Historisch Archief 1877-1940
Een der beste kenners van Indische verhoudingen
schrijft ons :
SOBER geredigeerde, maar met pijnlijke regel
maat in de moederlandsche pers verschijnende
Indische telegrammen, hebben langzamerhand van
den titel die boven deze regelen staat afgedrukt,
een soort rubriekhoofdje gemaakt.
De Indische Zeden-affaire" heeft hier groote
verslagenheid teweeggebracht en zelfs, in enkele
kringen, en ook wel in het buitenland, den indruk
gewekt dat het leven der Europeanen daarginds
wel door en door verdorven en voos moest zijn.
En inderdaad zou het feit alleen dat, op dit
oogenblik, niet minder dan 120 Europeanen, waar
van velen min of meer belangrijke posities in het
ambtelijke en particuliere leven innemen, gevangen
zitten in Struyswijk, de gevangenis van Batavia,
dien pijnlijken indruk kunnen wettigen.
Toch zij men voorzichtig met dergelijke conclusies.
Het valt niet te ontkennen dat, procentueel gere
kend, een verbijsterend groot aantal mannen thans
blijkt een soort dubbel-leven te hebben geleid, dat
achter eer, aanzien, gezag en positie, dingen ver
scholen hebben gezeten die bij kennisneming een
rilling van afschuw wekken.
Maar voor de Europeesche samenleving in Indi
als zoodanig mag zelfs dit hooge percentage niet
als maatstaf gelden, noch voor te algemeen getrok
ken conclusies.
Ook omtrent de eerste oorzaak van dit drama
bestaat veel misverstand en gissenderwijs
voortgedragen gerucht, dat aanleiding geeft tot critiek
op de wijze waarop de Indische regeering dit zaakje
heeft aangepakt".
Wie langzamerhand, uit de broksgewijs binnen
komende gegevens, in staat is zich een beeld te
vormen van wat er eigenlijk is gebeurd, moet tot
de erkenning komen dat tot zulk een critiek ook
alweer geen volle aanleiding bestaat.
Eenige jaren geleden ontdekte men bij de
Britsche overburen, te Singapore, ook een dergelijke
verbijsterende zaak. Toen werd kort en snel inge
grepen. Een tweetal van de hoofdaanleggers werd
bij de autoriteiten ontboden en men gaf hun te
verstaan dat ze binnen de tweemaal vierentwintig
uur het territoir te verlaten hadden. Er hadden bij
die gelegenheid eenige gevallen van zelfmoord
plaats, maar tot een zoo monstrueuse afmeting als
thans te Batavia en elders is het daar nimmer
gekomen.
Eenerzijds is dat wellicht te danken aan de tact
en de discipline van de autoriteiten, anderzijds is
echter de voorgeschiedenis van de Indische affaire
geheel afwijkend.
REEDS anderhalf jaar geleden liepen hard
nekkige geruchten dat in ambtelijke en parti
culiere kringen, speciaal te Batavia, mistoestanden
heerschten. Het lid van den Volksraad Mr. C. P. van
Helsdingen, leider van de Christelijke fractie in het
vertegenwoordigend college, stelde hieromtrent
vragen aan de regeering, die den Resident van
Batavia een onderzoek opdroeg. Het resultaat van
dit onderzoek was strikt negatief. Desniettemin
hielden de geruchten aan, en namen werden
genoemd.
Dit op zichzelf was nog niet verontrustend. De
Indische samenleving is zeer praatgraag en snel
met namen en conclusies.
Maar een geval buiten Batavia, waarin een hoog
marine-officier betrokken was, werd aanleiding
tot concrete gegevens, die naar de hoofdstad
leidden, en naar een aantal van hen wier namen
genoemd waren.
Dit onderzoek stelde het rapport van den
hoogsten bestuursautoriteit in een zoodanig vreemd
daglicht dat er aanleiding bestond hem in zijn
functie te schorsen.
De betrokkene heeft toen op de normale wijze
zijn afscheidsbezoeken afgelegd om vervolgens per
boot via Japan te repatrieeren. Hij was daarbij
vergezeld van zijn vrouw en dochters. Indien hij
een week eerder vertrokken ware, zou dit niet tot
de dramatische ontknooping geleid hebben waarvan
Indiëthans is opgeschrokken.
Hij scheen zich echter van geen gevaar bewust,
N.V. ARNHEMSCHE HYPOTHEEKBANK
HYP. KAPITAAL
BESCHIKBAAR
TEGEN UITERST BILLIJKE VOORWAARDEN
De Directie:
Mr J. F. VERSTEEVEN?Mr. H. G. VAN EVEBDINGEN
en ontdekte eerst wat hem bedreigde toen zijn
schip op doorreis Makassar aandeed. Tot zijn ver
bazing bevond zich daar geen enkele van zijn
tevoren gewaarschuwde vrienden aan de kade,
maar wel stond daar, eenzaam, de officier van
Justitie, die hem de tijding bracht dat hij nog juist
op Indisch territoir gearresteerd werd, en wel
thans onder verdenking van actief betrokken te
zijn geweest in de zaken waaromtrent hij negatief
had gerapporteerd.
Het is niet noodig hier de dramatische omstandig
heden te beschrijven waaronder deze algemeen
geachte en zeer gewaardeerde man, temidden van
een gezin dat nooit iets bevroed had omtrent het
geen thans tegen man en vader werd aangevoerd,
gevankelijk werd weggevoerd naar de gevangenis
van de hoofdplaats zelf, waar hij tot de
allerhoogsten had behoord.
Het zij genoeg te zeggen dat zij, die niet aan de
betichting wilden gelooven en uit hoofde van hun
functie van de stukken van overtuiging, waaronder
zelfs cinematografische opnamen, moesten kennis
nemen, de volle maat van ellende en ontgoocheling
hebben gekregen.
Om bij Batavia te blijven is het genoemde aantal
der 120 ingeslotenen nog geen maatstaf voor dat
van hen die op de een of andere wijze in de zaak
betrokken zijn. Het criterium dat is aangelegd is
namelijk het wettelijke waarbij de medeplichtig
heid van minderjarigen kan worden aangetoond.
Dat laatste is in een land waar geen Burgerlijke
Stand voor de Inheemschen bestaat, al een vraag
stuk op zichzelf. Wie is er minderjarig, en vooral
wie wordt als zoodanig beschouwd, is een moeilijke
puzzle.
Talrijke verhooren werden afgenomen. Er zijn
omstreeks Kerstmis van het vorige jaar, avonden
geweest waarop meer dan vier dozijn geachte
medeburgers ten politiebureele werden ontboden.
Het af- en aanrijden der automobielen vormde een
publiek schouwspel.
Zeer velen, omtrent wier relaties het onderzoek
uitwees dat ze geen minderjarigen omvatten,
loopen thans vrij rond, hoewel ook omtrent hen
reeds op de een of andere wijze verwijdering uit
huidige functies is geschied of in het voornemen ligt.
DE reactie van dit alles op de Europeesche
zoowel als op de Inheemsche samenleving
is merkwaardig. Wat de eerste betreft vlucht ze,
door het schrille van deze ontdekking, den gruwel
en al het daaraan verbonden leed voor vrienden en
verwanten, in een stemming die te gemakkelijk voor
spottend zou kunnen worden versleten.
Inderdaad is het er een waarin men, onmachtig
de ellende langer te dragen, en in de benauwenis
van het enge verkeer onder betrekkelijk weinigen,
in den spot geneigd is te vluchten.
De Inheemsche samenleving houdt zich zonder
commentaar. Men begrijpt niet geheel de portee die
dit alles voor den Westerling heeft, want het gecon
stateerde euvel schijnt onder bepaalde bevolkings
groepen ook te woekeren, en daar evenmin de
strenge afkeuring te vinden die het in ons gemoed
en in de wet vindt.
Daarom moet het argument van het verlies aan
prestige voorzichtig worden afgewogen. Het moge
stellig gelden ten opzichte van het buitenland,
maar naar binnen moet men het nuanceeren naar
de vele volken en volksaarden waarvan onze Archi
pel de vertegenwoordigers binnen haar grenzen
herbergt.
Tenslotte moet nog op de psychologische, of
liever pathologische zijde van de kwestie gewezen
worden: bedacht mag worden dat Indië, sinds
lange jaren, het terrein was waartoe zij die nu
eenmaal door hun lust of aanleg aangewezen waren
op wegen die buiten de ordening van een leeftijds
registratie leiden, zich aangetrokken gevoelden.
Indiëheeft een kern van gezonde, sterke Euro
peesche gezinnen en werkers.
Niemand behoeft ongerust te zijn om zijn kinderen
aan dien kring toe te vertrouwen. Daarnaast kent
men er echter, sinds de dagen der Oost Indische
Compagnie, de drenkelingen der Westersche samen
leving, de aangespoelden, de verwarden van geest
en verwordenen van zinnen, die niet om het werk
maar om gansch andere redenen de verre horizonten
en de exotische omgeving zochten.
Zij zijn het die, numeriek gering, rondom zich
een sfeer brachten die zekere geestelijke snobs,
zoekers naar nieuwe sensaties, begeerigen naar
prikkels en emoties, tot zich heeft getrokken en
aldus het aanzien gaf aan een zoo beschamende
groep als die welke thans binnen de gevangenis
muren is geïsoleerd, en die zoowel verwordenen
als misleiden, zieken als verzieke':ijkten omvat. . . .
.Eén
Aan het toevallig feit dat ,,De Groene"
dit jaar op i April verschijnt, ontleent
hij het recht aandacht te vragen voor de
menigvuldige aspecten die voor ons, Ne
derlanders, aan dezen datum vastzitten.
De ie April is in de eerste plaats een
internationaal feest. De ie April is daar
naast voor de Nederlanders een der wei
nige bekende data uit hun geschiedenis.
,,De Groene" wijdt daarom hiernaast
een anikel aan de inneming van Den
Br iel, terwijl tenslotte verslag wardt ge
daan van de feesten, die in den loop van
de laatste driehonderd jaar gegeven zijn
ter herdenking van den len April van
het jaar 15/2.
Een internationaal feest
MENEER, uw veter zit los !" ??? Eén
April !"
Zoo zal het vandaag weer gaan, in Amsterdam
en elders in ons land. Eén April is de dag waarop men
elkaar op geoorloofde wijze voor den mal mag houder.
Maar weten zij die zich hier te lande aan dat
onschuldig vermaak overgeven, dat zij een gewoonte
in stand houden, die zich zoowel in tijd als in ruimte
zeer ver uitstrekt? Bij i April denkt men in Neder
land in de eerste plaats aan de inneming van Den
Briel, maar er is reden om aan te nemen dat de
gewoonte, elkaar op dien dag te bedriegen, al van
ver vóór dien tijd dateert.
In Engeland vindt men het feest i April heet
er All Fools' Day" voor het eerst vermeld in
het jaar 1698. Het was toen echter al heel oud. In
Frankrijk spreekt men van poisson d'avril", in
Vlaanderen van Aprilvisschen". Om die vreemde
benaming te verklaren, verhaalt men er wel van
een Lotharingschen prins die zich in de middel
eeuwen al zwemmend uit Fransche gevangenschap
had weten te bevrijden, zulks op den dag van i April,
waarop de Lotharingers zeiden, dat de Franschen
dien visch slecht bewaard hadden".Volgens anderen
was het visschen omstreeks i April verboden,
zoodat zij die dan naar de markt gestuurd werden, met
leege handen terugkwamen, 't Is aardig bedacht,
maar of het waar is, mag betwijfeld worden.
Het merkwaardige is trouwens, dat het feest
i April van veel vroeger dateert dan de Middel
eeuwen. Men vindt er namelijk sporen van in het
Oude Indië, terwijl bij den Romeinschen dichter
Apuleius (tweede eeuw na Christus) het verhaal
voorkomt van iemand dien men op i April voor
niets een boodschap laat doen.
Sommigen zien in dit merkwaardig gebeuren de
herinnering aan een oud-Keltisch gebruik. Volgens
anderen was de ie April-dag de laatste van de feest
dagen waarmee oorspronkelijk het Nieuwe Jaar
werd ingeluid, dat op 25 Maart begon.
Serieuze onderzoekers erkennen echter gaarne,
dat wij in werkelijkheid de oorsprong van dit origi
neel gebruik niet kennen. Waarvan acte.
MOTORBOOT OF
ZEILJACHT
Voor elk sportvaartuig heeft Albin
de geschikte bootmotor. Voor een
klein zeilscheepje, voor een snel,
open motorbootje, voor een kruiser
van 18 meter, voor een zware vlet,
voor een lichte sloep, voor elk
schip is er een Albin bootmotor.
ALBIN
de beroemde Zweedse kwaliteitsmotor
1-2-4-6-cyl. van T 2-80 PK
Benzine en petroleum
?
Vraagt ons eens geheel vrijblijvend
geïllustreerde catalogus A
Import voor Nederland
N. V. Ha nde! M ij. v h M. J oosten & Co
Singel 279 - Amsterdam-C. - Tel. 37225
AFD. MOTOREN
Voor alk Jacht oen Alhin-motor
PAG. 4 DE GROENE No. 3226