Historisch Archief 1877-1940
Kleine perikelen
WIJ behoeven slechts een ge
dachte, een kleine sugges
tie, een voorstel in de dagbladen
te lezen, betrekking hebbend op
de ontspanning en het
ontwikkelingspeil onzer gemobiliseerden en
ons gezin is er oogenblikkelijk bij.
Dat is juist het mooie in de ge
meenschap, dat zij, tot dusverre
zich weinig bekommerend om de
ontspanning en de ontwikkeling
onzer jeugd, zich dadelijk met
deze zaken gaat bezig houden,
zoodra van die jeugd verwacht
wordt dat zij onze grenzen be
hoedt, onze onafhankelijkheid be
waart en al zulke dingen meer,
waar wij zelf op de een of andere
manier niet voor kunnen zorgen;
zonder leger tenminste niet. En
het is duidelijk dat een soldaat,
die ontspannen en ontwikkeld is,
zich met belangrijk meer toewij
ding zal werpen op deze groote
taak.
Wij hadden alreeds onze erva
ring met den soldaat op de thee en
om nu eens voor de ontwikkeling
te zorgen, vroegen wij een sol
daat om met ons mee te gaan
naar den schouwburg. Het was
ditmaal geen advocaat en wij wa
ren in het onzekere wat onze
nieuwe soldaat in de burgermaat
schappij uitvoert. Wij hadden een
aardig stuk gekozen, waarvan ik
den titel niet noem, hetgeen ook
niet noodig is, want wij betaalden
onze plaatsen. Onze soldaat be
keek met belangstelling den Stads
schouwburg, zooals daze is op
geknapt en veredeld hij vond
de stoelen fijn en keek ook met
bijzondere belangstelling naar de
loges van B en W en de Kunst
commissie, hoewel het mij af en
toe scheen dat de interesse zich
meer richtte naar de levensgroote
figuren die daar aangebracht zijn
en uiterlijk zoo weinig gelijken
op kolonels van de infanterie.
Het was een stuk mat drie echt
paren die hun zilveren bruiloft
vieren en bij dis gelegenheid blijkt
dat zij door een kleine technische
fout in de huwelijksceremonie
eigenlijk altijd niet getrouwd ge
weest zijn. Dat geeft aanleiding
tot een verschrikkelijke verwik
keling.
Ik begrijp het niet," zei de
soldaat tegen Gisse. Misschien
willen ze hun geld terug hebben."
Gisse begon het geval uit te
leggen, doch achter ons werd
sssttt geroepen en de soldaat
keerde zich uitdagend om en zei
luid: St jullie zelf!" Vervolgens
boog hij zich naar ons over en
vroeg nadere inlichtingen.
Als die lui nou vijf en twintig
jaar getrouwd zijn en ze waren
niet getrouwd, dan boffen ze toch
effe ! Dan hebben ze al die tijd
voor niks ruzie gehad en nou is
de keet afgeloopen, want waarom
zou je ruzie maken als je niet
getrouwd bent?"
In de pauze hebben wij nog het
geval nader besproken en na het
stuk gingen wij naar American,
om nog wat te genieten van het
stuk en onze gedachten er over
te laten gaan. Onze soldaat was
een ruim man en misschien zijn
zijn huwelijkstheorieën niet ge
heel overeenstemmend met de
gangbare moraal.
In dienst wor je ook over
geplaatst, zonder dat er een haan
naar kraait," zeide hij en Gisse
begreep niet goed de
gedachtengang van onzen gast. Wij hebben
hem op de thee gevraagd, in ieder
geval.
J.VAN HOORN
IHIIIIIIIIIIIIIlUllltltltllllllHIIUUIIHIItlUHUUIUIIIUIHUUUIUUUUUUUHIMUUUUnllllUHHIIIlUIIIHIIIIIIUHUIlUHUHItHfr>
Tijdverdrijf
De gebroken wijzerplaat
Oplossing
In bovenstaande teekening loopen
de barsten in de wijzerplaat dus
danig, dat de som der cijfers op
ieder stuk 20 bedraagt.
Het stilleven
Nieuwe opgave
Een buitengewoon knap kunstschil
der beweert, dat hij het hierbij af
gebeelde stilleven met n lijn kan
teekenen zonder het potlood van het
papier op te lichten, en zonder de
lijn ergens te verdubbelen. Kunt u
dat ook ? Oplossing de volgende week.
liiilliiiiiiiiiiliniiiiiiiHiiiiiiiitliiiiiifililiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiilliiiiiiiiiiiiiiitifiiiniiiiiiiilMiiiiillHiiiiiiiiiniiiiiiiiiiii
j
Garage
, .AUTOPAN"
Amsterdam
Bartholomeus
Ruloffstraat 5
bil
Jac. Obreehtpl.
Telefoon
22622-95754
MODERN GROOT GARAGEBEDRIJF
OFF
SUB.DEALER
.VOOR AMSTERDAM
DE SCHRIK DER KOMETEN
/DOEDEN dagh Mr. Abraham,
,,^J mijn oude kennis en man
van ervarentheyt: by u kome ick om
een weynigh geleert en onderwesen te
worden in saecken voor mijn en meest
al de werelt duyster. Indien mijn pre
sentie in een winterse-avondt niet ver
veelden, soude ick u versoecken in mijn
huys te willen komen om wat te avont
kouten".
Wel, goeden nabuyr Justinus, ick
ga soo met u mede".
Gelieft mij dan te volgen, Mr.
Abraham".
Ick hoore geerne vragen, waerde
Justinus: en sal na mijn beste kennisse
op alles antwoorden".
Is 't u dan bekent, weerden Vrient,
dat voor omtrent een maandt geleden
op verscheyde dagen na den anderen
's morgens aan den Hemel is gesien een
nieuw licht dat men een Steertsterre
noemt, en dat het selve nader hant is
verdwenen: en nu siet men des avonts
na den onderganck der Sonne weder
een ander licht doch wonderlijck grooter
als 't voorgaende, soo dat ick en duysende
met mij niet weten wat sulcx magh
zijn of beduyt: en also ghy meerder
kennisse van die saeken hebt als andere,
soo versoeck ich U E. goedt gevoelen daer
over te hooren"'.
Met dezen gemoedelijken dialoog
tusschen twee fictieve personen, den
onwetenden, nieuwsgierigen Justinus
en den alwetenden, mededeelzamen
mr. Abraham begint een pamflet uit
het jaar 1681 tot Dordrecht verschenen
bij Mattheus van Nispen,
Boeck-verkooper by de Nieuwbrugh in de
Sonnewijser, en 'tsamen gestelt door M. v. N.,
geheeten Comeet-gespreck tusschen mr.
Abraham ende Justinus, Aengaende
de hedendaegsche Steert-Sterre, waer
inne oock verhandelt wort van den loop
der Cometen, mitsgaders of men uyt de
selve yets Voorseggen kan.
De onwetende Justinus deelde mede,
dat ongeveer een maand geleden een
Steertsterre 's morgens was verschenen
en dat eenzelfde Steertsterre nu
's avonds kon worden gezien. Het was
een en de selve Steertsterre, zei de
alwetende mr. Abraham.
Justinus dan, wenste wel geerne u
gevoelens te hooren of de Cometen in
't generaal wat quaets voorspellen of
niet, waarop mr. Abraham hem zeide
dat doorgaens alle oude en nieuwe
schrijvers van gevoelen zijn, dat de
Cometen ofte Steertsterren voorteekenen
zijn van aenstaende onheylen als van
veranderinge van Rijcken en Staten,
van oorlogen, van Pestilenties, van
groote Watervloeden, van Hongersnoot
en soo voorts; en voor mijn, aldus
mr. Abraham, ick soude oock meest
na die kant hellen, want dat den
Almachtigen Godt te vergeefs sulcke
Teeckenen aen den Hemel soude laten
komen en dat niet voor een dagh of
weeck, maer voor maenden langh, en
dat niet kleyn en gering, maar
genoeghzaem vreeselijck als zijnde een steen
van dese die wij nu sien, licht meer dan
vijftigh duysent mijlen langh dat,
segh ick, kan in mijn hooft niet komen
ofte moet oock sijne reden hebben.
Op een vraag van Justinus zette
mr. Abraham voorts uiteen uit welke
stof die kometen samengesteld waren.
Sommige geleerden beschouwden ze
als een aytwerpinge van de Sonne.
Anderen zeiden dat boven in het
firmament een geheel subtile christalline
vochtigheyt was en dat de zon door een
opening daarin haar stralen zond,
zoodat een lichtbundel ontstond, als
door een kerkruit, dien men komeet"
noemde.
VOLGENS zijn zeggen had Justinus
bij deze en dergelijke uiteen
zettingen van mr. Abraham smakelijck
toegeluystert, maar graag wilde hij nog
weten of ook uit de historie bleek dat
kometen onheil voorspelden. Mr. Abra
ham kon het reeds bewijzen op grond
van de vaderlandsche geschiedenis van
de laatste vijftig jaar. Telkens als er
oorlog uitbrak, had een komeet het
aangekondigd. In 1664, het jaar vóór
den tweeden Engelschen zee-oorlog,
was bijvoorbeeld een komeet aan den
hemel verschenen, en toen had de
Poet J. de Decker dit rijmgedicht
gemaakt:
Waerom keert dese Ster haar bleecken
Steert na 't Westen,
En waerom wederom het helder
Oosten toef
Of dreyghtse mogelijck die beyderley
gewesten,
Bij beurt te keer te gaen, met haer
getackte Roe!
Godt geve, aldus besloot dan ook de
pessimistische mr. Abraham, dat dese
Comeet geen sloffe schaft van
melancholijcken discoursen met den andere
hier naer te hebben, maer dat alles ten
besten mogt uytvallen.
NA dit discours volgen nog eenige
observaties gedaen aen dese
Comeet, doch mits de nijpende koude niet
soo accuraet als 't wel behoorde, echter
na des tijds gelegentheyt en plaetse
aldus bevonden en tenslotte, eenige
speculaties op diverse Cometen, bij
d'oude schrijvers genomen. Zij moeten
ten overvloede bewijzen dat kometen
beteekenen dat er iets groots op
komst is.
Als Julius Caesar vermaan was, bij
voorbeeld, deed sich op een Comeet,
volgens Suetonius' schrijven, die eenige
dagen helder scheen. Men seyden toen,
dat de ziel van Caesar ten hemel opge
togen wiert.
Anno 603 een tweede voorbeeld
wiert gesien een Sweert-Comeet aen
den Hemel, en wiert op dien tijt ge
boren den valschen Propheet Mahomet.
Anno 1607 een astronomische
mededeeling sach Kepierus te Praag
een Comeet welcke seer hoogh van
d'aerde stont; soo hy seght: omtrent
20.000.000 mijlen. Dat echter
ongelooflijck schijnt.
Hoe zou onze goede mr. Abraham
huiveren bij de afstanden die men
thans aanneemt, en die zoo groot zijn,
dat men ze slechts in lichtjaren kan
uitdrukken !
KUNT U DE DAGBLADEN
NIET MEER BIJHOUDEN?
LEES DAN
t&eue
PAG. 18 DE GROENE No. 3255