De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1938 24 december pagina 46

24 december 1938 – pagina 46

Dit is een ingescande tekst.

HET EENI5STE MATEQIAAL.DAT VOLDOET AAN DE El S C HEN. W£LK£ IK AAN VLOEQEN ST£L / STELCON ANKERPLATEN m de drukken van de Haagsche Courant te Den Haag STELCON-BEDRIJFSVLOEREN voldoen aan ie eischen: sterkte, vlakheid, stofvrijheid en hygiërs. Toepassing van STELCON-VLOEREN beteeker, dat men een van de belangrijkste onderdeele. van zijn bedrijf zoodanig verzorgt, dat mer het verder kan vergeten, terwijl men bovendien nog vele transport-voordeelen incasseert. N. V. DE METEOOR DE STEEG Ciine OAT IN MINIMUM VAN TIJD -r CONSTATEERT DE GEBREKEN MWuW. .. 494M COMPRESSIE \4I435/ KIEPPEN ^ ONTSTf KING ARBURATIE ENZ; BUREAU VOOR AUTOMO BIL ECONOME SPAARNDAMMËRSTRA/94 Bezoekt de permanente tentoonstelling ceramiue Pottenbakkerij HET KRUIKJE" te Puttn. Werkdcmonstrattes dagelijks. Telefoorg. PERMANENTE TENTOONSTELLING ] MODERNE SCHILDERIJEN \ JOS. LUSSENBURG ? BOSCH WEG, NUNSPE1 VAN nn nieuwe kunstschool j Jet* voet Ui. Zie den bon op pagina 23 Nieuwjaar 1684 r ET is een oudt gebruyck, wanneer de Sonne de twaalf Teeckenen des Hemels jaerlijcx doorloopen heeft, dat men den anderen onderlinghen op 't aangevangen Nieuwe-Jaer, met minnelijcke beleeftheden en vriendelijcke civ iteyten kome te bejegenen: 't welck niet vervreemt zijnde van een pryselijcke burgerplicht, hebbe ich het geoordeelt van mijn plicht te zijn, dien selven wegh in te slaen, dat is: uw te begroeten met Een gelack enzaligh Nieuwe-Jaer; waer in kortelijck veel wenschen begrepen zijn. Ende send ick uw hiernevens een Relaes van 't remarquabelste dat ick in dese koude Maent hebbe geannoteert en aengemerckt, en 't gene ick waerdigh dacht om aen uw overgesonden te mogen wer?'"" Met deze hoffelijke en veelbelo vende woorden begint een pa.n,ti?* «;t het jaar 1684, dat.alsnieuwjaarswensch bedoeld, in werkelijkheid den lezer slechts wil onderhouden met enkele faits divers" uit den afgeloopen tijd, zoodat het pamflet heet: Den Gilanten Mercurius, Voort-brengende WonderlijckeGeschiedenissen, Deftige StaetsRedenen, Aerdige bejegeningen, Verscheyde Boerteryen, Notable Spreucken, Verstandige Brieven ende Verschiet van Poisy. De onbekende schrijver, in Hage woonachtig, opent het eerste nummer van zijn luchtig tijdschrift met een lang gedicht, hetwelck uytbeeldt een Bede en Dancksegginge van de Arme Weesen, gedaen aen de Borgery van Rotterdam, wekkers regelen krachtige en heerlijcke expressien in de Rijmkonst vertoonen. Zwart wordt Europa's toestand er in afgeschilderd. Trouwens, in 't voorgaande jaar hadden de Turken haast Weenen veroverd: Den Donauw swelt van bloet, en alles leyt verdondert, De lantman is verjaegt, de Ackers zijn geplondert, had de Rotterdamsche weezenvriend gedicht. De rest is navenant. Wij zullen het den lezers besparen. NA dit en andere gedichten, waar onder er zijn die bewijzen dat men in de zeventiende eeuw over een groo tere openhartigheid beschikte dan in de twintigste, volgt een mededeeling over een Londensch bigamist, luidende: Men schrijft van Londen, dat eenen Mr. Collins, geaccuseert wesende van twee Vrouwen getrouwt te hebben, aen die misdaedt schuldigh is bevonden. Dan de Rechters delibereerden wat straf men hem da.rover behoorde aen te doen: Eenige waren van gevoelen, dat men hem met de doodt behoorde te straffen; Andere meenden, dat men hem in een geldt boete behoorden te condemneren, en straffen met bannissement voor eenige Jaren; Velen echter, dat men hem noch een Wijf behoorde