De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1939 10 juni pagina 12

10 juni 1939 – pagina 12

Dit is een ingescande tekst.

rouwen en vrouwenleven Wie was madame Tossaod? r volutie van de badjas j WIE Londen bezoekt en toevallig ook een tikje van griezelen houdt, bezoekt natuurlijk Madame Tussaud's Waxworks". In dit panopticum van gigantische afmetingen vereenigen zich alle mogelijke beroemdheden uit heden en verleden. Er staan koningen en sporthelden, politici en filmmenschen, geleerden en misdadigers. Zoo spoedig iemand in de wereld op eenigerlei wijze van zich doet spreken, vereeuwigt men hem of haar in was bij madame Tussaud. Zooveel mogelijk tracht men bij te blijven met de gebeurtenissen van den dag en wie goed op de hoogte wil zijn, kan zich bij madame Tussaud op diverse manieren oriënteeren, o. m. door de samengestelde groepen te be studeer en. Zoo spoedig een regeering wisselt, wisselen ook de wassen poppen. Toen minister Eden niet langer deel uitmaakte van het Engelsche kabinet was hij reeds den dag na zijn ontslag neming ook uitgesloten van de wassenbeelden-conferentie der ministers en stond zielig in een hoek. De eerste madame Tussaud, naar wie het panopticum heet, werd in 1760 te Bern -geboren. Ze woonde daar te zamen met haar moeder en haar oom, die dokter was. Deze dokter Curtius, was een verlicht man, wiens speciale belangstelling uitging naar de behan deling van gebrekkige kinderen, welke in dien tijd nog ongeveer alles te wenschen overliet. Dr. Curtius maakte modellen van was van misvormde lede maten om met behulp van die modellen een methode van genezing te kunnen vinden. Maar al spoedig bleek, dat het modelleeren hem in de vingers zat; al spoedig maakte hij ook koppen, bustes, ja levensgroote figuren van was, die zoo fraai en ook zoo gelijkend waren, dat ze algemeen werden bewonderd en dat zelfs de stad Bern, te zijner eere, een museum inrichtte, waar zijn wassen beelden werden tentoongesteld. Dokter Curtius' kleine nicht, Marie, bleek de vaardigheid van haar oom te hebben geërfd: ook haar kleine vingers konden uit was allerlei tevoorschijn tooveren. Het was eerst kinderspel, maar toen dr. Curtius merkte welk een kunstzinnigen aanleg het kleine meisje had, deed hij alles om dien te ontwikkelen. Het gebeurde, dat prins Conti, die aan het Fransche hof een rol van be lang speelde, eens door Zwitserland reisde en te Bern ook het museumCurtius bezocht, waar naast schep pingen van den oom, thans vooral ook werkstukken van het nichtje prijkten. De Fransche edelman was zoozeer ge troffen door de merkwaardige modelleerkunst van beiden, dat hij de familie trachtte te bewegen naar Parijs te komen. Daar zou hij oom en nicht aan het hof brengen. Dokter Curtius en Marie's moeder bedankten, maar het jonge meisje liet zich verlokken en trok naar het land, waar de eerste verschijnselen zich reeds kenbaar maakten van de groote revolutie. A ANVANKELIJK zag het er uit of f\ Marie's stoutste droomen verwe zenlijkt werden. Niemand minder dan de bekoorlijke koningin Marie-Antoinette gaf haar opdracht een buste van haar te vervaardigen en toen deze veel bewonderd werd om de uitnemende gelijkenis, vervaardigde Marie óók een zeer karakteristiek borstbeeld van koning Lodewijk XV. Een portret van den Dauphin volgde en ook een van de jeugdige prinses Elizabeth, die zoo bekoord was door de jonge Zwitsersche, dat zij niet rustte voor en aleer Marie Curtius tot haar leerares was benoemd. Nu verhuisde zij naar het paleis van Versailles en daar kreeg ze gelegenheid borstbeelden te maken van Rousseau, Voltaire, en Benjamin Franklin. Ze was nu geheel in de hof kringen opgenomen, behoorde tot de verwende gunstelingen van het konings paar en werd reeds om die reden door het wantrouwiger-wordende Fransche volk met woedende oogen bekeken. Op een nacht drong men het paleis binnen en nam prinses Elizabeth ge vangen en tezamen met haar ook de mooie jonge beeldhouwster. Maar nu dook, voor de eerste maal in Marie's leven, de jonge Fran?ois Tussaud op. Op geheimzinnige en romantische wijze zag hij kans om met zijn vrienden de prinses en haar leerares te bevrijden. Midden in den nacht werden ze ge bracht naar het paleis van den hertog van Kleef, die beide vrouwen opnam en verborg, met gevaar voor zijn eigen leven;. Hij moest dien moed met den dood betalen, daar het weldra bekend werd, waar beide ontvluchtte gevange nen verbleven. Zij werden opnieuw in arrest gesteld. Danton beval, dat Marie Curtius haar talent voortaan in dienst van het volk moest stellen; zij kreeg opdracht wassen beelden te maken voor de republiek. Heel tragisch was het wel dat de hertog van Kleef, die haar onderdak verleende, haar eerste model was. Op een morgen bracht men zijn bloedend hoofd, zóó van de guil lotine, in haar cel.... NU kwam voor Marie Curtius een razend-drukke tijd. Zij moest Marat modelleeren, zij moest Danton modelleeren, maar ook moest zij was sen beelden maken van de voornaamste slachtoffers, die onder de valbijl stier ven. De guillotine werkt veel vlugger dan gij", zeiden de voormannen onte vreden tegen het dood-ongelukkige schepseltje, dat zich niet opgewassen gevoelde tegen zooveel ellende om zich heen. Dikwijls werden ter dood veroor deelden een dag vóór hun vonnis ten uitvoer zou worden gelegd, in Marie's cel gebracht. Zoo modelleerde ze Charlotte Corday n uur voor haar dood. Het meisje, dat Marat om het leven had gebracht, zag haar vonnis met groote rust tegemoet en verzocht de beeld houwster om haar laatste groeten aan haar verloofde te willen overbrengen.... Fran9ois Tussaud had niet stil ge zeten. Hij had weten gedaan te krijgen, dat hij als hulpkracht voor de beeld houwster in de gevangenis werd aan gesteld. Aan hem was het te danken, dat Marie den moed vond verder te gaan. In den nacht vóór de gehate prinses de Lamballe slachtoffer van de guil lotine zou worden, moest Marie wer ken aan een kop van de prinses. Plotse ling kwamen Tussaud en een paar vrienden, van valsche papieren voor zien, de cel binnen. Ze hadden bloe dige doeken bij zich, daarin werd Marie Curtius gehuld en, als armzalig bun deltje, uit de cel door de gevangenis weggedragen. Naar dergelijke pakjes keek rnen zoo nauw niet.... Zoo wist Tussaud zijn aangebedene te bevrijden. Ze vluchtten samen naar Engeland. Daar huwden ze en richtten het eerste wassen-beeldenspel op. Sindsdien zijn de Tussaud's Engel sche staatsburgers geworden. Het eer ste panopticum breidde zich uit en is door vijf achtereenvolgende generaties steeds grooter gemaakt. Heden ten dage kan men moeilijk nog spreken van kunstzinnige waarde van de wassen beelden, maar aan populariteit heeft Madame Tussaud" nog niets ingeboet. HENRIETTE LABOUREUR DE tegenwoordige mode heeft iets verontrustends. Men schijnt het er speciaal op toe te leggen om alle goede, oude be grippen omver te werpen, en ze te vervangen door nieuwe, die 'n meer eenvoudige ziel zich nu maar niet zoo een twee drie eigen maakt. Dat een moderne hoed met den hoed van vroeger slechts dit gemeen heeft, dat hij ook ongeveer ter hoogte van het hoofd gedragen wordt daaraan zijn we nu langzamerhand wel ge wend; dat een kous des te mooier is naarmate ze minder op een kous en meer op een bloot been lijkt, is onlogisch, maar ,,re5u" ! Aan de stoffen kan men het ook zien: de vaklieden span nen zich tot het uiterste in om bepaalde soorten zijde op fluweel, en fluweel vooral zooveel mogelijk op zijde te doen lijken. En zoo voort. Dan is er nog de badjas. Vroeger begreep iedereen precies waar hij voor diende: om je er na het bad in te wikkelen en mee af te drogen (soms komt men nog wel eens zoo'n jas tegen, in een degelijk ouderwetsch hotel; en ze zijn heerlijk!). Het was al een heele revolutie, toen die eenvoudige witte badcapes door ge kleurde en gestreepte vervangen werden, soms in het model van een chambercloak ! Maar waartoe dient nu eigenlijk het hierbij afgebeelde, korte jasje? Om er zich lekker warm in te wikkelen? Onmogelijk: niet genoeg stof aanwezig. Om zich ermee af te drogen? Fi donc ! een wit zijden creatie van Maison Larilan uit Parijs ! ! Om het badpak te bedekken? weineen: want de grap is juist dat het precies bij het badpak past.... Conclusie: de vrouw schrijdt steeds voort op den ingeslagen weg, die haar voert naar een mode, waarbij alles op zijn kop staat, behalve zijzelf en ook dat kunt u niet weten ! Tusschen haakjes: het is tóch een schattig jasje I J PAG. 11 DE GROENE No. 313*

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl