De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1939 16 december pagina 28

16 december 1939 – pagina 28

Dit is een ingescande tekst.

OMS WORDT KINDERSPEL IIOOlllolTMJ ... Wanneer kinderen bij een tekort aan licht spelen of werken, is dat noodlot tig voor hun oogen. Bijziendheid, overprikkeldheid, slecht leeren ... het zijn vaak de onafwendbare gevolgen van een huisverlichting, die tekort schiet. Gaat na, of in het middenlicht van Uw vertrekken een Philips Bi-Arlita" lamp van minstens 150 dekalumen aanwezig is en zorg voor een extra lampje op de plaats waar gewerkt of gespeeld wordt. Goed licht kost zoo weinig. Voor enkele centen per avond schenkt een Philips Bi-Arlita" lamp Uw ge zin de weldaad van overvloedig licht! PHILIPS BI-ARMTA" LAMPEN Wat tante Gertrude van Vereenigd Europa" dacht... HET is natuurlijk een excellente gedachte over Vereenigd Euro pa" te peinzen en te schrijven, op het moment dat het gemakkelijker is een bijzonder nummer van De Groene" te vullen met beschouwingen omtrent datgene wat Europa scheidt, en men kan deze opgave niet beter dienen dan door af te dalen naar het individu of op te stijgen, zooals u wilt, nu de verzamelingen individuen, die zich Staten noemen, in misdragingen Dr. Crippen, Landru en andere menschelijke afwijkingen verre overtreffen. In zulke gevallen refereer ik mij aan mijn tante Gertrude, op wier oordeel ik prijs stel, omdat zij jaren geleden omtrent den Volkenbond pessimistische dingen zeide, het Verdrag van Versailles minder goed bijgehouden vond dan het huishoudboek en onoprechter, hoewel zij een meid had die kleinigheden gapte tante Gertrude rekende precies uit op hoeveel haar dat iederen maand te staan kwam en vond dat de meid, verhoudingsgewijs, minder ver diende dan die van de Marressen, waar slechter gekookt werd en niet gestolen. Ik had namelijk het idee gehad een soort vriendenclub te maken de eenige opgave van deze vriendenclub bestond hierin dat wij nmaal 's weeks ons vertrouwelijk zouden vereenigen in een klein restaurant, waar verder niemand kwam en dat anders bij gebrek aan belangstelling uitgestorven zou zijn.... Verénigen willen jullie? Tegen wien ?" Tegen niemand," zei ik. Zóó maar, vanwege de vriendschap !" Begin er niet aan," zei tante Gertrude, die de langdurige vergissing begaan had van acht-en-twintig jaren getrouwd te zijn geweest met den zelfden man, uit welke vereeniging zij verlost werden door een verwaarloosde kou. Er kan niets uit groeien. Mijn theeavonden zijn getorpedeerd, omdat wij slechts thee zouden drinken en er over niemand kwaad gesproken mocht worden. Na drie mislukte avonden dronk ik mijn thee alleen. Ik heb het toen geprobeerd met vereenigingen tegen de dronkenschap onder opvoe ders, tegen de onzedelijkheid, tegen het rooken van jonge meisjes, tegen het verregaande misbruik van slanke.... ik bedoel blanke slavinnen. En dat is allemaal goed gegaan. De mensch .noet weten waartoe hij leeft en zich vereenigt. Er moet een hooger doel zijn de mensch is toch geen dier? Wat is de fout van den Volkenbond? Iedereen kon er in en er bleef dus niemand over om zich tegen te keeren, om te beschaven en op te voeden, te vernielen of te veroveren. Doch omdat de mensch, ook in deri Volkenbond, iets te doen moet hebben, keerde hij zich tegen de eigen leden en die riepen terecht dat het een schandaal was. Ze liepen er uit en betaalden geen sou meer. Nu hadden zij tenminste tegen standers, doch die durfden zij niet aan te pakken, omdat iedereen bang was dat er niet genoeg voor hém zou afvallen." Ik moet zeggen dat ik naar mijn tante had moeten luisteren. Doch de vriendschapsclub werd geopend en na drie weken at ik alleen de kellners keken mij verwijtend aan, doch ik kon toch moeilijk de gansche keuken leeg eten? Ik bleef eveneens weg en had de voldoening dat restaurant en kellners uit hun lijden waren. Dat had ik van mijn goede bedoelingen. Ik bedacht toen hoeveel plezieriger ik mijn energie en mijn organisatietalent had kunnen besteden. En overpeinsde wat de schurken alles gezegd hadden: prach tige idee goed dat eindelijk eens iemand het intitatief neemt ons leven is tóch al zoo fade. Tot ze den een na den ander voorwendsels zochten om weg te blijven dringende confe renties, afspraken met hun vrouwen... Wat te doen? Ik kon toch moeilijk een vereeniging tegen de onzedelijkheid gaan oprichten. Ach, hoe is het mo gelijk dat de onzedelijkheid in Europa nog een kans heeft zelfs Ook de vriendschap is dus blijkbaar geen behoorlijk en voldoende motief zich te vereenigen. Maar wat verbindt dan in 's hemelsnaam de menschen ? Er zijn toch honderden vereenigingen die bloeien en groeien konijnen fokkers, dierenliefhebbers, dichters en schrijvers, vaders van groote gezinnen, brandweerlieden, gynaecologen, ont werpers van theatercostumes, oud strijders, orthopaedisten, bloemenkweekers, postzegelverzamelaars, juristen, hengelaars dat alles is vereenigd en bloeit.... GEZAMENLIJKE interessen". De ze verbinden de menschen, zoo wel in het booze als in het goede. En het fatale is natuurlijk dat ook in den omgang der volken dezelfde beweeg redenen gelden. Ge kunt met een Griek, met een Rus, met een Turk, een Engelschman, een Duitscher en een Franschman zeer gezellig samen zijn en een glas wijn drinken. Doch tracht hen een glas wijn te verkóópen, dan zal de Griek de harsachtige wijnen van zijn rotsige en zonnige land aanbevelen boven het wijntje dat ge aanbiedt en de Duitscher zal schwarmen" over Mosel en Rhein. Geef hem ongelijk. De Franschman is enthousiast over Bourgogne en Bordeaux de Turk beveelt zijn raki aan, die overigens smaakt naar eau dentifrice en de Rus maakt alle wijnen volgens een schei kundig procédé, oude en jonge. Onder elkander vliegt ge u nog niet direct in de haren, doch als een millioenenvoud van Russen en Franschen en Duitschers wat leveren wil, dan varen de vaatjes in kielzoglinie, geescorteerd door schepen die boem" kunnen zeggen en hoe vereenigt ge nu een Europa, waarin iedereen vindt dat het ten slotte toch maar het beste is verdeeld te blijven? Vooral op het moment dat twintigjarige pacten niet veel gelegenheid tot belegenheid kregen en iedereen onfatsoenlijk is gaan doen, uit vrees dat de ander zoo onfatsoenlijk zou zijn hem vóór te wezen. Wij hebben het natuurlijk nooit zoo geweten en de geschiedenisboekjes maakten er af en toe maar wat van. Het is namelijk zóó, dat de wereld nooit fatsoenlijk geregeerd is geweest en dat kon ook niet. Waarom, doet u beter aan mijn tante te vragen. Ge kunt lezen hoe verschrikkelijk onaan genaam, koud en ijzig het in de landengte van Kareliëis een landengte zoo eng, dat wij voor. korten tijd het bestaan er van niet van wisten. Is het de moeite er om te vechten? Als het uw of mijn landengte was, zoudt u zeggen: Neem maar mee, ik heb er genoeg van." Doch met een Staat is het wat anders, omdat deze liever mér dan minder heeft en zoo voelt u wel dat Europa wat te laat is of nog wat te vroeg, om te vereenigen ten minste. Want dan zouden wij eerst eerlijk, precies als bij het kienen, alles in n pot moeten doen en opnieuw verdeelen. De ruzie die daarover zou ontstaan kan óók niet door menschenhand beschreven worden. En als wij dan vereenigd zijn? Tante Gertrude zou onmiddelijk vragen: tegen ux^n? NILS KORLYN PAG. 18 DE GROENE No. 3263

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl