De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1939 7 oktober pagina 14

7 oktober 1939 – pagina 14

Dit is een ingescande tekst.

UITHUIZ1GHEDEN KV Voordracht Filomeentje MEVROUW Charlotte Kohier heeft een nieuwe voordracht toege voegd aan den reeks, die haar een be wonderend publiek geschonken heb ben. Ditmaal het lot van een vrouw, een prachtige novelle, geschreven door den Belg Marcel Mathijs, die een meisje doet verhalen, hoe het met veel illu sies uit de zusterschool komt, met veel eigendunk, met veel verwachtingen van God en de menschen, waarbij zij weigert te aanvaarden, dat die vooze verwachtingen niet gerealiseerd wor den. In plaats van haar schijn-religieuze bevlieging, het klooster, moet zij uit geldgebrek, werkmeid bij een schrielen notaris worden, zij vlucht, als de vermeende avances van den tuinman door hem geloochend worden en zij de waarheid niet wil gelooven: dat zij leelijk is. Slechts haar oom, ongelukkig in zijn huwelijk, verlangt haar. Haar ouders sterven, arm; zij meent zich dan gedurende zeven jaren onmisbaar in 'n jong, doktersgezin, totdat de komst van een tweede meisje" en haar naijver haar verleidt tot een domheid, waardoor zij het huis moet verlaten. Zij denkt, nu niet meer met tegenzin, aan den oom, gaat naar het huis van haar oom en tante. Een twist thet de tante doet haar in drift ontbranden, zij grijpt een strijk ijzer en doodt de vrouw. De oom dringt haar tot vluchten, maar na een martelenden dag gaat zij zichzelf aangeven. Eerbied dwingt Charlotte Kohier af voor de prestatie, zulk een vrouw voor ons op te roepen. De aard van een der gelijke voordracht brengt mee, dat op den uiterlijken levensgang, het steeds tragischer, verder afdrijven dezer een zaam opgroeiende vrouw, de meeste nadruk viel, wellicht eenigszins ten koste van de toch ook aanwezige innerHjken groei en loutering. Maar dat zijn beschouwingen die men slechts kan doen hooren als men allereerst erkent de bewonderenswaardige prestatie van ejn bewonderenswaardige actrice. K.K.O. Radiofilm Tooneel Kriebeltje's hoogtepunt (Holl. Schonwburg) JAREN geleden werd het volkstooneel een paar huizen verder ge geven, in den Plantage-Schouwburg en er is een tijd geweest, dat de auto's daar in file voor de deur stonden. Thans waren er meer scènes op het tooneel dan menschen in de zaal. Wat niet ten nadeele van het volkstooneel moet worden uitgelegd, dat onder Bouber's leiding nog zeer levendig is gebleven, al kan ik mij een sterker stuk voor stellen dan dit in scènes geknipte boek van van lependaal. Kriebeltje is half Boefje", half Merijntje Gijzen" toen deze klassebewust ging worden, maar dat behoeft niemand af te schrikken, want lependaal is geestiger dan A. M. de Jong en Bouber zorgde voor betere tooneeldialogen dan er in Boefje" voorkomen. En bovendien kan men goed tooneel zien van acteurs, die men niet of weinig op de officieele plan ken ziet, Bouber, Ezerman, Freddy de Rooy, Rientje Blaaser. En dit alles loont de moeite om er heelemaal voor naar den Hollandschen Schouwburg te gaan. Bovendien deze is makkelijker te bereiken dan de vroegere Plantage en hij is veel com fortabeler. Cabaret De Spijskaart" (Leidscheplein Theater) DE ster van dit ensemble is de Tsjechische chansonnière Olga Rinnebach, een liefelijke, rijzige vrouw, met een mooie stem, veel humor en veel sentiment. Zij zingt Fransche, Engelsche en Duitsche liedjes, alles met goeden smaak, schalks en waar dig. Haar optreden , begeleid door de talentvolle Katinka Kuster, is een verheugen. Naast deze internationale chansons op internationaal peil, doet de rest van het ensemble on-internationaal aan. Niet alle spijzen van deze kaart zijn even smakelijk, om in de mij opge drongen beeldspraak te blijven. Folkert Kramer confereert met op gewektheid en draagt een somber zee manslied voor, Marcel Barger zingt zijn Fransche chansons en imiteert beroemdheden, en eenige jongere en oudere krachten werken vol animo mee. Film De spooktrein (Tuschinski) VROEGER zag je hem op het tooneel, nu rijdt hij over het witte doek. Het zijn niet dezelfde acteurs van toen en niet dezelfde regisseur, maar het is nog dezelfde spanning en het zijn zoo ongeveer dezelfde grapjes. En die goede Spooktrein doet het nog heel goed, al is alles in de herinnering blijkbaar mooier dan in de werke lijkheid. Het stuk speelde in n decor: de wachtkamer van het verlaten station netje; en wat voor een tooneelstuk om verschillende redenen (o.a. gén changementen) een voordeel is, valt als gunstige omstandigheid weg bij de film, die het juist van beweging en verschillende milieux hebben moet. En een zekere tooneelmatige toon bij de acteurs schijnt meestal inhaerent aan tooneelspel maar hoort in geen geval bij filmspel. Maar van een Tsechischen regisseur mag men zooveel kennis van de Nederlandsche taal niet verwachten. Een super-kundige dia loogregisseur schijnt in zoo'n geval geen luxe. Voor het overige zal het publiek zich over deze film verheugen: het ligt prettig in het begrip, de humor is niet te subtiel en de dialogen stellen gean enkelen eisch aan intelligentie of geest. En het is een prettig gezicht de acteur waarvoor men blijkbaar niet naar den schouwburg gaat toch in de bioscoop te kunnen zien. Borel, met het Engelsche contract, is niet meegevallen. Fien de la Mar, vooral Piet Rienks waren goed van toon, Engers was soms te grappig, Sara Heyblom, Chris Baa> niet onverma kelijk, Cissy van Bennekom aardig, Jan Musch indrukwekkend. Het levendst werd de film bij de opname van den rijdenden trein door den nacht. Wie is de vader? (Alhambra) DE keuring heeft zeker bezwaar ge maakt tegen den titel Wie is de Moeder?", maar dit is toch het eenige en groote probleem in deze film, waarin Ginger Rogers als het door en door fatsoenlijke winkelmeisje Polly Parrish aangezien wordt voor de moeder van een te vondeling gelegde baby. Ginger ontkent energiek, maar de baby lacht alleen in haar nabijheid en dat is een overtuigend, zij het ook niet weten schappelijk bewijs. Het kind wordt haar dan ook overal achterna gebracht, tot in een dancing, waar Ginger juist den eersten prijs in een danstournooi wegsleept (en dat nog wel zonder Fred Astaire !) en ten einde raad adopteert zij de baby en wint daardoor de sym pathie van haar onderdirecteur en nog een heeleboel complimentjes, die ein digen in een gelukkig huwelijk en een voor de buitenwereld voorbarig kind. Maar het publiek weet wel beter en geniet ongechoqueerd van een van die vederlichte comedies, waarvan Hollywood alleen het recept kent. ORTHOPEDARJUM SOKIN 101'AMsiaaaM PAG. U OE GROENE No. 3253 KLEINE PERIKELEN NAAR doorluchtig voorbeeld heb ik een bezoek gebracht aan een der vele schuilplaatsen die in Amsterdam en trouwens ook elders zijn ingericht. Zij zijn uiterst geriefelijk, wanneer u de bedoeling in oogenschouw neemt. In een tram zit je hoogstens een half uur naast een meneer die wat luidruchtig gegeten heeft, doch in een schuilkelder wét je niet hoe lang je zitten moet, een vorm die het dichtst komt bij preventieve hechtenis. In een tram heb je een behoorlijke zit plaats en de conducteur kijkt uit dat een minimum aantal personen het elkander lastig maakt, doch in de schuilkelder wordt daar niet zoo op gelet. Het is er niet zoo aangenaam licht als in de tram en je gaat nergens naar toe, tenminste niet als het een goede schuilkelder is. In de tram stap je om naar da Hoogesluis te gaan of het Leidscheplein in de schuilkelder stap je om jezelf te blijven en terug te komen. In zooverre heb je dus niet het recht teveel te vorderen van de medemenschen die met dezelfde bedoelingen de schuilplaats heb ben opgezocht. Ik noemde ze nu maar kelder, doch het zijn eigen lijk houten schuurtjes met zakken zand er op en er omheen: in zulke omstandigheden past het niet er teveel op te letten of de meneer naast u onder zijn chambercloak ook zijn bovenpantalon heeft aangetrokken en of de dame aan de overzijde tijd gehad heeft overtollige dingen uit haar coiffure te verwijderen.... Wij zullen dan namelijk allen burgers in nood zijn. Hoe lang dat duren zal en hoe ver dat zal gaan, staat in de sterren geschreven en in ieder geval in de lucht. Ik weet niet of het millioen al bij elkander is dat Amsterdam beschermen gaat, straks, en ik hoop in ieder geval dat het bijtijds bij elkander is, zoodat we er nog wat voor kunnen koopen in afwerenden zin. Want stel u voor dat het geld er straks is en de boel is uitverkocht je kunt naar die vijandelijke vlieg tuigen toch niet met rijksdaalders gaan gooien ! Ofschoon de wereld op dat gebied al heel wat raars vertoond heeft. Enfin, nemen wij dan aan dat wij op dat punt gerust kunnen zijn en er komt alarm en je vliegt naar het keldertje. De eerste keer ben je inschikkelijk en ga je aan de lus hangen voor een dame. Ze lijken werkelijk een beetje op tramwagens, die dingen. Maar langzamerhand leer je je menschen kennen je raakt uitgepraat en ook over je angst kom je wat heen. Je rekent uit hoeveel geld de vijand moet verknoeien om n onschuldig mensen in een veelbetreurd man te veranderen en ten slotte gaat het als met de overvolle trams je laat het ding passeeren en je denkt: ik loop maar liever. Dan blijf je thuis en in bed. Want niemand gaat voor zijn tijd en van dat telkens de trap afrennen en de kou om je beenen te voelen en dat gemeier van die menschen wat heb je er aan? En eerst wanneer dat gevoel over ons vaardig is, zijn wij alle peri kelen te boven. J. VAN HOORN f '

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl