De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1939 2 december pagina 20

2 december 1939 – pagina 20

Dit is een ingescande tekst.

verhaal van De Groene Het gaat niet om het stuk ZES mannen zaten in het kan toor van een klein theater: de zakelijke leider, de artistieke leider, zijn assistent, de regisseur en de twee auteurs. Van deze twee samen werkende schrijvers zorgde de een voor de dichtkunst en de an'ere voor de grappen voor de stukken die zij samen schreven. De raad van zes was midden in de bezigheid om de rollen te bezetten van de jongste operette van de twee auteurs, die getiteld was: Mijn schotje uit Kamchatja". Dit was een zeer belang rijke bezigheid. Buitengewoon belang rijk. De operette zou de groote voor?jaarsschlager van het theater moeten worden. De directie had er zijn hoop op gevestigd voor de tijd van Maart tot Juni en het succes hing in hoofd zaak af van de bezetting van de rollen De twee handige auteurs waren zich «er bewust van het feit, dat het in deze kwesties niet om het stuk gaat. De conferentie werd gehouden op een Zondagmorgen en de deelnemers Waren, met juist begrip voor den vrijen dag, kort na elf uur uit bed gestapt. Zooals ze daar zaten, goed uitgerust, pas geschoren, hun gezichten frisch en stevig van de vinaigre, leken ze allemaal een beetje op elkaar. Intelligente, flinke, handige tooneelmenschen, in gestreepte tweerijcostuums en knitterende zijden dassen. En juist omdat ze broeders in het vak waren, alle zes, kwamen ze vlug klaar met negen tiende van de voorhanden vraagstukken, met de routine van experts. Moet Abel Park de echtgenoot spelen?" Natuurlijk l In ieder geval. Abel Park is de eenige voor die rol". En wie speelt de vrouw? Odette Odalisque?" Wat een vraag! Die rol is voor haar geschreven". En Jacqueline Jambes krijgt de soubrette, niet?" Ja en Leslie Lesling speelt de bon vivant". Uitstekend. En de komiek is Otto Lier". Er werd niet tegengesproken. Elke naam werd met algemeene goedkeuring ontvangen. Het was na tweeën. De conferentie was bijna afgeloopen. De zakendirecteur keek al naar den kap stok. Hij probeerde uit te vinden, welke van de zes hoeden van hem was, omdat zelfs de hoeden wonder lijk veel op elkaar leken. Je zou makkelijk kunnen zeggen, dat alle zes in de zelfde straat, in den zelfden winkel gekocht waren. En toen zei de poëtische schrijver: En dan is er nog het kamermeisje. In de vijfde scène van II zegt ze:,,Oh, meneer, past u toch op ! Ik kan niet tegen kietelen." Intotaal elf woorden. Maar dat zou juist zoo prachtig gebracht kunnen worden. En verder is het belangrijk in die scène een leuk ding op het tooneel te hebben. Niemand zou dat kamermeisje zoo goed kunnen spelen als Mara Chase". De humoristische schrijver maakte een onver wachte tegenwerping: Maar Oggy ! Misschien vindt jij Chase een aardig ding. Ik kan er niets aan doen, maar elke keer dat ik haar zie ruik ik rauw gehakt. Maar afgezien ?daarvan heb ik de rol beloofd aan Sari Marvel". De twee schrijvers wilden juist daarover ruzie gaan 'maken, toen de zaken-directeur zei: Chase is niks. Marvel is ook niks! Ik denk aan een meisje, dat precies is wat we noodig hebben. Mariella Clark. Jullie weten toch nog wel wie ik be doel. Zoo'n mooi slank meisje. We hebben haar in het vorige stuk niet gehad; nou hoort ze eigenlijk in dit l" Maar nu kwam de artistieke leider tusschenbeide. Hij zei flink: Ik wou dat rolletje graag zelf bezetten. Ik zou Mitzi Schmidt graag een kans geven. Niemand weet beter dan ik wat dat kind kan !" De stem van den regisseur klonk geagiteerd: Ik geloof, dat ik toch wel het recht heb, hierin een woordje mee te spreken ! Gelooven jullie dat ik mijn tijd verspil aan die dilettanten? Ik wil een behoorlijke actrice voor dat kamermeisje. Dorothy Burt is daar de vrouw voor". De tweede artistieke leider, die een zuur, lang gezicht had, als een stuk verbrand papier, dat ze in de azijn gestopt hebben, had natuurlijk een eigen protégée, die hij met het volle gewicht van zijn auto riteit aanbeval. En de zes mannen die tot een on middellijke beslissing gekomen waren wat betreft de belangrijke rollen, begonnen nu met stijgende opwinding te redetwisten over het kamermeisje. Het gesprek werd snel scherper en bitter en de lucht was geladen met electriciteit. In hun gedachten ver vloekten de mannen elkaar en gaven ze elkaar schoppen onder hun broek. LANGZAMERHAND kon je dit hand- en tand-gevecht begrijpen. Alle zes aardige dingen" waren even knap. De een had een golving hier, de andere een ronding daar. Elk kon subliem spelen voor een n-manpubliek. Geen harer had wenk brauwen, maar elk harer had een telefoonnummer, waarop zij antwoord gaf met de vastbesloten accu ratesse van een brandweerseinzaal. Slechts de hemel weet, wat er ten slotte gebeurd zou zijn, als de grappige schrijver, die de slimste van het stelletje was, niet aan iets nieuws gedacht had: Wat mij betreft, ik blijf vasthouden aan Marvel. Maar ik geloof, dat we nog iemand anders in het stuk zouden kunnen nemen. Bij voorbeeld de butler in het derde bedrijf. Laten we er nog een kamermeisje van maken inplaats van hem !" Prachtig! We nemen geen butler, maar we nemen twee kamermeisjes", zei de zaken-directeur goed keurend. De tweede artistieke leider begreep onmiddellijk dat het een goede idee was en hij ontwikkelde haar verder. .,En die portier in de eerste scène schijnt eigenlijk ook niet noodig. Waarom moet het een portier zijn? Waarom zou het geen chasseur zijn? En eigenlijk, waarom geen chasseuse, een vrouwelijke chasseur? Ze zou een lange pantalon kunnen dragen en meer succes hebben dan een jongetje." Ook deze idee werd met algemeene goedkeuring ontvangen, alleen de dichter was nog een beetje geërgerd. Hij had de rol van den portier in het stuk geschreven voor een ouden vriend van hem van vroeger. De stakkerige werklooze acteur had hem maanden er om gesmeekt. Hij was voortdurend ongeschoren en zijn adams-appel trilde zielig in zijn dunne hals. De auteur kon bijna zijn smeekende stem hooren: In 's hemels naam kerel, doe iets voor me! Jij hoeft maar n woord te zeggen. Ik speel alles. Ik ga bijna dood van den honger! En nou schrappen ze zijn portier. Arme, oude stakkerd. Het zou een ramp voor hem zijn. Maar verdraaid. Laten ze maar schrappen. Vrede was de hoofdzaak. Als de oude baas weer op kwam dagen zou hij hem een tientje geven. En zoo kon de derde vrouwtjesmusch tsjilpend omhoog vliegen naar de telegraafdraden van het stuk. Ondertusschen werd de goede idee geweten loos verder ontwikkeld. Een oude graaf werd ver anderd in een jonge gravin en een manucurekwam in de plaats voor een Oekrainschen generaal. Vijf vogeltjes konden nu op de draden zitten. Maar wat moest er met het zesde gebeuren? Er ontstond een korte pauze. Ze zaten allemaal te denken. De artistieke leider, die sinds een paar minuten in een gebonden exemplaar van het stuk, dat op tafel lag, had zitten kijken, richtte het hoofd op: Ik heb juist een schitterend idee gekregen. Hier is Jim, de neef van den premier-minister. Ik zou van die rol een hit" kunnen maken met Mitzi Schmidt er in !" Met andere woorden, nóg een meisje met een broek aan !" zei de regisseur. En er lag reeds een zekere goedkeuring in zijn stem. Dat bedoel ik niet", vervolgde de artistieke leider. Maar waarom moeten we een neef van den eersten minister hebben? Laten we een nichtje van den eersten minister hebben. Ik had net den tekst even doorgeloopen. Het is een voortreffelijke rol, maar je zou onder het lezen geen seconde kunnen zeggen of die Jim een jongen of een meisje