De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1938 26 november pagina 19

26 november 1938 – pagina 19

Dit is een ingescande tekst.

,?.«« mij bij mijn kraag: Hoe kun je naar die menschen gooien l Nietsnut, lummel!" schreeuwde ze. Ook de andere jongens draaiden zich om. En de mannen in bont en de vrouwen met theeketels draaiden zich om.-De stem van mijn grootmoeder moet wel geklonken hebben als een bazuin van het Laatste Oordeel. Nog Steeds hield ze mij aan mijn jaskraag vast en sleepte me tot vóór de wonderlijke reizigers in bontjassen; daar stonden ze, acht menschen op een rijtje. Neem je pet af, jongen !" zei mijn grootmoeder. Voor ieder apart." Ik weet nog precies dat ik toentertijd een schoolpet droeg van groen laken met een smal gouden biesje. Neem je pet, af, jongen!" herhaalde m'n groot moeder. Dat zijn menschen, die voor hun over tuiging gevochten hebben en nu worden vervolgd ! Dat zijn emigranten !" Ernstig en plechtig sprak ze dat laatste woord uit. Daar grootmoeder het was die dat zei anders zoo'n goedmoedige en vroolijke vrouw werd ik ook plotseling plechtig gestemd. Voor elk der acht reizigers trad ik naar voren en nam voor ieder apart diep mijn pet af, zooals men het anders alleen maar voor een vorst doet of voor een doode. Ook de andere jongens, voor zoover ze een pet ophadden, namen die zwijgend af. MAAR grootmoeder noodigde de acht reizigers uit, om, na zich in de herberg wat opgeknapt te hebben, bij haar het avondeten te gebruiken. Ik moest ze tot gids dienen. Er waren twee stokoude mannen bij, die hijgend en met moeite meekwamen. Grootmoeder had in de goede kamer, waar de piano stond, gedekt. Haar mooiste damasten laken op tafel. Ze had nog eigen gebakken koeken, koffie stond opgediend in de groote zilveren koffiekan, de zilveren messen met proceleinen heften lagen op de servetjes. Zij had ook den anderen jongens opge dragen zich te wasschen, schoone blouses aan te trekken en terug te komen. In het begin waren we allemaal nogal verlegen. Van de vreemdelingen spraken er maar twee Duitsch, namelijk de oude man met de bontmuts en een vrouw. Zij vertaalden voor de anderen. Want groot moeder heette den vreemden vluchtelingen hartelijk welkom; zij vroeg nogmaals verontschuldiging voor het kwaad, hun aangedaan door haar kleinzoon (dat was ik) en de andere jongens, die ook niet beter wisten. Ze vertelde, dat ongeveer 60 jaar ge leden haar ook iets dergelijks was overkomen. Ze was een meisje van 10 jaar, toen de Badensche vechters voor de vrijheid de Rastatters waar onder zich ook haar vader bevond, voor de Pruisen moesten vluchten. Men had hen als honden opge jaagd. Ook haar ouders moesten uit hun tehuis vluchten. Er bleef hun geen andere keus dan Zwitserland", vertelde grootmoeder; ,,in dien tijd stonden aan den Zwitserschen kant van Konstanz en Lörrach honderden burgers van dit vrije land, die hen opwachtten, menschen uit Basel en zoo. En toen ze dan met hen door de streken trokken, stonden overal de menschen in de straten en namen den hoed af. Maar nooit zullen ze vergeten, hoe op de brug over den Rijn in Basel een man met een kleinen jongen met hen meeliep. Deze man legde met een vlug gebaar de kleine hand van den jongen in de groote van mijn vader, en zei tegen hem: Maxje, geef dien man een hand ! Dat is een man, die voor zijn vrijheid gevochten heeft, een emigrant! Wensch hem Grüssgott!" De kleine jongen zei: Grüssgott, man !" Mijn vader tilde hem op, kuste hem en zei: Iedereen kan het worden, maar ik hoop het voor jou niet". Nu werd ook de oude man met de bontmuts wat spraakzamer. Hij vertelde, dat zij ook net uit Zwitserland kwamen, ook over Basel waren gereisd, de Rijn af, en voordien uit Rusland waren wegge gaan, en dat ze naar Amerika wilden gaan. Hij bedankte grootmoeder voor haar gastvrijheid, ook uit naam van zijn vrienden, die als dank een paar Russische liederen wilden zingen. En toen zongen ze. Buiten voor het raam ver zamelden zich de menschen, de linden geurden, de Rijn kabbelde verder, grootmoeder liep af en aan naar het raam, waar nu de heele straat vol menschen stond. Het zijn emigranten ! Uit Rus land ! Ze reizen naar Amerika !" zei ze opgewonden. De menschen die het dichtst bij stonden hadden het gehoord en gaven het door, terwijl de vreemde liederen door het open venster klonken. Het geheel heb ik in mijn herinnering als iets bizonder plechtigs bewaard, alsof de menschen zelfs op straat heel stil en peinzend waren terwille van deze acht menschen, die om hun overtuiging als vluchtelingen van land tot land moesten verhuizen. En nog steeds hoor ik (hoewel tegenwoordig wel wat van verder af) de booze, eerbiedwaardige stem van mijn grootmoeder: Neem je pet af, jongen! Voor ieder apart!" FRIEDRICH WOLF PAG. 19 DE GROENE No. 32C8 Het zonnigste terras van Fransch-Zwitserland Dagelijks8 uren zonneschijn. Gezicht op de prachtige Dents-du-Midi en de Alpen van het Waadtland 8 schitterende ski-pisten, gemakkelijk bereikbaar met bergspoor, Funiski en Teleski. Voordeelige abonnementen voor alle transport middelen op 2000 M. slechts voor Fr. 1.?. Oefenterreinen in de na bijheid van het Hotel. Baan voor schaatsenrijders groot 16.000 NP-'. HOTEL MUVERAN 15O BEDDEN HOTEL BELLEVUE VILLARS-PALACE 25O BEDDEN 1OO BEDDEN Keuken met Fransche chefs. Pensionprijs van af Fr. 12. Voor inlichtingen schrijven aan den Heer R. LENDI, Directeur. Sectie H NIEUWE SKI-LIFT NAAR DE GROOTE TRAININGSVELDEN! Met den Parsennspoorweg kunnen thans tweemaal zooveel reizigers als vroeger vervoerd worden! Groote ijsbaan met gelegenheid voor Hockey- en Curlingsport. Hotel Silvretta Grand Hotel Vereina Eerste klasse huis, bekend door zijn In elk opzicht het iste klasse Familietraditioneele Bündner gastvrijheid. hotel voor de elite der uitgaande wereld. 200 Bedden. 200 B^ddpn. f3.90 Menschen in de schaduw" mag men een merkwaardige verschij ning heeten, een van cultureel belang, een eere-boek, een hulde. In 10 artikelen, elk geschreven door een bij uitstek deskun dige, worden 10 personen behandeld, die stuk voor stuk op hun terrein belangrijke figuren zijn geweest en die niettemin voor de wereld niet voldoende tot hun recht zijn gekomen, die zooals onze titel het zoo juist uitdrukt in de schaduw zijn gebleven. Het is medewerkers en uitgeefster een eer, ze op deze wijze in het volle licht te brengen. MEDEWERKERS: H. Th. de Booy (Kerels van de kust) o Dr J. A. H. J S. Bruins Slot (Mr L. W. C. Keuchenius) 0 Prof. Dr F. C. Gerretson (Graaf J. v. d. Bosch) 0 A. M. W. J. P. Hammacher (Willem Witsen) 0 Dr K. Heeroma (G, F. Has pels) o Ds W. A. Hoek (J. W. Swaan) o A. van Hoogstraten-Schoch (Freule Anna Teding van Berkhout) A. Hijmans, arts (Dr. S. R. Hermanides) o Wouter Paap (Carl Smulders) <> Mr N. Stufkens (Zendeling Bink) fraai gebonden en met vele portretten geïllustreerd Elke goede boekhandel heeft het. Het is een uitgave van D. A. DAAMEN'S Uitgeversmaatschappij N. V. 's-G ra ven ha ge

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl