De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1939 20 mei pagina 20

20 mei 1939 – pagina 20

Dit is een ingescande tekst.

DE KLEINE KRANT: Em MMd* ptrwt Conflonwrut V«n ho* h«t (n d* w«f «W n*t DE KLEME KRANT (oongiomeran / DE KLEINE KRANT Versmtlt zin «n onzin ld«- tn rttlism* VNT: j l J Buitenland DE TOESTAND door Opmercator WANNEER gij, vriend lezer, op beuring behoeft, wil ik wel zeggen, dat de situatie in Europa roos kleurig is. Wanneer gij te optimist zijt, wil ik u vertellen, dat het maar schijn is. Wanneer gij het zelf wel weet, wil ik mijn mond houden, wanneer gij onzeker zijt, wil ik u wel wat ver tellen. Maar wanneer gij denkt, dat ik het weet, dan hebt gij het mis. Itali ~DE OLIFANT VAN MUSSOLINI Stefani meldt uit Rome, dat de olifant van Mussolini van plan zou zijn, zich uit het openbare leven terug te trekken om zijn mémoires te schrijven. Voor de vrouw De Dienstbode en haar Mevrouw " Blauwcauserie van Frêle B. E. G. v. d. M. tot Aa. N verband met het dreigend knijpend ???'tekort aan dienstboden door den toenemenden export naar Duitschland hield hedenmiddag voor de Vereeniging van Huisdames Frêle v. d. M.?A. een interessante blauwcauserie over de dienstbode en haar Mevrouw. De zeer deskundige inleidster (uit haar geacht betoog bleek, dat zij in 5Y2 jaar 23 keukenmeisjes, 14 dienst boden, 17 bellenmeisjes en 3 serveer boys had versleten) begon met te ver klaren, dat er in de toekomst een totale omkeer in de verhouding tusschen dienstbode en Mevrouw zou moeten plaats hebben. Wanneer men volkomen open kwam te staan voor elkanders nooden zou er weldra geen dienstbodennood meer zijn. Verder was een eerste vereischte teneinde den huidigen tegenzin in het bodenbestaan op te heffen, dat het woord dienstbode ver vangen werd door een warmer klin kende aanduiding als b.v. Kleine Bleekneus, Sprotje, Schraalhals of Pimpelmees. Het loon was volgens spreekster an sich geen kwestie; slechts door de actie van mannen met slechte bedoelingen was het tot een sociaal vraagstuk ge worden. Vanzelf zou echter het loon (van de meisjes) uit de wereld ge holpen worden, wanneer er een geest van dienstvaardigheid over hen zou vaardig worden. Luid gesticuleerend betoogde de frêle met hevigen nadruk in een vurige slotperoratie, dat er misschien een commissie benoemd zou kunnen worden. Europeesch-Russische zegswijzen JMais'qai vient? Maisky vient! * ~" «*? Maisky Messer UIT HET DIEREN RIJK jij bedriegt me met 'n Hollandsche nieuwe!" Een reportage van De Kleine Krant Twee dagen in de vrije stad Ook dit maal is de Kleine Krant-reporter" Hen drik rijn gewoonte, om van _ de meest in de openbare be- -''?' langstelling staande plaatsen uit zijn reportages te sturen niet ontrouw geworden. Dit maal was dus DANZIG aan de beurt. DANZIG, Vrijdag 29 Mei Nadat ik gisteravond in de vrije stad aangekomen was werd ik reeds op het vlieg veld gevisiteerd en aan een nauwkeurig onderzoek on derworpen. Ik kreeg een S.A. man mee naar mijn hotel, waarvoor eenige leden der geheime politie de wacht hielden. Toen ik 's avonds laat nog een glas bier wilde drinken werd ik door vier politiemannen gevolgd. De Kleine Krant-reporter Hendrik in de Vrije Stad De ineenlng der bevolking Den volgenden morgen hadjik een afspraak met eenige Danziger koop lieden uit Berlijn. Deze, reeds van 1938 in de vrije stad gevestigde, in woners, waren zeer heftig in hun overtuiging: De vrije stad moet vrij. Als het niet anders gaat zullen wij haar desnoods bevrijden. Daartoe zullen wij een plebisciet houden, als het kan een vrij. De vrije stad is vrij om onvrij te worden". Wat zegt de Poolsche minderheid? De Poolsche minderheid is het met het bovenstaande natuurlijk niet eens. Wij bezochten een der leiders in zijn cel. Als de vrije stad bevrijd is", aldus deze krachtige strijder, willen ze me vrij laten. Maar zoo lang ze nog vrij is, onthouden zij mij mijn vrij heid". De toestand De toestand is thans vrij gespannen maar meer gespannen dan vrij. Troepen vrijwilligers trekken vrij door de vrije stad. Daar Polen vrij duidelijk te kennen gegeven heeft, geen vrijheden in Danzig toe te zullen staan, kan men vrijwel zeggen, dat er vrij zeker vrij kort na vrijdag wrijving zal ont staan. Er blijft dus vrij veel kans op een corridoroorlog om de vrije stad Toerisme Waarheen van den zomer l Nu de vraag waarheen dezen zo mer" zich weer met klemmende kracht aan ons voordoet, komen in dit liefe lijke voorjaar heele stapels brochures en prospecta op mijn bureau gedwar reld. Plaatjes en beschrijvingen, de een al verleidelijker dan de andere, lokken den tourist. Wij zullen voor verschillende smaken er het een en ander van vertellen. De Duitsche Jura Het loont de moeite een studie te maken van de Duitsche jura; het landschap er van heeft zich door de Erhebung" volkomen in nationalen en volksverdommelijken zin gewijzigd. Zwitserland Hoe heerlijk schoon ligt Zwitserland tusschen het Italiaansche en Duitsche bergland ingeklemd. Het vormt als het ware de natuurlijke brug tusschen den Noordschen geest en de Italiaan sche dementaliteit. Frankrijk Het schoone Frankrijk is van ouds hét touristenland geweest. Ook nu weer verwacht men zoo half en h ilf een massale intocht uit het Oosten. Vooral de streek van Maginot is er op gastenbezoek voortreffelijk ingericht. Alle com-fort. Nederland Dit jaar zet ook Nederland zijn beste beentje voor. De bordjes met verboden" zijn allen keurig opgeschilderd en overal zijn de rijksveldwachters klaar, de gasten te ontvangen. De Redactie van De Kleine heeft den bekenden Schravenhaagschen journalist W. E. Mer man (beroemd door zijn bijnaam den Raren Reporter") bereid gevonden eenige van zijn in drukken, veroorzaakt door Hol lands eigen steden en dorpen, in dit blad te publiceeren. Wij openen de reeks met: De Residentie door een zuren Hagenaar A, bij de aankomst aan het Stationsplein voelen wij het reeds: Welk een verlatenheid l Ja, ook Den Haag is een z.g. Doode Stad. Wij zien tramrails, maar geen trams; ruimte voor voetgangers, maar geen voetgan gers; verkeerssignalen, maar geen verkeer. Wij dwalen verder naar de binnenstad. Karakteristiek woord ove rigens: stad waar de menschen binnen blijven. Hagenaars ziet men er niet; een enkele agent, meestal van buiten. Soms wil de Hagenaar alleen zijn; dan gaat hij naar een café. Voort gaat onze tocht. Op het Spui, waar de signalen het verkeer zoo in bedwang hebben, dat het bijna den geheelen dag op alle hoeken stil staat, is het gevaarlijk. Hier zwerven tus schen de opgebroken tramrails groote kudden wilde autobussen. Als wij ze in de verte hooren aankomen, stampend en dreunend, houden wij ons spoorkaartje voor ons uit (waar zij een groote angst voor hebben) en vluchten in een zijstraat. Indien men ons in die zij straat beroofd heeft, komt er een agent voor het perceel te staan. Wij dwalen nu langs den Koninklijken Schouwburg. Eenige acteurs leunen tegen de deurpost en rooken lusteloos. Liedeklein 15ÊMUZIKANT Een muzikant, zonder veel geld, Staat in de krant vermeld als held. Hij liep, met ongeschoren kop, Vond een verloren envelop. Het was een ding met roode lakken Daaran heb 'k lak. Ik zal hem pakken Want in zoo'n brief zit vast muziek". Hij had gelijk: tien duizend piek! Nu was hij Mengelberg te rijk Slechts liep die bengel erg te kijk. Hij kocht zich, dat was nog het best. Als eerste ding een nieuw orkest: Een splinternieuw accordeon Wijl 't oude niet meer spelen kon. Toen heeft hij, droombeeld van zijn leven, Zichzelf een nieuw costuum gegeven Niet tweedehandsch maar eersteklas Wat heel erg onverstandig was. Hij liep als nabob door de straten, Dat liep al dadelijk in de gaten, Als vorst langs burgwal en zeedijk: Ik geloof, dat ik eens in dit cafékijk". Hij giet zich voor de centen vol Met veel procenten alcohol. Wijl hij nooit iets bezeten had En nooit genoeg gegeten had, Had hij, wijl zonder list of veinZen, nooit geleerd egoist te zijn. Dus schonk hij allen die er waren Veel glazen bier en oude klare En 't werd een machtig vroolijk feest Zooals men in de krant thans leest. En Toscanini voor n nacht Heeft allen heel veel vreugd gebracht. Doch kunstenaar geen financier Schonk hij elkeen een souvenir. De dames waren in hun sas Stopten het geld gauw in hun tasch. Eén nacht liep hem de halve stad na, Hij voelde zich een Maharadja! Doch toen de ochtendster verbleekte Was er een brigadier, die preekte, Van diefstal sprak en van fatsoen Zooals die ook wel moeten doen. Van eigendom, van recht en orde Die wel gehandhaafd moeten worden. De zondaar hoorde hem galant aan Doch liet de preek over z'n muzikant gaan Herdacht der dranken hoog procent De klanken van z'n instrument De dames met hun vele charmes De harde handen der gendarmes. Niets baatten hem de schoone kunsten Niets baatten hem der dames gunsten. Niets, niets. Al is zijn noodlot droef Hij is een doodgewone boef. Apollo niet en ook niet Venus. Dit keer, o kunstenaar! is 't meenes. Oh Muzikant! Gij zijt een dief, Maar ik heb u onuitsprekelijk lief! Iks Zij zien mij aankomen; zij leven op. Schouwburg, meneer, mooi stukje spelen, meneer...." roepen zij. Ik moet hen echter teleurstellen, mijn tijd is beperkt; arme menschen ! Nu wandel ik langs een groot restau rant; muziek klinkt vroolijk op. Ver rast blijf ik staan. Wat is dat? Ik maak een praatje met den portier en deze vertelt mij, dat het orkest zich zoo verveelde; het speelt voor z'n plezier" vertelt hij, maar het zal wel niet lang duren, want de obers hebben al ge klaagd dat ze niet rustig kunnen kaarten. Eindelijk ga ik wat rusten in een café. De ober slaapt. Het wordt trou wens alweer tijd voor mijn trein. Over het Stationsplein schuifelt een een zame gestalte. Het is een kunstschilder. Als hij langs mij wankelt, zie ik hoe hij op een kwast loopt te bijten. Het is maar een kleine kwast; ik bied hem de knop van mijn parapluie aan. Dank," stamelt hij. N.V. Amtterd.'Boek- en Steendrukker v/h E L t. E R M.A N, H AR M S.& Co. PAG.20 DEJGROENE No. 3233

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl