Historisch Archief 1877-1940
i.'
o o
^ Z.5 wij later aan dezen tijd zullen terugdenken,
2LJ zullen bij de beelden, die bij ons opkomen,
? ?*? vee/ luidsprekers zijn. Wij zullen voor ons
geestesoog zien opdoemen de kamerhoek waar ,,de
luidspreker" stond, toen daaruit de stem klonk:
.. .. dat Engeland zich van elf uur af met
Duitschland in oorlog beschouwt". Zoo zal het mij gaan en
velen met mij. De geschiedenis van dezen tijd vindt
haar eersten weerklank in de radiotoestellen der huizen.
Redevoeringen van Chamberlain, Goering, Hitler,
Eden, Daladier hooren wij bij de thee. Alle belang
rijke berichten kennen wij eerder als acoustisch dan
als visueel beeld. De stem, die in onze kamers spreekt,
kluistert ons aan huis en we durven niet den luid
spreker te verlaten voor wij onze vier-maal daagsche
nieuwsuitzending achter den rug hebben.
Dat alles zal later in onze herinnering voortleven,
als het al niet overstemd zal worden door gruwelijker
en directer beelden. Maar ook dan zal de radio daarbij
een integreerende rol spelen.
De waarheid is, dat wij ons leven zonder die radio
niet meer kunnen denken. De nieuwsberichten van
het A.N. P. wijzigen ons wereldbeeld van uur tot uur,
de uitzending van nieuws door Brussel Vlaamsen"
vele malen daags, brengt ons de ruimere commen
taren. En spannender dan film of bridge en detective
romans, dieper van zin dan de dichtbundel dien wij
wellicht 's avonds plachten te lezen, zijn de uitzen
dingen van berichten uit de oorlogvoerende landen.
Parijs in het Duitsch, Keulen in het Fransch,
Engeland in het Duitsch, met berichten, tegen elkaar
gericht, beoogend de tegengestelde propaganda te
ontzenuwen, een vlammende rede van een staatsman
of generaal, het treft ons meer dan theater en film.
Wij willen weten. En wij kunnen weten.
TT\E radiotoestelbezitters ondernemen zwerftochten
J-J door den Europeeschen aether en berichten den
volgenden dag hun vrienden van hun ontdekkingen,
die op hun beurt gaan speuren, op zoek naar nieuws.
De aangeslotenen bij de radiodistributie wachten af,
wat de centrale" hun op de derde of vierde lijn zal
brengen, waarbij inderdaad reeds talrijke nieuws
berichten zijn.
Deze radiodistributie is in dezen tijd van zeer groot
belang. In Engeland wordt het net met regeeringssteun
uitgebreid, Duitschland neemt dergelijke maatregelen,
Belgiëwerkt aan de uitbreiding er van en voor ons
land bestaat dezelfde wenschelijkheid. In Amsterdam
zijn er zestigduizend aansluitingen, zoodat zestig
duizend gezinnen, ook bij zwijgende zenders, bereikt
kunnen worden. Wat dit beteekent voor den burger
lijken luchtbeschermingsdienst behoeft niet nader
uiteengezet te worden. Deze dienst beschikt, in oorlogs
tijd, dan ook dag en nacht over de derde lijn.
In het algemeen is die dienst van de radiodistributie
actueel goed verzorgd. De belangrijke berichten
en redevoeringen krijgen de aangeslotenen te hooren.
Maar een belangrijke uitbreiding aan deze distributie
zou gegeven moeten worden. Het ware wenschelijk,
dat een der vier (in enkele gevallen nog drie) lijnen
permanent beschikbaar zou zijn voor dergelijke
actueele uitzendingen, zoodat, zonder opvullende
muziek, den heelen dag de nieuwsberichten en actueele
uitzendingen elkaar zouden opvolgen, waarbij het
vaak zal voorkomen, dat tusschen eenige uitzendingen
pauzes zullen ontstaan. Zoo zal de luisteraar steeds
op de hoogte blijven, ook zonder dat hij gedwongen is,
zenuwachtig langs de peilschaal van zijn toestel of de
draaiknop van zijn distributie te zoeken en zonder
dat hij, tot het verkrijgen van het begeerde nieuws,
lezingen over den kruisjessteek en potpourris van
Weensche walsen over zich heen moet laten gaan.
Bezitters van radiotoestellen zouden zich, wat in
dezen woeligen tijd met het oog op eventueele waar
schuwingen toch al wenschelijk zou zijn, voor deze
berichten bij de distributie aansluiten. Kantoren
zouden zulk een dienst op prijs stellen.
Hierbij aansluitend opperen wij de mogelijkheid
om de telefoondiensten der gemeenten bij een nieuws
service in te schakelen, zoodat men, door het draaien
van een nummer, een korte samenvatting zou kunnen
krijgen, zooals men nu reeds den juisten tijd en, in
Den Haag, het weerbericht telefonisch kan hooren.
Een grammofoonplaat, die om het uur of om de twee
uur vernieuwd zou worden, zou duizenden van de
laatste berichten doorloopend op de hoogte kunnen
brengen. Technische bezwaren zijn zeker geen beletsel.
Wat betreft de distributie is een dergelijke concen
tratie van nieuws reeds overwogen. Hoewel men ge
constateerd heeft, dat de laatste dagen de belangstelling
voor de nieuwsberichten, sedert de eerste dagen van
September, iets is afgenomen, is men daar bereid een
dergelijke uitzending te overwegen.
Ons schijnt dit een eisch des tijds.
Berichtgeving in oor
Van onzen militairen medewerker
DE wereldoorlog is nu alweer bijna 14 dagen
aan den gang, het onmogelijk geachte is
tóch gekomen en het schijnt wel, of de
menschen huiverig zijn, om zich het verschrik
kelijke daarvan te realiseeren. Voor velen, die den
oorlog van 1914?1918 hebben beleefd, lijkt het
wel, alsof er tusschen November 1918 en September
1939 geen periode van vrede is geweest. Het inter
mezzo tusschen de beide wereldoorlogen lijkt zoo
uiterst klein en eiken dag, dat de verschrikking
voortgaat, schijnt de rust-pauze in te krimpen.
Achteraf gezien moet men erkennen, dat er tusschen
1918 en thans ook eigenlijk geen ware vrede is
geweest, maar men hoopte steeds, dat die gebene
dijde toestand ten slotte wel zou komen het
alternatief was immers onmogelijk! Het onmoge
lijke werd echter realiteit, het is er en als het ware
schoorvoetend, begint de menschheid zich weer
in den oorlogstoestand in te leven.
De schuchterheid in het aanvaarden van de
beangstigende werkelijkheid, welke zich openbaart
in de mentaliteit van het publiek, zoowel in de oor
logvoerende als in de neutraal gebleven naties,
is óók waarneembaar bij hen, die in den oorlog
metterdaad optreden.
Behalve in Polen, waar de oorlog op de normale
en van ouds bekende wijze zij het dan met ultra
moderne middelen wordt gevoerd, gaat het op
de fronten" geheel anders dan men het zich had
voorgesteld. De veldtocht in Polen is in de groote
worsteling slechts een voorspel, een soort hors
d'oeuvre", de eigenlijke wereldkrijg zal elders moe
ten worden uitgevochten. Daar echter, waar de
groote tegenstanders tegen over elkaar zijn komen
te staan, wordt een actie ontplooid, die
voorloopig van de klassieke krijgsverrichting sterk
afwijkt.
Aanvankelijk scheen het wel, dat de algemeene
verwachting zou worden vervuld en dat de tegen
standers zouden beginnen met wanhopige pogingen,
om de overmacht in de lucht te behalen. De Britsche
luchtmacht ontwikkelde al dadelijk groote bedrij
vigheid. Reeds den eersten nacht na het uitbreken
van den oorlog, vlogen de vliegtuigen naar Duitsch
land, de lucht vervullende met het onheilspellende
geraas van de onzichtbare machines, maar het
verwachte bombardement volgde niet. Inplaats
van bommen, werden millioenen strooibiljetten
over het noordwesten van het Duitsche land uit
geworpen en in plaats van dood, verderf en ver
nietiging brachten zij.... propaganda. Papiertjes,
bedrukt met zorgvuldig gekozen zinsneden in de
Duitsche taal werden bestemd, om het Duitsche
Volk door eene boodschap in den vorm van eene
Warming", tot het besef te brengen dat het door
zijn eigen leiders wordt bedrogen, zulks in de hoop,
dat dit besef de Duitschers er toe zou bewegen het
voortzetten van den oorlog op te geven. Of en in
hoeverre eene dergelijke actie eenig succes kan
opleveren, moet in het midden worden gelaten,
maar het opmerkelijke feit is te constateeren, dat
al dadelijk begonnen is met het hanteeren van het
wapen der propaganda door middel van publicatie,
berichtgeving en bestrijding van den vijand met
lectuur.
IN alle oorlogvoerende landen wordt de bericht
geving, welker taak het is het eigen en overig
publiek omtrent den toestand van de eigen partij
en dien van den tegenstander in te lichten,
beheerscht door de propaganda. Deze laatste wordt
van zooveel waarde geacht, dat men er veelal toe
is overgegaan, om ministeries voor de propaganda
te organiseeren, dan wel een staatsdienst in het
leven te roepen, die zich uitsluitend met dit reclame
achtige werk bezig houdt. De taak van deze or
ganen is, om den toestand van de eigen zaak, zoowel
wat betreft het gebeuren op het oorlogsterrein als
hetgeen in het eigen land voorvalt, voor het eigen
volk en het buitenland, zoo gunstig mogelijk voor
te stellen. Wie ook maar eenigszins op de hoogte
is van de psyche der massa, zal beseffen, dat dit
wapen van de propaganda, mits goed gehanteerd,
een zeer krachtig middel is, omdat het zulk een
sterken invloed oefent op het moreel en dit laatste
is in oorlogstijd een factor van zér groote waarde.
Voor het deugdelijk hanteeren van dit machtige
wapen is aangeboren en door studie ontwikkeld
talent noodig. Het gaat er mee als met reclame en
adverteeren in vredestijd; ook dit is niet ieders
werk, maar wie er aanleg voor heeft, wie reclame
weet te maken, die pakt" en een advertentie kan
samenstellen, die het doet", bereikt een groot
succes. Voor zoover de propaganda zich bezig houdt
met het bewerken van het publiek aangaande den
inwendigen toestand, doen zich niet meer dan de
normale moeilijkheden voor en kan men volstaan
met de leiding van iemand, die in vredestijd zijn
sporen op dit bijzondere gebied heeft verdiend,
doch de taak wordt veel zwaarder, indien men
zich op het terrein van de actieve oorlogvoering
begeeft.
Hier staat men voor de opdracht, om de voor
handen zijnde berichten zoodanig voor de publi
catie te bewerken, dat men door die vermelding
zooveel mogelijk voordeel bereikt dan wel zoo
weinig mogelijk nadeel lijdt.
De berichten van het krijgsterrein bereiken in
eerste instantie de daarvoor bestemde organen
van de regeering in het eigen land en meestal zijn
dat de bureaux van den inlichtingsdienst. Hier
komen de verschillende berichten, meestal in zeer
grooten getale, binnen en daar ondergaan zij de
eerste bewerking, met het resultaat dat de inlich
tingsdienst een rapport kan samenstellen, dat niet
te veel van de waarheid afwijkt. Men bedenke, dat
alle berichtgeving steeds niet meer is dan een be
nadering van de werkelijkheid en wie op dit gebied
eenige ervaring heeft, begint te begrijpen wat
Multatuli gevoelde, toen hij schreef: Niets is vol
komen waar.... en ook dit niet".
Het rapport van den inlichtingsdienst, dat voor
de eigen regeering of voor de opperste leiding der
defensie bestemd is, kan echter maar niet, zooals
het daar ligt, wereldkundig worden gemaakt.
Zulks gedoogt de propaganda geenszins. Indien
het gunstig luidt, dan moet het zooveel mogelijk
worden opgeblazen", bevat het daarentegen on
gunstige mededeelingen, dan moeten de scherpe
kanten er af, zoodat het ten slotte nog als
een bevredigend" bericht kan worden gepubli
ceerd.
Het gevolg hiervan is, dat de oorlogsberichten
met voorzichtigheid moeten worden gelezen en
dat zulks steeds moet worden gedaan met behulp
van den bij het geval passenden bril". Het kan
voorkomen, dat de mededeelingen plompweg leugens
bevatten, doch dit zal slechts noodgedwongen ge
schieden meestal worden er geen feitelijke on
juistheden gepubliceerd, doch worden de feiten
PAG. 4 DE GROENE No. 3250