Historisch Archief 1877-1940
Hoe Baby'face Nelson" den dood vond
Maar al te vaak ziet men in de Amerikaansche misdaad en
haar bestrijding sensatie en niets meer dan sensatie: Het is de
verdienste van J. Edgar Hoover, den energieken directeur van
het F.B.I. (?Federai Bureau of Investigation" te Washington),
dat hij in zijn studie over de bestrijding der Amerikaansche mis
daad door middel van de z.g. G-mannen, den maatschap pelijken
kant van dit maatschappelijk euvel niet verwaarloost. Het is dan
ook zeer toe te juichen dat zijn Persons in Hiding" in het
Nederlandsch is vertaald. Zulks is geschied door den heer K. H.
Broekhoff, waarnemend hoofdcommissaris van politie te Amsterdam.
Misdaad in Amerika", waaraan wij het volgende fragment,
handelende over achtervolging en dood van Baby Face Nelson",
een van Amerika's gevaarlijkste bandieten, ontleenen, is uitgeko
men bij de fa. Kemink te Utrecht.
BIJ de plundering van de bank te
South Bend Nelson's laatste
misdaad had de buit ongeveer veer
tien duizend dollar bedragen. Baby
Face Nelson verdeelde dit bedrag
onder zijn helpers. Fatso Negri, de
boodschappenjongen, kreeg drie dui
zend dollar, de eerste weelde in zijn
bandietenbestaan. Hij maakte een
uitstapje naar huis, doch kwam on
middellijk met heel slecht nieuws terug.
G-mannen stellen in grooten getale
een onderzoek in, iedereen ondervra
gende. Maakt, dat jullie weg komt".
Chase, Nelson's rechterhand, lachte
er echter om.
Luister," zeide hij tot Fatso, als
wij slechts een paar van onze plannen
kunnen uitvoeren, dan hebben wij
zooveel geld, dat wij overal heen kun
nen gaan en dan vinden zij ons nooit."
Het antwoord op dezen bluf brach
ten de extra edities der bladen en de
bulletins, waarvoor duizenden zich
verdrongen. Het zorgvuldig voorbe
reide plan van Inspecteur Samuel
Cowley had succes opgeleverd. Federale
kogels hadden Dillinger gedoe d, ter
wijl Baby Face Nelson in de richting
van Nevada vluchtte, zooals gebruike
lijk, volkomen afhankelijk van zijn
agent en zich achter vrouwenrokken
verbergende.
De bandiet met het baby-achtig
uiterlijk was ziek van angst. Hij haalde
een bijlooper der bende over om hem,
zijn vrouw Helen, Fatso en Chase te
vergezellen en ter meerdere camou
flage vrouw en baby mede te brengen.
Maar zelfs toen bleef Nelson nog hoogst
zenuwachtig, ze o dat Fatso maar San
Francisco werd gezonden om ook nog
het meisje van Chase te halen. Met
drie vrouwen en een baby als dekking
vestigde Baby Face zich een tijdje in
een plaatsje aan het meer van Nevada.
Hier vernam hij, dat verschillende
leden van zijn bende door
politiekogels waren gedood. Naarmate het
tot hem doordrong, dat ook voor hem
het beslissende oogenblik naderde,
werd zijn gemoedstoestand steeds wan
hopiger. In zijn schuilplaats oefende
hij zich dag aan dag met een buks in
het schijf schieten; bij wijze van af
wisseling schoot hij op eekhoorntjes
en allerlei vogeltjes, als verbeeldde hij
zich daarbij zijn vervolgers neer te
schieten en zich een weg naar de vrij
heid t; banen. Toen kwim uit Reno
het volgende slechte nieuws:
De plaats is vol G-mannen. Zij
zijn overal geweest bij al onze rela
ties. Door middel van allerlei leugens
zijn zij van den garage-man te weten
gekomen, dat hij je beschermd heeft.
Je bent reeds verraden. Zij sluiten je
in. Het wordt tijd, dat je wegkomt!"
OPNIEUW zette Baby Face Nelson
de vlucht voort, verborgen achter
de drie vrouwen en de baby, met John
Paul Chase om in de stad benzine en
olie te koopen of een hut in een
toeristenkamp te huren, welke zij in de
ochtendschemering weer verlieten.
Het geld raakte op. De vluchtelingen
slaagden erin de ziekeninrichting te
Vallejo te bereiken. De magere inbre
ker, die deze inrichting leidde, telde
uit een blikken doosje duizend dollars
neer:
Maak dat je wegkomt. De G-man
nen zitten je op de hielen. Tot nu toe
heb ik hen om de tuin kunnen leiden.
Dat lukt mij natuurlijk niet altijd. Ga
mijn deur uit."
Zij probeerden contact te maken
met oude vrienden uit de dagen der
dranksmokkelarij. Overal ontvingen
zij echter hetzelfde antwoord.
Maak dat je wegkomt. De G-man
nen zijn reeds hier geweest om naar je
te zoeken. Zoo ongeveer om den ande
ren dag komen zij terug. Als zij hooren,
dat wij met elkaar hebben gepraat, dan
worden wij misschien nog gearresteerd
als verdacht je te hebben verborgen."
Pogingen, om hen tot andere ge
dachten te brengen, bleven vergeefs.
Het lukte niet, ergens onderdak te
krijgen.
Gebruik toch je verstand. Maak je
uit de voeten. Wat kunnen wij nu nog
doen, als de G-mannen achter je zitten!"
Zij besloten Oostwaarts te gaan.
Somtijds wilde Baby Face, dat met een
snelheid van meer dan honderd K.M.
per uur werd gereden, dan weer'liet hij
plotseling stilhouden en moest Chase
den weg verkennen, als ware er onver
wachts een waarschuwing gekomen.
Des avonds werd meestal bij
toeristenkampen gestopt om den volgenden
morgen bij het aanbreken van den dag
weer verder te vluchten. Ten slotte
gaven zij de gedachte aan een onder
dak op en kampeerden in de open lucht.
Negri, Chase of n der vrouwen ging
dan naar de stad om levensmiddelen
te koopen, welke boven een kampvuur
werden gekookt.
Maar zelfs nu kwam het nog voor,
dat Baby Face diep in den nacht ont
waakte, het gelaat met angstzweet be
dekt en het bevel gaf: In de wagens.
Wij moeten weg."
Fatso was blij achter te kunnen blij
ven, toen de wagen, dien hij bestuurde,
in Colorado defect geraakte. Nu was
alleen Chase nog over om den
lafhartigen moordenaar te beschermen,
de inkoopen te doen of om vrienden in
Chicago op te bellen. Het antwoord
luidde onveranderd:
Blijf van ons weg. Wij willen je
niet zien. Het is veel te gevaarlijk met
die G-mannen."
OP zoek naar een schuilplaats had
Nelson met zijn gezelschap op
zekeren dag halt gehouden in een
plaatsje aan een meer nabij Chicago,
John Paul Chase had met den eigenaar
onderhandeld.
Wij denken erover," zoo had hij
gezegd, om na afloop van het seizoen
voor langer verblijf terug te komen."
Dit gezegde zou hem in het ongeluk
storten. Speciale agenten van het F.B.I.
toch waren te weten gekomen, dat
zij daar waren geweest en de eigenaars
hadden beloofd te zullen waarschuwen
zoodra de bandieten terug zouden
komen. Bovendien had Inspecteur
Cowley eenige van zijn mannen naar
het plaatsje gezonden met opdracht
zich daar te vestigen en den dag af te
wachten tot Nelson en zijn meest ge
trouwe medewerker zouden terug
komen.
Maanden gingen voorbij, zonder dat
er iets geschiedde. Terwijl de speciale
agenten dag aan dag in verveling
sleten en vruchteloos uitkeken, reisden
Chase en zijn lafhartige beschermeling
doelloos in het Westen rond om plotse
ling weer Oostwaarts te trekken. Ten
slotte werd in November een auto ge
signaleerd in het kleine plaatsje nabij
Chicago. Een der speciale agenten had
gemeend in n der inzittenden Baby
Face Nelson te herkennen, niettegen
staande de bandiet zijn snor had laten
staan om te pogen zich onherkenbaar
te maken. Inspecteur Cowley werd
verwittigd; auto's werden samen-ge
trokken om te trachten den
langgezochten vluchteling te vinden.
In de namiddag van een kouden
Novemberdag reden Baby Face Nel
son, diens vrouw en de ja-broer John
Paul Chase langs den weg nabij het
genoemde plaatsje. Een andere auto
haalde hen in en passeerde. Een der
inzittende mannen zag hen door den
achterruit scherp aan.
Die vent keek naar ons," uitte
Nelson met bevende stem. Mogelijk
G-mannen." Daarna gaf hij het bevel:
Geef ze de volle laag."
John Paul Chase zat met een auto
matisch geweer op de knieën. Het
nerveuze commando van Nelson bracht
hem in actie. Zijn taak was om Nelson
te beschermen en in dien anderen wa
gen zaten G-mannen. Zijn oogenblik
was dus gekomen.
Ik zal hen onder vuur nemen,"
zoo riep hij uit. Het geweer ging om
hoog en spuwde vuur uit den loop, toen
Chase over het gebogen lichaam van
Helen Gillis in de richting van den
anderen wagen schoot. Het vuur werd
beantwoord. Opnieuw spande Chase
den trekker.
In den anderen wagen vuurden
Gmannen terug. Ondertusschen reden
zij met groote snelheid door naar een
zijweg, waar zij hoopten te kunnen
keeren om daarna terug te rijden en
den wagen van Nelson te kunnen
blokkeeren.
De snelle Gouvernementswagen be
reikte inderdaad den zijweg, draaide en
hield stil om de komst van de bandieten
af te wachten. Maar de wagen van
Nelson kwam niet. Een der federale
kogels had de waterpomp beschadigd,
waardoor de auto steeds langzamer
begon te rijden.
Nu naderde een tweede auto de ban
dieten en stopte. Twee mannen spron
gen daaruit: Inspecteur Cowley en de
speciale agent Herman E. Hollis. Toen
Nelson hen opmerkte, was ook hij in
een oogwenk uit zijn wagen, gevolgd
door Chase. Nelson verborg zich achter
zijn auto en begon te vuren. Chase legde
den loop van zijn geweer over de motor
kap en vuurde eveneens. De beide
G-mannen lieten zich evenmin onbe
tuigd. Een schot van Hollis verwondde
Nelson, zoodat deze neerviel. Chase
zette het vuur voort, daarbij zijn auto
matisch geweer met andere vuurwa
pens verwisselende. Volgens
mededeelingen van meer dan twee ooggetuigen
strompelde Nelson met de eene hand
op de maag naar Chase en laadde diens
geweren, waardoor deze kon door
schieten.
Ononderbroken duurde het vuren
voort. Helen Gillis lag ergens in een
greppel; haar echtgenoot vond het
blijkbaar niet eens de moeite waard
o n te onderzoeken, waar zij was. Ten
slotte pakte Nelson een machinegeweer
en liep daarmede al vurende weg.
Inspecteur Cowley lag op den grond,
gedood door Chase. Nu stortte ook
Hollis ter aarde, doodelijk getroffen
door een schot van Nelson. Deze laatste
strompelde naar den Gouvernements
wagen, zette den motor aan en liet
de auto draaien om zijn kameraad op te
nemen.
Waar is Helen," vroeg Chase, toen
hij instapte.
Ik weet het niet," schreeuwde Nel
son terug. Wij hebben geen tijd om
op haar te wachten. Wij moeten
probeeren weg te komen."
Daar is zij," antwoordde Chase.
Een oogenblik later waren alle drie
in den wagen en reden weg. Baby Face
Nelson stierf dien nacht in het huis
van een politicus in een nabijgelegen
plaatsje. Helen en Chase legden zijn
naakte, met bloed bespatte lichaam
naast het kerkhof neer.
Zoo vond hij den dood.
Losse nummers van De G ro e n e: 20 cent.
Ouder dan 3 maanden : 60 cent. Toezending
uitsluitend na ontvangst van het bedrag.
Meneer Adel her t vraagt
En wat denkt u van de waterlinie ?"
Nog een kopje thee?".
,,£n dot we toffe jongens zijn..!"
PAG. 21 DE GROENE No. 3258