Historisch Archief 1877-1940
STMaar dat was Mary, haar handen -raakten hem aan,
haar handen lagen op zijn schouders, zij trok hem
naar zich toe. Kom, zei ze, kom dan eindelijk.
Maar hij wist dat achter het Singapore -deurtje
die oude vrouw lag op een houten brits met het
olielampje en- de lange zwartgebrande opiumpijp,
die een slobberig geluid gaf als zij eraan trok.
C'est toute ma vie, zei ze en lachte. Een vreeselijke,
hopelooze lach. Dan stond hij voor de troep.
Thérèse's vader, zijn kolonel, trad op hem toe.
Dégradé, zei hij, en trok de strepen van zijn mouw,
rukte aan zijn epauletten. Nooit mijn degen, dacht
Arthur, maar toen hij eraan wou trekken, liet de
schede niet los. Drie geweerloopen lagen op hem
gericht. Nog twee seconden, dacht Arthur, als ik
mijn sabel heb, ben ik gered.
Was dat slapen geweest? Moe en verslagen was
'lij opgestaan en naar Mary's kamer gegaan. Hij
had nog een half uur om te ontbijten. Zij liet hem
binnen. De kamer geurde, haar geur. Valory stelde
zich deze kamer voor in het maanlicht, als alles
stil was en hij geruischloos zou zijn binnengekomen
en zij haar handen op zijn gezicht had gelegd terwijl
hij neerknielde voor het bed.
En opeens sprong de zekerheid hem in het gezicht :
te laat. Nooit, nooit komt dit terug. Waar was nu
de vreugde om de bewaarde zuiverheid, het licht
blauwe gevoel van een zedelijke overwinning?
uur 's middags: de Cap St. Jacques. Om
| vijf uur lag de Joie" aan de kade. Louis en
Gustave stonden te wachten.
Alles wel in het garnizoen? Volmaakt. Thérèse?
Uitstekend. Zij verlangt naar je, maar kon niet
komen. De kolonel verwacht je van avond. Gedrieën
reden zij naar Valory's hotel op de Boulevard Miche.
Tot van avond, Arthur. Adieu, tot van avond.
Valory pakte uit. Hier waren al de oude her
inneringen van 6 jaar officiersleven in de tropen.
Vier jaren ervan had hij gewoond in deze twee
ruime kamers, die uitzagen op de heerlijke gazons
van de breede boulevard.
Maar was alles niet anders geworden?
Madame kwam hem verwelkomen. Het was stil
geweest in huis zonder hem. En nu zou zij den
luitenant wel zeer gauw kwijt raken aan
Mademoiselle Thérèse. Ja, dat kon wel zoo zijn. Dan kwam
zijn boy, stralend, maakte een diepe buiging en
ging weer zijn gang, zwijgend, geruischloos als
vroeger.
Kolonel Bromet gaf een receptie ter eere van
Arthur Valory. Toen deze aankwam was er al een
groot aantal gasten, die hem hartelijk begroetten.
De kolonel sloeg hem vriendschappelijk op den
schouder. Mijn eerste luitenant", zei hij lachend.
Arthur keek uit naar Thérèse. Zij maakt toilet
Voor je, mijn jongen", fluisterde Bromet. Van de
breede trap daalde een jong meisje af met donkere,
krullende haren, een bleek, smal gezichtje en oogen,
waaruit groote levenslust straalde. Valory liep op
haar toe, nam haar beide handen. Zij trok hem mee
naar een stille kamer, omhelsde hem, ,,0, Arthur,
wat ben ik blij dat je weer hier bent, Arthur,
Arthur".
Valory tilde haar lachend omhoog. Zij spartelde
met haar beenen, haar handen woelden in zijn haar.
Zooals vroeger, net zooals vroeger", lachte zij.
Kom, wij gaan dansen".
Arthur voelde hoe de rust in hem weerkeerde. Hier
toch hoorde hij thuis. Hier was zijn roeping, hier
waren zijn vrienden, hier was zijn meisje, dat van
hem hield, hier was zijn toekomst.
O, ik heb je veel te vertellen, Thérèse", zei hij
onder het dansen. Natuurlijk Arthur, natuurlijk.
Ga in den tuin, naar de bank, weet je nog wel, ik
?kom dadelijk bij je".
De avondlijke stemming in den grooten villatuin.
Acht maanden vervaagden. Het was Arthur of hij
nooit was weg geweest. Was dat wel mogelijk ? En
had hij niet, toen hij Thérèse kuste, een verraad
gevoeld, aan zich zelve gepleegd, aan een geheim
dat hij meedroeg.
Waarom verraad? Gevoelens zijn wonderlijk.
Langzaam liep hij langs de bloemperken. Daar
was het bruggetje over de kleine stroom, die dwars
',. door den tuin liep. Hij bleef even staan, boog over
: de leuning. Het water stroomde zacht, het spiegelde
licht van de sterren, dat nauwelijks werd bewogen.
Zijn hand tastte in zijn zak naar een klein voorwerp.
Hij hield het voor zich uit, een hand beschuttend er
achter, gelijk hij Nilu had zien doen. Daar blonk
het roode lichtje van de robijn. Maar het steentje
werd een traan, het werd een oog, er kwam een
, ?gezicht omheen, een mond die zacht en welluidend
\sprak; Arthur" met Mary's Engelsen accent. Toen
liet Valory den ring vallen. Het gaf even een heldere
tik in het water, alsof er iets brak, een stukje fijn
glas. En een paar rimpels deden de lichtjes golven.
Eén seconde maar. Dan was alles veer effen en
onbewogen.
Toerisme
Vier Zondagen geleden * * *
Volksgebruiken langs de mondaine kust
DAT was, voordat een ultima
tum drie groote westelijke
mogendheden in een bitteren
strijd gewikkeld had. Het was vier
Zondagen er voor. De kust van de
Middellandsche Zee, nu grimmig bezet
met forten en mitrailleurnesten, lag
toen nog als een schoone vrouw te
braden in de zon. Een oude vrouw,
want de eerste steunpunten der be
schaving waren daar; en tegelijk een
heel jonge vrouw, ijdel, coquet, liefe
lijk en schoon.
De zee en de lucht zijn hier
hardblauw, het strand heeft keien en grint,
de lucht is warm en koelt ook in den
nacht niet sterk af. Kleine haventjes
liggen er, gevormd door een natuur
lijke baai versterkt met pieren van
natuurlijke keien, afgebakend met
vuurtorentjes, die al schijnen sedert
Phoeniciërs en Romeinen hier kwamen
handel drijven en die uitgedoofd
werden toen de Noormannen kwamen
plunderen en wellicht, straks, als een
andereMiddellandscheZee-mogendheid
zijn tactische neutraliteit zal op
geven.
Maar toen, vier Zondagen geleden,
dacht men daar nog niet aan. De
visschersbootjes in het haventje lagen
zachtjes te deinen, de
kreeftenkorven waren duidelijk zichtbaar in
het glasheldere water, een enkel zeil
jacht kwam met zijn witte zeil aange
streken op de zachte middagbries. En
toen, in de stilte van den Zondag
middag, nu vier weken geleden,
barstte het plotseling los. Al vier
dagen waren ze aan het bouwen ge
weest, vlak langs de blauwe zee waar
de golven op het grint van het strandje
spoelden. Uit de heele streek van de
Provence, van Nice tot aan Marseille,
uit Avignon, uit Arles, overal van
daan waren de kermiswagens ge
komen. Een draaimolen was er opge
bouwd en de zongebruinde en schaarsch
^lllllllllllllllllltlllllllllllllllllMlllllllllllllltllllllllllllltlllllllllllllllllllIIIIIIIIIIIIIIIIIIItllllllllllllllltllllllllMIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII
Verrassende mededeelingen
Duitschland krijgt Londen niet
op zijn knie". (Nijm. C.)
Tallooze firma's kunnen haar
klanten niet meer bedienen omdat
haar wagens met beslag zijn be.egd".
======= (H.)
Paindeluxe-brood
,,Dit verplaatst ons honderd jaar
terug in het verleden". f.lfsfcj
,,De oude dienst blijft eveneens
gehandhaafd". (Volk)
Het juiste woord op de juiste
plaats
Het is een waagstuk dat onaf
wijsbare gevolgen meebrengt". (H.)
Haar zoon is niet bij machte ook
maar een voetstap te verzetten".
(T.)
Schrille tegenstellingen
Gem. Kamers aangeboden aan
Heer of Militair". (Adv. R.)
Zij liep verwondingen, zoowel aan
de beide beeneu als aan een der
knieën op". (T.)
CHARI VA RIA
Der Geist der stets verneint
De oorzaak was dat niet alle
nietroodc fracties niet bereid bleken die
cischen in te willigen". (Msh.)
Geslachtelijke moeilijkheden
Daarna kwam zij tegen de
Hon,gaarsche niej. Somogyi en moest het
tegen diens vaste spel afleggen''. (H.)
Der schone Blaue Don.au".
(Pr. O;,'. Zw. C.)
Sanitas novum, Utrecht".
(Int. Tclcfonng.)
Op de glibberige paden
Verwacht men van ons, dat wij
de klok weer eeuwen terug willen
zetten?" (I-:, tl. D.)
Hij heeft reeds in zijn eerste ant
woord mijn hand afgeslagen"? (H.)
Men. diene er zich rekenschap
van te geven''. (H.)
Maar dit moete men niet
schrijven.
De .Joute", het tournooi te water, het
volksspel aan de Fransche Middellandsche
Zee-kust
bekleede badgastjes waren er, met hun
badtasch bungelend, nieuwsgierig voor
bij gedrenteld en hadden met de vele
bruingebrande jonge mannen een
nieuw onderwerp voor gesprek in het
loome zonnebad. Een schiettent was
er neergezet, een kraam met een
loterij, waar pendules, flesschen wijn,
poppen en teddybeeren gewonnen kun
nen worden. Een mooi vergulde draai
molen voor kinderen, een paleis, waar
electrische wagentjes met de bumpers
tegen elkaar aan zouden denderen.
Heel de kade langs de blauwe zee was
er door bezet en een zwart volkje van
zigeuners was er in drukke gebaren
en onverstaanbare uitroepen hard in
de weer geweest, drie, vier dagen
lang, totdat iedere badgast er over
sprak. En toen, op dien Zondag
middag barstte het los. Een
trompetsein van de plaatselijke harmonie
luidde het jaarlijksche feest in. Onmid
dellijk attaqueerde het orkest een
forschen marsch, en nog een en nog een.
De drie cafés langs de kade vulden
zich met gasten en enkele bewoners.
Maar de meesten stelden zich op rond
om de dansvloer voor het gemeente
huis, waar straks het openluchtbal zou
beginnen, dat vijf dagen lang niet op
zou houden. En na het concert be
klom de harmonie de muziektent en
bleek een goedmoedig maar slag
vaardig jazzorkest te vormen. En daar
begon het dansen. Jonge visschers,
jonge meisjes, ouders aan den kant,
n bonte menigte van kleurige doeken
en jurken, van bruingebrande, vroolijke
gezichten. En tegelijk begon de kermis
te draaien, met luidpijpende orgels,
met gebel en gefluit, met geschiet in
de tenten, met uitroepen en
luidsprekersgeschreeuw. 's Middags om
vijf uur. En 's nachts om n uur was
het nog precies zoo. Het heele jaar
werkt de zuiderling in Frankrijk hard,
hard dan voor zijn begrippen in die
soms. moordende warmte. Maar vijf
dagen is er feest. Dan doet hij niets
dan geld opmaken, dansen, wijn
drinken en onbezorgd vroolijk zijn.
ELKE plaats langs de cóte d'azure,
of het nu nog zoo'n mondaine bad
plaats is, heeft nog zijn eigen bevol
king, die, soms ongemerkt, toch nog
de eigen gebruiken heeft vastge
houden.
En in dit nog niet zoo mondaine,
visschersplaatsje kan de bevolking
nog een overmachtige rol spelen.
Want al behoort op andere dagen het
stadje, met de kleine winkeltjes en de
drie cafés aan de haven aan den gast,
aan de bruine ruggen en beenen van
de in short gekleede vrouwen, aan de
fantastische, luchtige kleedij der man
nen, van 's morgens tot 's nachts, als
het feest is, regeert de bevolking. Eiken
dag is er iets te doen. Den tweeden
dag worden er in de haven
ridderspelen gehouden, overblijfsel »van de
tourniers: twee visschersschepen met
motor varen langs elkaar; boven op
een ladder op elk schip staat een
visscher met lange lans, om den
anderen er af te gooien. De partij, die
de meesten der anderen in het water
doet tuimelen, heeft gewonnen.
Dichtopeengepakt aan de wal staan de
menschen te kijken, 's Ochtends
hebben de jongens in de haven jacht
mogen maken op tamme eenden, die
zij, al zwemmend, moeten vangen.
En zoo gaat het door. Vijf dagen
lang staat de kermis te draaien, wordt
er geschoten en gegooid, gedraaid en
gereden. De vrouw zonder hoofd, de
man, naar wiens kop je drie maal mag
gooien, de waarzegster, alles is er en
vijf dagen lang is er vreugde onder
de zon, aan het blauwe water van het
haventje, met de kleurige
havenhuizen en het uitzicht op de wijde,
blauwe zee, met, ver in de verte, de
roode rotsen en er boven de felle zon
in de blauwe lucht. Dat was vier
Zondagen geleden ....
iimmiimiiiiimiiiiiiiiiimimiiiimiiuiiiiii i ui (muur;
Hij loochenstrafte de geruchten"' i
(Volksbl.) |
,,Leuchens !" riep hij. =
Wij dachten aan Barbcrtje. Naar =
wij hopen zal zij niet behoeven te =
hangen, nu niet en nimmer". (T.) |
Zij heeft trouwens nooit gevaar |
geloopen. Zie Max Havelaar. |
E
Twee bekentenissen
Vóór den rechercheur heeft de.
verdachte bekend". (!?)
Kent u een verzoekschrift op
stellen?" (Afl-c. G.'.s Vraatfiaali) ,
TREIN-GESPREÜ=
Eerste juffrouw. Ik geloof dat ik |
u kan, juffrouw. |
Tweede juffrouw. Da. ken. |
Steenen des aanstoots f
l', te A. Telegramstijl makkelijk |
maar berichten zien uit of kindcr- of =
negertaai is. l.ees in Telegraaf: |
Arbeider stak oude vrouw met mes. |
Ken van vierjarigen tweeling voor -j
"ogen van moeder doodgereden." =
nu IIIIIHIIIIII tiiiiiiiiimiiiimmiiimii fiiimin t
I1IIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIII1IIIIUIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII
iiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimi.
PAG. 17 DE GROENE No. 3150