Historisch Archief 1877-1940
De knaap ....
l,
te
l
l
De jonge student
r'
Het kamerlid
Onze politici thuis )
Op bezoek bij mr. A. M. Joekes
Parlementair leider der Vrijzinnig Democraten
ONGEHINDERD door vitrages valt zacht
herfstlicht een werkkamer binnen die uitziet op de
bosschen aan den rand van de Waalsdorper duinen.
Op het met paperassen overdekte bureau staan een
telefoon en een brievenweger. Er boven hangen een
vrouwenportret en een A.V.R.O.-kalender. De
schoorsteenmantel is bezaaid met ingelijste portret
ten. In de kamer waar zich in de hoeken hooge
stapels Handelingen" en andere officieële stukken
verheffen, bevinden zich voorts een kleine werktafel,
een gezellige, rijk-versierde vulkachel en twee
groote boekenkasten, afgesloten met terra-gordijnen.
Voor het raam, zoodat hij die aan het bureau zit te
werken, slechts de linker hand hoeft uit te strekken
om er iets van te nemen, staat een tweede tafeltje,
dat een enorm gewicht aan boeken torst, zoo
uiteenloopend als het Jaarboek van de Rijksuniversiteit
Leiden", het Statistisch Zakboekje", Heyermans'
Op hoop van zegen", de praeadviezen over handels
politiek, voor de Vereeniging voor staathuishoud
kunde en statistiek uitgebracht door de heeren Van
Gelderen, de Graaff en Kortenhorst, de bundel
Revolutionaire Liederen uit Nederland's Verleden",
Zaalberg's pas verschenen anti-ordenings-bundeltje
Nederland, pas op", een der deelen van Romein's
Erflaters", Fouché" door Stefan Zweig, een
biografie van Lord Grey of Fallodon, het Nationaal
Plan" van dr. ir. Kloos, het Indische democratische
tijdschrift Kritiek en Opbouw", Volksraads
stukken, en het Algemeen Verslag van
Nederlandsch-Indië.
Ondanks de veelheid aan boeken en paperassen is
het een gezellige, huiselijke kamer in een gezellige,
huiselijke Haagsche woning. Het is de werkkamer
van mr. A. M. Joekes die met een korte onderbreking
reeds zes jaar parlementair leider is van de vrij
zinnig-democratische Tweede-Kamerfractie. Deze
moeilijke en tijdroovende functie is de voorloopige
bekroning van een veelbewogen leven en een niet
minder veelbewogen carrière. Mr. Joekes is in Indi
geboren waar zijn vader bestuursambtenaar was,
heeft daar n, in Nederland vier lagere scholen,
twee gymnasia (Zwolle en Den Haag) en n
Universiteit bezocht (Leiden). Op deze Nederlandsche
jaren volgden weer acht Indische in dienst van
Indische Tramwegmaatschappijen. In 1920 werd hij,
eerst als referendaris, later als administrateur ver
bonden aan het pas opgerichte Departement van
Arbeid, een vorm van werkzaamheid dien hij in 1925
moest laten varen toen hij als Indisch specialist
voor den Vrijzinnig-Democratischen Bond zijn intree
deed op het Binnenhof.
En daar kan men nog steeds zijn lange gestalte
met vlugge stappen de deur zien binnengaan die
naar de appartementen van de Tweede Kamer
voert....
ZONDER in tegenstelling of zelfs maar spanning
te verkeeren, zijn in Joekes' gelaat, op merk
waardige, zoo niet unieke wijze, jonge en oude
elementen vereenigd. De haren zijn grijs, maar de
kuif hee,ft een onvervalschte jeugdigheid behouden;
zijn oogen zijn de oogen van iemand die vele werk
zame en drukke, misschien wel al te drukke jaren
achter den rug heeft; in rust staan zij vermoeid en
is de blik droomerig en geheel binnenwaarts gekeerd,
vooral wanneer hij, bedachtzaam aan zijn pijp
trekkende, zijn antwoorden overweegt; dan denkt
men haast dat hij de gestelde vraag vergeten heeft,
maar het tegendeel blijkt spoedig. Tegelijk verlaat
dan de vermoeidheid zijn oogen, en breekt een glans
naar buiten als de zon door de wolken. Ook zijn
gelaat is niet jong meer waaraan de tropenzon
schuldig mag zijn , maar het kan op sommige
momenten een onweerstaanbaar jeugdigen, ja
joligen indruk maken. Als hij praat, blijft hij stil en
roerloos zitten het duurde drie kwartier voor hij
even van houding veranderde maar wanneer zijn
lange slanke gestalte zich beweegt, geschiedt dat
vlug en kwiek. Het wekt dan ook geen verbazing,
te vernemen dat tennissen nog steeds zijn meest
geliefkoosde zomer-verpoozing is. Trouwens, de
ernst van den boekenkast van respectabele afme
tingen, die gevuld is met historische lectuur en
juridische standaardwerken, wordt getemperd door
drie tennisrackets die er bovenop liggen.
Ondanks deze uiteenloopende elementen maakt
mr. Joekes geen onharmonischen indruk. Het
tegendeel is waar. Hij is allerminst iemand die zich
gemakkelijk geeft" in een betrekkelijk kort onder
houd. Hij bewaart een zekere distance, en zijn op
treden draagt zelfs, hetgeen bij menschen die veel
in het openbaar optreden, mér voorkomt, een
eenigszins formeel karakter. De zinnen waarmee hij
ook op de simpelste vragen antwoordt, zouden linea
recta door de stenografen van de Tweede Kamer
opgeschreven kunnen worden voor publicatie in de
Handelingen" van dit eerbiedwaardig lichaam.
Toen hij den term beroerd" bezigde, haastte hij
zich, als had hij een fout begaan, er aan toe te
voegen: om dit huiselijk woord eens te ge
bruiken. ..."
Trots deze distance echter, breekt overal de leven
de persoonlijkheid naar buiten. En dan blijkt mr.
Joekes iemand te zijn van een bijzondere charme en
menschelijkheid. Mènschelijk dat is hij. Hij is
geen fraseur, maar een realist. En ook wanneer hij
begrippen in den mond neemt die zoo licht den
schijn van fraseologie wekken, maakt hij een vol
komen oprechten indruk. Een woord als
vrijheidsgedachte" dat in deze tijden zoover is afgezaagd dj.t
er nog nauwelijks iets van over is, spreekt hij op een
dergelijke wijze uit dat men er een werkelijk levende
overtuiging achter voelt.
Hierin zal niet in de laatste plaats de verklaring
zijn te vinden voor zijn warme belangstelling voor
de vrijzinnig-democratische Jongeren-organisatie.
MET deze democratische overtuiging hangt een
diep mededoogen samen. Joekes heeft de
behoefte, met menschen samen te zijn, en dan ook
vóór menschen te werken, menschelijk leed te ver
zachten. Bureauwerk ligt hem minder. In Indiëwas
hij jarenlang verbonden aan een tramwegonderne
ming. In 1919 werd hij naar het hoofdkantoor te
Den Haag overgeplaatst, maar de arbeid daar beviel
hem slecht. Hij miste volgens zijn zeggen het
dagelijksche, levende contact met het bedrijf en met het
personeel. Het werken aan het Departement van
den Arbeid beviel hem dan ook veel beter. Waar
had hij trouwens sterker kunnen ijveren voor de
verbetering der algemeene levensomstandigheden,
voor het opheffen van den menschelijken nood"
(woorden die hij telkens met een speciale, treffende
intonatie uitspreekt). Het opheffen van dien nood
is hij ook tijdens zijn kamerlidmaatschap als het
doel van zijn werkzaamheden blijven beschouwen.
De arbeid in de Tweede Kamer is, dat erkent hij,
vaak ietwat abstract, maar aan den anderen kant
biedt het lidmaatschap hem de gelegenheid, op te
komen voor de rechtmatige belangen van vele
personen die hem verder onbekend zijn maar die
hem hun nooden voorleggen.Van dit rechtstreeksche,
persoonlijke helpen in moeilijke omstandigheden
maakt hij bescheiden, maar met onmiskenbare
dankbaarheid gewag. Men voelt: voor hem is een
mensch geen kiezer, nog minder een den arm in de
hoogte stekende en een of anderen slagzin brullende
automaat maar vóór alles een persoon, een
levend wezen, wiens wezenlijkheid" ook onder
alle omstandigheden gerespecteerd moet worden.
Mr. Joekes zal in anderen karaktervastheid wel het
meest waardeeren; in dat verband noemde hij de
namen van Nolens met wien hij zoo vaak ter Inter
nationale Arbeidsconferentie ging, en van Mr.
van Deventer, onze voortrekker op het gebied der
Indische politiek. Maar daarnaast treft hem elk,
die waarlijk ontvankelijk is voor maatschappelijken
nood en die het eigene van den ander weet te
respecteeren, bewonderenswaardige eigenschap van
den grooten Snouck Hurgronje, dien hij te Leiden
heeft gekend en van den onvergetelijken Van
Vollenhoven, wiens leering en vriendschap hij het
meest heeft gewaardeerd.
Of Joekes' drang om menschelijken nood te
lenigen, nog dieper gefundeerd is ? Dat raakt kanten
van iemands wezen waartoe men in den loop van
een toch altijd betrekkelijk kort gesprek moeilijk
doordringt. Maar zou het geheel toeval zijn dat uit
de tientallen gestalten die in Romein's Erflaters"
(een werk dat hij zeer op prijs bleek te stellen) be
schreven zijn, hem het meest Spinoza heeft getroffen,
de godlooze godzoeker" zooals de Romeins hem
noemden? In dat verband zeide mr. Joekes bedacht
zaam en na het overwinnen van een lange aarzeling:
Op religieus gebied gelden zoovaak teveel de
vormen, enkele geijkte begrippen, te weinig de
werkelijke godvruchtigheid." De godvruchtigheid
die, zeide hij, Spinoza op zijn wijze heeft gezocht.
Hij was een eerlijk zoeker naar het Licht."
Spinoza is de eenige niet gebleven....
r gispen
i j woninginrichting
J meubelen lampen
amsterdam den haag rotterdam
PAG. 5 DE GROENE No. 3258