De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1939 25 maart pagina 14

25 maart 1939 – pagina 14

Dit is een ingescande tekst.

U1THUIZIGHEDEN Stadsinventaris Rembrandtsplein VROEGER heette het de Botermarkt en iets van die provinciale sfeer is er nog steeds blijven hangen, ondanks de mondaine lichtreclames. Het Rembrandtsplein is de plaats der provinciale mondainiteit van deze stad. Café's en bars scharen zich rondom het plantsoentje van den schilder, waarmee Rembrandt en niet Frits Schiller bedoeld is. Vlak om het grasperk staan de boomen van het plein, zooals het lied al zegt: Onder de boomen van het plein, Daar kan je zóó gelukkig zijn". Nu nog niet, maar over een paar weken zitten we weer op de terrasjes en genieten we dubbel. Dan spelen de damesorkestjes en de strijkjes hun geluid tot op het ge oliede asfalt, waarover de taxis voortschuiven. De uitgaande stedelingen en meer nog de luidruchtige bezoekers van buiten de stad jagen hier het schaarsche plezier na dat deze ijverige stad hun weet te bieden. Op het Rembrandtsplein is, voor menschen die niets te doen hebben, altijd iets te doen. Daaraan ontleent het zijn nut en gezicht. Ga er eens heen en vermaak u zonder Rembrandtsplein-vrees. Rendez-vous op zee U wilt ook wel eens zulk een luxueusen zeereis aan boord van een der super-zeekasteelen maken? Net als de sterren van het inter nationale wereldtooneel het elegante societyleven aan boord van Normandie, Queen Mary of Nieuw Amsterdam leiden? Gaat dan naar het Damrak. Gij leert er alle facetten van dit schitterende en aangename bestaan. Ziet die elegante vrouwen op de landingsbrug van den Oceaanstoomer, ziet die sportieve meisjes op het sportdek van hun jeugd genieten. Waar ik het over heb? Natuurlijk de etalages van de Bijenkorf, die als motto kozen: Mode rendez-vous op zee". Ziet al die kleine tafreeltjes, gluurt naar binnen door de patrijs poorten in de luxe-hut van dat luxe vrouwtje die in haar liefelijk néglig aan haar ontbijt zit, met om zich de sfeer van welverzorgde vrouwelijk heid. Al die tafreeltjes verrukken en vermaken omstanders en omstandsters, of het nu is de elegante bar, of het stormachtig bewogen dek, met de hoogsteigerende golven en den waaien den wind. Als groote kinderen ge nieten we van de geënscè.ieerde ta freeltjes: bij de douane, waar de nieuwsgierige mannenhand woelt tusschen flesschen parfum, dessous, pantof f eitjes en al die dingen die in een koffer zitten. Binnen in het magazijn zet de oceaansfeer zich voort met een compleet sloependek en veel uitgestalde vrouwen en vrouwekleeren. Spelenderwijs gaat men daar kijken en.... koopen. Tooneel Volpone DE laatste voorstelling in dit seizoen der Fransche troepen was Vol pone", het door Stefan Zweig J ules Romain's bewerkte oud-Engelsche stuk van Ben Jonson. Het is de klassieke geschiedenis van den vrek, die zelf tenslotte bedrogen wordt. De opvoering en de hoofdrol is van Charles Dullin met zijn gezelschap van ,,1'Atelier". Toe schouwers zaten er den heelen avond voor hun plezier en \ genoten van dit tooneelspe/, dat kleurig, boeiend, kluchtig en wijs is. Als opvoe ring alles n geheel, "én geest en een dienend en brilleerend gezelschap. Film Gunga Din ONTZETTEND veel negers worden in deze film voor ons genoegen afgemaakt. Negers zijn het niet, het zijn voor-Indiörs en afgemaakt worden ze natuurlijk ook niet, ze zijn gehuurd om neer te vallen en mogen dan hun zooveel dollar incasseeren. Victor Mclaglen, de luidruchtige Cary Grant, en de brutale Douglas Fairbanks Jr. mogen ze met een glim lach kapot maken en daarbij, als Engelsche luitenants, zelf de gevaren van de uitoefening van hun beroep in een half-onderworpen kolonie onder gaan. Ze doen het vermakelijk. De regisseur heeft de ballade van Kipling tot een romantische soms spannende geschiedenis van strijd omgewerkt, waarin Gunga Din, de inlandsche waterdrager zich even soldattsk als de blanke luitenants gedraagt. Het soldateske, het blanke en flinke Gunga Din werd griezelig geromantiseerd, de zwarten komen ellendig aan hun eind. De film komt gelukkig aan zijn eind. iStaosscïiouwDurg N.V. HET NEDERLANDSCH TOONEEL - Directeur Cor Tan der Lug« Melsert Zaterdagavond 25 Maart 8.15 uur l pREMIERE QNZE STAD Gewone prnzpn l Zondagmiddag 26 Maart 2 uur Ma'inee prijzen F. 2.06 - F. 0.46 Zondagavond 26 Maart 8.15 uur Popul. pr. van F. 1 76 - F. 0.46 MKNSGHt-N VAN orsZKiM STAND 50 ste opvoering \Vegens uitverkochte zaal MADAMK SANS GENE Huiselijkheden Toast met boter IK weet niet, maar voor mij is er niets wat meer den vrede symboli seert dan toast met boter. De duif schijnt mij in verband verouderd. Hij ware nog te redden, door hem te ver maken tot een gebraden duif. Dit is ook een modern beeld van hoe de politiek gaat. Toast is natuurlijk niets anders dan geroosterd dagelijksch brood. Het is brood plus extra-warmte en dus een combinatie van stof en iets immaterieels, in zooverre dan onze broodrooster n et-materieel te noemen is. Wij doen er boter op, en dan geraspte kaas of jam of kippenlever en dat zijn de heerlijkste momenten, die ik in mijn leven ken. Als kannibalen zende lingen roosteren is dat ook meer uit gezelligheid van het roosteren. Als het Zondagmiddag is, zegt de black mama: Kind, haal den zendelingenrooster en een witten man en dan maken we toast". En weldra vervult een heerlijke geur de kraal. Voor den zendeling is het een gebrek aan eerbiediging van de oude Zondagswet en was er in dat land een normaal stel sociale rege lingen, dan was het op drie a vier manieren een overtreding van het verrichten van nachtarbeid in bakke rijen. Zoo ziet men, hoe de eene wet gevende maatregel de andere meesleurt. Een grondwet hebben die menschen niet en een guldensmeter ook niet en dus kunnen ze onbevreesd roosteren. Als wij roosteren hebben we den tijd. Het zijn dus altijd onbekommerde momenten. Het zijn vredige momen ten en er heerscht verdraagzaamheid, vriendelijkheid en vredige rust in de schamele woning. Nu en dan klinken er hysterische gillen als we een boter. ham vergeten. Hij komt er zwart_ geblakerd uit, maar door met een mes rwtiiiiiitiin iiiiuiiiiiiiiiiii IIIH i MIJN VRIEND, DE THUISZITTER l over: SLAPEN IK weet niet," zei mijn vriend, de Thuiszitter, of jij wel eens hebt opgemerkt, dat de meeste menschen, nooit uitgeslapen zijn. Ik weet trouwens niet," vervolgde hij en hij nipte aan zijn sinaasappelsap, ik weet trouwens niet of jij ooit wel iets opmerkt. Dat zou wel kunnen zijn omdat jij nooit uitgeslapen bent. Menschen, die niet uitgeslapen zijn, denken niet nauwkeurig. Zij zijn tevreden als het al zoo'n beetje uitkomt en zijn niet verlangend, alles zóó goed en accuraat te verzorgen, dat het er uit ziet alsof de wereld eergisteren pas geschapen werd. Als je goed uitgeslapen bent, is het of de wereld lichter is en schoener, of alles makke lijker en eenvoudiger is en als je het mij vraagt is de wereld van vandaag een typisch onuitgeslapen wereld. De een is knorrig en uitdagend omdat hij te vroeg op moest staan om te werken. De ander is schuldbewust en katterig omdat hij te laat naar bed gegaan is, om te feesten. De derde is altijd zenuwachtig om maar op tijd naar bed te komen om op tijd op te staan om eindelijk eens een nacht zijn vollen slaaptijd te halen omdat hij dat zoo noodig heeft omdat hij zoo zenuwachtig is. Zoo zijn er millioenen gevallen die met elkaar onze moderne menschenmaatschappij uitmaken. En nu zou ik wel eens willen weten," aldus mijn vriend de thuiszitter en hij keek mij vragend aan waarna hij een diepen teug van zijn verfrisschend glas vruchtensap nam, of er aan al die onuitgeslapenheid niets te doen is. We hebben wel de vijfenveertig urige werkweek. Zouden we dan ook niet de 50-urige slaapweek kunnen vaststellen ? En nu denk ik in eens aan Doorn roosje. We moeten over de heele wereld slaapverwekkende aethergolven rondzenden en dan valt de heele menschheid in slaap. De dictatoren in hun fauteuils, de soldaten bij hun afweergeschut, de huismoeders aan hun stofzuigers, de liefdespaartjes in de bioscoop en de radio-omroepers met open mond voor hun microfoon. Dan is er in eens rust op de aarde. Bewa peningswedloop, economische oorlog, werkloosheid, verkiezingsstrijd, afgunst, haat, angst, alles is plotseling voor den duur van honderd jaar afgeloopen. En als dan na honderd jaar de betooverde menschheid geeuwend wakker wordt, is voor het eerst sinds eeuwen de mensch goed uitgeslapen. Iedereen begint het te begrijpen, het lijkt eenvoudig en prettig en voor wij het weten, zijn alle kwesties de wereld uit. Is dat geen prachtidee? Alleen wel gek, dat jij, die toch het slaperigste van ons beiden bent, daar niet opgekomen bent. Dat ik dat nu weer moest verzinnen !" te schrapen is er veel te redden, hoe wel er altijd een branderig smaakje overblijft. Het roosteren dwingt tot wachten en is op die manier een oefening in tijdpasseering. Paedagogisch in hooge mate; en vredig. Merkwaardig is, hoe onvermijdelijk de boter reageert op de toast. Hoeveel tusscheninstrumenten je ook ge.bruikt, altijd komen er zwarte krummeltjes van het brood in het botervlootje. Maar dan schraap je van de boter weer een dik laagje af en het kan weer van voren af aan beginnen. De boter houdt net evenveel van toast als wij. Zij vlijt zich op het warme vlak van de geroosterde boterham, zit eerst nog wat trots rechtop, geeft zich langzaam gewonnen, laat zich ver leiden en verzinkt in smeltende zalig heid op het zoel-warme bed. Dan komt de jam en vervolmaakt het home-made gebak, dat onze stille uren tot eeuwen van genieting maakt. HET is natuurlijk onverantwoorde lijk in de wereld op zulk een onbegrensde wijze te genieten. Brood is geen brood en boter is geen boter. Brood is iets, wat vrijwel ieder met moeite moet winnen. Boter is een probleem van den zuivelhandel en een hoofdstuk der crisiswetgeving. Het is een factor in onze handels balans en een ruilmiddel tegen kanon nen. Het is plicht, zich bewust te worden van den arbeid, die er moet geschieden, voor het graan gezaaid, de aren opgroeien en het koren gemaaid is voor transport en malen tot een goed eind gebracht zijn. Voor de douane formulieren van in- en uitvoer vol ledig zijn ingevuld. Men moet denken aan bakkers, broodbezorgers, arbeids verhoudingen en plattelandsvraagstukken. Natuurlijk moet dat. Maar dan is het plezier van de toast af. En dat wil ik niet. Want we hebben allen een tijd van ongestoord genieten noodig. Sommigen gaan daarvoor kegelen, anderen drin ken, weer anderen gaan naar de bio scoop. Er zijn menschen, die daarvoor gedichten lezen of naar een lunapark trekken. Wij halen onze broodrooster, en snijden brood, roosteren brood, bestrijken het dik met boter en laten de vrede tot ons komen. Het is een eigen gemaakte vrede, een huiselijke, kleine, onbelangrijke vrede. Maar het maakt het leven leefbaar. Het is natuur lijk kinderachtig. Maar ik ben ten minste oprecht geweest en ik heb de armzalige kleinheid van mijn menschelijk streven eerlijk uitgesproken. Dit zijn mijn verontschuldiging. H. B. F. illlllllllllllllllllllmlmlIHIIIlHIlHIIIIIIIIIIIIIIIIIHIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIlmlIIIIIIII Illllmlllllllllll.' J Aan onze abonné's wordt beleefd verzocht adres veranderingen duidelijk op te geven, met ver melding of deze blijvend of tijdelijk zijn, + NA DES WOENSDAGS 12 UUR VOORMIDDAG kunnen geen verande ringen meer worden aan genomen. DE ADMINISTRATIE. PAG. 14 DE GROENE No. 3225

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl