Historisch Archief 1877-1940
De reportage van de week:
Het behalen van het
Bewijs van Rijvaardigheid
B. Fortuin J
Examen op wielen
VROEGER zei men: Broer heeft vandaag voor
het eerst een stap geloopen". Nu zegt men:
Baby is gister door haar rijexamen ge
komen".
Loopen, dat verouderde procédé, leerde men van
vader en moeder. Voor het besturen van een auto
gaat men naar een rijschool. Je ziet ze wel rijden:
Autorijschool Ready"; vijftien gulden tot en met
het rijexamen". Een zenuwachtig mannelijk of
vrouwelijk wezen zit er in aan de handles te mor
relen, trapt op het gaspedaal als het de rem bedoelt
en op de rem, als het wil debrayeeren. Het laat den
richtingwijzer uitstaan als het den bocht door is
en kijkt achteruit om te zien of er geen ongelukken
van gekomen zijn, waarbij het vooraan een ver
keersagent bijna omver rijdt. Bijna, want er naast
zit de trouwe instructeur met onder zijn voeten de
dubbele besturing", om met wijs inzicht de andere
weggebruikers het leven nog enkele jaren mogelijk
te maken en eventueel zelf ook de vreugden van
een vredigen ouden dag niet te verspelen.
Als aarzelende mieren kruipen de uitgesleten
wagens met de oranje L" achterop (niet Levens
gevaar" maar alleen Les"), door het verkeer,
hortend en stootend bij kruispunten, gierend met
tegen elkaar wringende kamraderen, stoppend juist
voor een file toeterende wagens, links afslaand als
het rechtsaf zegt, angstig, onwennig en roekeloos.
Toch moet dat alles nog veranderen. De aspirant
automobilist zal op een smallen weg moeten kunnen
keeren; hij zal met twee vrijwel onbeschadigde
spatborden achteruit een garage in moeten kunnen
rijden, hij zal op een helling moeten kunnen stoppen
en weer wegrijden, hij zal het strikte gij zult niet
dooden" tegenover zijn mede-weggebruikers in het
oog moeten houden en weten, dat hij op
voorrangswegen niet altijd den voorrang heeft.
DAN is hij rijp voor de rijproef. Als de vuur
proef der donkere tijden is het. Genadeloos over
geleverd aan het meedoogenlooze verkeer, met naast
zich de adviseur van het Centraal Bureau voor de
Afgifte van Bewijsstukken van Rijvaardigheid".
Vroeger was dat niet zoo. Toen was de eenige voor
waarde voor den automobilist om te rijden de al of
niet gewilligheid van zijn voertuig. De commissaris
der Koningin in zijn provincie gaf hem een papier,
dat hij op aanvraag zoo maar kon krijgen. Hij zette
zijn stofbril op, trok zijn autopet over zijn hoofd
en reed weg, rijvaardig of niet.
Dat ging niet. En vier groote belanghebbende
vereenigingen stichtten het genoemde Bureau met
den langen naam, en benoemden elk twee leden,
waarbij er nog twee benoemd werden door
werknemersvereenigingen. De directeur van dit Bureau
Rijvaardigheid verkreeg van den minister van
Waterstaat de bevoegdheid tot het afgeven van de
Bewijzen Rijvaardigheid (wat nog lang geen Rij
bewijs is). Maar omdat die eene directeur niet
dagelijks naast eenige honderden automobilisten
kan gaan zitten, heeft hij een staf van adviseurs in
alle plaatsen des lands. Dat zijn automobilisten,
wien de veiligheid van het verkeer ter harte gaat,
en die zich voor dezen post aanmeldden. Maar het
is geen sinecure en wordt dienovereenkomstig
vergoed.
ZOO gij, in verband met de huidige opvatting
van techniek, de heeren adviseurs verwacht in
een kantoorgebouw met stalen meubelen en strenge,
technische zakelijkheid, dan hebt gij het mis. Neen,
deze fiere wachters van den verkeerstempel hokken
in melksalonnetjes en wachtkamertjes. Hier in
Amsterdam deelt een melksalon van de Vami
tegenover Artis de eer met het wachtkamertje van
de Gooische tram. Een rij auto's, met oranje L"s
staat er voor. Binnen, in het café, zitten
de cerberi. In hun privéleven ijverige zakenlieden,
vriendelijke heeren, goede vaders, kundige advo
caten en artsen. Hier stoere bewaarders der goede
verkeerszeden, onverbiddelijke examinatoren aan
gaande stadslichten en knippersignalen.
Den heelen dag komen zij en gaan zij. Naast de
zenuwachtige candidaten risceeren zij van half uur
tot half uur hun leven en ledematen. Zij hebben
iets van de helden der zee. Steeds bereid te
sterven.
Op hun tafeltjes, een stuk of drie, staat een
plechtig bordje: gereserveerd. Op elks tafeltje ligt
een keurige leeren map, hem verstrekt door het
Centraal Bureau. Want autorijden loopt in de
papieren. Dat wil zeggen: de candidaat krijgt en
A/s U nou daar op den hoek . . . ." vraagt de adviseur
aan den candidaat bij het theoretische gedeelte van de
rijvaardigheidsproef
verstrekt veel papieren alvorens hij losgelaten wordt
op het verkeer.
Zoo zijn of haar instructeur meent, dat hij het
nou maar eens moet wagen, gireert de candidaat
eenige luttele guldens aan het Bureau met den
langen naam. Men noteert zijn wenschen omtrent
tijd en dag, schikt het in de roosters, zendt bericht
per formulier aan een der adviseurs, en stuurt den
candidaat een dubbele briefkaart, waarop tijd en
plaats vermeld staan. De aanstaande coureur vindt
er een omschrijving der exameneischen (vooruit,
achteruit, etc.) en het theoretisch gedeelte". Dat
zijn de belangrijkste verkeersregels en
verkeersteekens: om uit het hoofd te leeren. De candidaat
leert. Maar dat is niet genoeg. Hij behoeft twee foto's
(van zich zelf) en een uittreksel uit het Bevolkings
register (opdat de adviseur er zeker van is niet reeds
met een geest of nog een te onvolwassen wezen te
rijden). Hij leert de regels, slaapt dien nacht slecht
en begeeft zich naar den melksalon.
Daar drentelen zij dan, in afwachting van hun
tijd. Mannen met de groene briefkaarten in hun
hand en angst op het gelaat. Zij zoeken in de drie
adviseurs den hunne. De een zendt hen naar den
andere. Tot zij terecht zijn. Is die voor jou, Henk?"
Ja ! Komt U maar bij mij, meneer. Aangenaam.
Gaat U even zitten. Mag ik Uw papieren" ? Geheim
zinnige aanteekeningen worden gemaakt, papieren
aan elkaar geclipped, portretten tusschengeklemd.
Gaat U maar naar buiten en laat U de motor
vast draaien". Een laatste bemoedigende blik van
den instructeur, die meegekomen is. De motor wordt
gestart. Zenuwachtig vergeten zij het contact
sleutel tj e om te draaien. De motor start niet. Wat
nu? nog eens! wat een indruk, nu al gezakt. Ja toch,
eindelijk, gelukkig !
De examinator komt. Nou meneer, laten we dan
maar eens zoo en zoo...." Het gaat. De motor
draait keurig, versnellingen voegen zich gedwee,
stoplichten maken het niet te lastig. Meneer",
zegt de stem naast hem, mag U die tram nu links
voorbij rijden?" Meneer, mag U hier direct
linksaf, of moet U op het verkeer wachten?" Stopt
U eens even, meneer, rijdt U eens even achteruit
die straat in en blijft U dan staan naast die lantaarn
paal".
Het lukt, het gaat. Of het lukt en het gaat niet.
Dan schuren de achterwielen over trottoirbanden,
dan wenken verkeersagenten woedend, dan slaat
de motor af of loopt de handrem warm. En stil er
naast, spiedend zit de man van de rijvaardigheid.
TERUG in de melksalon. De wachtende vrienden,
leeraren en kennissen drinken slappe koffie.
Ik wilde U nog een paar dingen vragen, meneer".
Het theoretisch gedeelte. Zij zetten zich aan ge
reserveerd". Als U nou, meneer, 's avonds na tien
uur rijdt, wanneer moet U dan Uw lichten ver
minderen' '. Als U nou een begrafenisstoet kruist. ."
Als U nou. ..."
Het examen wordt gehouden in den vorm van
PAG. 7 DE GROENE No. 3229
De adviseur onderzoekt in een stille straat de rijvaardig
heid van een motorrijder
Als U nou. ..." Dat is verraderlijk, want de ver
keersregels zijn gesteld in men moet" en men
mag niet". Bij den hersenarbeid, noodig voor
de omzetting van het een in het ander sneuvelen er
velen, roemloos en stil. Daar zijn de moeilijkheden
met onvoorziene en in de wet verzwegen hooiwagens,
met motordriewielers en voetgangers.
Maar wij nemen aan, dat het zonder ongelukken
is afgeloopen. Ik dank U wel, meneer, over drie
dagen krijgt U bericht van het Centraal Bureau".
De adviseur maakt zijn rapport: bedrevenheid
zoo, kennis der voorschriften zus, behandeling van
de motor zoo en zoo. Algemeene bedrevenheid:
voldoende, matig of onvoldoende". De directeur in
Den Haag velt de slotconclusie en de arme candidaat
krijgt zijn vonnis thuis, eventueel voorzien van zijn
Bewijs Rijvaardigheid". Dan moet hij meer por
tretten, een aanvraagformulier hebben, een dokters
verklaring en alles weer met zijn uittreksel uit het
Bevolkingsregister zenden naar den Commissaris
der Koningin, die het Rijbewijs" hierop uitreikt.
En dan wordt hij losgelaten.
HOE functioneert dit alles nu in de praktijk?
Als geheel is de selectie gunstig. Maar een
half uur is wat kort voor een gefundeerd oordeel
voor den adviseur. Men wil den tijd met een
kwartier verlengen. Want de werkelijke, en niet de
toevallige rijvaardigheid moet beoordeeld worden.
En daarvoor is bij den adviseur veel aandacht,
inzicht en ervaring vereischt. Want niet elke
adviseur heeft het zoo makkelijk, als die, die door
zijn candidaat de gracht ingereden werd. Toen
wist-ie tenminste meteen, dat die niet rij vaardig was".