii iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiititiiii immuun lint i minimum imimimiiiir:
Pogrom in Duitschland
T\
JEGENTIENHONDERD-ACHT-EN-DER/ y TIG: pogrom in geheel Duitschland.
?L ? De verschrikkelijke beteekenis van deze
woorden, welke als een onuitwischbare smaad voor
de aanstichters voorgoed in de geschiedenis geboek
staafd zullen blijven, heeft de gewetens wakker ge
schrikt en over de gansche wereld de oogen geopend.
Voortaan weet men, waar men aan toe is. De laag
hartige en volkomen stelselmatige vernietiging eener
weerlooze minderheid, onder voorwendsel van wraak
voor een individueele daad, waaraan die minderheid
in geenen deele medeschuldig is, heeft bij de beschaafde
menschheid meer dan alleen weerzin en afschuw ge
wekt. Zij heeft ook de laatste illusies weggenomen,
dat het mogelijk zou zijn met wederzijdschen goeden
wil door overleg en concessies tot vrede en verzoening
te komen met de krachten, die welbewust en stelsel
matig deze gruwelen ontketend hebben.
Chamberlain heeft er voorshands van moeten af
zien, opnieuw naar Duitschland te gaan: de schoone
verwachtingen van Münchenzijn voorbij en hij gevoelt,
dat het nu onmogelijk is over de gevraagde koloniën
te gaan spreken en nieuwe niet-arische" bevolkings
groepen uit te leveren aan machthebbers, die zoojuist
getoond hebben hoe zij deze op nog nooit gekende,
grondig berekende, afdoende schaal van alle bestaans
mogelijkheden weten uit te sluiten, en door vernieti
ging van eigendom, onteigening" van vermogen,
uitdrijving uit gansch het maatschappelijk en econo
misch bestel, interneering, deportatie, brandstichting
en mishandeling uit te roeien. Roosevelt heeft
voorloopig zijn ambassadeur uit Berlijn teruggeroepen
en ook overigens ondubbelzinnige taal gesproken.
Afgezien van de as-genooten en geestverwanten die
dit moeten goedpraten, staat Duitschland nu geïso
leerd in de wereld, nog meer moreel dan, gelijk anno
1914, politiek. De verregaande tegemoetkoming welke
het, om de fouten van Versailles uit te wisschen, en
deels onder afdreiging, verkregen heeft, heeft niet
mogen baten. De toekomst ziet er weer donkerder uit,
het gevaar voor een wereldramp van ongekenden om
vang is weer vergroot, de vredeskansen zijn opnieuw
verminderd. De eenige uitkomst zou zijn, indien de
eerste, tijdelijke bezinning die deze heftige
gemoedsschok bij de menschheid heeft veroorzaakt, zich in
blijvende en welberaden daden zou omzetten, welke
herhaling of erger zouden voorkomen en althans een
poging zouden zijn, het lot van Europa veilig te
stellen.
De ontzettende slag, welke de Duitsche pogrom aan
het Joodsche volk heeft toegebracht, treft tevens de
democratie in haar geheel. Of zij zich hiervan her
stellen zal, moet de verdere toekomst leeren. Maar ook
Duitschland heeft zichzelf enorme schade berokkend,
en niet alleen in aanzien en moreel vertrouwen bij
diegenen der staatslieden van beschaafde landen, die
nog op eenige welwillendheid, redelijk overleg, over
eenstemming, matiging en goeden trouw bij dit rijk
durfden hopen. Duitschland heeft dezen zet verloren,
omdat het tegelijk met dit aanzien en vertrouwen voor
onbepaalden tijd mogelijkheden verspeeld heeft,
waarvan het teloorgaan niet in cijfers is uit te
drukken. Omdat het zich thans opnieuw, gelijk ten
tijde van den wereldoorlog, tot de meest gehate natie
ter wereld heeft gemaakt.
En daartegen wegen niet op de 180 miljoen, die de
Joden gedwongen zijn aan de reparatie van hun
vernielde- eigendommen te besteden. Niet de voor die
eigendommen te betalen verzekeringsgelden, welke aan
den staat zullen vervallen. Niet het miljard boete"
dat den Joden is opgelegd. Niet de vrijgekomen
plaatsen van de (volgens officieele Duitsche opgave
20.000, volgens bericht van andere zijde 35.000 J
Joden die gearresteerd en in concentratiekampen
geplaatst zijn, waarbij velen, om verdere mishande
lingen te voorkomen, aan zelfmoord de voorkeur
hebben gegeven. Niet de voordeelen van hun algeheele
uitstooting uit alle beroepen, allen handel, elk bedrijf.
Niet de twee miljard, welke van het Joodsche ver
mogen (volgens mededeeling van rijksminister Funk)
reeds thans want het proces is nog niet ten einde
in Duitsch bezit zijn overgegaan.
De omvang en gevolgen van de ramp voor de Joden
zelf zijn nog niet te overzien, en dat juist nu de toe
komst in een eigen, innerlijk vrije gemeenschap van
hun volk, in haar ontwikkeling ernstig wordt be
dreigd door den strijd in Palestina. Schier alle
(Slot volgende pagina links onder)
fefc»..
PAG. 3 DE GROENE No. 3207