De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1938 17 december pagina 28

17 december 1938 – pagina 28

Dit is een ingescande tekst.

ESTORIL. Portugal. IDEAAL WINTERVERBLIJF aan de Portugeesche Zonnekust nabij Lissabon. Gem. wintertemp. 53°Fahr. Zeebaden het geheele jaar. Casino (roulette, baccara), Golf (18 holes). Goede verbinding per ROTTERDAMSCHE LLOYD, dagel. trein Parijs-Lissabon en Luft hansa. Intern, telefoon. In geheel Portugal heerscht absolute rust. Eerste rang hotels en pensions naar ieders beurs en smaak. Inlichtingen bij: Soc. Prop. Costa do Sol, Estoril, Portugal en Irisstraat 154, Den Haag. GRAPHOLOGIE Handschrift Analyses op wetenschappelijke grondslag (karakterbeoordeeling, zakelijke be kwaamheden enz.). Ia. referenties. J. KATER. Amsterdam, Merwedepl. 46. Tel. 95609 orae tune 0*T IN MINIMUM VAN TIJD ... CONSTATEERT DE GEBREKEN «M"*. TELEFOON COMPRESSIE \41435/ KIEPPEN ONTSTEKING ARBURATIE EMX: BUREAU VOOR AUTOMO BIEL ECONOMIE SPAARNDAMMËRSTRAAT 94 W HOOF b* glas mijn. ts: D Voor KERSTMIS raden wij U aan: Bij Kalkoen: EGRI BIKAVÉR 1929 F l .50 Bij Plumpudding: TOKAJI FURMINT 1926 F 1.60 Voor OUD en NIEUW moet U eens een proef nemen met: CSOPAKI 1933 F l 40 DES FURMINT 1930 F l 50 FRANCOIS: BATTHYANY BRUT F 2 40 X En als goede dagelijksche tafelwij'n kunnen wij U recommandeeren: VISONTAI VÖRÖS 1931 (rood) F l 05 BAKATOR 1932 (wit) F 1.10 Bcrrnigrncljt 338 «clcfoon 31040 Prijscourant wordt gaarne toegezonden Adverteeren... doet verkoopen ! Circusleven en circusmen Het festival in het RAICIRCUSLEVEN, Circusmenschen! Wat weet het publiek ervan? Niets ! Even weinig eigenlijk als van het leven van den postbode, waar voor het publiek zich niet interesseert, al is het in zijn soort natuurlijk even interessant als dat van een circusartist, als men de facetten er maar van van weet te vinden. Wat een drama kan achter een weggeraakten brief zitten in het eentonige leven van een post bode. Voor hem kan het tenslotte even belangrijk zijn als het scheuren van het net onder een troep trapezewerkers in een circus. Amsterdam heeft thans tijdens den Kersttijd we r een circus binnen zijn muren. Ondernemende landgenooten hebben het plan opgevat een nationaal Nederlandsch Circus in exploitatie te gaan brengen en het Internationaal Circusfestival in het Raigebouw moet den vuurproef vormen. Men heeft als voorbeeld genomen het beroemde Na tionaal Circus Knie in Zwitserland, den wintersportliefhebbers wel bekend, en voor den openingstijd heeft men den Decembermaand gekozen, zonder twij fel in navolging van de reeks circus voorstellingen in groot formaat, die rondom Kerstmis steeds in de Olympia Hall te Londen worden gegeven door het beroemde Bertram Mills circus, welks stichter, die de beste relaties had in de hoogste Engelsche kringen, kort geleden overleden is. Op het program ma staan namen van beroemde Europeesche circusdynastieën, Carré, Knie en Sarrasani, en dit geeft den vakman vertrouwen. Circusdynastieën: er zijn er niet veel meer ! T. Ikens lezen we in de vakpers, dat er weer een is heengegaan. De laatste was thans enkele weken geleden, de 84-jarige Therese Renz, die ondanks haar hoogbejaardheid tot het laatste nog optrad met haar schoolpaard, en als ze in het zadel zat nog den indruk wekte van een amazone van middel baren leeftijd. Therese Renz, die nooit aan een ander de verzorging van haar twee paarden wilde overlaten, werd te Berlijn begraven. Het muziekkorps van het groote Circus Krone, dat toe vallig te Berlijn speelde, zorgde voor muziek bij haar laatsten gang en haar schoolpaard ging in den stoet mede en (is het een toeval of niet) hinnikte treu rig toen de kist in de groeve neerdaalde om Therese Renz eindelijk de rust te brengen, die deze rasartiste in haar moeilijk circusleven nooit had gekend, zooals niemand, die zijn leven opoffert aan het circusleven. WANT het circusleven eischt van den laagsten stalknecht tot den grootsten circuskoning-directeur, waar van b.v. Hans Stosch Sarrasani eens het prototype was, de volle persoon en nog meer. Het was een waar woord, wat Sarrasani eens zeide, toen hij in een van zijn wanhopigste momenten snik kend in zijn bureauwagen uitriep: Niet ik bezit een circus, maar het circus bezit mij!" Circusmenschen zijn de sla ven van hun beroep, maar ze zijn het graag en met een groot ? liefde voor hun vak. Er bestaat een gezegde in het cir cus, dat maar al te waar is: Ieder, die Artist Petsjek uit Praag vertelt P ETS J EK is in de geheele circuswereld thuis; hij zou er een kroniek over kunnen schrijven, die voor de circusgeschiedenis zeer belangrijk zou zijn. Maar hij doet 't niet: Circusmenschen praten graag over hun vak onder elkaar, maar er over schrijven voor ,,de burgerwereld" doen ze niet. Petsjek was eens een groot artist. Thans is hij bijna 70 jaar en reeds jarenlang het manusje van alles" van Sarrasani. Hij kent alle geheimen van het reusachtige menschen-, tenten- en wagen complex van dit wereldcircus en heeft eigenlijk de zorg over alles. Hij kent de vele honderden sleutels van alle wagens en kasten uit 't hoofd uit elkaar en des nachts ontmoet men hem altijd weer tusschen tenten en wagens als hij zijn rondgang maakt, met een grooten pijp in den mond. Anderen mogen niet rooken in het circus, maar niemand zou het wagen 't hem te verbieden. Zoo 's nachts na een prachtigen zomerdag vertelt hij graag urenlang, hangende tegen een wagen, of zittend op een disselboom van een der hon derden wit-groene wagens. En dan hoort men over de lotgevallen van dozijnen oud-collega's, over den goeden, ouden tijd en over zijn eigen leven: ,,Ik had een hang naar het trekkend leven en ben op een goeden dag met een circusje meegegaan als stalknecht, natuurlijk tegen den wil van mijn ouders, eerzame win keliers in Praag. Van stalknecht ben ik in een clowntroep terecht geko men, waarmede ik door geheel Engelsch-Indiëzwierf, als de man, die de klappen kreeg". En dan verveelde het me en ik kreeg zin in luchtwerk. In 't geheim oefende ik aan een rekstok, dien ik in mijn woonwagen had bevestigd, en toen ik op een goeden dag in een vakblad las, dat er een vlieger" gevraagd werd in een trapezenummer, heb ik 't er op gewaagd en ik had gelijk : 't ging ! Als de 4 Morrisons, de vliegende menschen, werkte ik meer dan 8 jaar in alle groote circussen ter wereld. In Lissabon dan, thans 24 jaar geleden, ben ik gevallen en verkeerd terecht gekomen in 't net, zoodat alles gebroken was en men mij als een vod heeft opgenomen en naar 't ziekenhuis heeft gebracht. En dan kwam na mijn herstel" de teruggang. Ik deugde niet meer als artist, m'n geld raakte op en ge ^n circusdirecteur wilde me meer engageeren, totdat eindelijk de grootste onder de Circusmenschen, Sarrasani, me als duivelstoejager bij zich hield. Ik ben er gebleven en heb z'n vertrouwen weten te winnen, zoodat ik er sleutelbewaarder" ben gewor den. En ik ben er een deel van den huisinventaris geworden. Op den inven tarislijst sta ik genoteerd onder de oudste pakwagens en als m'n tijd voorbij is, zal men een streep door mijn naam halen, zooals laatst door cassawagen 118, die verbrand is in Weenen." En dan steekt hij weer een versche pijp op en slentert met z'n houten been verder, om wér een rondgang te doen, misschien wel de tienduizendste van alle steden der oude en nieuwe wereld. Een circusmensch, die pech heeft gehad, maar die wijs genoeg is, om zich niet tegen zijn noodlot te verzetten. Circusmenschen zijn nu eenmaal philosophen. PAG. 28 DE GROENE No. 3211

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl