Historisch Archief 1877-1940
^ ? /
<=U-)mt^ck
% 7 A hetgeen wij de vorige week over het
vraagI V stuk van de vluchtelingen hebben geschreven,
* " is er helaas nog niet veel voortgang gekomen
in deze aangelegenheid. Een commissie, bestaande
uit de heeren F. J. W. Drion, mr. dr. G. J. van
Heuven Goedhart en mr. G. C. M. van Nijnatten
heeft een onderzoek ingesteld naar de practijk der
toelating, en daarover een uitgebreid rapport gepubli
ceerd. Zij bepleit daarin dat voor gevallen waarin
ernstig levensgevaar bestaat en zijn dat niet de
meeste? tijd en gelegenheid moet voorden geschapen
tot nauwkeurig onderzoek van elk afzonderlijk
geval. Een doeltreffend middel ware het oprichten
langs de grens van barakken, waarin achtervolgden
die over de grens komen en tot wier onmiddellijke toe
lating niet kan worden overgegaan, voor enkele
dagen onder bewaking zouden kunnen verblijven,
tot tijd en wijle de daartoe ingestelde comité's in
contact met de plaatselijke autoriteiten een onderzoek
zouden verricht hebben. Thans is echter de toestand
zoo, dan niet dan met de grootste moeite en na uren
lang aandringen in een enkel geval bereikt wordt
dat de onmiddellijke terugzending, die de instructies
voorschrijven, gedurende een zeer korten termijn,
doorgaans van slechts enkele uren, bij hooge uitzon
dering van n dag, wordt opgeschort. Het rapport
documenteert deze mededeeling met de concrete
beschryving van niet minder dan elf gevallen van
terugzending of niet-toelating, met fatale gevolgen
voor de betrokkenen.
Naar aanleiding van dit rapport heeft het Tweede
Kamerlid mevrouw Mackay-Katz zich met schrifte
lijke vragen tot den minister van justitie gewend.
Van het beschikbaar stellen van gebieden, het
mitigeeren der grensregelingen of andere resultaten der
intergouvernementeel besprekingen is intusschen tot
nu toe niets naders vernomen. En elk uur, elk
oogenblik maakt nieuwe slachtoffers van deze traagheid in
tempo en ..... ,traagheid des harten" f
TTAN particuliere zijde echter worden met
bekwa" men spoed offers gebracht. De te 's-Gravenhage
gevestigde Jewish Colonisation Society heeft een
kapitaal van vier millioen gulden bijeengebracht als
basis van de totaal benoodigde middelen. Naar men
weet is haar doel, duurzame immigratiemogelijkheden
ook buiten Palestina te openen. In een persgesprek
heeft het bestuur van genoemde organisatie verklaard,
dat de leiders van de Zionistische beweging te Londen
met deze plannen hun instemming hadden betuigd.
In een persconferencie te Amsterdam heeft evenwel
de heer Hoss, vice-burgemeester van Tel Aviv, gezegd
dat de Zionistische organisatie afwijzend staat tegen
over kolonisatie in andere gebieden dan Palestina,
omdat deze voor directe hulp volstrekt onmogelijk is.
Waarschijnlijk als een soort van antwoord op het
in den aanvang van dit artikel genoemde rapport,
heeft onder leiding van den regeeringspersdienst de
secretaris-generaal van het departement van Justitie,
mr. J. R. M. van Angeren, op een persconferentie een
uiteenzetting over het vluchtelingenvraagstuk gegeven.
Toegelaten, zoo verzekerde deze autoriteit, worden de
Als GRIEP dreigt
Hondenweer
AFLUKIN weer!
Neemt tijdig ARUKIN. Het voorkomt
Griep - Verkoudheid - Influenza.
Prijs 50 cent per buisje. Bus van
1000 pillen f. 6.50.
Btchl den naam AFLUKIN op elk pilletje.
AFLUKIN
verkrijgbaar bij a f Ie apothekers en drogisten
vluchtelingen
naaste familieleden van reeds in ons land vertoevende
Duitsche Joden, degenen die bij familie kunnen wor
den opgenomen onder voldoenden waarborg voor hun
verzorging. Voorts zij, die rechtstreeks doorreizen
naar een ander land waar hun blijvende toelating is
toegestaan. (Maar waar is dat land, behalve voor de
enkelen die Palestina binnen mogen? Redactie).
En ten slotte de uiterste noodgevallen". Wat die
uiterste noodgevallen dan wel moeten zijn, vraagt men
zich ontzet af als men van de elf in het rapport-Drion
c.s. beschreven gevallen heeft kennis genomen.
MR VAN ANGEREN maakte er nog melding
van, dat na 7 November 2500 volwassenen zijn
toegelaten en .... 130 (zegge honderddertig !) kin
deren ! In den loop van zijn verklaring deelde
hij voorts nog mede, dat op zijn departement dag
en nacht in deze aangelegenheid wordt gewerkt.
Wij verheugen ons uiteraard erover, dat de enorme
beweging ten gunste van een ruimere toelating, o. a.
zich uitend in tallooze adressen, requesten,
petitionnementen uit alle lagen en groepen der bevolking
van alle gezindten en (op n na) alle richtingen,
blijkbaar niet heeft nagelaten weerklank te vinden
bij de regeering. Zoo sterke afschuw van wat ten
oosten van ons land plaats vindt leeft in de massa,
dat de burgemeester van Rotterdam uit vrees voor
ordeverstoring den Duitsch-Nederlandschen voetbal
wedstrijd moest verbieden. Deze algemeene reactie
van het publiek moet der regeering wel tot steun zijn
bij de maatregelen die zij nam en, naar innig te
hopen is, nog op grooter schaal zal nemen. Ook stemt
het tot voldoening, dat de minister-president dr.
Colijn voor de radio in treffende bewoordingen de
nationale inzameling ten behoeve der uitgewekenen
heeft aanbevolen.
Maar toch; dit alles is verregaand onvoldoende
in vergelijking van wat men zou mogen verwachten.
De tijd dringt. Geen oogenblik mogen de verant
woordelijke bewindslieden vergeten zij het met volle
in acht neming der voorzorgen voor de eigen bevolking
dat op datzelfde moment nieuwe, tal'.ooze slacht
offers van hen de eenige redding, lijfsbehoud en
uitkomst wachten.
Een boek van
Prof. Huizinga
EEN nieuw boek van prof. Huizinga is een
evenement. Daarom willen wij hier de aan
dacht vestigen op het groot opgezette werk,
dat zoojuist van zijn hand verschenen is: Homo
Ludens, Proeve eener bepaling van het spel-element
der cultuur".
Huizinga ziet het spel-element als het wezen
der menschelijke beschaving. Dit inzicht is reeds
in 1903 in zijn geschriften aan te treffen. Hier dan
is deze gedachte in den breede uitgewerkt, en gedo
cumenteerd met alle eruditie die, naast den
meeslependen stijl, het werk van dezen kunstzinnigen
geleerde zoo boeiend maakt. Want die eruditie
vindt men nergens overbodig of om haar zelfs wil
getoond; zij dient slechts als staving van het heldere
en belangwekkende betoog.
NIET in de eerste plaats psychologisch of
ethnologisch heeft de schrijver het spel be
schouwd, maar bovenal cultuurwetenschappelijk.
Hij behandelt achtereenvolgens aard en beteekenis
van het spel als cultuurverschijnsel; conceptie en
uitdrukking van het begrip spel in de taal; spel en
wedijver als cultuurscheppende functie; spel en
rechtspraak; spel en krijg; spel en wijsheid; spel
en poëzie; de functie der verbeeldng; spelvormen
der wijsbegeerte; spelvormen der kunst; beschavin
gen en tijdperken sub specie ludi; en ten slotte het
spel-element der hedendaagsche cultuur. Er is
schier geen aspect van het menschelijk leven, dat
niet van dezen nieuwen, verrassenden gezichtshoek
uit in dit werk wordt behandeld.
Toch heeft dit ge3n eenzijdigheid ten gevolge.
Met de voorzichtigheid en het voorbehoud van den
wetenschapsman heeft Huizinga vermeden, het
terrein van de vaststaande feiten te verlaten.
Behalve wellicht in het religieus gestemde slot,
waar de ethische normen gesteld worden als het
eenige gebied, waar de onderscheiding spel of ernst
geen toegang meer heeft.
PAG. 4 DE GROENE No. 3209
Sint Nicolaas
Over gelegenheidspla
L. J. JORDAAN
ONDER gelegenheids-caricaturen" verstaat
de beroepscartoonist de jaarlijks
terugkeerende prenten, die door een onverbidde
lijke traditie aan bepaalde kalendergebeurtenissen
vastgeklonken zijn. Het kenmerk van deze pro
ducten is, dat zij den teekenaar in de grootst moge
lijke ongelegenheid plegen te brengen.... vandaar
waarschijnlijk de naam !
Want dit even strenge als ritueele gebruik houdt
niet de minste rekening met inspiratie, omstandig
heden of redelijkheid: het is Sinterklaas of het is
Kerstmis en dus moet er een Sinterklaas respec
tievelijk Kerstprent gefokt" worden. Waarom?....
Daarom ! Sla welken ouden jaargang van welk
tijdschrift gij wilt, op en de historie zal u bewijzen
dat het altijd zoo geweest is ergo: dat het altijd
zoo behoort te blijven.
Intusschen brengt iedere occasie zoo zijn eigen
moeilijkheden mee. Sinterklaas onderscheidt zich
door de ietwat hinderlijke omstandigheid dat het
halve gelaat van dien heilige in een weelderigen
baard schuil gaat terwijl zijn gebenedijd hoofd
bovendien steeds door een mijter gekroond wordt.
Zoolang de kindervriend zelve optreedt is dit
natuurlijk geen bezwaar maar voor de uiteraard
talrijke travesti-gevallen schept het vaak onover
komelijke moeilijkheden. Waar moet de teekenaar
een passabele gelijkenis vandaan halen, wanneer
de praegnantste karakteristieken (mond, kaak, kin,
voorhoofd en haar-inplanting) aan het oog ont
trokken zijn? Wat moet er van een Colijn terech
komen zonder de rechtzinnige lippen en het fameuze
haar-plateautje ? Wat van een Mussolini zonder
worstelaarskin wat van een Mussert zonder
Napoleonslok? Om van den goeden Sint met een
Hitler-snorretje nog te zwijgen.... ! En je kunt den
eenigen geboren Sinterklaas onder deze ministers
toch niet overal met den baard bij-sleepen ! Overi
gens stelt de vertolking van Zwarte Piet geen
geringere problemen gezien 's mans negroïde
kenmerken. Met dankbaarheid gedenkt dan ook
de politieke teekenkunst den tijd, toen Excellentie
Oud deze zware rol met gratie op zich nam.
Tegen Kerstmis en Nieuwjaar wachten den tee
kenaar weer andere obstakels. Daar is om te be
ginnen het verraderlijke seizoen. Een Kerstprent
zonder sneeuw is nu eenmaal hazepeper zonder
haas maar zelfs de koenste onder ons siddert,
wanneer hij de blanke ongereptheid van zijn sereen
winterlandschap aan de kiosken ziet bungelen in
een druiligen motregen. Ernstiger zijn echter nog
de moreele bezwaren van de altijd weer
terugkeerende onveranderlijke motieven. Steller dezes
Zoo jtiist verschenen:-.
Dr. P. J. BOUMAN
Van Renaissance
tot Wereldoorlog
VIER EEUWEN EUROPESE
CULTUURGESCHIEDENIS
Ing. / 3-75 - Geb- / 4öo
Hei terugzien op het verleden
kan het begrip scherpen voor
de culturele mogelijkheden der
naaste toekomst."
Bestelt dit boek nog heden !
bij Uw Boekhandelaar
H. J. PARIS - UITGEVER