De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1939 18 maart pagina 6

18 maart 1939 – pagina 6

Dit is een ingescande tekst.

KANTTEEKENINGEN Maart roert zijn staart Toen, precies een jaar geleden, de Duitsche troe pen Oostenrijk bezetten, zijn zij die meenden dat het daarbij niet zou blijven, voor onverbeterlijke pessimisten uitgemaakt. Hetzelfde oordeel werd in September en October geveld over diegenen die in de losscheuring van het Sudeten-Duitsche gebied, de aankondiging zagen van het uiteenvallen van Tsjecho-Slowakije, in wijder verband tevens de aankondiging van Duitschlands schier onbeperkte hegemonie in Centraal-, straks in Zuid-Oost-Europa. De gebeurtenissen van de afgeloopen week heb ben helaas het pessimisme wederom bewaarheid. Met flitsende duidelijkheid bleek ons wederom, op welk een vulkaan wij leven. Troepen-bewegingen, straatgevechten, dreigende mobilisatie, verwarde geruchten de geschiedenis heeft zich wederom herhaald. Dat koningin Wilhelmina het noodig oor deelde haar vacantie plotseling te onderbreken, toont, nog afgezien van sombere geruchten over een Duit sche bezetting van Nederland, waaraan wij geen geloof hechten, wel aan dat men ook in Den Haag de onmiddellijke toekomst niet zonder zorgen tege moet ziet. Het groote publiek, eenigszins verward door namen van plaatsen en personen die het nim mer heeft gehoord, laat staan kunnen verwerken, vraagt zich met angst af of wij dan in dit jaar weder om een internationale crisis tegemoet gaan van een intensiteit als die van vorig jaar. Met een catego risch onmogelijk !" zal wel niemand deze vraag beantwoorden. Een positief antwoord is nog eenigermate speculatief. Hoewel: Maart 1938, Anschluss. September 1938, Tsjecho-Slowakije bukt. Maart 1939, TsjechoSlowakije bezet. Wat zal dit jaar ons verder brengen ? Duitschland tast door Het is voor de duidelijkheid wellicht goed, om hier kort te herhalen, wat zich in Tsjecho-Slowakije sinds den herfst van het vorige jaar heeft afgespeeld. De democratie is er practisch zoo goed als op geheven. Alle partijen werden geperst binnen het kader van een door reactionnaire agrariërs geleide Partij der Nationale Unie" en een schijn-oppositiepartij, die van den Nationalen Arbeid". Overigens hebben deze partijen" zich zoo goed als niet kunnen uiten: in December is het parlement op onbeperkten termijn verdaagd. In Slowakije was de macht in handen gekomen van de autonomisten, die sinds den dood van Pater Hlinka, geleid werden door Monseigneur Tiso, den premier, en Karol Sidor, stichter van de semimilitaire Hlinka-garde, tevens verbindende schakel met Praag. In Roetheniëwist zich de regeering van Monseig neur Wolosin met Duitschen steun te handhaven tegen Hongaarsche annexionistische pogingen. De beide landsdeelen Slowakije en Roetheniëge noten vergaande autonomie. Desondanks bleven de relaties met Praag gespannen. De Praagsche ver tegenwoordiger bij de regeering van Roetheniëis in Januari bijna vermoord. De Roetheensche regee ring zette trouwens haar pogingen tot een volledige afscheiding uit het staatsverband voort en moest in het begin van deze maand op scherpe wijze tot de orde geroepen worden. Nauwelijks was de Praagsche regeering er in ge slaagd, haar gezag in Roetheniëeenigszins te her stellen, of de Slowaken bereidden haar de ernstigste moeilijkheden. Tegelijk werd zij van binnenuit voortdurend lastig gevallen door de straf-georganiseerde Duitsche minderheid, die in Tsjech onder leiding stond van Kundt, in Slowakije onder die van Karmasin. In den nacht van Donderdag op Vrijdag in de vorige week besloot Praag door te tasten: de Slowaaksche regeering werd, onder de beschuldiging een staatsgreep voorbereid te hebben, afgezet. De minister-president, Tiso, scheen het plan te hebben opgevat, Vrijdag de onafhankelijkheid van Slowakije te proclameeren. De Hlinka-garde werd ontbonden. Tiso verzocht onmiddellijk telegrafisch de Duitsche regeering om hulp. De Slowaken groeven hun eigen graf Intusschen keerde Sidor haastig uit Praag naar de Slowaaksche hoofdstad Bratislava terug. De autonomisten verwachtten dat hij zich aan hun hoofd zou stellen; in plaats daarvan eischte hij gehoor zaamheid aan de centrale regeering. Tot dusver scheen alles er hoopvol uit te zien voor het Praagsche bewind dat zijn uiterste best deed, de tegenstellingen niet al te zeer toe te spitsen: personen die formeel landverraad hadden gepleegd, liet het op vrije voeten rondloopen. Deze terughoudendheid werd kwalijk beloond. Immers, van dag tot dag ging de Duitsche pers feller schrijven tegen Hacha, den TsjechoSlowaakschen president, en Beran, den eersten minister. De laatste werd zelfs met zijn vroegeren tegenstander Benesj vergeleken, hetgeen voor beiden een merkwaardige gewaarwording moet zijn ge weest. In den nacht van Zaterdag op Zondag beraad slaagde Hitler met zijn naaste medewerkers te Berlijn, en toen ontwikkelden de gebeurtenissen zich met fantastische snelheid. Een klein deel der Hlinkagarde verzette zich tegen de ontwapening; de Weensche radiozender spoorde elk uur den auto nomisten aan tot doorzetten. Karol Sidor vormde echter een gematigd kabinet. Berlijn werd boos. Het extremistische deel der Hlinka-garda kon op vol ledige Duitsche ondersteuning rekenen. Aan de gren zen van Tsjechiëen Slowakije trok Duitschland troe pen samen. Maandag confereerde de afgezette minis ter Tiso met Hitler; Göring keerde haastig uit Itali terug. Dinsdag werd de onafhankelijkheid van Slowakije geproclameerd onder leiding van Tiso. Hongarije sloeg zijn slag, en bezette meteen een deel van het sinds lang begeerde Roethenië. Hacha en zijn minister van buitenlandsche zaken, Chwalkowski, vertrokken naar Berlijn. Het mocht niet baten. en dat der Tsjechen tevens Onvoorwaardelijke overgave" eischte Berlijn. En de Tsjechische regeering boog het hoofd. Wat kon zij anders doen ? Woensdag bezetten de Duitsche troepen zonder slag ot stoot het geheele land. Duitschland nam Tsjecho-Slowakije onder zijn bescherming", heette het. De hemel bsware den volkeren voor deze beschermers! Het verdient immers de aandacht dat er in TsjechoSlowakije slechts een zeer geringe minderheid was die iets voelde voor het feitelijke Duitsche protecto raat dat thans tot stand is gekomen. Men pleegt echter in Centraal-Europa den volkeren niet langer om hun meening te vragen. Het woord van Duitsch land is er wet. Polen en Hongarije hebben haastig bewerkstelligd dat zij hun gemeenschappelijke grens kregen. Duitschland kon dat des te gereeder toestaan, omdat het Hongarije toch in zijn macht heeft. Italiëheeft niet kunnen juichen over den gang van zaken. Het bericht dat de Roetheensche premier Rome om hulp verzocht heeft tegen de door Duitsch land gesteunde Hongaren, mag in dit verband tee kenend genoemd worden. Met den grooten invloed dien de Italiaansche regeering anderhalf, twee jaar geleden in Centraal-Europa had, is het volledig ge daan. Met des te meer energie zal zij haar antiFransche campagne doorzetten. Een onvriendelijk perspectief. En Frankrijk en Engeland? Zij zwijgen in alle talen. Zij beseffen hun on macht. Tu l'as voulu, Georges.... Bonnet!", is men geneigd, den Franschen minister van buiten landsche zak;n toe ie roepen. De ond.rgang van Tsjecho-Slowakije is de eerste vrucht van de hart-verheffende politiek vm München. De Middellandsche Zee Gelijk gezegd, is het, al wanneer men de zaak uitsluitend van het standpunt der prestige l eziet, noodzakelijk geworden voor de Italiaansche regee ring om in de Middellandsche Zee compensaties te veroveren voor haar in Centraal-Europa verloren macht. De veronderstelling is dan ook niet te ge waagd dat zij, wanneer eenmaal de huidi-e verhou dingen in Tsjecho-Slowakije geconsolideerd zijn, eerst recht met haar offensief zal beginnen. Natuurlijk moet dan eerst generaal Franco heer en meester zijn in Spanje. Dat is echter een quaestie van tijd geworden. De nationale verdedigingsraad der republikeinen die zijn gezag slechts na een feilen strijd met de communisten kon handhaven diep tragisch verschijnsel: deze republikeinsche broeder strijd waarbij men de weinige munitie, waarover men nog beschikt, tegen elkaar verbruikt.... , deze raad dan, heeft bij monde van kolonel Casado ver klaard dat hij zich op redelijke voorwaarden wil overgeven. Van redelijke voorwaarden zal Franco stellig niets willen weten. Nu de oorlogsmoeheid aan den republikeinschen kant zoo groot blijkt te zijn, kan hij doen wat hij, niet wat men ginds verkiest. De Italiaansche regeering heeft er zich overigens wel voor gewacht, haar eischen nauwkeurig te for muleeren. Vóór alles wil zij voorkomen dat de tegenstander weet waar hij aan toe is. Rustig wacht zij af tot de bereidheid tot het brengen van concessies aan den democratischen kant zoo groot is geworden, dat de vrucht van de intimidatie haar zonder moeite in den schoot valt. Het is in dat verband van belang er op te wijzen, dat de Engelsche regeering einde vorige week be kend heeft gemaakt dat het haar aangenaam zou zijn, wanneer Italiëzijn eischen bekend beliefde te maken. Dan kon men er over gaan praten", zei Londen. De Italiaansche regeering heeft den eerston mijlpaal van haar program reeds veilig ge passeerd: Londen en Parijs zijn bereid over de brug te komen. Hoever dat is een andere zaak. Dat zullen wij in den loop van het jaar wel zien. Het moge waar zijn dat in Engeland en Frankrijk achter de militaire voorbereiding spoed wordt ge zet overigens nog lang niet die spoed die in de totalitaire staten betracht wordt! , dat hun positie op het oogenblik sterker is dan in September vorig jaar durven wij niet beweren. Tsjecho-Slowakije is uitgeschakeld. En de Sowjet-Unie zal in eerste in stantie niet spoedig gewonnen worden voor gewa pende interventie ten bate van Engeland en Frank rijk. Uit de verschillende inleidingen die op het Achttiende Congres van de Russische communis tische partij gehouden zijn, in de eerste plaats uit de uitvoerige en belangrijke redevoering van Stalin, is wel gebleken dat de Sowjet-Unie de Fransche en Engelsche regeering het verraden der collectieve veiligheid niet snel zal vergeven. De Sowjet-Unie zal in de eerste plaats voor haar eigen belangen op komen. Zij zal zich," aldus Stalin, doeltreffend weten te verdedigen tegen eiken buitenlandschen aanval." Deze woorden zijn, met het oog op de toespitsing der tegenstellingen met Japan, van actueele beteekenis. De arbeidstijd van chauffeurs beperkt Wij zijn helaas zoovele malen gedwongen geweest tot het uitoefenen van critiek op de onvoldoende energie waarmee de huidige regeering, trots tal rijke groote woorden", sociale problemen aanpakt, dat wij ter wille van de rechtvaardigheid thans gaarne de aandacht der lezers willen vestigen op het nieuwe rijtijden-besluit dat in Mei a.s. in werking treedt, en dat een belangrijke verbetering brengt in de posi tie der chauffeurs. Het zal voortaan in het algemeen verboden zijn dat een chauffeur meer dan vijf uur aan n stuk achter het stuur zit. De totale werktijd wordt be perkt tot tien uur per dag (voor bestuurders van taxi's: elf uur) en vijf-en-vijftig uur per week. Tusschen twee diensttijden moet een onafgebroken rusttijd liggen van minstens twaalf uur. Voorts moeten chauffeurs n maal per week een onaf gebroken rust van dertig uur genieten. Nachtarbeid mag niet meer dan zes maal in veertien dagen wor den verricht. Indien de werkgevers aan deze bepalingen de hand houden, zal inderdaad in de positie der chauffeurs die menigmaal overmatig lang moesten werken met als gevolg tallooze ongevallen door overver moeidheid, een belangrijke verbetering zijn ge bracht. Voor de controle wordt een werkboekje in gevoerd, waarin de arbeidstijden van den houder ver meld staan. Hopen wij, dat deze controle inderdaad intensief zal worden gehouden. Sociale maatregelen baten niet, indien onvoldoend toezicht het den be trokken personen mogelijk maakt, zich aan de wet te onttrekken. Het rijtijden-besluit zou allerminst het eerste van dien aard zijn, dat er op papier zeer schoon uitziet, maar waarvan in de werkelijkheid bitter weinig terecht kwam. Hier blijft dus een taak liggen voor de regeering. Tegen Slapeloosheid, Overspanning, Onrust en Zenuwachtigheid, gebruike men de Zenuwstillende en Zenuwsterkende Mijnhardt's Zenuwtabletten. Buisje 75 et. PAG. 6 DE GROENE No. 3224

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl