De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1939 23 december pagina 17

23 december 1939 – pagina 17

Dit is een ingescande tekst.

UITHUIZ1GHEDEN Stadsinventaris Kerstpotten OP pleinen en hoeken van straten staan elk jaar de kerstpotten van het Leger des Heils. Aan hooge driepooten simpel versierd met wat dennetakken of hulst hangen de ijzeren potten, waarin het geld rinkelend neervalt; neervalt als. ... het niet te koud is en de egoïste mensch het over zich verkrijgt zijn gehandschoende handen uit de zak te voorschijn te halen om een enkel muntstuk te schenken. De kou spreekt een woord mee bij de liefdadigheid. En we denken niet aan de brave soldaten van het vredesleger, noch aan de roodwangige zusterkens, die zoo trouw en zoo waarlijk menschlievend stampvoetend den wacht hielden bij hun potten. Hier en daar in de stad staan ver lichte kerstboomen. Zoo daalt de ware stemming over ons land, elk jaar weer. Ook zingt het Leger des Heils, met begeleiding van een orkestje, kerst liederen waarvan de klank tusschen de regenachtige, koude straten blijft han gen. Het is droevig en ook wel blijde. Maar de blijdschap ligt zoo ver achter de droeve dingen. De lucht hangt laag en dreigend over de stad; de wind is koud en guur. Maar de liederen klinken zuiver en de lichtjes branden helder. En dus is het toch een vertroosting. Film Stanley en Livingstone (Corso) TOEN de journalist Stanley den zendeling Livingstone ontmoette, diep in Afrika, maakte hij geschiedenis. Het was een journalistieke stunt van de eerste grootte, een menschlievende daad, een bevordering der aardrijks-. kundige wetenschap en het werkte mee, Afrika voor de blanken te ontsluiten. Het was een daad van stille heroiek, maar niet zoo stil, of de honderd duizenden lezers van de New York Herald en van alle kranten die de story" overnamen, konden er van a . tot z' van genieten. Die daad had iets grootsch; zoodat wij nu, bij de verfilming, den moedigen tocht van den moedigen journalist Stanley op zoek naar den moedigen zendeling Livingstone met beklemming volgen. Is de jungle atelier" of is het echt"? Wilde dieren, flamingos, gi raffen, negerstammen, de kleine ex peditie trekt voorbij, verloren in de wildernis. Dr Livingstone wordt gevonden: Dr Livingstone.... I presume", zegt Spencer Tracey aarzelend en wat ontroerd. En de twee groote mannen reiken elkaar de hand. De geschiedenis biedt vele kanten van belang: de film gebruikte ze. De natuur en de gevaren van de wildernis, de edele figuur van Livingstone en de sterke en ontroerende rol voor Spencer Tracey, die het beeld van een journa list teekent, zooals die in zijn beste exemplaren kan zijn. Als je de bioscoop verlaat, zegt je: Zie je wel, de mensch is nog niet zoo slecht." En dat is een buitengewoon prettige sensatie omstreeks Kerstmis. Bel-Ami (City)) MEN kan gaan strijden over de vraag of de Duitsche Tobis den roman van Guy de Maupassant ter verfilming gekozen heeft om Willi Forst de gelegenheid te geven een Casanova uit het fin de siècle" te verbeelden dan wel om een indirecte aanval t; wagen op het democratische regeeringsstelsel, dat zij, althans voor dien tijd, als verrot en corrupt voor stellen. Met groot gemak beweegt Willi Forst zich via de boudoirs van invloed rijke dames naar een belangrijke mi nisterzetel en het gelijknamige liedje in de film zingt zeer terecht Du hast Glück bei den Frauen, Bel ami". Zoo de film met deze galante wijze van carrière-maken de Fransche demo cratie uit de vorige eeuw wilde ridiculiseeren dan treft zij daar all-arminst het huidige democratische stelsel mee en bewijst zij slechts de onpractischheid van den maker, die veel eenvoudiger i.i eigen omgeving had kunnen rond kijken om voorbeelden van snelle Baby huilt. Papa slaat op een trommel, blaast op een trompetje, gaat om de kinderstoel heenloopen. Baby huilt harder. Papa wordt wanhopig, maakt promotie te ontdekken. Laten wij dus geen tenderz zoeken en de film accep teeren zooals zij ons wordt voorgezet, een vluchtig en niet zonder geest geteekend tijdsbeeld, waarin Willi Forst als regisseur en acteur een onduitsche frivoliteit aan den dag legt. Kouwe Drukte (Tuschinski). ER bestaat een serie plaatjes van een Engelschen humorist over een vader, die zijn jongste spruit zoet moet houden. Op de eerste afbeelding maakt Papa het stereotiepe gebaar met den rammelaar en als dat niet helpt gaat hij leelijke gezichten trekken. en hoogstandje op zijn handen, klap pert met de beenen, kruipt onder tafel door en zegt boe". Baby huilt met hysterische snikken. Papa is ten einde raad, hij gaat op tafel staan, hangt aan de kroonluchter, zet dan een paar stoelen in wankelbaar evenwicht op elkaar en balanceert met doodsgevaar bovenop. Baby krijscht. Dan verliest papa zijn evenwicht, valt eenige stoelen diep, stoot zijn hoofd tegen de tafelpoot en kijkt tegelijk verschrikt en woedend op, als hij de heldere schaterlach van zijn jongste spruit boven het lawaai der vallende stoelen uithoort. .. . En hoe het nu komt weet ik niet, maar als ik den Engelschen komiek George Formby zie spelen, moet ik telkens denken aan dien zwoegenden vader, die zoo graag zijn jongste lieveling aan het lachen wilde brengen. Tentoonstellingen De Hollanders in Oost-Azië" In het Scheepvaart-Museum wordt een tentoonstelling gehouden, die een duidelijk beeld geeft van hetgeen de Hollanders in vroeger tijden in OostAziëtot stand gebracht hebben. Ik stapte uit een wereld van overstapjes en korte ritten in een wereld van driemasters, scheepsjournalen, log boeken en romantiek. De stille ge tuigen van een voorbijgegane tijd ver plaatsen ons in de geschiedenis. Kleine scheepjes^ bijna bedolven onder de hooge zeeën, kromme ouderwetsche Japansche zwaarden en andere overblijfselen uit den tijd der romantiek doen ons valutakoersen en interna tionale spanningen vergeten, hetgeen in deze troebele tijden uiterst aange naam aandoet. MIJN VRIEND, DE THUISZITTER over: DE MAAG DE maag", aldus mijn vriend, de Thuiszitter, en hij sneed een groot stuk af van een verrukkelijken kerstkrans, de maag is voor een groot deel verantwoordelijk voor de ziel. Niet voor niets worden de meeste feesten gevierd met eten en niet voor niets worden de meeste revoluties geboren uit honger. Daarom vind ik het zoo zielig als menschen een leegen maag hebben. Ik kan het dan ook niet zien." Ik zei mijn vriend, dat ik dit zeer hoogstaand van hem vond en legde hem uit, dat op het oogenblik mijn maag rammelde naar een stukje van dien overheerlijken kerstkrans. Dat is lekkere honger", zei mijn vriend met vollen mond, dat heeft niets met de ziel te maken. Schaam je wat. Nee, op die manier bedoel ik het zeker niet. Natuurlijk is het wel waar, dat het eten van bepaalde dingen de ziel in een stadium van verrukking brengt dat haar prestaties verhoogt. Waarom drinkt men op kantoor 's ochtends een kopje koffie? Omdat op die wijze bezielder gewerkt wordt en zoo haalt men er de kosten van het kopje koffie weer uit. Hoe viert men huwelijken ? Met eten ! Hoe geslaagde examens ? Met drinken ! Hoe viert men seizoens- of familie feesten ? Met eten en drinken ! Het versterkt de ziel en maakt haar weer bestand tegen de moeiten des dagelijkschen levens. En daarom", aldus mijn vrhnd en hij veegde de laatste krummeltjes van den krans bijeen en stak ze in zijn mond, en daarom moeten wij er ons op toeleggen, dat alle menschen steeds hun maag kunnen vullen." Bah", zei ik, Wat een afgezaagde waarheid. Dat is nu juist een der voornaamste vraagstukken van deze samenleving ! Maar het brengt me op een idee: waarom heb je mij dan niets van den krans gegeven. Nu ben ik woedend en ik zou je kunnen vermoorden!" Zie je wel dat ik gelijk heb !" zei mijn vriend. Dat is het bewijs van mijn idee. En al is die dan blijkbaar niet nieuw, ze moest toch maar weer van mij komen". KLEINE PERIKELEN MET eenig genoegen zal men vernomen hebben Havas vernam het merkwaardigerwijze' het eerst dat in Duitschland de chaperone hersteld is of liever officies! ingevoerd. Duitsche meisjes onder de zestien en Duitsche jon gens onder de achttien jaar kunnen in het vervolg bestraft worden met mo mark boete of gevangenisstraf tot zes weken, indien zij dancings bezoeken zonder gechaperonneerd te zijn. En om elf uur moeten zij het danslokaal verlaten. Ik mag wel vaststellen dat dit het eerste teeken is dat een groot, in oorlog verkeerend land, dat tamelijk tegen een wereld van vijanden vecht en althans zich niet in de onverbloemde sympathie van vele volken mag verheugen, des niettemin nog andere zorgen aan hst hoofd heeft dan boter en (of) kanonnen. Dat het vooral de on zedelijkheid wenscht tegen te gaan, die zooals bekend is, schier uit sluitend in dancings tieren kan. Men zou zeggen dat het wellicht beter ware om deze geheel te sluiten of voor de jeugd te verbieden, doch wij hebben gezien dat men niet van zulke verstrekkende maatregelen houdt en vermoedelijk wil men den ouderen, die zich al zooveel moeten ontzeggen in het belang van het vaderland, het weinigje onzedelijk heid niet ontnemen dat zij misschien bij wijze van apérit f wel noodig hebben af en toe. Het is alles goed en wel om prettige dingen zich te moeten ontzeggen, niet naar ge noegen boter en vet te krijgen en zelfs de buitenlandsche modes te zien afgeschaft, waardoor de vrouw in het algemeen niet aantrekke lijker wordt, doch het vaderland vraagt daar niet naar en wenscht zonen. Die zonen ziet men dan ook gaarne opgroeien in jeugdorganisaties, waar idealen gehuldigd wor den en geen moderne dansen, die ik, onder ons gezegd, eveneens dwaas en ondansbaar vindt. Wanneer zij na hun achttiende jaar de onzede lijkheid van de dancing willen leeren kennen, dat is dat in zeker opzicht hun eigen zaak zij waren gewaarschuwd en hebben gelegen heid gehad (tot elf uur) en in gezel schap van ouderen, met de ver derfelijkheid van deze instellingen kennis te maken. Verder kan de Staat moeielijk gaan, zonder nu letterlijk te zorgen voor het zedelijk en lichamelijk welzijn zijner onder danen, van de wieg tot het graf. Ten slotte moet men het individu ook eenige vrijheid laten, mits gepaste vrijheid, wat dan ook moge lijk is, omdat men het hem in andere dingen niet moeielijk maakt, zooals dat geschiedt in weer andere Staten, waar men den mensch finaal aan zijn lot overlaat en het liefst zijn eigen levensbeschouwing laat uitknobbelen, als ik dat woord ge bruiken mag voor een keer. Nu moet ik eerlijk zeggen dat ik meisjes beneden de 16 en jongelui beneden de 18 niet gaarne in dancings zie en als wij dat eveneens konden invoeren, zou het me onverschillig zijn welk voorbeeld wij daar bij navolgden. En om elf uur naar bed ik wou dat er een wet op gemaakt werd die ons allen den plicht oplegde deze te volgen. Als je dan eens wat later op wilt blijven, kan je het nog altijd den minister raad vragen. J. VAN HOORN PAG. 17 DE GROENE No. 32*4

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl