De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1939 15 juli pagina 5

15 juli 1939 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

VREDE ? van Arthur Schnitzler het onmogelij k-maken van den corlog streven, zich niet bij hun arbeid laten storen door de heerschappij van het oorlogsdogma. Dit dogma luidt: de oorlog is een noodzakelijkheid des lots; hij vindt zijn oor sprong in de menschelijke natuur. Dit dogma is onjuist. De oorlog vindt zijn oor sprong niet in de menschelijke natuur, maar in het wezen der statenvorming en in de onderlinge ver houding der verschillende staten. De mensch als zoodanig wil nooit oorlog althans niet in dien zin dat hierdoor veranderingen in de staatkundige organisatie der wereld veroorzaakt worden met uitzondering van hen wien de oorlog gelegenheid geeft, hun persoonlijke lust tot avonturen, hun eer zucht en hebzucht te bevredigen en in wier belang het is, bewust of onbewust, mét of zonder overtui ging, het dogma van de noodzakelijkheid van den oorlog in stand te houden. Zij die den vrede liefhebben, hoeven niets anders te doen dan aan de machtspositie van deze lieden een einde te maken; hetgeen, aangezien zij verreweg in de minderheid zijn, geenszins onmogelijk is. Ook wanneer hij met een overwinning eindigt, is een oorlog immers steeds slechts in het belang van een zeer kleine minderheid. Vraagstukken die zooge naamd slechts door een oorlog opgelost kunnen worden, t.w. grens- (meastal slechts dynastieke machts-), handels- en prestige-vraagstukken, kun nen steeds ook op andere wijze tot oplossing worden gebracht. Aldus zal de arbeid voor den vrede histo risch gezien niets anders beteekenen dan een stap verder op den weg dien de democratie tot haar uit eindelijke overwinning op het absolutisme in den tuimsten zin des woords moet afleggen. Het komt mij voor dat dit de zin is van de geheele wereldgeschiedenis. Wij staan pas aan het begin. Korte opmerkingen Men zegt: hij is den heldendood gestorven. Waarom zegt men nooit: hij heeft een heldenver minking opgeloopen ? Men zegt: hij is voor het vaderland gesneuveld. Waarom zegt men nooit: hij heeft zich voor het vaderland beide beenen laten amputeeren? ARTHUR SCHNITZ LER (Portretteekening uit het jaar 1912) De groote tijd", dat is de tijd waarin de ontdek kingen en uitvindingen die in den kleinen tijd" gemaakt zijn, gebruikt worden om menschen te dooden en te verminken en al het waardevolle dat in den kleinen tijd" gewrocht is, te vernie tigen. * Eerst wanneer ik een blindgeschoten soldaat ont moet heb, die ook voor het licht van zijn oogen dien groeten tijd" niet had willen missen, eerst dan zal ik gelooven dat het werkelijk een groote tijd" is geweest. * Welke vorm van heldendood is de schoonste? Die door een gemikte of die door een verdwaalde kogel ? Die door vlektyphus of die door een gra naat? Die van den jongeman die nog een leven voor zich had ? Of die van den huisvader die zijn kinderen onverzorgd achterlaat? Duizend gewonden dat is voor ons voorstel lingsvermogen lang niet zoo'n schrikwekkend beeld als n gewonde. Zij beteekenen niet: duizendmaal n gewonde, ook niet: n gewonde, ook niet een deel van n, maar iets qualitatief volslagen anders. Het is in het belang van den staat, deze denk fout in stand te houden: het individu te verwaarloozen. De staat geeft immers zelf het slechte voor beeld .... Waar het op aan zal komen, is: dat onder de millioenen die thans hun leven voor idealen op het spel zetten, voor nationalistische en kapitalistische idea len, in het beste geval voor de verdediging van hun vaderland, later enkelen zullen zijn, van zins om hun leven te wagen voor iets dat mér is dan de verdediging van het vaderland: de bevrijding der menschheid. NU is Overheid" een gek woord; het past bij onderhcorigen" en ook bij onderschatten". Maar past het eigenlijk wel bij een beschouwing, die uitgaat van een democratische, nogwel sociaaldemocratische staatsopvatting? Er is aan het woord Overheid" een gevoelstoon, die onsym pathiek aandoet, ook voor dat soort van libera len, dat blijft gelooven, dat het de individuen zijn, die de maatschappij vormen, en dat de sa menleving" gelijk deze zich uitdrukt in de Staat, geen doel-op-zichzelf is, maar slechts een middel moet zijn voor een zoo groot mogelijk deel van de menschheid om gelukkig te leven, dat is: onder optimale omstandigheden hun persoonlijk heid te realiseeren. Het oude contrat social" dus.... Het klinkt allemaal heel utopistisch vandaag, maar de utopieën zijn de seinlichten van 's werelds loop; en het feit blijft bestaan, dat overheid" een naar woord is voor vrijheidlievende mensen, en juist de climax van anti pathie vormt in de reeks: bestuur, regeering, gezag". Ik zeg dit maar, om te laten zien van welke gevoelspraemissen de Amsterdamse wethouder voor kunstzaken, dr. E. Boekman uitgaat in zijn proef schrift Overheid en Kunst in Nederland"- (Uit gave Menno Hertzberger, Amsterdam 1939). De tragedie van het leelijke jonge eendje met histo rische feiten en cijfers,... Een Overheid (mijn fantasie kan de lust in een combinatie als Ach' teroverheid" niet bedwingen) die over, tegenover, veroverend, overweldigend ten opzichte van ons kleine persoonlijke leventje staat, een machine die eenmaal op gang gebracht, moeilijk meer te remmen valt, maar volgens haar eigen wetten voortbeweegt en de individuen, als rietstengels in de suikermolen, tot stroop en drooge pulp ver maalt, zulk een Overheid zondigt natuurlijk tegen haar eigen aard, indien zij iets laat over schieten wat juist dienen moet tot instandhou ding en versterking van de persoonlijkheid harer onderzaten. En wat is daar beter toe in staat dan Kunst" ? Boekman omzeilt de wijsgeerige, maar zeer daadwerkelijke moeilijkheid die aan alle overheidsbemoeiing met Kunst (en met een zeker soort wetenschap evenzeer) ten grondslag ligt. He1: apparaat, het ding-op-zich dat hij Overheid" noemt, is krachtens zijn heele wezen vijandig aan dat wat het juist met teederheid en zorg zou moeten vertroetelen? Dat kan de geleerde niet gelooven, al heeft de practicus reeds nog zoo menig com promis verzonnen. Die over- heid" zou iets heel anders, zou een Wij-igheid", een Collectiviteit moeten zijn, wilde zij geldige termen vinden om zich bezig te houden met de cultuur van de allerindividueelste aller menschelijke expressies, met de Kunst. Want Kunst, zelfs die welke voor een nog zoo groote gemeenschap bestemd is, wordt geboren in het individu, en blijft een hoogst per soonlijke daad.... Homerus was niet Grieken land", niet een der Grieken", maar de eenige en onnavolgbare zanger, blind en inzichzelf opgesloten. En alle gepraat over gemeenschapskunst waarmee men eventueel ook de overheid" zou kunnen beïnvloeden, is kletsica; niemand kan de gevel schilderen van een huis dat nog niet gebouwd is.... En ook dat is kunst: versierde fa?ade. . .. HET boek van Wethouder Boekman is hoogst lezenswaardig; het bevat tallooze gegevens en feiten die iedereen kennen moet die zich bezig houdt met het vraagstuk van de kunst in het openbare leven van Nederland. Maar het is op den keper beschouwd een requisitoir tegen de geringe kunstzin en het gebrek aan schoonheidslief de van ons volk, veeleer dan een bewijsvoering dat de Overheid verzuimd heeft aan een belangrijke aspiratie van een uitgebreid volksdeel met raad en daad tegemoet te komen. De uiteenzetting is niet principieel, zij is een opsomming "van duidelijke feiten, zonder daaraan vastgeknoopte conclusies. Academisch als men wil, maar niet inspireerend. Wel werden een aantal wenschen" uitgesproken. Maar het heeft weinig zin, met de pet in de hand voor de almachtige Overheid" te staan, wanneer men feitelijk die overheid zelf meegeïnstalleerd heeft, en virtueel die daad ook ongedaan kan maken.... Wil men dat niet, dan bestaat er nog maar n houding, die dan ook door enkele superieure kunstenaars met veel gratie wordt ingenomen. Zij verachten rustig een onvermijdeHjk-vijandige overheid, en droomen van een edeler samenleving. Liever dan aalmoezen of een huichel achtig schouderklopje af te wachten. En hun kunst gedijt wonderwel daarbij. In dit opzicht kunnen de histriones, de musici, en vele beeldende kunstenaars heusch iets van onze literatoren leeren. Wat de Overheid voor Kunst OVER" heeft, kan volgens de heerschende opvattingen slechts datgene zijn, wat zij als overschot" beschouwt. Alleen een verstandig bestuur, ? geen overheid" dus, maar een co-operatie van vrije burgers, dat zuiver de behoeften van een groep persoonlijk heden mee-ondergaat, kan werkelijk iets vrucht baars doen. Doch heden kan het gebeuren, dat een nagenoeg-analphabeet overheid" wordt, of dat een man van uitgesproken anti-artistieke confessie juist Kunsten en Wetenschappen in het staatsbestel moet representeeren en leiden". Hij zal dat alleen doen uit propagandistische oogmerken voor een heel andere zaak. Waarom hierbij nog illussies gekoesterd? Kunst is het zien van de realiteit en het weergeven daarvan in termen van een droom. Ook de overheid is een realiteit, en het eenige wat de Kunst voorloopig van haar vraagt, is de vrijheid om ook haar werkelijkheid te mogen interpreteeren in de terminologie die der Kunst is, en waarmee die overheid zich vooral niet bemoeien moet. Wij hebben een paar treurige voorbeelden in Europa, hoe het Zwarte Schaap der kunst door teveel zorg gestikt is, en nu nog slechts als museumstuk, opgezet en lichtelijk-riekend, voortbestaat. Onze overheid kan liever op den inge slagen weg voortgaan, als zij de kunst maar ruim baan laat om precies hetzelfde te doen. Want op de mestvaalt van elke samenleving zullen de roosjes bloeien, als wij maar lentes genoeg te leven hebben. L. LICHTVELD UW FAMILIEWAPEN opgespoord en prachtig ge schilderd in maat naar keus f 13,50. Beschikken nu over meer dan een half millioen gegevens. Vraagt eens vrijblijvend aan. Zegelringen, stam'boomen etc. Heraldisch Genealogisch Bureau De Banier, Zeer billijk. Oranje Nassaulaan 87, Overveen. PAG. t DE GROENE No. 3241

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl