Historisch Archief 1877-1940
Een verhaal voor De Groene van Tristan Bernard
Iste scène.
Een taxi. De bankier Rabon, de verzekeringsagent
Ludor en de journalist Martin, drie heeren van onge
veer vijftig jaar, alle drie tamelijk gezet, zitten, nauw
op elkaar gepakt, in het voertuig.
Ludor: Ja, ja.... zoo is het goed.... om te spelen
kunnen wij het beste bij Dergos terecht.... daar
zullen we maar met ons vieren zijn men
houdt geen pauzes
Rabon: Zeer juist terwijl bij Astolphes minstens
zes speeltafeltjes klaargezet zijn, voor dertig per
sonen ! Men verliest zijn tijd bij het voortdurende
wisselen van tafels....
Martin: Een partij met zijn vieren is pas ideaal....
men speelt opmerkzaam.... hoewel men natuur
lijk wel eens een fout maakt....
Rabon: Vergissen is menschelijk....
Ludor: Zeker.... maar men heeft tenminste part
ners, die weten te combineeren en meer zien, dan
hun dertien kaarten!
Rabon: Daar zijn wij al bij Dergos....
2de scène.
Bij het echtpaar Dergos, waarvan de man te bed ligt.
Dergos : Oh.... oh.... ik voel me heelemaal niet
goed.... ik heb verschrikkelijke pijnen....
Mevrouw Dergos: Waarom stond je mij dan niet toe,
je vrienden te telefoneeren ? We hadden dat kaart
avond j e gewoon afgezegd.
Dergos: Dat was onmogelijk.... ze hadden er al op
gerekend.... een bridge-avond kan men niet
afzeggen!
Mevrouw Dergos: Maar als je nu niet spelen kunt?
Dergos: Ik zal het probeeren....
Mevrouw Dergos: Het is waanzin !
Dergos: Daar wordt al gebeld.... zij zijn het! Het
is net, of ik me al wat beter voel....
3de scène.
Bij Dergos in den salon de drie kaartvrienden,
die door het meisje zijn binnengelaten hebben zich
zonder veel omwegen aan de bridgetafel gezet. Als
mevrouw Dergos binnenkomt, staan ze langzaam op,
met een gebaar van wat schroomvallige beleefdheid.
Mevrouw Dergos: Ik had bijna geprobeerd U op te
bellen.... mijn man voelt zich heelemaal niet
goed.... maar hij weigert hardnekkig spelbreker
te zijn.... Alf red komt direct....
Martin: Wat scheelt hem dan?
Mevrouw Dergos: Nog altijd zijn nieren.... men
weet nooit, hoe lang die aanvallen duren....
soms een half uur.... soms ook een heele week...
Rabon: Hij zou beter doen, direct te beginnen
dat leidt hem af
Mevrouw Dergos: Ik weet het niet.... hij heeft
hoofdpijn.... koorts
Rabon: Onder het spel zal hij dat wel vergeten....
Ludor: Daar komt hij al....
Dergos: Excuseer, dat ik heb laten wachten, maar
mijn nieren spelen mij weer parten....
Rabon: (valt hem in de rede) Ja, ja.... Uw vrouw
heeft het ons al verteld.... wij hebben al voor
U getrokken wij spelen samen tegen
Ludor en Martin.... wij hebben dus twee ge
duchte tegenstanders.... let U goed op. (Het
spel begint men deelt).
Dergos: Sans atout!
Ludor: Ik pas....
Rabon: Ik ook....
Martin: Twee harten....
Dergos: Dan kunnen we wel uitscheiden....
Ludor: Dan spelen we dus harten
Mevrouw Dergos: (is naast haar man haar zitten
en vraagt bezorgd) : Hoe voel je je nu, Alfred ?
Rabon (zeer beslist) : oh, het gaat hem al veel beter...
twee sans....
Martin: Drie harten....
(Dergos schijnt zeer onoplettend te spelen, zoodot
Martin zijn drie harten maakt).
Rabon (zeer streng tot Dergos): Zoo, nu we klaar
zijn, zou ik nog wel iets willen zeggen.... Ik heb
je toch aangeduid, dat je troef moest spelen....
Dat is zeer belangrijk.... Ik zat aan de voorhand
en de anderen hadden hun slagen nooit kunnen
maken....
Dergos: Vergeef me, beste vriend.... maar ik zie
niet zoo goed meer....
Mevrouw Dergos: Je deed veel beter, je bij de heeren
te verontschuldigen.... je bent heelemaal niet
in orde je kunt het spel niet volgen.... het
is toch zeer onaangenaam voor je vrienden, onder
deze omstandigheden te moeten spelen....
Rabon: Weineen.... weineen.... Hij zal wel weer
opknappen....
Dergos (met klagende stem): Neen het gaat
werkelijk niet.... het gaat niet! (Wankelend
staat hij op en sleept zich, gevolgd door mevrouw
Dergos, naar zijn slaapkamer.... de drie spelers
blijven alleen).
Rabon (vastbesloten): Zeer eenvoudig.... we
gaan direct naar Astolphes !
Martin: Vooruit!
Ludor : Ja, vlug.... voor er iemand komt!
(Op dit oogenblik verschijnt mevrouw Dergos).
Mevrouw Dergos: Oh, ik ben zoo bang.... het gaat
heelemaal niet goed met hem hij is zoo rood
in zijn gezicht.... dat heeft hij anders nooit.
Ludor: Wij zullen U alleen laten, mevrouw dat
is beter voor U.... we zouden U maar in den weg
loopen....
Mevrouw Dergos: Ach heeren, ik smeek U, wacht
U nog even ik heb onzen huisdokter opge
beld hij woont vlakbij.... als hij komt, ben
ik gerustgesteld, maar zoolang hij er niet is, ben
ik bang, om alleen te blijven.... ik zou gek
worden....
Rabon: Goed mevrouw, wij zijn geheel tot Uw be
schikking. ...
(Zij gaan zwijgend zitten).
Mevrouw Dergos: Ik dank U, heeren.... (zij gaat
de slaapkamer van haar man binnen, dien men
hoort steunen).
Rabon : Zullen we een partij met zijn drieën spelen?
Ludor: Neen, daar is niets aan, dat is geen bridge....
Rabon : Zij heeft toch gezegd, dat de dokter vlakbij
woont ?
Ludor: Ja, maar het is nog de vraag, of hij thuis is...
(Er wordt gebeld).
Rabon (tevreden) : Daar is hij al!
Martin : Misschien kunnen we nu weggaan ?
Ludor: Dat gaat niet.... dat zou onbeleefd zijn....
we moeten afwachten, wat de dokter zegt....
Rabon (berustend) : Dan wachten we af....
(Eenige minuten later. De dokter komt in gezel
schap van mevrouw Dergos uit de slaapkamer en
mevrouw stel hem aan de drie heeren voor).
4de scène.
Mevrouw Dergos: De heeren zijn goede vrienden
van mijn man.... zij kwamen hier om te bridgen.
De dokter: Dat gaat niet.... hij moet in bed blijven
en rust houden.... en het is beter, wanneer er in
huis geen lawaai gemaakt wordt....
Rabon: Wij gaan direct weg, dokter.. ..
Mevrouw Dergos: Maar heeren, blijft U toch nog
een oogenblik ! (Tot den dokter) Gelooft U ook
niet, dat het beste is, hem een morfine-injectie te
geven ?
De dokter: Ik ben een uitgesproken vijand van in
jecties, wanneer het niet beslist noodig is. Men
weet nooit, welke gevolgen zij later kunnen heb
ben .... daarom schrijf ik in dit geval liever
warme omslagen voor....
Mevrouw Dergos: Maar dokter. . . . Wilt U al gaan?
De dokter: Ja mevrouw, ik moet nog naar een ern
stige zieke toe. ... ik wilde juist weggaan, toen
U opbelde. . . . enfin, ik zal nog vijf minuten
wachten....
5de scène.
Rabon: Het is hopelijk niet ernstig, dokter ?
De dokter: Het is niet gevaarlijk. ... op het oogen
blik. . . . maar Dergos is een man, die erg moet
oppassen. . . .
Martin: Men heeft mij verteld, dat zoo'n nierver
giftiging wel zeer pijnlijk maar niet gevaarlijk is...
De dokter: In principe heeft U gelijk. . . . maar men
moet ervoor zorgen, dat er geen complicaties bij
komen. (Kijkt nieuwsgierig naar de kaarten).
Dergos wilde vanavond met U bridgen?
Rabon: Jawel dokter.... Kent U bridge ?
De dokter: En of ! ! Tijdens de vier jaar, dat ik ge
mobiliseerd was, hebben we in het hospitaal heel
wat partijtjes gespeeld ! Een heerlijke tijd !
Rabon: Kent U de nieuwe methode?
De dokter: Een nieuwe methode?
Rabon: Ja, men telt nu alle slagen, die geboden
zijn.... de rest wordt geteld als overslagen....
De dokter: Die manier ken ik niet. . . .
Rabon: Die wordt nu zoowat twee jaar gespeeld....
De dokter (enthousiast) : Jaja, ik begrijp het, daar
door wordt het spel veel interessanter. . . .
Martin: Wilt U het eens probeeren ?
De dokter (aarzelend): Ja.... maar ik moest
eigenlijk. . . .
Ludor: Oh ja, U zei daareven, dat U nog een andere
patiënt moest bezoeken.
De dokter: Och, zoo belangrijk is het niet. . . . (kijkt
begeerig naar de speeltafel) ....
Martin (opgewonden) : We spelen om eiken inzet,
dien U wenscht, dokter. . . .
De dokter: Oh, tijdens den oorlog heb ik wel geleerd,
om ook voor den hoogsten inzet niet bang te zijn...
Ludor: Zullen wij het ons dan maar gemakkelijk
maken ?
(Zij gaan zitten en op hetzelfde oogenblik komt
mevrouw Dergos binnen).
Mevrouw Dergos: Dokter, ik heb alles gereed ge
maakt voor de warme omslagen. . . .
De dokter: Uitstekend.... begint U maar direct....
ter Uwer geruststelling blijf ik nog even hier. . . .
Rabon: Ja mevrouw, wij zullen U niet alleen laten...
Ludor: Laat U zich door ons niet ophouden. . . .
Rabon: En wanneer U die omslagen gemaakt heeft,
gaat U dan rustig even liggen, mevrouw. . . .
De dokter: Ja, dat is een goed idee... . gaat U ge
rust even liggen. . . .
Mevrouw Dergos gaat weer in de slaapkamer. Het
kaarten begint. Na een poosje hoort men gedempt
steunen.
Rabon (die juist gegeven heeft) : Schreeuwt Dergos
zoo?
De dokter (zijn kaarten rangschikkend, onverschil
lig) : Ja, het is nogal pijnlijk. . . .
Ludor: (nadat hij zijn kaarten bekeken heeft): Ik
pas....
(Men hoort weer steunen, ditmaal harder).
Ludor: Zou het niet beter zijn, als wij nasr de stu
deerkamer gingen, daar zitten we rustiger, dunkt
mij....
Martin: Ik pas ook.... Neen, in de studeerkamer
is het licht te zwak. . . .
De dokter: Twee ruiten. . . .
Rabon: Twee sans....
Ludor: Ik zeg heelemaal niets. ... hij moet wel erg
veel pijn hebben.... hoor hem eens tekeer gaan !
(tot den dokter) Zijn morfine-injecties dan heusch
zoo gevaarlijk?
De dokter: Ze zijn heelemaal niet gevaarlijk....
maar er zijn twee methoden....
Ludor: Het is een weldaad, als men de pijn kan
stillen
Mevrouw Dergos (komt binnen) : Ach dokter, het
wordt steeds minder. . . .
De dokter (staat aarzelend op) : Enfin mevrouw,
ik zal U dan maar een genoegen doen en hem een
injectie geven. . . . (tot de spelers) .... ik heb dus
vier ruiten geboden !. . . . Ik ben in een oogen
blik terug....
PAG. 16 DE GROENE No. 3223