te geven, opdat hy alsoo drie plagen te gelijck mocht hebben.... Men schrijft van Gent, aldus een vol gende mededeeling, dat de Franschen in een Dorp twee mylen van die Stadt, soo gruwelijcke wreetheden hebben be dreven, dat Christelijcke Menschen de hayren te berge rysen, soo dat men naeuwelijcx woorden kan vinden om die schrickelijckheyt uyt te drucken. Inder daad worden de schrickelijckheden niet nader aangeduid. Hierna lezen wij een schoon exempel van grootmoedigheid des Habsburgschen keizers. UytLints van het Keyserlijcke Hoff w:rdt geschreven, dat den gevangene Gr ave Serini seer gruwelijck jegens de Keyserlijcke May:steyt was fulmineerende, en lasteringen gebruyckte, die machtigh aenstootelijck waren. Door welcke gelegentheyt eenige Hovelingen "Tnsie nemende, om syne Keyserlijcke Majesteyt tot een rectuvuerdige straffe en gramschap te inciteeren, hadden de selve dese gulde lesse uyt sijn mondt laten proflueeren: Indien yemandt met een onbeschaemt aangesicht, moetwillighlijck bestaat met bitse tanden onse goede naem te schenden, die en begeeren wij daerover niet gestraft te hebben : want soo hy het uyt lichtveerdigheyt doet, moet men het verachten ; doet hy het uytdolligheydt, is hy te erbarmen; indien hij het uyt nydigheydt doet, moet men hem het feyt vergeven...." DE handelsstad Amsterdam heeft nooit veel voor soldaten gevoeld: zij waren duur, en versterkten slechts het centraal gezag. In 1683 had men trouwens den aanslag van Willem II uit 1650 nog niet vergeten. Dit ter in leiding van deze mededeeling van onzen Galanten Mercurius: Doe syn Hoogheydt den Heeren Prince van Orange de laetste mael tot Amsterdam was, (als wanneer syn hoog-gemelte Hoogheydt de Propositie aldaar in de Vroetschap de den doen, tot de Wervinge van 16000 man), zijnder Geesten geweest de welcke aldaer uytstroyden, het naevolgende Vers : Machtigh Amsterdam, houdt moet, Waeckt voor vryheyt, eer en goet; Houdt Soldaten, naeckte muysen, Uyt uw Kaes-kist, Kerck en Huysen : Want sy maecken in 't gemeen, Kaes tot korst, en vlees tot been. Volgt dan nog een verslag van de vrijage van seker Engels Heer, genaemt Francais Dwaly, die seer verheft is op een fraeye Juffrouw, genaemt Isabella, wekkers Huwelijck de Ouders niet wil len consenteeren. De voorsze^de Juf frouw is van droefheyt seer krancke, en w:rdt ghevreest, dat sy wel mochte gaen spatten, en wel naer die plaats, Daer 't alles gaet, soo Kleyn alsGroote Al waer hy van een Prins gesproote. Met welke vermanende woorden onze\ Galante Mercurius afscheid neemt. Herhaling van de opgave van onze prijsvraag EEN KORT VERHAAL MET BOEKTITELS Wij vragen onze lezers voor ons te schrijven een kort verhaal dat uit hoogstens 200 woorden mag bestaan en waarin zooveel mogelijk boektitels moeten voor komen. Als titels mag men gebruiken de namen van Hollandsche boeken of die uit Nederlandsch vertaalde boeken. Men zou b.v. als volgt kunnen beginnen: Aan den zoom van het oerwoud zag Max Havelaar, met open deur in het donkere licht een vuvrvlinderije. Zij die naar een prijs dingen worden verzocht in hun verhaal de boektitels te onderstreepen en er zorg voor te dragen dat wij hun oplossingen uiterlijk 3 Januari in ons bezit hebben. Het verslag en de prijstoekenning verschijnen in het nummer van 7 Januari. Als eersten prijs stellen wij een Dunhill-bureauvulpenhouder met standaard beschikbaar. De tweede en de derde prijs bestaan uit twee reproducties naar paneelen van het St. Ursula-schrijn van Memlinc. PAG. 22 DE GROENE No. 3213

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl