De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1939 9 december pagina 13

9 december 1939 – pagina 13

Dit is een ingescande tekst.

NIAS WAT de muziek van Nias, het eiland aan de Westkust van Sumatim, betreft, daarover valt niet alleen in tennen van instrumenten-metin gen en toonladders-structuur te praten. Uit de getranscribeerde muziek valt al op te maken, hoeveel rijkdom en verscheidenheid er zelfs op zoo'n be perkte ruimt» te vinden is; hoeveel zonderlings ook, als bij de met de neus aangeblazen fluiten, en hoeveel raadselachtig», als in de herkomst en werking van de druri dana", het stemvork-achtige instrument dat werkt als een idiophoon, maar op het beginsel van een aerophoon. Dansmuziek en zang vooral vormen de schat der Niassche toonkunst; van de zangkunst in haar totaliteit van gezongen en btgeleid* poëzie is ons nog te weinig verteld, tenge volge van begrijpelijke taalmoeilijkheden. Een bizondere plaats nemen ook op Nias de gongs in, welker waarde in het algemeen door de bewoners van Indonesiëwordt afgemeten naar het aantal stooten dat in den nagalm ontstaat. Dertien behooren het er te zijn bij een eerste-klas gong. En bij het berekenen van de bruidschat wordt iedere stoot die de gong produceeren kan, gelijkgesteld met een el katoen. Maar ook deze exotische, nog meer dan de onze aan traditie gebonden muziek-aesthetiek is aan vreemde veranderingen onderhevig. Kunst vertelt een grappige anecdote daarover. In ?een dorp op Nias stelde een missionaris, mét meer begrip voor het volkseigene dan de meeste van zijn collega's, zijn gemeentenaren voor, de goedkoope en armzalige kerkklok te vervangen door een stel van de prachtige, zuiver harmonieerende inlandse gongs. Tot zijn verbazing volgde een een stemmige weigering der ouderen; wel vonden zij allen de gongs inderdaad veel mooier, maar zij werden er teveel door herinnerd aan het oude heidendom en de booze geesten van vroeger.... Zij wilden zichzelf niet aan een dergelijke verleiding blootstellen. Dit neemt intusschen niet weg, dat de gongs nog altijd geslagen worden bij het begin en op de hoogtepunten van festiviteiten en ook als een opperhoofd stervende is, of kort daarna. De ethnologen en zij die gaarne grasduinen in de instrumentenkunde, zullen hun hart kunnen op halen aan de cartogrammen die Kunst aan dit werk heeft toegevoegd, maar die betrekking hebben op geheel Indonesië, en de verspreiding van allerlei muziekinstrumenten over de Archipel veraanschou welijken. Hiermee is al een heel zakelijk begin ge maakt met het samenvattend werk waarop hierboven gedoeld werd. Een breedere belangstelling voor de musicologie, een professoraat voor mr. Kunst wellicht, zou de bloei van deze zoo gewichtige kunstwetenschap" en de totstandkoming van het synthetische werk over de muziek van Nederlandsch Indiëstellig bespoedigen. LOU LlCHTVELD Dansers van Zuid-Nias, naar een teekening van Bonnet W aardigheid der nedendaagscne kunst A. M. Hammachcr Onze Knust Ta» He**»" in het Rijksmusea» DE tentoonstelling, door het Rijk georganiseerd en aangediend als de hedendaagsche Nederlandsche kunst, blijkt belangrijker door hetgeen zij mist dan door hetgeen zij biedt. Wij weten nu, uit de redevoeringen en uit den indruk der zalen, wie, wat en hoe wij moeten waardeeren. De veelgeprezen sorteermethode der tentoonstel ling is overigens nog een duister punt, zelfs voor een geoefend oog. Dat wij yo-jarige surrealisten be zaten, was b.v. een verrassing. Voorlichting van rijkswege bij deze tentoonstelling ware niet over bodig. Men stake derhalve ieder commentaar, in afwachting van komende rondleidingen of radioinstructies. Iets anders is het wegblijven van een minderheid der Nederlandsche kunstenaars bij deze manifes tatie. Een minderheid, waarin de vrij-buiters-instincten en het besef van waarde der persoonlijkheid nog niet genoeg gedoofd is om zich willig te schikken naar een massale vertooning. Men denke zich eens even in, dat het Departement van O. K. W. een Rijksuitgave zou willen bevorde ren van de hedendaagsche Nederlandsche letter kunde en als eenige maatstaf zou aannemen het hanteeren van de pen, mits in georganiseerd ver band of buiten zulk verband, doch dan onderworpen aan het oordeel van vereenigingen. Men denke zich vervolgens in hoe een 17de, i8de of 19de eeuwsche tentoonstelling er uit zou zien, naar dezelfde overwegingen opgezet. De eerste de beste veiling laat U zien hoeveel en welke klad schilders ieder tijdperk rijk is geweest. Met andere woorden: waar elk weldenkend mensen voor zou terugschrikken indien het een ander tijdperk of een ander vak betrof, dat is hier goed genoeg geacht voor den hedendaagschen Nederlandschen schilder, die hier met ontstellend weinig wellevend onderscheidingsvermogen is behandeld. IN Belgiëzijn soortgelijke reacties op overheidsmanifestaties geweest. Toen ter gelegenheid van een groote tentoonstelling te Parijs de Belgische officieele vertegenwoordiging onvoldoende was, is er niet alleen geprotesteerd, maar heeft het protest vruchtbaren vorm aangenomen. Les compagnons de l'Art" zijn geboren en deze Heten zien hoe een goede overzichtelijke groepeering mogelijk was en hoe een catalogus doeltreffende voorlichting kan geven (zie zomer 1938). Belgiëbeschikt met het Palais des Beaux Arts in Brussel over ruimten voor moderne kunst waar groote overzichten van beeldhouwers en schilders mogelijk zijn. In ons land is men uitsluitend aan gewezen op de slechts voor tentoonstellingen van geringen omvang min of meer geschikte ruimten der kunsthandelaren, op de welwillendheid der officieele musea en de mogelijkheden der vereeni gingen. Er is hier verder geen keuze. Een onafhankelijk kunstinstituut is niet aanwezig. Toch zou een te subsidieeren, doch onafhankelijke Stichting voor Hedendaagsche kunst met een ruim gebouw geen weelde zijn in ons land. Waarom is er wel een instelling als het Concertgebouw voor de Muziek en ontbreekt een verwant centraal gebouw met een onafhankelijke leiding voor de beeldende kunst? Dat zoo iets mogelijk is bewijzen onze Zuidelijke buren. De Antwerpsche Vereeniging Kunst van Heden" was reeds een roemruchtig voorbeeld van ouder datum op het punt van oriëntatie en voor lichting. In Brussel is men nog verder gegaan. DE afwezigen bij de Amsterdamsche kunstbeurs bewezen negatief, dat, evenmin als in België, hier iedere overheidsgeste domweg wordt toege juicht. Doch men verzuimde de gepaste en goede consequentie te trekken, die een waardig antwoord zou zijn geweest op een verzuimde erkenning en hoogachting. Voor de moderne Nederlandsche muziek is de jaarlijksche MANETO" een voortreffelijk voor beeld van goed opgezette actie, ter aanvulling van hetgeen bij de officieele orkesten (= musea) en de concerten der impressario's (= kunsthandelaren) ontbreekt. Zonder het werk der bestaande instituten en vereenigingen aan te tasten, wordt een jaarlijk sche algemeene manifestatie gegeven van levende Nederlandsche hedendaagsche muziek. Zou men daar het overheidsvoorbeeld volgen ten aanzien der beeldende kunstenaars, dan was deze manifes tatie reeds lang aan zich zelf ten onder gegaan. De beeldende kunst heeft een verwante, goed be stuurde actie noodig, buiten het kader der vereeni gingen, die elk een apart karakter en andere doel einden hebben, buiten de kunsthandel, die op andere basis moet werken. Een aanvullende actie, vrij van kliekgeest, vrij van angst voor reputaties, doch bezield te strijden voor het wezenlijke en levende der hedendaagsche kunst. PAG. 13 DE GROENE N*. 3062

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl