De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1939 10 juni pagina 14

10 juni 1939 – pagina 14

Dit is een ingescande tekst.

UITHUIZIGHEDEN Stadsinventaris Verkeersteekens WEGEN zijn er, om te rijden; Verkeersteekens zijn er, om niet te rijden. Verkeersteekens zijn het symbool dezer samenleving: mag niet, moet niet, hoort niet, verboden. Niet inrijden, niet uitrijden, niet stilstaan, niet stoppen, niet naar links en niet naar rechts, niet naar boven en niet naar beneden. Als een vroege bewoner der lage landen nog eens terug kon komen, zou hij, hoewel wellicht slaaf of hoorige geweest, weenen om de verloren gegane vrijheid. De aard bodem, waarop de mensch een zeker historisch recht bezit, is hem lang zamerhand door paragraphen en door borden ontnomen. Arme mensch. In de stad is het heel erg. Rood, geel en groen, P.'s met een streepje, witte balken in roode velden en roode balken in witte velden, pijlen, lampen, wijzers, hekken, streepen leiden hem, als vee op een tentoonstelling. Het verkeer gaat met schokken vooruit, gestuit en opgedreven door flikkerlichten. Deze stad eerlijk gezegd als vele anderen zucht onder een dictatuur: onder de dictatuur van commissaris Bakker. Tooneel De tante van Charlie IN de stad is er zomerontspanning in het Leidscheplein Theater, waar de eeuwig-jonge tante van Charley gelach verwekt. Piet Rienks speelt de tante" en hij heeft tal van goede vondsten, die de oude faam van deze meesterlijke klucht geen oneer aan doen. Hij parodieert coquetterie, senP/'et Rienks als Charlie's tante temidden van welkome vrouwelijke adoratie timentaliteit en buit de komische situatie voortreffelijk uit, waarbij het slechts te betreuren is, dat er in deze komische figuur geen climax te vinden is, die er toch, om niet te vermoeien, wel moest zijn. Wellicht ware dit een taak van den regisseur, die wel een beetje meer rust en kalmte onder de spelers mocht scheppen. Een waardige echte" tante, met gevoel voor humor door Mies Elout gespeeld, een booze oom van C. Dommelshuizen, bene vens een opgewekte en aardige verdere bezetting maken de voorstelling tot een prettigen zomeruitgang. Het drijvende Eiland GEDURENDE drie dagen werd te Amsterdam opgevoerd een eerste ling van een jongen Hollandschen auteur, W. Ph. Pos, een stuk, dat het Joodsche vraagstuk behandelt, zonder het te noemen, door het te verstoppen in een Grieksche mythe. Het stuk had geen tendens, het stuk was niet zeer critisch naar eenige richting, het deed geen poging iets te verklaren en het werd tijdens de voorstelling niet duide lijk, wearom het noodig geweest scheen, het behandelde onderwerp in een zoo antiek en quasie-klassiek gewaad te steken. De voorstelling was echter goed, de bezetting van het stuk voortreffelijk: een waardige Zeus van Joan Remmelts, een felle en berekende Hera van Liesbet Sanders, Jan Retel als de lichtvoetige Hermes, Jo Sternheim als opgewonden Lykische boer en vele anderen; ondanks aller toewijding was Heleen Pimentel de eenige, die via het dichterlijke proza van den schrijver recht tot het hart kon spreken. De meesten verloren zich helaas in de rhetoriek en de langademigheid van den tekst. Film De Citadel (Alhambra) DE dames van het naaikransje en de abonné's op de leesportefeuille en allen die Cronin's De Citadel" tot het meest gelezen boek van de maand hebben gemaakt zullen wel opmerken dat zij zich den jongen dokter Andrew Manson anders hadden voorgesteld. En zij zullen opmerken, dat bepaalde gebeurtenissen uit het boek niet in de film voorkomen of anders behandeld zijn. De enkeling echter, die De Cita del" niet gelezen heeft, zal door King Vidor's film sterk geboeid worden en ?k Robert Donat a/s Dr. Manson de Dr. Manson van Robert Donat, zoowel als ploeterende plattelandsdokter als golf spelende modedokter zeker aannemelijk vinden. En waarschijnlijk zal hij na afloop geïnteresseerd naar het boek grijpen en onder het lezen zeggen: precies als in de film". Love Affair (Tuschinski) EEN film, licht als bloesem en weemoedig als herfstblaren. Een geschiedenis van liefde: twee menschen, die elkaar op de boot naar Amerika ontmoeten en die begrijpen van elkaar te houden, maar die beiden door een verloofde van de boot gehaald zullen worden. Zij besluiten met hun vroegere leven en verloofden te breken en elkaar na dat alles, over een half jaar, te ontmoeten op de bovenste tage van het Empire State Building. Een luchtige aanvang, vol humor en met zeer intelligenten dialoog. Het is lichte comedie, die iets langzamer en sentimenteeler wordt als, in het ver volg, de vrouw de afspraak niet kan nakomen, omdat zij overreden wordt, L Irene Dunne en Charles Boyer als zij de straat oversteekt om naar de plaats van afspraak te komen. De man wacht; hij meent gedupeeid te zijn en vertrekt. Zij zien elkaar later; de man weet niet, dat de vrouw kreupel geworden is. Hij ziet alleen, dat zij uit is met den vroegeren verloofde en alles in hem is gewond. Hij vertrekt naar Madeira. Maar alles komt in orde. En dat is toch wel prettig. De vrouw wordt brillant gespeeld door Irene Dunne, de man is Charles Boyer, iets minder origineel maar goed. Een film die ernst aan vermaak paart. Kleine perikelen WIJ waren op bezoek bij een bevriende familie die wij haten, doch het was noodzakelijk omdat zij de laatste keer bij ons geweest waren. ,,Ik wou dat het de laatste keer was, inderdaad !" zei Gisse. Een man begrijpt die dingen niet. Zie ik mijn vrouw met deze vrienden tezamen, dan is het n en al glimlach en ik zit er bij en ver wonder mij, voel mij min of meer vergiftigd en eet tenminste niet van alle dingen die groen zijn. De man is een onuitstaanbare kerel, praat altijd over zichzelf en als ik dan een enkele keer er in slaag het thema op mijn eigen persoon te brengen, dan zit hij er afwezig bij en doet net of hij in zijn gedachten ergens anders is. Hij is echter geen denker, want ik weet precies waar aan hij denkt. Zijn vrouw heeft de onhebbelijke gewoonte midden in het gesprek overeind te vliegen en haar handen samen te klappen. Dan schrikt het heele gezel schap op en zij zegt spijtig: die heb ik alweer gemist! Het blijkt dat zij een vergeefsche poging gewaagd heeft een mot te dooden. Gisse heeft zuurzoet het woord gepragt": Wat komt het op n mot aan in een gezin waar zooveel mot is !" Men heeft haar bewonderd, doch het heeft niet tot haar populariteit bijgedragen. Het is namelijk waar dat dit gezin onze vrienden in constante vijandigheid leeft. Die het voor niemand verbergen kan. Je zit er dan stijf bij en als de vrouw den man van onbeschoftheid be schuldigt en hij haar van onbe nulligheid, dan kun je als vriend niet beter doen dan beiden gelijk geven. En gelijk hebben. Er is geen ding dat mér gedaan heeft voor de destructie van het Nederlandsche gezinsleven dan de mot. Je gaat met een licht geweten den zomer in, na alle voorzorgs maatregelen genomen te hebben, zooals flitten, mottenzakken en al zulke dingen mér ! Wat iedere huisvrouw vergeet is dat een mot, eenmaal veilig opge sloten in een mottenzak, een leven heeft als een vloo in een vachtje, want terwijl buiten het mysterie van den zomer gebeurt, zit hij daar veilig in zijn encerclement en vreet zich een ongeluk aan de gaten. Los het geheim op hoe iemand leven kan van een gat en de totali taire staten zijn er. In het minste of geringste gezin heb je tenminste iedere week be hoefte aan enkele grammen boter. Een mot lacht zich dood en wordt dik en gezond van de gaten in mijn winterpak. Ik kan mij begrijpen dat de vrien din van mijn vrouw achter de motten zit, doch naar mijn meening kon men zich waardiger gedragen tegenover het onvermijdelijke. J. VAN HOORN i umi IIHI i i iiiitiiiiiiniii innig VRIEND, DE THUISZITTER over: JIJ bent niet", aldus mijn vriend, de Thuiszitter, en hij strooide suiker op de grootste aardbeien, die ik nog ooit gezien heb, jij bent niet bijster intelligent, is het niet? Maar zoo ontzettend stom ben je nu ook weer niet. En toch weet jij niet, wanneer Karel de Stoute huwde met hoe heet ze ook weer, noch hoelang het duurt voordat een bad met een lengte van twee meter en een breedte van 98 centimeter volloopt door twee kranen, die per minuut 2,3 liter koud en i liter warm water doorlaten. En van de hoeveel hooggeleerden, bankdirecteuren, dichters, en huis vrouwen zou n het je kunnen uitrekenen? En toch hebben al die wezens daar eens examen in gedaan. Conclusie: een examen is een officieel gepa tenteerde bevoegdheid om alles te vergeten. En inderdaad, het zou niet mogelijk zijn, om je heele leven te blijven rondloopen, met alles wat menschen, boeken en inrichtingen je in den loop der jaren willen leeren. Je zou van louter overvolheid met kennis geen stap meer kunnen doen." Daarom", aldus mijn vriend en hij stak de allergrootste van de groote aardbeien in zijn mond, daarom kan ik maar niet begrijpen, wat de tegenwoordige menschheid tegen de examens heeft. Ze moesten de over heid er dankbaar voor zijn. En nu heb ik een idee: er moesten veel meer examina komen. Elk jaar moest iedereen een examen afleggen. Examens op allerlei gebied. De werklooze moest examen stempelen" afleggen, om, als hij geslaagd was in de vakken: hongeren, kapotte kleeren dragen, en voor lui uitge maakt worden, de bevoegdheid te hebben, weer te mogen werken. De dief moest een examen diefstal" met een theoretisch gedeelte verduiste ring" en een practisch gedeelte braak" afleggen, om weer als een eerlijk mensch in de maatschappij te mogen komen. De huisvrouw moest door het examen staatsburgeres" komen, met het verplichte vak hokjes rood maken" en verkiezingsvergadering" om weer een heel jaar rustig voor haar huishouden te mogen zorgen. De zakenman moest het examen Zomertourist" met als bijvak Trein en bootverbindingen" doorstaan om de rest van het jaar bevoegd te zijn, tot het drijven van handel en ver richten van zaken. En jij", aldus mijn vriend, jij moest het diploma welsprekendheid behalen om hier met open mond naar mij te zitten luisteren. Als mijn idee ingang vindt, zal er een gelukkiger menschheid ontstaan. Louter gediplomeerde menschen. Dat was weer eens een goede idee, niet? Jammer dat zij van mij moest komen." HUI i iiiiiiii iiiiiiiiiiiiiiiniiimimimi IIHI HUI i IIHI i t iiiiiiiiin PAG. H DE GROENE No. 3236

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl