De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1939 16 september pagina 7

16 september 1939 – pagina 7

Dit is een ingescande tekst.

L ,u >.~ ft' r Dit wil een reportage zijn Van honderd jaren onzen trein, Tot leering van uw en uw kroost (Tekst van Fortuin, plaat j es van Boost.} Neem dan, zoo gij van buiten kwam, Den ijzeren weg naar Amsterdam Tenzij door dezen zwaren tijd De trein naar Amsterdam niet rijdt. Dan weet gij 't komt dus goed van pas Hoe 't hier voor honderd jaren was. Waar eens 't Paleis van Volksvlijt stond Daar rijdt nu d'eerste spoortrein rond. 't Is alles vroolijk, leuk en licht. Architect Stam heeft 't ingericht. U koopt een kaartje aan 't loket Voor veertig centen hebt u het, Met korting van 50 % Als u militair of werkloos bent. Nu stijgt u op langs houten treden En daarna gaat u naar beneden. En als u dat dan is gelukt Bent u heelhuids over 't viaduct. Dan ziet u, hoe, voor honderd jaren, Wij nog veel primitiever waren. Geen telefoon of telegraaf _ En daardoor toen erg veel gedraaf; Geen vliegtuigen en flikkerlichten En radio met nieuwsberichten. Modellen en gekleurde borden Doen zien hoe 't langzaam is geworden Zoo ziet men de techniek aan 't groeien En thans, na honderd jaren, bloeien. Mij kon die wetenschap niets schelen Ik ben gewoon gaan treintje spelen Met lichtjes en met echte schellen Aan demonstratie-spel-modellen, Met wissels, bruggen en met seinen Electrische en Dieseltreinen. Aan gindsche handles kun je leeren Hoe ze een goederentrein rangeeren. Een jonge man schreeuwt in je ooren Hoe ze dat doen met al die sporen. Mij lijkt het erg gecompliceerd Als ik 't moest doen ging 't vast verkeerd! a wa t t Je ziet, hoe door 't systeem van blokken, Geen trein op d'anderen kan sjokken. En als je dat goed kan begrijpen Hoef je j'op reis nooit meer te knijpen. Een jongeman zegt welbespraakt Hoe men voor veiligheid steeds waakt. Geen waardigheid kan ons verhinderen Hier kind te worden met de kinderen. Mij schijnt dan ook de mooiste baan Treintje te spelen als Goudr'aan; Hij stuurt heel Nederland op reis En dat doet hij spelenderwijs. Bij alle hulde nog de mijne: Bravo, Gij Conducteur der Treinen ! Hier is nu alles, wat gij ziet, Door jonge werkloozen geschied. De beste werkloosheidbestrijding: Opbouwend werk met goede leiding. Zij staan er bij te expliceeren Den heelen dag, wel duizend keeren. Er is een machtige maquette Zoo echt als wat, daarbij een nette, Die voorstelt het station van Zwolle Waar treinen uit en binnen rollen. Alles als echt, precies op tijd Geregeld door electriciteit. Met seinen, wissels en zoo voort Daar keek'k een uur lang, op mijn woord. Er spelen luide jazzmuzieken we keJten u Wi) En verder zijn er statistieken Met poppen, die je kunt onthouden, En documenten, nieuwe en oude. Dit alles was nog overdekt Waarna men dan naar buiten trekt. Daar staan, weerszij langs een perron, Twee treinen, spiegelend in de zon, Een Pullman met een Wagon Lits Nee maar, wat schitterend zijn die ! En wacht je er een heelen tijd Dan merk je, dat de boel niet rijdt. Het zou ook wel een wonder zijn: Thans rijdt geen internationale trein! Er staat een locomotief te puffen Maar dat is ook maar om te bluffen, De wielen draaien rond als wat Maar ze hebben op de rails geen vat! Zoo schuifelt men langs al die weelde Waarin de rijkdom zich verveelde, Maar waar de dagjesmensch geniet Als hij den restauratiewagen ziet. Er is een overweg met boomen Waarlangs de brave burgers stroomen Een tractor rijdt er heen en weer; Dan gaan de boomen op en neer. Maar 't mooist van alles vond ik daar De spoortrein van voor honderd jaar. De Diesel, die ge nu nog narent, Die heette vroeger dan de Arend". 'n Rookend ding, met stoom en vuur Die reed naar Haarlem in een uur Nu rijdt hij om 't Volksvlijtterrein Twee maal in 't rond met groot en klein. Met veel gehos en veel geschreeuw, Rijdt men daar rond, als voor een eeuw Terwijl men thans per vliegtuig zweeft.... Had 'k maar voor honderd jaar geleefd. Het was, juist honderd jaar geleden, Nog lang niet zoo volmaakt als heden ^r^ \« Men zat zelfs open in den regen Met onbewaakte overwegen. En zelfs, al zat men droog als gort, Was er nog geen spoorwegtekort. Met kwam met rekenen net krek uit Door strijd tegen den wilden trekschuit. De chef de gare droeg snor en baard Doch was reeds vriendelijk van aard. Toen reed men door de wei langs koeien, Nu staat de jeugd bij 't hek te stoeien. In honderd jaar kan veel gebeuren Dat kan men hier dus goed bespeuren. Men ziet aan de geschiedenis Hoezeer de trein verbeterd is. Maar minder mooi als men dat naging Ging 't in dien tijd met de beschaving. . Voor honderd jaar was het hier vrede Maar dat is honderd jaar geleden. Hoe zal in honderd jaren zijn Met de beschaving en den trein? Voor beide onze beste wenschen: Voor onzen spoorweg en de menschen! PAG. 7 DE GROENE No. 3250

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl