Historisch Archief 1877-1940
"l
KANTTEEKENINGEN
Het wordt nacht....
HET wordt nacht voor de Duitsche Joden.
Rooskleurig was hun bestaan tot dusver
niet: de ouders zagen hun kinderen reeds
zonder toekomst opgroeien. Maar de machthebbers
van het Derde Rijk hadden den terreur toch niet
zoover doorgedreven dat aan een half millioen
menschen de economische basis van hun bestaan
eenvoudig per decreet werd ontnomen. Zoover is
het thans. De Duitsche Jood wordt uit beroep en
bedrijf gestooten. Hem wacht het lot van den
pauper, den paria. Voorzoover hem niet het werk
van den dwangarbeider zal worden opgelegd, mag
hij zijn dagen zwervend rondbrengen in het ghetto
dat op een ongezonde plaats voor hem en de zijnen
zal worden gebouwd.
Men vraagt zich af, in welk een tijd men leeft.
Men vraagt zich dat af, óók in Duitschland.
Neemt men aan dat de Duitsche regeering de hetze
en de daarop gevolgde maatregelen tegen de kleine
Joodsche minderheid heeft beraamd in de hoop
daarmee daden te verrichten die naar het hart zijn
van de massa des volks, dan mag men op grond van
tal van berichten constateeren dat deze hoop niet in
vervulling is gegaan. Honderden hebben met
levensgevaar tegen de aanvallen op weerlooze en
opgejaagde menschen geprotesteerd. Groote groe
pen, wellicht .zelfs de meerderheid van het Duitsche
volk, walgen van de gepleegde laffe misdaden. Het
andere Duitschland is zichtbaar geworden achter het
Duitschland van de Hitler's, Streicher's en Göbbels.
Wij noemen dit ronduit een verheugend verschijnsel
en zouden ons er nog meer over verheugen, indien
het niet de jeugd was geweest die bij de aanvallen
op de Joden haantje-de-voorste had gespeeld. De
jongeren van vandaag zijn immers de ouderen van
morgen. Of zal ook deze in de leus van Blut und
Boden" gedrilde jeugd in zich de krachten ont
wikkelen tot bevrijding van den geest? Wij hopen
het. Het zal echter lang duren.. . .
Inmiddels is de nood van de Joodsche bevolking
van dien aard, dat onmiddellijke hulp noodzakelijk
is. Eeh half millioen menschen dreigt te worden
uitgeroeid, niet met n slag, maar geleidelijk: des
te erger.
De wereld oordeelt
DE correspondent van een der groote
Hollandsche bladen in Berlijn heeft naar aanleiding
van de Jodenvervolgingen geschreven, dat het
Derde Rijk in n dag aan goodwill" heeft verloren,
wat het in vijf jaar heeft gewonnen. Laat ons
corrigeeren: wat het de laatste twee jaar heeft
gewonnen: vóórdien werd het eigenlijk door velen
nauwelijks au sérieux genomen een ernstige fout.
Hoe het ook zij, de indruk dien de wreedheid tegen
een zwakke minderheid heeft gemaakt, is inderdaad
verpletterend geweest. In confessioneele kringen
wordt, naar het ons voorkomt, het gevaar dat de
Christelijke en Roomsch-katholieke godsdienst van
de zijde van het nationaal-socialisme bedreigt, nog
steeds pnderschat: de reactie op de gebeurtenissen
had, ook in ons land, sterker kunnen zijn. In de
Vereenigde Staten is de stemming tegen Duitschland
uitermate fel geworden het spionnageproces
heeft zijn uitwerking niet gemist . De Berlijnsche
gezant is in feite teruggeroepen. De regeering over
weegt verstrekkende maatregelen. Dit alles hangt
ook samen met de intensieve campagne die de
Vereenigde Staten in Midden- en Zuid-Amerika
voeren tegen de as Rome?Berlijn?Tokio, een
campagne die voorloopig bekroond zal worden op
een pan-Amerikaansch, in werkelijkheid tevens
anti-Duitsch-Italiaansch en -Japansch congres, dat
op 9 December a.s. geopend zal worden.
Voor Chamberlain zijn de Jodenvervolgingen een
persoonlijk echec om een zwak woord te ge
bruiken. Hij kan zich moeilijk achter het argument
cv ....
aSMnter ie in aantocht .
miÏH'tcu ...
f II jorgc men tioot 'n $
en Hnlrlenï» g(a$ luijn!
JUn^retbam f., ^cmngracfif 338, 5cl. 31040
Prijscourant wordt gaarne toegezonden !
DE GRENZEN DICHT?
MET instemming heeft de regeering kennis
genomen van de meening van hen, die van
oordeel zijn, dat redding uit den
hedendaagschen chaos alleen te verwachten is van de
Christelijke beginselen of gelijk op een andere
plaats wordt gezegd, van een zich buigen voor de
goddelijke wet, ons in de Heilige Schrift geopen
baard." Zoo staat het in de zoojuist verschenen
Memorie van Antwoord aan de Tweede Kamer
betreffende de begrooting van buitenlandsche za
ken. Het schriftuur vervolgt: Naast voorbeelden
van geloofsvervolging, als voor kort in onzen tijd
niet meer mogelijk werden geacht, van een zedelijke
verwildering, die twijfel doet rijzen aan het voort
bestaan van onze beschaving, valt in de wereld een
geestelijke herleving te bespeuren, waarin het gloren
van een betere toekomst wellicht mag worden ge
zien. Het streven naar geestelijke herbewapening
is hiervan een uiting."
Heeft een regeering die deze woorden schreef,
het moreele recht om de grens gesloten te houden
voor in doodsnood verkeerende vluchtelingen?
verschuilen, dat het uitsluitend Julius Streicher is
die voor de uitspattingen aansprakelijk mag worden
gesteld. Streicher wordt door Göbbels en Hitler
gedekt. Van persoonlijke toenaderingspogingen van
den prime minister" tot den rijkskanselier zal
voorshands waarschijnlijk weinig komen. De
tusschentijdsche verkiezingen die deze week in Enge
land gehouden werden, zijn overigens geen groote
nederlaag voor de conservatieven geworden: zij
zitten nog steeds vast in het zadel, ondanks
menigen tegenslag. Ook in de conservatieve partij
zélf groeit echter de door Eden e.a. geleide oppositie
tegen den pro-Duitschen Chamberlain. Toch durven
wij niet te veronderstellen dat de toenadering
tusschen Londen en Berlijn, thans stellig vertraagd,
blijvend van de baan is. Het ontwikkelingsproces is
slechts geremd, vreezen wij. Stellig, de publieke
opinie is, zeker in een democratisch land als Enge
land, van groote beteekenis, en deze publieke opinie
heeft zich ondubbelzinnig tegen het Nazi-dom uitge
sproken. Samuel Hoare is indertijd door deze
publieke opinie weggevaagd. Maar is deze zelfde
Samuel Hoare niet thans weer n van de big
four", n van de leden van het inner cabinet",
dat, getuige de gebeurtenissen in September, recht
streeks beslist over den gang der Britsche politiek?
Men moet, algemeen uitgedrukt, juist vreezen dat,
ook door de huidige verontwaardiging, tenslotte
minder reëels gedaan zal worden ten behoeve der
Duitsche Joden, dan wel wenschelijk is. Velen zijn
verontwaardigd zeker. Maar hoevelen daarvan
zullen niet meenen dat zij met verontwaardigd-zijn
reeds voldoende hebben gepresteerd? De werkelijke
nood begint pas over een maand, als er geen hart
verscheurende reportages meer worden geschreven.
De zaak der Duitsche Joden kan, wil zij volledig op
gelost worden, slechts internationaal worden geregeld
hetgeen voor ons geen argument is, dat Nederland
zich niet tot het uiterste moet inspannen om in het
lot der zwaargetroffen menschen verlichting te
brengen. Juist op internationaal gebied wordt
echter minder gedaan dan mogelijk en wenschelijk
is. De eene mogendheid verschuilt zich achter de
andere.
Terwijl de zaak, waarover het gaat, geen uitstel
duldt.
ledere dag beteekent de dood van tallooze
menschen.
Reynaud's plan
DE banken hebben den strijd gewonnen.
Het einde van het Volksfront, nu ook per
brief aan de socialisten en communisten door de
radicalen aangezegd, beteekent tegelijkertijd den
terugkeer tot de economische politiek van de re
geeringen Laval en Doumergue: consequente
deflatie. Deflatie immers is het thema dat door de
decreten van Reynaud, Zondagavond j.l. bekend
gemaakt, in tal van variaties wordt uitgewerkt. De
indirecte belastingen worden belangrijk verhoogd:
koffie, suiker, wijn, tabak en sigaretten zullen
duurder worden; de tarieven van de spoorwegen en
de metro gaan de hoogte in, evenzoo die van de post.
Van alle beroepsinkomsten wordt een extra-heffing
van 2 pCt. geheven; door deze en andere maatregelen
wordt het progressiviteitsbeginsel bij de belasting
heffing verzwakt. Zoo wordt een
belastingplafond" geschapen van 50 pCt., hetgeen de zeer
hooge inkomens relatief bevoordeelt. Bij de spoor
wegen worden veertigduizend arbeiders ontslagen.
Den oud-strijders wordt verzocht, een gedeelte van
hun pensioen op te geven. De dertig milliard frs., die
door de herwaardeering van den goudvoorraad vrij
komen, worden gebruikt, niet voor openbare werken
ten bate van de werkloozen en het geheele bedrijfs
leven, maar voor de aflossing van de schuld van de
schatkist bij de Banque de France".
Dit alles beteekent voor de bevolking als geheel
een belangrijke stijging van de kosten van levens
onderhoud. De inkomens dalen, weliswaar niet
nominaal, maar wel reëel. Aan den anderen kant
wordt van de arbeiders een grootere arbeidsprestatie
verwacht: de veertigurenweek is losgelaten. Aldus
hoopt Reynaud de jaarproductie te vergrooten, het
deel daarvan dat den arbeiders direct en indirect
toevalt, te verkleinen en op deze wijze de winstmarge
der bedrijven omhoog te voeren. Hiervan zal weer
het gevolg zijn, hoopt hij, dat het naar het buiten
land gevluchte kapitaal, op grooter profijt rekenend,
weer in Frankrijk belegging zoekt. Het Congres van
het Fransche Vakverbond heeft zich tegen dit
deflationistische plan uitgesproken. De arbeiders",
zei Jouhaux, zullen graag offers brengen ter ver
hooging van de welvaart des lands, mits deze offers
echter gecompenseerd worden door offers van de
zijde der kapitaalbezitters". Ook Blum heeft een
felle oppositie tegen de plannen van Reynaud aan
gekondigd. Inmiddels bestuurt de regeering het land
per decreet. De moeilijkheden zullen echter weer
acuut worden, wanneer de termijn waarvoor haar
plein pouvoir" is gegeven, afgeloopen is. Opnieuw
zal de parlementaire strijd ontbranden. Of het deze
regeering, of het een regeering-Reynaud door
velen thans verwacht , dan wel een geheel
andere is, die den tegenstand der arbeiders-oppositie
zal overwinnen, kan men niet voorzien. Het lijkt
echter waarschijnlijk, dat de oppositie de
overwinningspalm niet zal wegdragen. Het huidig
kabinet is, vermoeden wij, slechts de overgang van
een Volksfront-kabinet naar een kabinet met sterk
rechtschen inslag.
Veertien mannen
DE critiek die twee weken geleden door de
Negenmannen geuit is tegen het financiëele en
economische beleid der regeering is niet onweer
sproken gebleven. Veertien deskundigen op econo
misch gebied, waaronder zeven professoren, hebben
in een adres aan minister Colijn, waarschijnlijk
opgesteld door den eersten onderteekenaar, prof.
Limperg van de Universiteit van Amsterdam, de
conclusies der Negenmannen weerlegd. Vooraf deze
opmerking: het is merkwaardig hoe de pers in het
algemeen dit keer heeft gereageerd. Toen de
Negenmannen sommigen hunner leiders van banken
die onder hun beheer gereorganiseerd moesten
worden de regeering aanvielen: uitvoerige arti
kelen, sensationeele koppen, overvloedig commen
taar. Nu veertien personen, elk met een klinkenden
naam hetzij op wetenschappelijk, hetzij op practisch
gebied, hetzij op beide gelijk prof. Goudriaan ,
openlijk stelling kiezen tegen den theoretischen
grondslag waarvan de Negenmannen uitgingen, en
de conclusies waartoe zij kwamen: nu vindt men
er in vele bladen nauwelijks van gerept.
Men kan, wanneer men het genoemde adres der
Veertienmannen leest, door tal van dagbladen
onvoldoende weergegeven , slechts tot n con
clusie komen, wat betreft hun critiek op de Negen
mannen: vernietigend. De bezwaren van de heeren
Crena de longh c.s. tegen de begrooting worden
uitvoerig weerlegd; de negativiteit van hun lakende
opmerkingen wordt afgekeurd in even hoffelijke als
scherpe bewoordingen; de heeren Limperg c.s. con
stateeren dat de Negenmannen in feite de werkloozen
aan hun lot willen overlaten; de conclusie der
Negenmannen dat openbare werken improductief
zouden zijn, wordt gewogen en te licht want
sterk subjectief bevonden: Het meerendeel van
de publieke werken, welke het adres der Negen
mannen op het oog heeft en waarvan het de uit
voering wil achterwege laten, is productief in den
economischen zin van het woord, ook wanneer zij
niet in den vorm van retributiën een bate afwerpen
voor de schatkist", concludeeren de heeren Lim
perg c.s. Zij bestrijden voorts op heldere wijze de
deflatie-politiek die door de Negenmannen wordt
voorgestaan: deze politiek zal de rentabiliteit der
bedrijven allerminst op de gewenschte wijze ver
grooten. De maatregelen van de Negenmannen",
aldus waarschuwen zij tenslotte, zullen ertoe
leiden, dat hetgeen wij aan bedrijvigheid hebben
behouden, nog verder zal inschrompelen".
Vriendelijk oordeel !
PAG. 6 DE GROENE No. 3207