is. We hoeven alleen maar den naam te veranderen in Millicent. Dat lost het vraagstuk op !" De twee schrijvers keken elkaar aan. Jij hebt die rol gemaakt, Joe", zei de afdeeling humor. Ik weet er niets van". Om eerlijk te zijn had ik er aan gedacht als aan een jongen", merkte de dichterlijke schrijver op. Maar ik geloof, dat het net zoo goed een vrouw zou kunnen zijn. Alleen vertik ik het, er nog meer werk aan te besteden. Ik heb er genoeg van !" ,,De souffleur zal dat ook wel in orde maken", zei de zakelijke leider, gelukkig, dat er tenslotte har monie in den boezem van zijn theater heerschte. En hij belde om den jongsten bediende en gaf aanwijzigingen voor den souffleur. De tweede artistieke leider keek op zijn horloge. Het was tien over drie. Ze begonnen allemaal den honger te voelen die zij in den strijd gekregen had den. Zij namen hun hoeden en kwamen op straat. Voor het theater schudden zij elkaar de hand en elk ging zijn eigen weg naar huis. Alle zes waren huisvaders. Ieder van hen had een trouwe, liefhebbende vrouw, voor wie ze mooie hoeden kochten en zomervacantieverblijfrekeningen betaalden. Maar daarbij had ieder van hen een klein reserve-haard j e waaraan hij zich warmde, gedurende de lange uren dat zijn vrouw hoeden uitzocht. SANDOR HUNYADY n iiiiiiiiini ui "i" IIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII i IIIIIIIIIMIIIIII HUI i ui minimi mui i minimin i mi Merkwaardige berichten ,,Millioenen stierven in de handen der communisten." (R.) ,,De jager keek met toegeknepen oogen naar de lucht." (H.) Paindeluxe-brood Mr. de Blécourt gaf zijn veront waardiging te kennen over het feit dat Jan en alleman maar onder een valsch voorwendsel in een rijksgebouw kan binnendringen." (R.) Ziehier enkele toekomstverwach tingen." (De Kath. Wer/ig.) Taalverrijking Schadelijke opscherping van stand punten en tegenstellingen." (E. d. D.) Nieuwe genres van bewegwijze ring." (Haagsche C.) De nominatief-accusatief constructie Deze bruggen zijn eenvoudig gecon strueerd en kan men gemakkelijk in el kaar zetten." (H.) Dat Hollandsch behoort tot het beste en krachtigste van mijn Zelf en l heb ik daarom lief." (Clubkr.) CHARIVARIA Het moeilijke woord De leider dier onderneming werd onmeedoogenloos in stukken gehou wen." (Prof. dr. A. A. u. S. : Matnix van Sint Aldegonde) De ernst van die waarschuwingen kan nauwelijks worden onderschat." (R.) Ook de moeilijkheid van dit woord kan nauwelijks worden overschat. Von Fritsch is op een bezichtiging uitgegaan in de nabijheid van den vijand, die zeer onvoorzichtig moet worden genoemd." (H. P.) Von Fritsch ook. ""'"l Geslachtelijke moeilijkheden Hij wilde in den eersten plaats dit gerucht tegenspreken." (H.) Blum onderschrijft het betoog van den Amerikaan Dorothy Thompson." (Volk) Overbodige oproepen Tot dusver bedienden de mannen aan den overkant zich bij voorkeur van propagandaleuzen en oproepen om niet te schieten met luidsprekers." Het was bijna mogelijk den Führer l en de Ridders van zijn tafelronde het i levenslicht uit te blazen." (G.) Niet eens bijna. TOENEMEND OPTIMISME TE HELSINSKI Het Finsche ministerie van defensie heeft eenige besluiten genomen met het oog op de bescherming van de bevolking; o.a. zijn de inwoners van Helsinki uitgenoodigd zich op be paalde uren van den nacht niet op straat te begeven." (H.) Het Handelsblad houdt er den moed maar in. Onze adverteerende humoristen Te koop emaille badkuip, inwen dig nog niet gebruikt.'' (G, en Eeml.) Luchtbescherming van zandzakken direkt uit voorraad leverbaar." (T.) Wij gaan steeds door uw schoenen minstens i maat te vergrooten." (Buurtbl. V.) Illllllltlllllllllltllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll PAG. 20 DE GROENE No. 3261

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl