De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1939 23 december pagina 18

23 december 1939 – pagina 18

Dit is een ingescande tekst.

CHARIVARIA Het kwijnend Suriname SINDS jaar en dag is de kolonie" Suriname een schadepost op Nederland's economische balans. Troost u, Nederlanders, zij het ook op schrale wijze: het was in vorige eeuwen niet altijd anders. Nederland heeft, vergeleken met wat de Oost^ Indien opgeleverd hebben, uit het bezit van Suriname nimmer veel profijt ge trokken. De onvervaarde Zeeuw Abra ham Crijnsen had het in den Tweeden Engelschen Zee-oorlog veroverd voor het gewest Zeeland. Dit gewest exploi teerde het pas-veroverde geb'ed, maar met weinig succes. Nauwelijks vijftien jaar later verkocht het dan ook zijn rechten aan de z.g. sociëteit" van Suriname, een lichaam dat de bedoelde kolonie met alle hebben en houden in eigendom kreeg, en dat bestond uit: de Vereenigde West-Indische Compagnie, de stad Amsterdam en de familie Aerssen van Sommelsdijk. Deze Sociëteit" was zoo verstandig, ook buitenstaan ders tot Suriname toe te laten. Het ge volg van dit vrijere regiem was, dat de kolonie in de achttiende eeuw een ze keren bloei wist te bereiken. Het had eenigen tijd geduurd voor men omstreeks de tachtiger jaren van de zeventiende eeuw beseft had dat Suriname er op eigen kracht niet zou . komen. Wellicht dat daarbij het pam flet van belang is geweest waarvan wij ditmaal het stof van twee-en-een-halve eeuw afkloppen. Wij bedoelen de in het jaar 1681 verschenen Korte Aenwijsingen Van de bysondere nuttigheden, die met reden te gemoet gesien kunnen worden, uyt de conservatie ende verbeteringe van de Colonie van Suriname, Ende gevolghlijck de nootsaeckelijckheydt om. dat een Poinct van sereuse deliberatie te maecken. De schrijver is onbekend. GRONDSTOFFEN zouden de Ne derlanders uit Suriname kunnen krijgen; daarvan zouden zij producten kunnen fabriceeren; tegelijk zouden zij hier-landtsche Manufacturen naar de Colonie kunnen uitvoeren. Natuur lijk moest deze dan behoorlijk be schermd zijn. Daarvoor echter waren niet meer noodig dan vijfhonderd sol daten, die met de Oorlogs Amunitie -- mee, niet meer dan t'sestich duizent gulden jaerlijcks zouden kosten. In- en . uitvoerende rechten zouden dat bedrag gemakkelijk kunnen dekken. Komt de kolonie dan eenmaal tot bloei, dan kan heel armlastig en mis dadig Nederland er naar toe worden verscheept. De Provincies, Leden van Steden zullen er al hun ledige ende behoeftige Ingesetenen heen sturen. De Steden ende Dorpen sullen hare Wees ende Armhuysen, die huydendaags seer onereus aen deselve vallen, met het ver senden van vrijwillige Jonghmans ende Dochters derwaarts, daerdoor op een seer goede ende prijsselijcke wijse konnen ontlasten. Sterker nog: Het geheele land sal kunnen worden gesuyvert van 't snoode Geboefte en ontuchtige Vrouws-persoonnen, die in goede verseeckeringh derwaerts gevoert ende aldaer onder disci pline, na 't .exempel van de Engelsche ende andere Christen Natiën, te werck gestelt sullen kannen worden, om hier te Lande geen schandael aan de Republicq ende geen reden van verdriet ende quellinge aan hare Oudere ende Vrienden te verstrecken. Ook zouden, wanneer Suriname maar tot ontwikkeling kwam, fatsoenlijke Families die met veel bejaerde kinderen belast sijn, eeni gen hunner naar de verre kolonie kun nen zenden, hetzij met een kleyn capitaeltjen, hetzij op het fondament van eenige bysondere goede qualiteyten. 't Is wel ver weg, maar er was een behoor lijke verbinding zoodat zij doorgaans in weynigh weecken van den Staat ende conditie harer kinders door brieven versekert kunnen zijn. NEDERLAND zou, gelijk reeds ge zegd, een deel van zijn producten naar Suriname met groote quantiteyten kunnen uitvoeren. Immers: de nieuwe Surinamers zullen veel noodig hebben dat zij zelf niet voortbrengen, als daer sijn: Weyt ofte Tarwe, Garst, Rogge, Boeckweyt, Erweten, Boonen, Vlas, Kennip, Boter, Kaes, Rundt-vleesch, Speek, Bier en allerhande Gesoute ende Gedroogde Visch. Conclusie: de bloei van Suriname zal Nederland uitsluitend tot voordeel strekken. Nederland l Niet den schrij ver, want, zooals hij zich verplicht acht, uitdrukkelijk te verklaren: Den lezer magh wel verseeckert zijn, dat geen eygen ofte particulier interest mij bewogen heeft omdese geringe Consideratien op 't Papier tes tellen, maer loutere liefde ende sucht voor het welvaren van ons Vaderlandt. Palndeluxe-brood De redevoering van Ciano was een blik terug in het verleden. Het blijft een retrospectie naar een verleden tijd." (R.) Een onzer medewerkers kreeg het boek onder het valsche voorwendsel dat hij een congres in Duitschland zou hebben bijgewoond." (E. d. D.) Taal verrijking Deze indrukken vormen natuur lijke aangrijpingspunten voor de struc tureering van het gezichtsveld." (R.) Betreurenswaardig geval van woning-opzage." (Wbl. v. Gr.) Dat lastige Hollandsen !\Ten zegt dat hij tot hoogen leeftijd haast niet ontbijtte." (T.) Hij pleegde zich uit te geven voor chirurg." (H.) In de afgelegen 50 jaar heeft de bank vele ups en downs gehad." (R.) Onze classici ,,Als opschrift zijn gekozen de woorden Sursum Corda (de handen omhoog)." (H.) Per aspera ad astra beteekent: door de duisternis tot het licht." (Ons Toon.) Van onze classici gesproken. Een lezer schrijft ons: In de Telegraaf van 23 Nov. wordt een woord van 3 letters te raden gegeven, dat begin (Latijn) moet beteekenen. Door het invullen der andere woorden vond ik ovo. Blijkbaar heeft de samensteller wel eens de zegswijze ab ovo usque ad mala met de vrije vertaling van het begin tot het einde gelezen." Phipps voegde hieraan toe: Het | schijnt nooit te zijn opgekomen bij | onze Duitsche vrienden, dat wij onze aanteekeningen wel eens zouden kun nen vergelijken." (R.) T o compare notes: to exchange views." (Oxford Dictionary) Door een telefoon te nemen ver schaft U U voor een luttel bedrag een onbetaalbare hulp." (Gem. Tel. 's-Gravenhage) Deze hulp lijkt ons niet onbe taalbaar. Nationale Pluimveetentoonstelling. Ruim 3300 zendelingen." (U. D.) De naam van de tentoonstelling is juist noch eerbiedig. Lot huiverde door haar dunnen mantel heen. Alle soldaten kregen een vrijer." (H.) Had Lot er maar een gekregen. Correspondentie H. te A. In de Groene van 9 De cember geeft u het woord bestatigen een onverdiende plaats in het Plauderstübchen. Het is echt Belgisch en bij onze Zuidelijke buren algemeen ge bruik. De Tabakskoerier liet het daarom onveranderd staan in een artikel dat geciteerd werd uit het Belgische tijdschrift Le Cigare. Heeft bestatigen zijn ontstaan niet te dan ken aan constater? Antw. Bestatigen heeft zijn ont staan niet te danken aan constater, maar te wijten aan bestatigen. HET jaarlijksche Kerstfeest is weer op handen, en daarom achtte ik het niet ongewenscht u kond te doen van het Kerstfeest dat ik vorig jaar georganiseerd heb. Het Kerstfeest wordt steeds gevierd onder het motto: Vrede op aarde", en ook dit jaar zullen er intelligente menschen zijn die een schril contrast voelen tusschen het feest en de werkelijkheid. Niet voor niets is het langzamerhand gewoonte geworden dat de menschen elkaar cadeautjes geven. Immers, als de landen zich aan elkaar cadeau zouden geven, zou er vrede op aarde zijn. Maar een land is zoo'n groot cadeau dat niemand het betalen kan, en ik zou trouwens niet weten aan wie ik een land zou moeten geven. Zooals ik reeds zei, ik wilde u ver tellen over mijn vorig Kerstfeest. Daar had ik jaren te voren reeds maat regelen voor genomen. Op een open plek in het woud had ik een groote spar laten planten en die aan de goede zorgen van mijn boschmeester toe vertrouwd. De boschmeester bahandelde den boom met een Kunstmest die volgens een door mijzelf uitgevon den scheikundige formule was samen gesteld. Nadat hij drie wekan onaf gebroken bezig was geweest vermocht geen enkele zonnestraal door te drinop mijn bureau-ministre wat mij na tuurlijk bevreemdde totdat ik ontdekte dat het de schaduw van mijn spar was. Persoonlijk ging ik ter plaatse een kijkje nemen. Met een voldaan ge zicht, een oliespuit en andere weten schappelijke instrumenten in zijn lin kerhand stond de boschmeester naast den boom; met zijn rechter elleboog leunde hij tegen den stam. Ik hoorde het bekende knapperende geluid van groeiend hout. Voortdurend moest de boschmeester het steunpunt van zijn elleboog veranderen, want de boom groeide met een vrijwel zicht bare snelheid. En dat dank zij mijn scheikundige formule! Na verloop van een goed half jaar gelastte ik hem de kunstbemesting te staken; op het zelfde oogenblik hield de boom stil. De dikte van den stam taxeerde ik op vijf steenworpen, en de hoogte was zelfs niet bij benadering op te geven. Om den stam heen liet ik door een staf van timmerlieden een breede wentel trap aanbrengen en balustrades langs de takken, dit om te voorkomen dat feestgangers naar beneden zouden vallen. Aan de takken liet ik een on noemelijke hoeveelheid cadeautjes be vestigen. Aan de zware onderste takken kwamen Rolls Royce's en Hispano's en renpaarden te hangen voor mij en mijn neef Baron Goudknots. Aan de hooger gelegen takken kwa men complete salongarnituren, aquaria, corsetten en koffiepercolators te hangen naast heel andere dingen zooals bij voorbeeld waschmachines en eeuwige kalenders. Voor den burge meester hingen er allerhande flesschen Bols. De heele boom werd voorzien van electrische booglampen, vanwege het uitwaaien. Op mijn verzoek strooide de heer Veraart sneeuw over het geheel. Nadat ik de autoriteiten en inwoners van omliggende dorpen had uitgenoodigd, draaide ik de electrische schake laar om. De aanblik was overweldi gend. Een lichtschijnsel van milliarden kaarsen overgoot mijn landgoed, ten gevolge waarvan alle hanen in den omtrek begonnen te kraaien. Ik zette mij aan het in het bosch opgestelde kerkorgel, en onder het zingen van het bekende kerstlied Vrede op aarde" klommen alle autoriteiten en dorpelin gen als apen om het hardst in den boom die onder zijn last zacht heen en weer begon te deinen. Na ve loop van enkele uren hoorde ik stemmen van men schen die onvriendelijke dingen tegen elkander zeiden, zooals Blijf er af met je pooten, dat is van mij!" Een dergelijke conversatie ben ik niet gewend, en de boschmeester ver telde mij dat hij dacht dat de menschen in den boom oneenigheid hadden. Inderdaad bleek dat het geval te zijn; had ik eerst geroezemoes gehoord, nu werd het een onwelluidend gebrul en getier. Door mijn telescoop kon ik zien dat de menschen met elkaar aan het vechten waren en hoe de burge meester een flesch oude klare stuk sloeg op het hoofd van den postdirec teur die met een electrisch treintje tusschen de sparrentakken hing te spelen. Voortdurend vielen er menschen naar beneden, die echter meestal op weer andere takken bleven liggen. Ik hoorde verwenschingen aan mijn adres. Met verbeten gezichten kwamen alle feestgangers toen naar beneden klim men, en ik voelde me niet geheel op mijn gemak. Ik gaf mijn boschmeester oogenblikkelijk bevel de boom met kunstmest te injecteeren, en.... de boom groeide met een nog grootere snelheid naar boven dan die waarmee de menschen naar beneden kwamen, afgezien dan van die welke vielen en waar ik geen hinder van ondervond. Toen de menschen het afdalen moede geworden waren, liet ik den boom het groeien staken. In de tijd die ik ge wonnen had, begaf ik mij naar mijn ridderzaal waar ik aan het knappend haardvuur ging zitten, denkende: Ondank is 's werelds loon." Het heele volgende jaar bleef mijn haardvuur knappen dank zij het hout van den Kerstboom die ik op den derden Kerstdag om had laten hakken. En aan dat haardvuur ben ik ook gaan begrijpen waarom zoo'n boom ook wel genoemd wordt: pijnboom. PAG. ie D'E GROENE NO-.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl