De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1939 9 september pagina 6

9 september 1939 – pagina 6

Dit is een ingescande tekst.

KANTTEEKENINGEN Het is moeilijk (althans: het valt schrijver dezes moeilijk), aan den oorlog te wennen. Vreemd: jarenlang kennen wij hem toch. Velen, ja de meesten onzer, hebben den wereldoorlog mee gemaakt of bewaren er min of meer vage herinne ringen aan. Indien wij al geloofd hadden dat deze wereldoorlog de laatste zou zijn, dan wisten wij toch reeds dat hij niet de laatste was. Afgezien van kleine conflicten als die in Zuid-Amerika (maar dat lag zoo ver weg), hebben wij de verovering door Japan van Mandsjoerije beleefd. Dat was in 1931. In Januari 1932 werd Shanghai door de Japanners gebombardeerd. Drie-en-een-half jaar later, in 1935, begon Italiëden veldtocht tegen Abessynië, en toen dook, voor het eerst het woord wereldoorlog" weer op in de pers. Weer een jaar verder, ontbrandde de burgeroorlog in Spanje die ons met alle afzichtelijkheden van den gemoderniseerden oorlog bekend heeft gemaakt, en nauwelijks waren wederom twaalf maanden verstreken of Japan begon een strijd die de verovering van geheel China tot doel had. September 1938 bracht ons op den rand van den afgrond. En nu, in de eerste Septemberdagen van 1939, zijn wij er in gestort. Wij kenden den oorlog uit beschrijvingen, uit afbeeldingen, uit films, zwijgend en sprekend en wij kenden hem eigenlijk niet. Wij kenden hem als een buiten ons liggende werkelijkheid, en nu hij een werkelijkheid is geworden die ons raakt (of bijna raakt), blijkt dat wij er eigenlijk altijd naast" hebben gestaan. En nóg staan ! Het leven immers gaat zijn gewonen gang. De post, dekrant, de melk boer en de slager, de wasscherij en de quitantie van den huishuur?alles komt op tijd. De vele oorlogsberichten der laatste jaren hebben ons blijkbaar afgestompt. De bulletins der Duitsche legerleiding waarin van tal van onuitsprekelijke Poolsche plaatsen sprake is, vervelen ons nu reeds. De prikkels der afgeloopen maanden waren zoo sterk, dat hél krachtige prikkels noodig zijn om onze belangstel ling te wekken. Misschien dat we pas ontwaken als Londen, Parijs en Berlijn hevig gebombardeerd worden plaatsen die velen onzer van nabij, en goed, kennen. Nu koopen we de extra-edities al niet meer waar mee de verschillende dagbladen elkaar op z'n allerhevigst beconcurreeren. En de meneer van het A.N.P. gaan we straks afzetten: acht uur's morgens is wel wat vroeg om overvallen te worden met oorlogsberichten. Ik zeg niet dat we daarmee gelijk hebben. Deze struisvogel-politiek is heelemaal niet bewonderens waardig. Maar het gaat in de Kantteekeningen" om de eenvoudige beschrijving van de werkelijkheid. En zoo was deze week de werkelijkheid: Polen is veraf; in het Westen was de oorlog nog maar nau welijks begonnen, en daardoor hadden we het gevoel dat het nog vrede was, al leerden krant en radio ons anders. De schuldvraag Serieuze historici plegen bij den oorlog de z.g. schuldvraag te splitsen; zij onderscheiden schuld in ruimeren zin, en schuld in engeren zin. De schuld in ruimeren zin rust op die mogendheid (of mogend» heden) die door hun gezindheid en jarenlang streven het uitbreken van den oorlog in steeds hooger mate mogelijk heeft gemaakt; de schuld in engeren zin rust op die mogendheid (of mogendheden) die door haar handelingen tenslotte den oorlog onvermijdelijk maakt. Als elke tegenstelling bevat ook deze een element van willekeur, en datzelfde element van willekeur schuilt ook in het feit dat men berhaupt" van schuld" spreekt. Intusschen schijnt het toekennen van schuld (of het bepalen der oorzakelijkheid) een practische behoefte van ons verstand te zijn; reden waarom wij de schuldvraag hier niet willen voorbij gaan. De schuldvraag van den wereldoorlog is nog steeds niet opgelost. De meeste onderzoekers geven Duitschland en Rusland het leeuwendeel van de j woninginrichting / meubelen lampen amsterdam den haag rotterdam schuld in ruimeren zin, terwijl zij beiden met Oostenrijk-Hongarije meestal als de schuldigen in engeren zin beschouwd worden. Geheel opgelost zijn deze quaesties echter niet, en het zou ook onmogelijk zijn, nu reeds de schuldvraag van den pas uitge broken oorlog aan te voeren, ware het niet dat een der mogendheden die er in betrokken is, reeds jaren lang openlijk naar de hegemonie in Europa streeft, alle volkeren aan haar wil wenscht te onderwerpen en daardoor den oorlog steeds dichter bij heeft ge bracht. Het toekennen van schuld in engeren zin, is min der belangrijk, maar ook moeilijker, ja op het oogenblik volslagen onmogelijk. Het staat vast, dat Duitschland met den eigenlijken grooten aanval is begonnen, maar de berichten over Poolsche over tredingen van de Duitsche grens behoeven niet alle maal onjuist te zijn. Het is bekend dat de agressieve stemming onder de Poolsche bevolking de laatste maanden aanzienlijk is gestegen, en terwijl de Duitsche pers herhaaldelijk op deelen van Polen aanspraak maakte, heeft de Poolsche pers van haar kant meer dan eens van Poolsche rechten op deelen van het huidige Duitschland geschreven. De historie moet later maar uitmaken of Polen een deel van den schuld in engeren zin treft, en, zoo ja, hoeveel. Het feit van den oorlog zelf maakt dit onderzoek op het oogenblik onmogelijk. Duitschland zet door Door de elkaar tegensprekende mededeelingen der strijdende regeeringen, is het voorshands on mogelijk, objectief den overgang van vrede naar oorlog te schetsen. Een feit is echter, dat Duitsch land op het oogenblik de eenige staat is die men op onjuistheden bij de weergave van dezen overgang heeft kunnen betrappen. In den loop van Donderdag, vorige week, steeg de spanning voortdurend, 's Avonds laat werden zestien Duitsche eischen aan Polen bekend gemaakt. De Duitsche regeering maakte bekend dat Polen over deze punten niet wenschte te onderhandelen. De waarheid was, dat Polen te Berlijn een gezant had, die de ruimste bevoegdheden tot onderhan delingen had, doch dat deze gezant van de voor stellen" eerst kennis kreeg toen ze in de krant met het woord verworpen" vermeld stonden. Daarop zette Duitschland door volgens een blijkbaar vooraf tot in details beraamd plan. De aansluiting van Danzig bij het Rijk werd geproclameerd. Tegelijk overschre den in Noord, West en Zuid Polen Duitsche troepen de Poolsche grenzen. Tal van plaatsen die verder in het binnenland gelegen waren, werden gebombar deerd, o.a. Lodz, Lemberg en Warschau. Deze berichten maakten Vrijdagmorgen een verpletterenden indruk. Polen deed een beroep op En geland en Frankrijk, en deze landen zouden zich stellig niet aan hun verplichtingen kunnen onttrek ken. Het beste wat zij konden doen, was: te pogen, alsnog de strijdende partijen aan de conferentietaf el te brengen. Door den Duitschen onwil, het reeds bezette gebied te ontruimen, werd dat onmogelijk gemaakt. Mussolini stelde een vijf-mogendhedenconferentie voor: Frankrijk en Engeland accepteer den, maar Duitschland liet niets van zich hooren. Toen restte den beiden mogendheden niets anders dan de hen toegeworpen handschoen op te nemen. Naast deze actie hadden Londen en Parijs hun ultimatum aan Duitschland gesteld. Zaterdagavond hoopte Chamberlain nog op antwoord, maar toen Zondagmorgen om elf uur nog geen bericht ont vangen was, werd de oorlogstoestand een feit. Zes uur later volgde Frankrijk dat, als niet alle tee kenen bedriegen, tot nog grooter concessies dan En geland bereid was, mits de vrede gehandhaafd bleef het gegeven voorbeeld. De Maandag begon met het torpedeeren van een Britsch passagiersschip waarop meer dan tweehon derd Amerikanen vervoerd werden. Het spreekt van zelf dat Duitschland de verantwoordelijkheid voor deze schanddaad afwees. Dinsdagmorgen be gon de Engelsche luchtmacht met haar oorlogs operaties boven West-Duitschland. Intusschen poog den de Duitsche troepen, verder in Polen door te dringen. En zoo begon de eerste groote oorlog na den Wereldoorlog. Tot dusver een droevig maar wei nig opwindend begin. De halve wereld neutraal Vrijwel alle mogendheden haastten zich, zoo spoedig mogelijk hun neutraliteit af te kondigen. Van de grooten onder hen gaf Italiëhet goede voor beeld. Trouwens, de Führer" had in zijn nerveuze redevoering in de Rijksdag-zitting van Vrijdagmor gen (waarin hij Göring en Hess tot eersten resp. tweeden invaller benoemde) reeds verkondigd, dat hij het buiten de hulp van den as-genoot kon stellen. De Italiaansche pers schreef tot dusver merkwaardig objectief over den strijd. Ook de Vereenigde Staten houden zich buiten den strijd. Voor actieve interventie in Europa voelt de publieke opinie nog maar weinig. Indirecte steun is iets anders: een wijziging van den neutraliteitswetgeving in dien zin dat Frankrijk en Engeland in de Vereenigde Staten hun bestellingen kunnen doen, is niet uitgesloten, zeker niet wanneer er nog meer schepen met Amerikaansche schepelingen getorpe deerd zouden worden. Japan blijft neutraal. Het heeft trouwens de han den vol in China, en vreest een agressiever optreden van de Sowjet-Unie. Met dat al is op het oogenblik van dien ideologischen driehoek Rome-Berlijn-Tokio nog maar weinig overgebleven; zij is onder den druk der practische omstandigheden spoedig be zweken. Gelijk sinds korten tijd te verwachten was, wil ook generaal Franco zich voorloopig buiten den strijd houden. Dat vergemakkelijkt de positie van Frankrijk in aanzienlijke mate. Intusschen is het nog in het geheel niet zeker of, in geval de oorlog in het Westen zich tot een strijd van de uiterste in tensiteit ontwikkelt (wat ook in het geheel niet zeker is!), de neutraliteit van Italiëen Spanje ge handhaafd zal blijven. Alles hangt af van den duur van het conflict, en de duur wordt, in het huidig stadium van den strijd (waarbij Frankrijk en Enge land niet de activiteit ontwikkelen die zij kunnen ontplooien) bepaald door de snelheid waarmee de Duitschers het door hen begeerde deel van Polen kunnen bezetten. Ook de Balkan wil zijn neutraliteit niet prijs geven. Maar ook van deze kleine staten geldt dat de handhaving van deze neutraliteit geheel afhangt van de mate en de richting waarin zich de oorlog ontwikkelt. Vreemde vliegtuigen boven ons land Hoe moeilijk het voor ons land zal worden, zijn neutraliteit niet alleen onbeperkt te handhaven, maar ook te doen eerbiedigen, is reeds in den eersten oorlogsnacht gebleken. Tal van Hollanders, zullen uit den slaap zijn gehouden door de opwindende berichten van den luchtverdedigingsdienst. Uit deze berichtgeving bleek echter dat het niet moge lijk was, op te geven wat voor vliegtuigen boven ons land koersten, noch hoeveel; laat staan dat men hen tot dalen kon dwingen. Hetzelfde verschijnsel heaft zich tijdens de vol gende nachten herhaald. Het kan zich gedurende eenigen tijd blijven herhalen. Permanent behoeft het niet te worden. Immers Engeland heeft, als de oorlog zich verder ontwikkelt, over eenigen tijd de Fransche vliegvelden te zijner beschikking, en dan wordt het voor Duitschland te riskant om over Ne derland te vliegen: de Nederlandsche berichten zou den de Engelsche verdedigingsdiensten immers ge regeld waarschuwen, zij het ook ongewild. Boven dien heeft Duitschland in Noord-Duitschland groote bases voor luchtaanvallen op Engeland. Vandaar zou het, indien het zulks wenschte, gemakkelijk boven de Wadden-eilanden om naar Londen en de Engelsche industrie-gebieden koers kunnen zetten. De distributie-kaarten uitgereikt Woensdag j.l. hebben wij onze distributie-kaarten ontvangen: de oorlog greep ook in ons dagelijksch leven in. Intusschen is dat niet meer dan een voor zorgsmaatregel. Van eigenlijke distributie is op het oogenblik geen sprake. De regeerings-maatregelen tegen het hamsteren schijnen succes te hebben. Eenige flinke straffen, aan overtreders uitgedeeld, hebben hun uitwerking niet gemist. Van de voorraden waarover Nederland beschikt, zijn op het oogenblik nog geen volledige gegevens bekend. Hopen wij derhalve dat er geen ernstige tekorten op vitale onderdeelen zullen blijken te be staan. De mogelijkheid daartoe is echter wel aanwezig, daar de voorraadvorming i n hoofdzaak aan het parti culier initiatief overgelaten is, en het particulier initia tief is uitermate traag met het openen van de beurs. Wij kunnen echter allen medewerken om de materieele gevolgen van den noodtoestand zoo dragelijk mogelijk te doen zijn. Voor acute ongerustheid is echter, als niet alle teekenen bedriegen, niet de minste reden. PAG. 6 DE GROENE No. 3249

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl