De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1939 25 februari pagina 5

25 februari 1939 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

annen geschikt moest zijn voor groote volksverzamelingen, waarbij het verkeer dan achter het plein omgeleid zon worden. Zij handhaafden in hoofdzaak hun opzet van het eerste ontwerp. Het werkgedeelte met het bevolkingsregister bevindt zich aan de zijde van het Westeinde. Aan de zijde van het Oosteinde bevindt zich de Burgerzaal met de ontvangruimte, terwijl de Raadzaal tusschen het representatieve gedeelte en het werkgedeelte ligt. Aan de zijde van de Stadhouderskade bleef een apart Raadhuisplein gehandhaafd waaraan zich de toegangen tot de trouwkamers bevinden. De architecten Berghoef en Vegter werkten hun plan van de openbare prijsvraag geheel om voor de inzending op de besloten prijsvraag. In dit laatste ontwerp is een strenge scheiding tusschen het representatief gedeelte en het werkgedeelte door gevoerd. Het werkgedeelte ligt in een gebouw met vier vleugels naar de zijde van de Stadhouderskade, terwijl in een afzonderlijken voorbouw het represen tatief gedeelte is ondergebracht. De toegangen tot de trouwkamers bevinden zich tusschen beide ge deelten in. Architect Zwiers is de eenige van de vier deel nemers aan de besloten prijsvraag die het represen tatief gedeelte op den achtergrond plaatste, nl. naar de zijde van de Stadhouderskade. Het werkgedeelte is in twee afzonderlijke vleugels ondergebracht welke zich langs het Oost- en West-einde bevinden en die in het ontwerp, ingezonden voor de openbare prijsvraag, aan de zijde van het Frederiksplein door een arcadebouw waren verbonden. In het tweede ontwerp is deze arcadenbouw vervallen, terwijl overigens de hoofdgroepeering dezelfde bleef. EEN typisch voorbeeld van de scheidng der verschillende onderdeelen is het plan, inge zonden onder motto Arp door de architecten Kloos en Holt, dat behoort tot de vijf ontwerpen welke de Jury nog afzonderlijk besprak. In dit plan ligt op den voorgrond, aan de zijde van het Frederiksplein, het representatief gedeelte, het werkgedeelte is langs de Stadhouderskade gesitueerd, terwijl de Raadzaal zich tusschen beide bouwdeelen in be vindt. Het zou interessant zijn om van alle projecten een schemaplan te maken waaruit de groepeering der verschillende hoofdruimten duidelijk zou blijken. Er bevinden zich onder de inzendingen verscheidene ontwerpen die op verdienstelijke wijze tot een duidelijke groepeering zijn gekomen. Opmerkelijk zijn hierbij de geopende plattegronden, d.w.z. de plannen zonder binnenplaatsen die in een vrije aaneenschakeling der ruimte tot interessante pro jecten gegroeid zijn. Uit den aard der zaak is het onmogelijk de andere ontwerpen te bespreken. Wij zouden het onjuist achten op dit moment een bepaald ontwerp naar voren te halen. De indruk is dat de Jury na rijp overleg tot haar beslissing is gekomen, zoodat er geen enkele aanleiding bestaat om hiernaast nog eens een afzonderlijke beoordeeling neer te schrijven. De zaak van het nieuwe Raadhuis te Amsterdam was bij deze Jury in goede handen, en het is te wenschen dat deze Jury haar arbeid zoo spoedig mogelijk moge voleinden waarbij zij zich geschraagd weet door het vertrouwen van alle objectieve vakgenooten. Recept voor het Raadhuis Om tot de ideale oplos sing voor het nieuwe; Amsterdamsche raadhuis te geraken, neme men van nevenstaand ontwerp den voorgevel . .. . . . van dit ontwerp den zijgevel . . . ... en van dit het beeld houwwerk . . . . . . tenslotte hiervan het torentje , Resultaat': AJ ,tt " De stad der tweehonderd stadhuizen «v E * !. een munitiedepot met twee honderd t ?* bommen of een bewaarschool met twee honderd ^?«?' aspirant-dictatoren of een bloembed met twee honderd verschillende zaden, zoo is thans het Stedelijk Museum met twee honderd ontwerpen voor een nieuw raadhuis voor Amsterdam. Twee honderd.1 Als men alle ontwerpen naast elkaar bouwde kreeg men een rij raadhuizen van hier naar Bussum en terug. Als men alle kamers aaneenlegde was het een gang zoo lang als van hier naar Constantinopel. Als.... n van al die Raadhuizen toch gebouwd wordt, krijgt men een hoeveelheid perscommentaren, die een druk pers gedurende vijf jaar dag en nacht werk zou kun nen verschaf/en. Zal er een gebouwd worden? Het volk van Amsterdam drentelt door het Stedelijk Museum. Het bukt zich, en gluurt door de huizen rijen van de maquettes om de vier raadhuizen, die in dezen vorm niet uitgevoerd zullen worden, natuurlijk1' te zien. Het bewondert, en ziet platte gronden aan voor gevels en gevels voor plattegronden. Het ontmoet elkaar en zegt: Prachtig niet?" Het beaamt en bedoelt ieder iets anders. Maar 't hindert niet, het wordt toch niet uitgevoerd. Tusschen de menschen, die drentelen langs de twee hondird ont werpen (dat zijn twee honderd maal zes teekeningen) dwalen de architecten. Het zijn kometen, die telken male hun baan beginnen en beëindigen bij n punt : hunifigen ontwerp. Zij hebben stropdassen en in 201 van de 205 gevallen ook een strop. En die laatste vier eigenlijk ook nog. Zij kijken hongerig naar de ontwerpen van hun buren, vinden de eene helft be lachelijk, de andere helft dilettantisme of geniaal. Tusschen genialiteit en dilettantisme zwerft hun eigen ontwerp. Het volk van Nederland en van Amsterdam (dat bent U en ik) ziet en is verheugd: verheugd om wat alles niet gebouwd wordt. En als een van de ontwer pen wél gebouwd mocht worden, dan is het nog ver heugd: omdat het in ieder geval er later over kan schelden. Zoo heeft het volk van Nederland en van Amsterdam zijn pleziertjes. De ontwerpen hangen onaandoenlijk, ongebouwd en onbouwbaar aan den muur. Er zijn er, die het Luxor Theater midden in het gebouw van Van Nelle hebben gezet en er den Montelbaanstaren platgeslagen tegenaan gebouwd hebben. Er zijn er, die een vergroote boerderij met Miorsche Sterrenwachtkozpel verzonnen hebben. Er zijn er, die een riante villa met aangebouwde garage bedachten. Er zijn er, die een hotel aan de Riviera, hetzij uit 1880 of van nu, ont wierpen. Er zijn er, die het Paleis voor Volksvlijt nog eens dunnetjes overmaakten, rmt de stille hoop, dat het ditmaal niet zou afbranden en er zijn er, die het Centraal Station, het Koloniaal Instituut, Hirsch & Cie, het Trippenhuis rmt het S.adion ver mengden. Tenslotte zijn er dezulken, die trachtten een raadhuis te bouwen. Het volk van Nederland en Amsterdam loopt langs het papier en het papier-michéen vergelijkt de twee honderd. En ondir alle twie honderd mMo's van inzending zoekt het krampachtig het esnige motto dat luidt: dit is het" ! PAG. 5 DE GROENE No. 3221

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl