Historisch Archief 1877-1940
DE KLEINE KRANT:
Em MMd* ptrwt
Conflonwrut
V«n ho* h«t (n d* w«f «W n*t
DE KLEME KRANT
(oongiomeran /
DE KLEINE KRANT
Versmtlt zin «n onzin
ld«- tn rttlism*
VNT: j
l
J
Buitenland
DE TOESTAND
door Opmercator
WANNEER gij, vriend lezer, op
beuring behoeft, wil ik wel
zeggen, dat de situatie in Europa roos
kleurig is. Wanneer gij te optimist zijt,
wil ik u vertellen, dat het maar schijn
is. Wanneer gij het zelf wel weet, wil
ik mijn mond houden, wanneer gij
onzeker zijt, wil ik u wel wat ver
tellen.
Maar wanneer gij denkt, dat ik het
weet, dan hebt gij het mis.
Itali
~DE OLIFANT VAN MUSSOLINI
Stefani meldt uit Rome,
dat de olifant van
Mussolini van plan zou zijn, zich
uit het openbare leven
terug te trekken om zijn
mémoires te schrijven.
Voor de vrouw
De Dienstbode en haar Mevrouw
" Blauwcauserie van Frêle B. E. G.
v. d. M. tot Aa.
N verband met het dreigend knijpend
???'tekort aan dienstboden door den
toenemenden export naar Duitschland
hield hedenmiddag voor de Vereeniging
van Huisdames Frêle v. d. M.?A. een
interessante blauwcauserie over de
dienstbode en haar Mevrouw.
De zeer deskundige inleidster (uit
haar geacht betoog bleek, dat zij in
5Y2 jaar 23 keukenmeisjes, 14 dienst
boden, 17 bellenmeisjes en 3 serveer
boys had versleten) begon met te ver
klaren, dat er in de toekomst een totale
omkeer in de verhouding tusschen
dienstbode en Mevrouw zou moeten
plaats hebben. Wanneer men volkomen
open kwam te staan voor elkanders
nooden zou er weldra geen
dienstbodennood meer zijn. Verder was een
eerste vereischte teneinde den huidigen
tegenzin in het bodenbestaan op te
heffen, dat het woord dienstbode ver
vangen werd door een warmer klin
kende aanduiding als b.v. Kleine
Bleekneus, Sprotje, Schraalhals of
Pimpelmees.
Het loon was volgens spreekster an
sich geen kwestie; slechts door de actie
van mannen met slechte bedoelingen
was het tot een sociaal vraagstuk ge
worden. Vanzelf zou echter het loon
(van de meisjes) uit de wereld ge
holpen worden, wanneer er een geest
van dienstvaardigheid over hen zou
vaardig worden.
Luid gesticuleerend betoogde de
frêle met hevigen nadruk in een vurige
slotperoratie, dat er misschien een
commissie benoemd zou kunnen
worden.
Europeesch-Russische zegswijzen
JMais'qai vient? Maisky vient!
* ~" «*?
Maisky Messer
UIT HET DIEREN RIJK
jij bedriegt me met 'n Hollandsche
nieuwe!"
Een reportage van De Kleine Krant
Twee dagen in de vrije stad
Ook dit maal is de
Kleine Krant-reporter" Hen
drik rijn gewoonte, om van _
de meest in de openbare be- -''?'
langstelling staande plaatsen
uit zijn reportages te sturen
niet ontrouw geworden. Dit
maal was dus DANZIG
aan de beurt.
DANZIG, Vrijdag 29 Mei
Nadat ik gisteravond in de
vrije stad aangekomen was
werd ik reeds op het vlieg
veld gevisiteerd en aan een
nauwkeurig onderzoek on
derworpen. Ik kreeg een
S.A. man mee naar mijn
hotel, waarvoor eenige leden
der geheime politie de wacht
hielden. Toen ik 's avonds
laat nog een glas bier wilde
drinken werd ik door vier
politiemannen gevolgd.
De Kleine Krant-reporter Hendrik in de Vrije Stad
De ineenlng der bevolking
Den volgenden morgen hadjik een
afspraak met eenige Danziger koop
lieden uit Berlijn. Deze, reeds van
1938 in de vrije stad gevestigde, in
woners, waren zeer heftig in hun
overtuiging: De vrije stad moet vrij.
Als het niet anders gaat zullen wij
haar desnoods bevrijden. Daartoe
zullen wij een plebisciet houden, als
het kan een vrij. De vrije stad is vrij
om onvrij te worden". Wat zegt de
Poolsche minderheid?
De Poolsche minderheid is het met
het bovenstaande natuurlijk niet eens.
Wij bezochten een der leiders in zijn
cel. Als de vrije stad bevrijd is",
aldus deze krachtige strijder, willen
ze me vrij laten. Maar zoo lang ze nog
vrij is, onthouden zij mij mijn vrij
heid".
De toestand
De toestand is thans vrij gespannen
maar meer gespannen dan vrij. Troepen
vrijwilligers trekken vrij door de vrije
stad. Daar Polen vrij duidelijk te
kennen gegeven heeft, geen vrijheden
in Danzig toe te zullen staan, kan
men vrijwel zeggen, dat er vrij zeker
vrij kort na vrijdag wrijving zal ont
staan. Er blijft dus vrij veel kans op
een corridoroorlog om de vrije stad
Toerisme
Waarheen van den zomer l
Nu de vraag waarheen dezen zo
mer" zich weer met klemmende kracht
aan ons voordoet, komen in dit liefe
lijke voorjaar heele stapels brochures
en prospecta op mijn bureau gedwar
reld. Plaatjes en beschrijvingen, de
een al verleidelijker dan de andere,
lokken den tourist. Wij zullen voor
verschillende smaken er het een en
ander van vertellen.
De Duitsche Jura
Het loont de moeite een studie te
maken van de Duitsche jura; het
landschap er van heeft zich door de
Erhebung" volkomen in nationalen
en volksverdommelijken zin gewijzigd.
Zwitserland
Hoe heerlijk schoon ligt Zwitserland
tusschen het Italiaansche en Duitsche
bergland ingeklemd. Het vormt als
het ware de natuurlijke brug tusschen
den Noordschen geest en de Italiaan
sche dementaliteit.
Frankrijk
Het schoone Frankrijk is van ouds
hét touristenland geweest. Ook nu
weer verwacht men zoo half en h ilf
een massale intocht uit het Oosten.
Vooral de streek van Maginot is er op
gastenbezoek voortreffelijk ingericht.
Alle com-fort.
Nederland
Dit jaar zet ook Nederland zijn
beste beentje voor. De bordjes met
verboden" zijn allen keurig
opgeschilderd en overal zijn de
rijksveldwachters klaar, de gasten te ontvangen.
De Redactie van De Kleine
heeft den bekenden
Schravenhaagschen journalist W. E. Mer
man (beroemd door zijn bijnaam
den Raren Reporter") bereid
gevonden eenige van zijn in
drukken, veroorzaakt door Hol
lands eigen steden en dorpen, in
dit blad te publiceeren. Wij
openen de reeks met:
De Residentie
door een zuren Hagenaar
A, bij de aankomst aan het
Stationsplein voelen wij het reeds:
Welk een verlatenheid l Ja, ook Den
Haag is een z.g. Doode Stad. Wij zien
tramrails, maar geen trams; ruimte
voor voetgangers, maar geen voetgan
gers; verkeerssignalen, maar geen
verkeer. Wij dwalen verder naar de
binnenstad. Karakteristiek woord ove
rigens: stad waar de menschen binnen
blijven. Hagenaars ziet men er niet;
een enkele agent, meestal van buiten.
Soms wil de Hagenaar alleen zijn;
dan gaat hij naar een café.
Voort gaat onze tocht. Op het Spui,
waar de signalen het verkeer zoo in
bedwang hebben, dat het bijna den
geheelen dag op alle hoeken stil staat,
is het gevaarlijk. Hier zwerven tus
schen de opgebroken tramrails groote
kudden wilde autobussen. Als wij ze
in de verte hooren aankomen, stampend
en dreunend, houden wij ons
spoorkaartje voor ons uit (waar zij een groote
angst voor hebben) en vluchten in een
zijstraat. Indien men ons in die zij
straat beroofd heeft, komt er een
agent voor het perceel te staan. Wij
dwalen nu langs den Koninklijken
Schouwburg. Eenige acteurs leunen
tegen de deurpost en rooken lusteloos.
Liedeklein
15ÊMUZIKANT
Een muzikant, zonder veel geld,
Staat in de krant vermeld als held.
Hij liep, met ongeschoren kop,
Vond een verloren envelop.
Het was een ding met roode lakken
Daaran heb 'k lak. Ik zal hem pakken
Want in zoo'n brief zit vast muziek".
Hij had gelijk: tien duizend piek!
Nu was hij Mengelberg te rijk
Slechts liep die bengel erg te kijk.
Hij kocht zich, dat was nog het best.
Als eerste ding een nieuw orkest:
Een splinternieuw accordeon
Wijl 't oude niet meer spelen kon.
Toen heeft hij, droombeeld van zijn leven,
Zichzelf een nieuw costuum gegeven
Niet tweedehandsch maar eersteklas
Wat heel erg onverstandig was.
Hij liep als nabob door de straten,
Dat liep al dadelijk in de gaten,
Als vorst langs burgwal en zeedijk:
Ik geloof, dat ik eens in dit cafékijk".
Hij giet zich voor de centen vol
Met veel procenten alcohol.
Wijl hij nooit iets bezeten had
En nooit genoeg gegeten had,
Had hij, wijl zonder list of
veinZen, nooit geleerd egoist te zijn.
Dus schonk hij allen die er waren
Veel glazen bier en oude klare
En 't werd een machtig vroolijk feest
Zooals men in de krant thans leest.
En Toscanini voor n nacht
Heeft allen heel veel vreugd gebracht.
Doch kunstenaar geen financier
Schonk hij elkeen een souvenir.
De dames waren in hun sas
Stopten het geld gauw in hun tasch.
Eén nacht liep hem de halve stad na,
Hij voelde zich een Maharadja!
Doch toen de ochtendster verbleekte
Was er een brigadier, die preekte,
Van diefstal sprak en van fatsoen
Zooals die ook wel moeten doen.
Van eigendom, van recht en orde
Die wel gehandhaafd moeten worden.
De zondaar hoorde hem galant aan
Doch liet de preek over z'n muzikant gaan
Herdacht der dranken hoog procent
De klanken van z'n instrument
De dames met hun vele charmes
De harde handen der gendarmes.
Niets baatten hem de schoone kunsten
Niets baatten hem der dames gunsten.
Niets, niets. Al is zijn noodlot droef
Hij is een doodgewone boef.
Apollo niet en ook niet Venus.
Dit keer, o kunstenaar! is 't meenes.
Oh Muzikant! Gij zijt een dief,
Maar ik heb u onuitsprekelijk lief!
Iks
Zij zien mij aankomen; zij leven op.
Schouwburg, meneer, mooi stukje
spelen, meneer...." roepen zij. Ik
moet hen echter teleurstellen, mijn
tijd is beperkt; arme menschen !
Nu wandel ik langs een groot restau
rant; muziek klinkt vroolijk op. Ver
rast blijf ik staan. Wat is dat? Ik maak
een praatje met den portier en deze
vertelt mij, dat het orkest zich zoo
verveelde; het speelt voor z'n plezier"
vertelt hij, maar het zal wel niet lang
duren, want de obers hebben al ge
klaagd dat ze niet rustig kunnen
kaarten.
Eindelijk ga ik wat rusten in een
café. De ober slaapt. Het wordt trou
wens alweer tijd voor mijn trein. Over
het Stationsplein schuifelt een een
zame gestalte. Het is een kunstschilder.
Als hij langs mij wankelt, zie ik hoe
hij op een kwast loopt te bijten. Het
is maar een kleine kwast; ik bied hem
de knop van mijn parapluie aan.
Dank," stamelt hij.
N.V. Amtterd.'Boek- en Steendrukker
v/h E L t. E R M.A N, H AR M S.& Co.
PAG.20 DEJGROENE No. 3233