Historisch Archief 1877-1940
Ziekenhuis
voor bloembollen
ALS we in het voorjaar de kleurenpracht van
de bollenvelden aanschouwen, dan denken
we zelden aan de moeilijkheden en de pro
blemen van de bollenkweekers. We zijn zoo geneigd
te denken dat alles wel vanzelf gaat, maar dat gaat
het allesbehalve. Alles wat gecultiveerd is, en zich
min of meer van de natuur verwijderd heeft, heeft
neiging tot degeneratie welke zich onder meer
openbaart in ziekteverschijnselen. In de natuur
bestaan uiteraard geen problemen, als een baviaan
in het oerwoud migraine heeft, bekommert zich
daar niemand om, en als hij een ernstige ziekte
heeft sterft hij heel eenvoudig. Bij dieren en planten
welke wegens bepaalde belangen in cultuur ge
bracht worden, roept men de wetenschap te hulp.
De kweeker heeft de wetenschap broodnoodig, en
omgekeerd doet de wetenschapsman steeds nieuwe
ervaringen op indien hij den kweeker helpt. De
wetenschapsman moet experimenteeren, en maakt
zoodoende van den nood een deugd.
De bollenkweekers lijden vaak onder bedrijfs
schade, soms door strenge vorst, maar in hoofdzaak
door plantenziekten. Vele dezer ziekten zijn be
smettelijk, zoodat enkele aangetaste bollen een
heel terrein kunnen infecteeren en den kweeker
enorme schade berokkenen. Daarbij komt dat het
ziektegeval aan den bol gewoonlijk niet of moeilijk
zichtbaar is, zoodat de kweeker zijn waardelooze
bollen verzendt terwijl hij van den prins geen kwaad
weet. De afnemer reclameert zoodra hij merkt dat
de bollen niet of niet goed tot bloei komen, en de
kweeker heeft dan niet alleen de schade dat hij
niet betaald wordt, maar bovendien dat zijn ter
reinen bedorven zijn en ontsmet moeten worden,
en last but not least: zijn reputatie staat op het spel.
Niet alleen de reputatie van den een of anderen
kweeker is wankelbaar, maar ook die van de
geheele Hollandsche bloembollencultuur. Het zijn dus
niet alleen enkele persoonlijke handelsbelangen,
het is een landsbelang dat de bollenziekten drastisch
bestreden worden. En dat gebeurt, en wel in het
laboratorium voor bloembollenonderzoek te Lisse.
Dit laboratorium behoort tot de
Landbouwhoogeschool te Wageningen, en sinds de oprichting
in 1922 berust de leiding bij prof. dr. E. van Slogteren.
In dit laboratorium bevindt zich een aantal cellen
en kassen welke tot bepaalde temperaturen ver
warmd of gekoeld worden en waarin het vocht
gehalte der lucht constant gehouden kan worden,
een ingewikkelde installatie voor heete
luchtverwarming welke automatisch geregeld wordt met
electrische thermostaten, koelmachines met lange
geïsoleerde buisleidingen, groote schakelborden met
registreerapparaten waarop het temperatuurverloop
kan afgelezen worden, alarminrichtingen teneinde
te voorkomen dat een proefneming ten gevolge van
een defect aan de apparatuur waardeloos kan worden,
een laboratorium voor chemisch en bacteriologisch
onderzoek, een groote batterij van accumulatoren,
bij dit alles krijgen we den indruk dat we in een
fabriek zijn en niet in het laboratorium voor bloem
bollenonderzoek; dat verder nog beschikt over een
bibliotheek, een vergaderzaal, een fotografisch
atelier, broeizolders en bollenveldjes van bescheiden
formaat.
Doorsnede
van een door
rottingsbacteriën aange
taste hyacint
Andere veelvuldig optredende ziekten zijn de
schimmelziekten, waarvan het aaltjesziek" voor
den leek en den kweeker moeilijk te onderscheiden
is. Als de kweeker zijn bollen onderzoekt, is het
niet voldoende dat hij enkele bollen bekijkt, maar
hij moet minstens honderd exemplaren door
snijden. Indien dan blijkt dat twee of meer bollen
aangetast zijn moet de heele partij als ziek worden
beschouwd en de daarvoor passende behandeling
ondergaan. Verder zijn narcissenvliegen" en
bolrot" eenige van de plagen waaronder de bollen
te lijden hebben. Het bolrot" ontstaat als ge
volg van ruwe behandeling, bijvoorbeeld bij het
rooien, dus door beschadiging, of door te hooge
temperaturen. Een interessante ziekte welke zich
bij tulpen voordoet is de kiepziekte". Planten die
aan deze ziekte onderhevig zijn hebben geen
handelswaarde omdat hun bloemen onverkoopbaar
zijn. Bij deze ziekte doet zich namelijk het ver
schijnsel voor dat de bloemstengel doorknikt op het
oogenblik waarop de plant gaat bloeien. In het
laboratorium te Lisse is een afdoend remedie
gevonden: behandeling met chloorcalciumoplossing
eenige dagen voordat de bloem wordt afge
sneden. Het zetten van de afgesneden bloemen
in een vaas met dezelfde oplossing heeft gunstige
uitwerking, maar deze handelwijze zou in de prak
tijk niet opgaan. Het publiek zou den
bloemenverkooper vermoedelijk eenigszins achterdochtig
aankijken als deze bij een bosje tulpen een zakje
met een of ander zout leverde. Nu krijgt het publiek
het zout toch, maar m de tulpen (inzooverre deze
aan de ziekte onderhevig zijn). 4
MAAR ook als de bollen niet ziek zijn vergen zij
allerlei zorg, waarvoor het advies van het
laboratorium wordt ingewonnen. Daar is dan in de
eerste plaats de quaestie van den export. Tijdens het
vervoer over langen afstand worden de bollen bloot
gesteld aan ongunstige weersinvloeden. De bollen
moeten dusdanig geprepareerd worden dat ze een
stootje kunnen velen. Voor de behandeling tijdens
de verzending zijn er weliswaar voorschriften, maar
van deze wordt nog al eens afgeweken. Ook de
afnemer wijkt wel eens af van de voorschriften en
plant zijn bollen te vroeg of te laat, of op ongeschikt
terrein. In Lisse worden de toegezonden mis
lukkelingen onderzocht teneinde te constateeren
waar de fout gemaakt is.
Een speciale behandeling ondergaan de bollen
die bestemd zijn voor den export naar het Zuidelijk
halfrond. Daar immers heeft de cyclus der jaar
getijden een phaseverschil van een half jaar met de
onze. Indien b.v. in Australiëde bollen in Augustus
of September geplant zouden worden, zouden deze
een ongunstigen tijd tegemoet gaan met sterk toe
nemende temperaturen. De bollen hebben na plan
ting een koele tijdsperiode noodig, daarom komt
op het Zuidelijk halfrond in het eerste jaar van den
bloei niet veel terecht. Sommige soorten zijn pas
na vier of vijf jaren geacclimatiseerd. Wat het
klimaat betreft is het voor de hand liggend dat de
aangewezen planttijd op het Zuidelijk halfrond
omstreeks begin April valt. Om nu de bollen
geschikt te maken voor de planting in April, worden
ze in hun ontwikkeling geremd. De rem-methode
welke voor hyacinten veel succes opleverde, is
in het laboratorium te Lisse ook in toepassing
gebracht op narcissen. Omdat in tegenstelling met
de hyacinten de narcissen bij het rooien reeds een
goed ontwikkelde bloem bezitten, kon men voor
de narcissen niet het bekende recept voor de hyacin
ten gebruiken. Na nauwkeurige proefnemingen
is men er in geslaagd de narcissen dusdanig te
remmen, dat ze in het land van bestemming gelijk
tijdig tot bloei komen met planten die daar vijf jaar
noodig hebben gehad om zich aan te passen. De
remmingsmethode bestaat hieruit, dat men de
bollen tusschen het rooien en het verzenden ge
durende zekere tijdsverloopen aan bepaalde con
stante temperaturen blootstelt. Zoo worden de
narcissen achtereenvolgens, telkens een bepaald
aantal weken, gehouden op temperaturen van 30°,
-V2°en 2SV20 C.
Ook bij het prepareeren van de vroegbloeiende
narcissen, waarvan de bloemen reeds vóór Kerstmis
aan de markt komen, gaat men te werk met allerlei
temperaturen. Als gevangenen zitten de bollen
opgesloten in de donkere cellen, om dan, als ze
vrijgelaten zijn, in volle pracht op te bloeien.
E. UYLDERT
Kleine perikelen
WAT de vergaderzaal betreft, op geregelde
tijden komt daar een commissie voor weten
schappelijk onderzoek samen. Deze commissie,
die de kweekers vertegenwoordigt, brengt steeds
allerlei urgente problemen op tafel. Deze problemen
zijn in de eerste plaats de ziekten en hun vaak
moeilijke diagnose. Een veel voorkomende ziekte
bij narcissen is het z.g. aaltjesziek", waarbij de
bollen door parasieten worden aangetast en zich
rottingsverschijnselen voordoen. Deze ziekte is
vrijwel den kop ingedrukt. De therapie voor deze
bollenziekte bestaat uit de warmwaterbehandeling;
de bollen worden gedurende drie a vier uur in
water van 431/2°C. gedompeld waarbij men zorg
draagt voor een goede vóór- en nabehandeling.
Om tot zulk een recept te komen moest men jaren
lang experimenteeren, want elk jaar moest weer
geduldig gewacht worden op den bloei om de
resultaten waar te nemen. Het spreekt van zelf
dat bij dergelijke experimenten allerlei recepten
gelijktijdig beproefd worden, anders zou het werk
niet jaren, maar eeuwen vergen.
KRUC BRUT
LE CHAMPAGNE PARFAIT
ONLANGS stond in de krant
dat de prins het was op
de Jaarbeurs te Utrecht zelf
zijn hoed en zijn jas opgehangen
had. Er bestaat in mijn gezin een
onkreukbare liefde voor Oranje,
doch het ging mij iets te ver dat
de ter plaatse aanwezig zijnde
journalist-van-dienst het noodig
gevonden had deze intieme bij
zonderheid te noteeren. Meende
hij dat dit van algemeenen nutte
was of geloofde hij hierdoor de
liefde voor het vorstelijk huis te
versterken....
Het eerste", zei Gisse. Er
zijn mannen en ik ken ze, die bij
hun thuiskomst oogenblikkelijk
hun jas en hoed door den gang
zeilen. Zulke mannen hebben
af en toe een doorluchtg voorbeeld
noodig en dat geeft de prins. Als
iemand zijn hoed en jas door den
gang kan zeilen, dan is hij het.
Doch hij toont ordelijkheid en
hij doet dit overal. Hij wijst den
weggebruiker op het verkeerde
van zijn handelingen den agent
doet hij zien waar ten onrechte
geparkeerd wordt enz."
En vervolgens verzonk Gisse
in een mijmering.
Het geheele gezin mijmerde,
en ik begreep de beteekenis ervan.
Men vindt mij in de eerste plaats
niet romantisch. Ik heb geen
fan" als een filmster, ik ben ook
niet al te mooi, ik ga nooit met
een kuras aan naar mijn bureau
en het esnige wat ik heb, is
af-entoe hoofdpijn, doch dan weet ik
altijd hoe het komt en daar is
dus niets interessants aan. Mijn
gezin betreurt dat de dagen van den
gulden riddertijd voorbij zijn en
wanneer het toejuicht dat de
prins zijn eigen goed ophangt, dan
is er een heimelijke spijt dat de
grondwet hem berooft van alle
mogelijke feudale mogelijkheden.
Er is iets voor te zeggen. Vroeger
kende een vorst zijn bon plaisir".
Je had een lastige overbuurman,
iemand deed je in het volste recht
een proces aan, je dochter was
verliefd op een sujet dat enkele
kwartieren te weinig had, doch
je stond in een goed boekje bij
den vorst, diens opperste ceremo
niemeester of diens vleugeladju
dant. En dus voorzag men u van
een zakelijk gesteld document,
hetgeen de kracht had uw buur
man, den minnaar van uw dochter
of uw tegenpartij in het proces,
zoo goed te doen verdwijnen als
ware hij begraven in ongebluschte
kalk. Een koning kon het oog
laten vallen op uw huis, uw hof,
uw vrouw, uw knecht en alles
behoorde hem toe, doch aange
zien hij vele onderdanen had
kon u niets gebeuren, mits ge
wat uit de buurt bleef met aantrek
kelijke zaken. Aan den anderen
kant kon hij ook een diamant
van zijn vinger trekken en u die
in een gril aanbieden sou
peerde hij ten uwen huize, en
het hoen streelde zijn gehemelte,
dan viel het hem wellicht in u
tot maarschalk te verheffen of
eenige vacante graafschappen in
uw schoot te laten vallen.
Doet dat de democratie?
Stel je voor dat de prins, op
het oogenblik dat je zijn zakdoek
opraapt, zou kunnen zeggen:
sta óp, graaf van Hoorn!" mijmer
de Gisse overluid....
Ik streek met mijn vinger langs
mijn hals en vond het beeld niet
zoo gelukkig.
Maar het is waar dat de tijden
verburgerlijken en dat de vorsten
dezer aarde weinig armslag meer
hebben. Dus moeten wij maar
gelukkig zijn dat zij althans in
burgerdeugden ons het voorbeeld
geven, nu het onrecht, de geweld
dadigheid en zoo, tegenwoordig
uitsluitend beoefend worden door
lieden van gewone komaf, die
vermoedelijk omdat zij geen kwar
tieren in hun wapen hebben,
ook geen kwartier geven kunnen.
J. VAN HOORN
PAG. 7 DE GROENE No. 3227