De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1938 17 december pagina 36

17 december 1938 – pagina 36

Dit is een ingescande tekst.

KU9N6 KRANT lichtpunt}* DE KLEKVE KRANT r DE KLEINE KRANT Het achterlichtje van De Groene T Een Hcbtnummer van de Kleine krant A» Klein*Krant, immer actief m vindingrijk, brtngt haar b talenden abonnis deze week een cftfnuMmèr. Verschillend* oOermegiagen hebben ons hiertoe be wegen. Allereerst wil het publiek in het huidige tijdvak nu eenmaal licht» ttaf, daar het andera «xrJgèpf naar de. lichtkranten. Maar dm ook achten wij het den p-licht aan een weekblad, dat zichzelf ntpecteert, het duister van dezen tijd heider tt belichten. En ten slotte wilden mij bij De Groene niet achterblijven, hoewel wij natvurKjksteeds achter bij DeGroene biljoen. BtoftenUnd *"^lE TOESTAND door pnf. mr. dr. Hendrik Opmercator T ANGZAMERHAND krijgt men de *?* overtuiging, dat de Italiaansche «*cben ««dg* vliegers waren, die 4wr den Ouoe maar eens opgelaten werden, 00» te kijken, boe Frankrijk ftaageerde. Frankrijk voelde »ch echter allicht ia geenen deete opgelaten. Iets «Men , of het in staat en bereid zal aijn, Itaite's overwinning in Spanje lagen te gaan. Dat ziet er donker uit. Duitsehiand probeert Litauen een beetje lichter te maken. En Polen moet ritjnUcht maar eens ie Rusland op gaan 4tken. Neen licht riet het er niet uit in de w*r*kL Totdat alles in lichtelaaie fltaati teit* """"" K MJFAVT f AH MOMOUNI :Stefam meldt uit Rome, dat de olifant van MuasoUni door den Duce g«wogen en te licht bevonden is. Hij moet nu met Ffansch krachtvoer bijfevoederd «orden. D« lichte muxe SCHIJVBNSCHOUW Op het gebied der lichte muze zijn Otter verschillende interessante platen uitgekomen, di» een bespreking overwaard zijn. Polydoor G. 334: Lichte Cavalier ie (Lichting '39); keerzijde: Liethauen Wort»" (Marsch). This Master*s Voice, M. 1038: Een aardige plaat; aan de eene zijde Osole mio"; aan den anderen kant: Mare nostro" (Marsch). Dieca F. 134: £5 leuchtet der Frieden" (Neoille); keerzijde: Ich hab mem' land in Godesberg verloren" (Ralph Benejski). Ook op het gebied der ernstige muziek veel interessants. Militdrmarsch" van Adolf en belangwekkende opnamen van Corsische vendetta-muziek en trommeldansen uit Tunis. UIT HET DIERENRIJK Kan JIJ fesforiseenn?" Engeland Het Londentche Persdiner Van onzen specialen afgevaardigde Hendrik. rpELKENJARE is het diner van de ?»? binnen- en buitenlandsche pers in Engeland een der hoogtepunten van den season", doch zoo schitterend en amu sant als het dit keer was, was het nog nooit. De aanwezigheid van den mi nister-president en de afwezigheid der Duitsche gasten was hier voor een groot gedeelte debet aan. Als vertegenwoordiger van Neerland's eerste weekblad, zat ik naast den vertegenwoordiger van Duitschland's derde rijk, den specialen afgevaardigde van Hitler, den heer Aschmann, die eveneens niet gekomen was. Een toepasselijke naam hebt u, meneer Asch-mann", begon ik het ge animeerde gesprek. Stilte. Nu ja," rei ik vergoelijkend, u hebt gelijk. Asch is verbrande turf. Maar," hield ik vol, hoe staat het met de Memelkwestie? Hoeveel zal uw Meester van zijn toezeggingen van geen territoriale eisenen" nu hou den?" Niets. Maar meneer Aschmann", zei ik verontwaardigd, u wil toch niet zeggen, dat Adolf H. den roep om vrede in de wereld niet hoort?" Geen antwoord. En de* Oekraïne, Polen en Litauen. Het kan toch maar niet, dat daar oor log om komt? Wat moet daarvan het einde zijn?" Doodsche stilte. Meneer Aschmann," zeide ik wan hopig tot mijn buurman, ziet u zelf dan niet in, dat de misdadige politiek van uw regeering...." Zwijgen. Aschmann, Aschmann, ik smeek je"; riep ik, laat ons niet allen redde loos verloren gaan. Gij zijt toch ook menschen.... ?" Toen begon Chamberlain zijn rede. Voor de vrouw JffEN vraag, die vele lezeressen mij ?" stellen, en die in het kader van dit lichtnummer zeer goed past i's: Lieve Henryette, hoe moet ik, als ik bezoek krijg, op mijn voordeeligst be lichten?" En daar deze rubriek alleen door vrouwen gelezen wordt, kan ik hier wel eenige intimiteiten verraden, die elke vrouw onweerstaanbaar maken. A. i. Heerenbezoek. Als u heerenbezoek krijgt moet u er voor zorgen, dat er niet te veel licht in de kamer staat. Geen man is zich zélf onder 2 millioen kaarsen. En dat willen wij toch immers niet, lieve lezeressen? A. 2. Damesbezoek. Zet op uw be zoekster een Jupiterlamp van 80 ampère en blijf in de schaduw. B. 2. Gemengd bezoek. Daar doet het er niet toe. Elk licht is goed, mits voldoende. C. i. Uitgaan. Veel aandacht moet u aan het licht besteden als u uitgaat. Uw avondjapon is op zich zelf duur genoeg. Laat dus thuis nergens het licht branden. Laat mannie dus even alle kamers in en uit loopen. D. 2. Fuifjes thuis. Als u thuis een van die losse, aardige kokteelpaarties geeft, is het licht volkomen bijzaak. Giïenryeffe De Kleine Krant l> h«t knlpoofanda lichtbaken van d* Nadarlandsch* JournalUtlak Neem 'n binnenaanvaringsabonnement Binnenland , HET LICHT DER VADERLANDSCHE POLITIEk Guichelaar over den toestand Het licht der Nederlandsche politiek, partijgenoot Chr. K. Guichelaar Jr., lid der ade Kamer der St. Gen., was zoo vriendelijk, onderstaand artikel voor ons te schrijven. OF ik een beschouwing over het Licht in de politiek" wilde schrijven, was de beleefde vraag van den hoofdconducteur van uw veelgeleende blad, mijn vriend, professor Opmercator. Natuurlijk wilde ik dat;, want allereerst is uw blad, waarvan ik de eer heb president-commissaris te zijn, mij uiterst sympathiek; maar anders zins is ook in den tegenwoordigen tijd" 'een ernstig woord van opwekking, mits komend van een staatsman met erkend gezag, zeer zeker niet misplaatst. Toen ik in 1922 mij voor het eerst met de politiek bezighield, door het insturen van een ingezonden stuk voor de rubriek: Meeningen van lezers", in het, sindsdien verdwenen, weekblad, Haarlemmermeerkwartier", over het, mijns inziens, te laat op Zaterdag leegen van de vuilnisbakken in de Tweede Jan Hengelstraat, van no. 22 (even zijde) tot aan het doodloopende stuk van het Bakkersveld, welk ar tikel met een zeer waardeerend schrijvan van den toenmaligen redacteur van genoemd blad aan mij geretour neerd werd, begreep ik, als met een helderziende intuïtie, bij tooverslag, wat in Nederland mijn taak en strijd zou zijn. Mijn vrouw trouwens ook. En aan mijn geliefde gade (mevrouw Annemarie Guichelaar?Janssen. Red.) dank ik in de eerste plaats, wat ik in ons dierbaar vaderland heb mogen worden. Het is immer verkeerd, zich op zijn gaven te laten voorstaan. Ik doe dat dan ook niet. Maar het zou een mis dadig tekort aan verantwoordelijkheids besef zijn, als ik niet hier duidelijk naar voren bracht, wat mijn arbeid in de Tweede Kamer der Staten Generaal van ons dierbaar Neerland voor volk en regeering beide beteekent; van welk een eminente waarde ik dit zelf acht, is hier natuurlijk volkomen irre levant (van nul en geender waarde). De geschiedenis zal richten! Dat is mij een voldoende belooning voor lichtende opoffering en hoogstaande zelfverloochening l w.g. GUICHELAAR, CHR. K. JR. Inlichtingen Vertrouwelijke vragenbus Mej. H. 't H. te H. Inderdaad, lieve Hetty, zooals ik u maar heel familiaar zal noemen, uw geval is niet makkelijk. Ik zou u echter raden, in dit geval den lichtmatroos maar te laten varen. Allicht komt er een minder licht zinnig jongmensch. Jannetje G. te N. Het was heel verkeerd van u, beste Jannetje, dien pasfotograaf in de donkere kamer te bezoeken. U bent blijkbaar nog erg onontwikkeld of u hebt fixaties. Mej. H. T. te U. De man, die den meter op kwam nemen, kan nooit de directeur geweest zijn. Als ik u was, zou ik de politie er van in kennis stellen. Maar ik bén u niet. Jan P. Ik heb uit uw brief niet kunnen lezen, of het gaat over een lichtje of over een nichtje. Schrijft u nog even? Alle andere vragenstellers moeten een weekje wachten. Populair wetenschappelijke rubriek MET HEMELLICHTEN SPECTODIAQROSCOPISCH GEZIEN De oudere theorieën derFranscheprofessoren Lebrun en Fernand Dugras op hun waarde getoetst. Hun verwerping door den genialen Engetschman Sir Erton Juemth. De uiterst belang wekkende onder zoekingen van prof. Hooigras. Een poging tot theorieverklaring door professor dr. Opmerck, hoogieeraar in de Physische WeerHchtkunde aan de Universiteit te Schevenlngen. HET vereérend verzoek van de hoofdconducüe van De Kleine Krant, dat mij telefonisch gewerd, bracht mij eerlijk gezegd i) eenigszins in verlegenheid. Want een dergelijk althans voor leeken ingewikkeld onderwerp in korte zinnen te behandelen, is, vooral sedert de nieuwere theorieën van mijn waarden collega Schimburg te Leeuwarden, niet wel 2) doenlijk. Dat ik er tenslotte toch toe over gegaan ben, vindt zijn reden 3) in een klein boekje, dat mij dezer dagen toe vallig in de hand kwam 4). Plaatsgebrek gebiedt mij echter, op dit punt mijn beschouwing te onder breken. Ik kan dus nu nog niet spreken over de eigenlijke theorieën der Bliksemvorming" 5). Een vol gend maal hoop ik echter hierop uit voerig terug te kunnen komen 6). Noot i; eerlijk gezegd; ik was n.l. op dat moment niet thuis. De conductie moest mjj dus nog eens opbellen. Deze herhalingsdrang komt in hoofdzaak voor bij de ongeleede dieren en, als degeneratieverschijnsel, bij geamputeerde angorakonijnen, zonder dat dit hen echter blijkt te schaden. Vrglk. ook Prof. Heinrich Romsbach in zijn merkwaardige studie: Die Führer des III. Reiches'' pag. 234 en volgende en de belangwekkende noot op pag. 245, links onder. Noot 2 : Prof. Schimburg in Beschou wingen over Donder n bliksem" (Nederlandsch Tijdschrift voor Techniek en Krachtuitdrukkingen, 1923, bldz. 1522 en volgende) definieert den schildluis als volgt: een ongeveer 3 tot 35 centimeter lang huisje, met kop en staart en twee lichtgroene of violette oogjes, listig ver borgen achter een parasolletje, en met twee venijnige kaken of kaakjes; een uit gesproken vijand van den mensch, die hij steeds met zichtbare antipathie tegemoet komt. Dus heel anders dan ik reeds in 1911 sit venia verbo te Bussum in een lezing voor het Nut uiteenzette; zie Gooi en Eembode Maandag 13 Maart 1911, vierde kolom, tweede blad onder de advertentie van: Walsmit's Beter Schoenwerk". Noot 3: reden: vrglk. Besluit van den Minister van Onwijs, Klunsten en Weten schapen van 12 Juniari daaraanvolgende: wanneer ik reeden schrijf, heeft dat zijn reden" (Sic !). Noot 4: N.B. de rechterhand ! Dit ter onderscheiding van de linker. Zie ook de studie van mevrouw G. Holberg-Justerman: Is de mensch tweehandig? Zoo ja, waarom ? Zoo nee, dan niet!'' Noot 5.' Bliksemvorming" is dan na tuurlijk het populaire woord. Wetenschap pelijk zou het moeten heeten: Bliksemsvorming; maar dit is nauwelijks gebrui kelijk. Zie noot 3 en het belangrijke werk van den helaas te vroeg overreden collega Basdorp. Noot 6: Zie De Eventueele Kleine Krant van 28 Januari 1943. LICHT LACHT! LACHT LICHT! Abonneert U op De Kleine Krant De Groene cadeau! Draai de pagina om ! Daar staat de bon! PAG. 36 DI GROENE No. 3211

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl