De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1939 5 augustus pagina 14

5 augustus 1939 – pagina 14

Dit is een ingescande tekst.

U ITH U m G H E D E H Stadsinventaris De grenzen der stad ALS men van het hart der stad uit naar haar grenzen trekt, komt men eerst door de drukke winkel straten, dan door vriendelijke middenstandswoonbuurten, dan door kantoorwijken en middenstandswoonbuurten. Dan trekt men de ruime wijken van de woonbuurten der rijkeren door. Vervolgens komen fabrieken en werk plaatsen, armere buurten, schots en scheef gebouwde huisjes, verdwaalde gebouwtjes, gashouders, kranen en dokken, tuintjes, stukjes bouwland, grasland, een straat zonder plaveisel en.... wij zijn aan de grens der stad. Hier houdt de stad op en begint het land. Groen is het land en grauw de stad en niets is zoo treurig, zoo ver laten als de stadsgrens. Het bestaan der stedelingen hier is treurig. Zij hokken in nog niet geslechte boerenkeeten of halfafgebroken boerderijtjes of zij wonen reeds in barakken en nieuw gebouwde huizen. Maar zij hooren tot geen van beiden: niet tot het land en niet tot de stad. Het land heerscht er nog met zijn stilte, de stad begint reeds met haar lawaai. En de overgang van het een naar het ander is smartelijk. De stadsgrens is rond; zij loopt rondom de heele stad. En overal is zij even zielig en even wan hopig. Amsterdam's stadsgrenzen zijn, relatief, minder treurig dan die van andere steden. Zij bestaan uit een smalle strook gronds, omdat onze uitbreidings plannen zoo keurig en zoo vastomlijnd zijn. Maar van andere steden is het een breed stuk niemandsland. Gij kunt van dit niemandsland echter ook de poëzie ontdekken. Dat is de lente, als in de stad nog de winter heerscht, maar op het land reeds het voorjaar komt. Dan vindt gij er tusschen roestige blikken en verrotte planken het eerste groen. Maar in den zomer spelen er havelooze kindertjes, in modderpoelen, roesten er rails, stinken er hoopen vuil. Laat mij de grenzen eener stad zien, en ik zal U zeggen, hoe de stad is. Die valt in ieder geval altijd nog mee. Film Midnight (City theater) DE ondeugende comedie van een meisje, dat niets bezat dan een avondjurk", luidt het in de aankondi ging en dat is dit keer nog waar ook. Maar nu scheelt het, dat het meisje Claudette Colbert heet en dat het Don Ameche en Claudette Colbert Parijs is waar zij aankomt, na in Monte Carlo alles verspeeld te hebben, behalve de avondjurk en een briefje van de bank van leening. Want in Parijs zijn vele taxi's zooveel weet men er in Hollywood nog wel van , en de eerste taxichauffeur, die op Claudette ver liefd wordt heet Tibor Czerny, die al genoeg Franschman is om haar vlotweg zijn kamer te offreeren. Claudette ontvlucht hem, niet vanwege een beleedigd fatsoensgevoel, maar van wege de armoede, die zij, zeer terecht, rondom dezen man vermoedt. Het eenige wat zij van hem aanneemt is MIJN VRIEND, DE THUISZITTER over: MATIGHEID TSJfATIGHEID", aldus mijn vriend, de Thuiszitter, en hij bekeek 1*1 glimlachend zijn glas koele, witte Bordeaux, matigheid is de sleutel tot geluk en het bewijs van een edele ziel. Ik ben niet zoo als jij en met jou vele anderen, die zich zoo nu en dan, bij bijzondere gelegenheden, eens extra tegoed doen aan sterken drank. Ik ben matig. Ziet, eiken dag drink ik een glas van dit kostelijke goed. En ook at? ik er twee of drie drink, doet mij dat geen kwaad. Want mijn matigheid is dat nu al sedert jaar en dag gewend. Deze wijn is koel, hij is prikkelend en liefelijk op den tong en hij roept in mijn verbeelding wakker verre wijngaarden en liefelijke druivenpluksters; hij smaakt naar zomer en herfst, naar zon en aarde. Ziet, beste vriend, dat is matigheid," aldus mijn vriend, en hij dronk het glas leeg. Het menschdom, en daaronder jij, weet zulk een wijn en zulk een matigheid niet naar waarde te schatten. En dus, onmatige, drink 'jij getroost aan het glaasje grenadine, dat ik je zoojuist voor liet zetten, is het niet? En waarom? Omdat jij, in diepste kern, onmatig bent. Als ik je een glas wijn zou presenteeren, zou je om een tweede, wellicht wel om een derde vragen. En hoe zou je mijn huis verlaten ? Ik zou me schamen voor mijn gast. En dus leert deze grenadine je iets, wat je noode ontbeerd hebt: matigheid. De heele wereld zou het veel beter gaan, als zij, net als ik, matig was. Wat zijn de eischen van overmoedige staatslieden? Onmatig! Hoe is hun eerzucht? Onmatig! Hoe hun machtwellust? Onmatig! En daartegenover; hoe staat het met de toegevendheid der andere staatslieden? Onmatig! En hoe is het met het komen en gaan der mininsteries ? Onmatig! Welaan, hoeveel beter zou de wereld er uit zien, als zij, net als ik, matig ware. Daarom moet er voor de menschen een nieuw ideaal komen: dat der matigheid. En als de meest ideale belichaming van dat ideaal word ik gekozen. Foto's moeten er van mij in alle geïllustreerde bladen komen en in de andere moeten er artikelen over mij staan. Ik krijg als matigheidsminister een zetel in een nieuw kabinet. Ik zal bepalen, dat niemand meer onmatig rijk of onmatig arm mag zijn, onmatig geleerd of onmatig dom. En ik maak mijzelf tot de maat van alle dingen." Ik antwoordde mijn vriend, dat ik het prachtig vond, maar hoe of het dan met de ijdelheid stond. Alles zij matig", aldus mijn vriend, en hij schonk zich het derde glas in, alles zij matig, behalve de ijdelheid; wel te verstaan de ijdelheid om matig te zijn. Die zij onmatig. En daarom nemen wij jouw ijdelheid als maat. Want die is onmatig. Wel jammer, dat je er zelf niet opgekomen bent. Jij bent verblind door je ijdelheid, zoodot ik dus die idee weer moest hebben." zijn naam en door dien naam en door de goedzittende avondjurk denkt ieder een nu met een gravin te doen te hebben, iets wat Claudette niet demen teert. In haar nieuwe hoedanigheid komt zij gemakkelijk in de Parijsche hoogere kringen, waar alleen Georges Flammarion haar dóór heeft maar de comedie meespeelt, omdat een rijk en charmant vriendje van zijn vrouw interesse toont voor de nieuwbakken gravin en hij er dus alle belang bij heeft,. dat deze interesse zich verder ontwikkelt. U ziet, de verwikkelingen stapelen zich op, vooral als de taxi chauffeur weer op het tooneel ver schijnt, thans in rok, en zich als graaf Czerny laat aankondigen. Enfin, het geheel eindigt voor den echtscheidings rechter, die een scheiding moet uit spreken tusschen den nooit getrouwden taxichauffeur en de nog minder ge trouwde Claudette. En als de scheiding geen doorgang kan vinden gaan beiden maar trouwen, wat de eenigste traditioneele wending is, die deze origineele en geestige filmcomedie van Mitcell Leisen neemt. Variét Hallo, hallo ff! Carr Amsterdam? EEN variétéprogramma in Carré, dat is zooiets als de spécialitéde la maison". De directeur Alex Wunnink heeft een fijne neus voor wat er op de binnen- en buitenlandsche variét markt te koop is en hij brengt de uit gezochte nummers met veel zwier en in een meesleepend tempo. Over het algemeen is zijn smaak voor den import beter, maar wie kijkt in zoo'n over laden programma op een paar minder geslaagde Hollandsche conférences of op enkele stoffige sketches? Men lacht om de excentrieke Lassitter Bros, men duizelt bij de 7 Arabische springers van Ben Bojamaas, men griezelt bij de gevaarlijke toeren van de Great Marywards en men ziet met genoegen de kleurige Ludowsky-balletten, die van Hollandsche origine zijn. In n woord: Carréheeft weer zijn variétéen dit was steeds al het best geslaagde ondernemen van dit actieve vermaakscentrum. Stadsfauna Het platte land vlak bij de hand ARTIS blijft zichzelf, maar ver nieuwt zich in details. Depinguins hebben een nieuwe glijbaan gekregen, die er uitziet als een ontwerp van Le Corbusier en waarmee zij niet goed overweg weten en onze meer landelijke en inheemsche dieren hebben een passende omgeving gevonden in de kinderboerderij, een laatste aanwinst van den Amst erdamschen Dierentuin. Een stukje platteland, klein, maar zóó compleet, dat men aan de schoolplaten van Pim en Mien op de boerderij" moet denken, waar ook in klein bestek alles aanwezig was. De gebouwen, de stallen, de hooiberg, het duivenhok, de boerenkar, hetbekrooste]slootje met de geschuurde melkemmers, de ploeg, de kalveren, de lammeren, de biggen, de duiven, de waakhond, niets is vergeten, zelfds de jonge leeuwtjes niet, die niet zoozeer voor de volledigheid als wel voor de meerdere attractie erbij gehaald zijn. Het geheel maakt een ongemeen levendigen en leerzamen indruk en de kinderen toonen zich dankbaar, maar een beetje onwennig. Met hun bioscoop opvoeding zoeken zij nog te veel den sensationeelen kant van het geval op en jagen achter de kalveren aan als hielden zij een rodeo". Men moet echter aan alles wennen, zelfs aan de natuur, wanneer deze je zoo onver wacht wordt voorgezet en het zal zeker niet lang meer duren, of de dieren van de kinderboerderij zullen even op hun gemak zijn als de leeuwen, iets verder op, die op hun buik liggen en gapen .... De abonnementsprijs van DE GROENE" bedraagt thans f 3.25 W/e zich nu abonneert, ontvangt de in Augustus verschijnende nummers gratis Amsterda'm Bartholomeus RuloffstraatS bi| Jac. Obrechtpl. Telefoon 22622-95754 JMOIIEIIX GKOOT GAllAGKBEIHtIJF off SUB. DEALER VOOR A/v\STEROA/*\ PAG. 14 DE GROENE No. 3244

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl