Historisch Archief 1877-1940
D E G R O E N E AMSTERDAMMER
OPGERICHT
1877
Redactie en Administratie : Keizersgracht 355, Amsterdam-C. Tel. 37964. Abonnement f. 10.- per jaar. Postrekening: 72880. Gem. Giro G 1000. l 30 SEPT.
Abonnementen kunnen met elk nummer Ingaan, doch alleen tegen het einde vaneen Jaargang, na opzegging vóór l December, worden beëindigd, l l 737
Freud is dood
rv
ftDr* A. J. Westerman Holstijn
SIGMUND FREUD, de schepper der Psycho
analyse is, ruim 83 jaar oud, gestorven. Zooals
bij elk sterfbed van wie ons dierbaar waren, komt
bij hen, die het meest aan den overledene verschuldigd
zijn, de dank en de liefde extra sterk naar boven. En
op- en aanmerkingen, die men tijdens zijn leven op
hem gemaakt heeft, kaatsen nu ineens tegen onszelf
terug: wat hebben wij de inzichten, die hij trachtte te
geven, toch onvoldoende verwerkt, zijn leer en ervaring
ons slecht ten nutte gemaakt! Wat hebben wij ge
knoeid in zijn naam, soms zelfs ons verbeeldend het
beter te weten, hoe ontzaglijk veel meer hadden wij
kunnen halen uit het contact met zijn werk, zijn per
soonlijkheid, zijn geest l Wanneer Freud in zijn leven
zooveel meer heeft bereikt dan welke andere geleerde
ook: niet slechts een nieuwe wetenschap opgebouwd,
met tientallen periodieken, waarin duizenden publica
ties op zijn voetspoor verschenen zijn, maar ook op
vele andere wetenschappen een geweldigen invloed
heeft gehad; wanneer tienduizenden door zijn metho
den en denkwijzen grooter levensgeluk hebben verkre
gen en honderdduizenden in hun denken een verrui
ming en verrijking hebben ondervonden door zijn
ideeen dan is dat niet alleen maar mogelijk geworden
doordat hij met scherp intellect eenige nieuwe ontdek
kingen deed, doch vóór alles doordat hij met zijn heele
merkwaardige persoonlijkheid levenslang achter en in
zijn werk stond. Want hij was iemand van een
betooverende harmonie, met een ontembare arbeidskracht,
bezeten door een intense liefde tot den mensch.
Freud onderkende als gronddriften van het leven de
Erotiek", die men gewoonlijk de liefde noemt, en de
Agressiviteit" of Vernietigingsdrift. Een van zijn
belangrijkste ontdekkingen is, dat deze driften van de
kinderjaren af een ontwikkeling doormaken, dat zij
van eenvoudig-zinnelijke tot gecompliceerd-geeste
lijke zich kunnen ontplooien, in het bijzonder wanneer
zij vrij doorleefd en niet verdrongen" worden. En
Freud zelf is een van de beste voorbeelden van wat met
deze innerlijke vrijheid bereikt kan worden: de agressi
viteit, waarover hij in niet geringe mate beschikt en
die hij van zichzelf kende, ontvouwde zich bij hem
tot een ongeëvenaarde arbeidskracht, tot een voor
beeldig beheerschte lust om te strijden voor wat hij
als de waarheid zag, tot een hartstochtelijke neiging
om de moeilijkste problemen onder de knie te krijgen.
En de erotiek, waarvan hij de primitiefste stadia be
studeerde en op een zoo openlijke wijze beschreef dat
alle philisters er van griezelden, werd bij hem tot een
wei-geproportioneerde, treffende liefde tot zijn naasten,
tot het leven in zijn veelvoudigheid, tot wetenschap
en waarheid.
Zoo was hij een sobere, ingetogen persoonlijkheid,
die schijnbaar geen innerlijk geweld noodig had om
zich tot zijn groote levenstaak te bepalen en die toch
ook niet voor een bermensch" of onmensch trachtte
door te gaan, daar hij kleine menschelijke zwakheden
niet trachtte te verbergen, maar in psychologische ge
schriften, waarin hij ook dingen van zichzelf mee
deelde, soms openlijk besprak. Deze heele persoonlijk
heid straalt uit in al zijn geschriften, die door hun ge
slotenheid van conceptie, hun rijkdom van inhoud,
steeds een genot zijn om te lezen.
Men beween, dat een schriftkundige die zijn hand
schrift bestudeerde, zonder te weten van wien het was,
gezegd heeft: Deze man heeft spiessbürgerliche"
opvattingen over de sexualiteit". Dit mag vermakelijk
klinken als men die opvattingen kent men moet
echter bedenken, dat een zekere soberheid en gesloten
heid van levenshouding toch wellicht uit een hand
schrift te lezen valt, maar dat dat niet alleen bij den
Spiessbürger" uit vrees en schablone voorkomt, doch
ook juist bij de grootere persoonlijkheid, die daarin
een levensvorm kan vinden die hem de hoogste geeste
lijke ontplooiing toestaat. Merkwaardiger nog is het,
dat die grapholoog tevens gezegd zou hebben Dieser
Mensch hat Krebs" hetgeen wél waar was.
DE laatste jaren, na den Anschluss", had Freud
Weenen en het huis, waar hij vijftig jaar gewoond
heeft, verlaten en zich metterwoon bij Londen geves
tigd. Eenige jaren tevoren waren in Duitschland reeds
zijn boeken op den brandstapel geworpen. Toch heeft
Freud zich nooit met politiek bezig gehouden en men
vraagt zich even af, wat er toch in zijn werken kan
zijn dat dusdanig den toorn der tegenwoordige macht
hebbers kan hebben opgewekt. Zeer waarschijnlijk zal
degeen, die ze in het vuur smeet, ze zelf niet eens
gelezen hebben, en had hij het gedaan, hij had wellicht
h;er en daar nog gegevens gevonden die hij als steun
voor zijn levensbeschouwing had kunnen gebruiken.
En toch had hij van zijn standpunt gezien gelijk.
Cardinaal en centraal toch is in Freud's paedagogie
en practische psychologie het begrip van de vrijheid,
al wordt het wellicht nergens zoo explicite gezegd,
Vrijheid van denken, vrijheid van fantaseeren, vrijheid
om lief te hebben en om te haten, vrij te zijn van op
gelegde idealen en moraal, vrij om te critiseeren, om
zelf zijn autoriteiten te kiezen en de hoogste autoriteit
te zien in de Rede ??ziedaar het eenige gebod der
psycho-analyse. Het behoeft geen betoog, dat men
deze grondstemming in het Derde Rijk met het grootste
wantrouwen moest aanzien,<h fortiori daar Freud en
het overgroote deel van zijn eerste volgelingen Joden
waren.
Freud is dood. En velen zien daarin een teeken des
tijds en vreezen, dat met hem de geestesvrijheid ten
grave is gedaald. Ook vraagt men zich af, of het
heelemaal toevallig is dat dit verscheiden met den aanvang
van een nieuwen wereldoorlog samenhangt. Het is
zes jaar geleden, dat Einstein en Freud een belang
wekkende briefwisseling deden verschijnen: Waarom
Oorlog?"1). Daarin schreef Freud o.m.: Ten koste
van eenige speculatieve overpeinzingen zijn wij tot
de opvatting gekomen, dat de vernietigingsdrang in
elk levend wezen werkzaam is en er dan naar streeft
het tot ontbinding te brengen, het leven terug te
brengen tot den toestand der levenlooze stof. Hij
verdient in allen ernst den naam van doodsdrang,
terwijl de erotische aandriften het streven naar leven
vertegenwoordigen. De doodsdrang wordt tot ver
nietigingsdrang, wanneer hij met behulp van bepaalde
organen naar buiten, tegen de objecten wordt gekeerd.
Het wezen, dat leeft", behoudt als het ware zijn
eigen leven door vreemd leven te vernietigen.
Het richten dezer aandriften op vernieling in de
buitenwereld ontlast den mensch en moet een wel
dadige uitwerking hebben."
Het is natuurlijk een vruchtelooze onderneming,
's menschen agressieve neigingen te willen afschaffen;
en als wij dan toch den oorlog willen bestrijden, ligt
het voor de hand, daartegen een beroep te doen op den
tegenspeler van dat instinct, den Eros. Alles wat gevoels
banden tusschen menschen schept, moet den oorlog
tegenwerken." Ook een dictatuur van het verstand zou
den oorlog wel onmogelijk maken, doch dat is waar
schijnlijk een utopie. De wegen der gevoelsbanden
tusschen de menschen zijn ongetwijfeld gemakke
lijker te banen, maar zij stellen geen snel succes in het
vooruitzicht. Ongaarne denkt men aan molens, die
zoo langzaam malen, dat men verhongert voordat
men meel krijgt."
En toch kon Freud den oorlog niet meer verdragen:
Met de psychische gezindheid, waartoe het cultuur
proces ons dwingt, is de oorlog op de scherpste wijze
in tegenspraak. Daar moeten wij tegen hem in verzet
komen. Wij verdragen hem eenvoudig niet meer;
het is niet slechts een intellectueel en affectief verzet,
het is bij ons pacifisten een aangeboren intole
rantie, als het ware een idiosyncrasie in maximale
vergrooting."
HOON om zijn wetenschappelijke inzichten, smaad
wegens zijn vrijuit spreken over de sexualiteit
heeft hij verdragen, het voortdurend lichamelijk lijden
der latere jaren door een nooit volkomen passende
kaakprothese na een resectie van een deel der kaak
wegens een kwaadaardig gezwel (hield die ziekte
reeds verband met een verinnerlijkte doodsdrang?)
heeft hij als een held doorstaan. De ineenstorting van
de onafhankelijkheid van zijn vaderland, het scheiden
van zijn huis en van de stad van zijn liefde heeft hij,
hoe zwaar het ook viel, verdragen (naast de hartelijk
heid van zijn gezin en zijn vrienden schraagde hem
hier*) In het Nederlandsch verschenen in De Groene
Amsterdammer", 8 en 15 April i<)33'
in voor een goed deel ook zijn groote humor: toen hij
het huis bij Londen betrad, dat zijn zoon met anderen
vol liefde voor hem ingericht had, zou hij in dankbare
verrukking de hand hebben opgeheven en Heil
Hitler !" gezegd hebben !) Ook de vorige oorlog heeft
hij nog verdragen, zij het met zeer veel moeite; men
leze slechts, hoe hij in zijn destijds verschenen:
Zeitgemaszes ber Krieg und Tod" er over klaagt, zich
in seiner Orientierung verwirrt und in seiner
Leistungsfahigkeit gehemmt" te voelen, hoe hij, die zich
zoo sterk wereldburger" voelde en wien de gansche
wereld tot tweede vaderland geworden was, schrijft,
hoe de Kulturweltbürger" ratlos dasteht in der
ihm fremdgewordenen Welt, sein grosses Vaterland
zerfallen, die gemeinsamen Besitztümer verwüstet,
die Mitbürger entzweit und erniedrigt."
Doch toen beschikte hij nog over zijn volle levens
kracht, toen had hij ook nog den band mat zijn geboor
teland, zijn eerste vaderland, dat hem lief bleef door
zijn cosmopolitisme heen. Doch nu, nu hem het
tragische lot deelachtig werd, dit vaderland te ver
liezen, nu zijn vitaliteit geleidelijk de hegemonie over
zijn organisme begon los te laten, nu verdroeg hij
den oorlog eenvoudig niet meer", de doodsdrang
werd vaardig over hem. *>
Freud is dood. Het is mij niet mogelijk aan te nemen,
dat de tijdsomstandigheden hieraan part noch deel
gehad zouden hebben; zijn eigen theorieën, zijn eigen
uitingen wijzen in de hierboven geschetste richting.
En weer vragen velen: is met hem een groeiende
cultuur ten grave gedaald, zullen Mars en Mors nu
verder domineeren over den Eros en het Verstand ?
Freud zelve heeft het ons anders geleerd. Hij meende,
dat de invloed der cultureele gezindheid (een
Erosfactor) en de gerechtvaardigde angst voor de uit
werking van een toekomstigen oorlog, (waarin een
verstandsfactor ligt) binnen afzienbaren tijd aan het
oorlogvoeren een eind zal maken. Langs welken weg
of omweg kunnen wij niet raden."
HIJ heeft ons nagelaten een groote, veelzijdige
schat voor ons leven. Ten eerste die innerlijke
vrijheid, die wij zelf niet kunnen verliezen en die
op den duur door geen enkel regime", van rechts,
van links of van het midden, geknakt zal kunnen
worden. Zij die de geestesvrijheid meenen te moeten
belemmeren, die haar vreezen, kennen haar niet. Zij
weten niet, dat de werkelijk innerlijk vrije mensch
kan leven onder welk régime ook.
Dan liet Freud ons na die overstelpende schat van
wetenschappelijke observaties en inzichten, waardoor
wij onszelf en anderen beter kunnen begrijpen en zoo
ontelbaar velen, die in neurotische en andere psychi
sche moeilijkheden zijn, beter kunnen genezen en
helpen. En ten slotte, (na vele dingen, die ik nog
oversla), hebben wij van hem inzicht, kracht en lust
gekregen om aan de wereld en in 't bijzonder aan hen,
die twijfelen, duidelijk te maken, dat de groote machten
die de ontwikkeling der menschheid in de hand werken,
hun lijn van steeds meer overmacht te krijgen, zullen
moeten vervolgen. Die twee machten, wij zeiden
het reeds met Freud's eigen woorden, zijn de Eros,
laat ons nu maar zeggen: de Liefde, en de Logos,
of zooals Freud ook wel zegt: het Verstand.
Van de eerste zegt Freud reeds op het einde van zijn:
Das Unbehagen in der Kultur", waarin hij veel
over de agressiedrift schreef, dat in de toekomst te
verwachten is, dat deze andere der beiden
himmlischen Machte", der ewige Eros eine Anstrengung
machen wird um sich im Katnpf mit seinem ebenso
unsterblichen Gegner zu behaupten", en hoe on
christelijk Freud ook vaak mocht zijn, dat de Liefde
bovenal gaat, heeft hij in zijn eigen leven en in zijn
wetenschap aangetoond. En van de tweede, de Logos,
die hijzelf den Gott der Psychoanalyse" noemde, zei
hij in zijn Zukunft einer Illusion": Die Stimme
des Intellekts ist leise, aber ruht nicht, ehe sie sich
Gehör geschafft hat. Am Ende, nach unzahlich oft
wiederholten Abweisungen, findet sie es doch. Dies
ist einer der wenigen Punkte, in denen man für die
Zukunft der Menschheit optimistisch sein darf."
De groote dank, die wij aan Freud schuldig zijn,
zal ons er vóór alles toe brengen te woekeren met die
twee machten, die tesamen de agressiedrift in nuttige
banen kunnen houden. Door Freud mogen wij voor
de toekomst der menschheid optimistisch zijn, want
de molens van het Verstand en van de Liefde malen
langzaam, maar zeker.
BROCHES Qqatet&S !>OMCtf25c&>ïtë2o state*
PAG. 3 DE GROENE No. 3252