Historisch Archief 1877-1940
Binnenhuis-architectuur
Vrouwen en Vrouwenleven
HET verlangen naar zon en licht
heeft de dak-étage onderzocht op
bewoonbaarheid; dank zij de tegen
woordige isolatie-techniek zijn wij
daar ook in geslaagd. Het verlangen
naar een bomvrije schuilplaats onder
zocht de kelder-verdieping op bewoon
baarheid. Bij dat onderzoek is wellicht
menigeen op het denkbeeld gekomen,
de kelder als woonruimte permanent
meer productief temaken. Aanlokke
lijk lijkt het niet. Het sousterrain heeft
een slechte reputatie als woongelegen
heid; wij laten ons niet graag onder
den grond stoppen. Zoolang het echter
het sousterrain betreft, behoeven wij
daartegen geen bezwaar te hebben,
indien tenminste de noodige voorzie
ningen worden getroffen en vertrekken
die van meet af aan gunstiger liggen,
niet ter beschikking zijn. Centrale ver
warming verdrijft de kilheid, maar om
de optrekkende koude en vochtigheid
tegen te gaan is meestal toch een
z.g. bodemafsluiting noodig. Deze
bestaat uit een plaat gewapend beton
van i o cm. dikte, gelegd op de
zandlaag. Is er tusschen de vloer van het
sousterrain en dit zand voldoende
afstand en ventilatie, dan kan de
bodemafsluiter soms gemist worden.
De ventilatie moet natuurlijk verbin
ding brengen tusschen de ruimte
onder de vloer en de buitenlucht. Dit
contact kan tot stand gebracht worden
b.v. door een koker in de
sousterrainBoven: Spreek- annex studeerkamer.
kamer welke óf opgenomen is in een
plankenstelling voor boeken óf in
een wandkast.
Na het isoleeren van de vocht is
het tweede belangrijke punt: zon op te
vangen. Er zijn soms prachtige kansen
te benutten door middel van glazen
prisma-bouwsteenen. Ook is het niet
onmogelijk dat de zon in de tuin opge
vangen wordt op een witgekalkte plank
of spiegel, onder een scherpe en ver
plaatsbare hoek bevestigd, zoodat het
weerkaatste licht in de benedenkamer
arriveert.
Op afb. i is een
sousterrain-spreekbehandelkamer van een dokter afge
beeld; het raam is aangebracht juist
even boven de grond van den tuin.
Door de ingang van de straat recht
streeks te leiden naar het sousterrain
kon het geheele praktijk-gedeelte ge
scheiden blijven van de particuliere
woning, hetgeen een niet te onder
schatten voordeel is.
EEN fijn-ontwikkelde speurzinjroor
woonruimte ontdekt ook echter
bovengrondsch nog wel een en ander.
Bij het sloopen van schoorsteen
mantels wordt b.v.-veel mér ontdekt
dat de halve vierkante meter opper
vlak die de mantel innam; het geheele
muurvlak wordt immers beheerscht
door schoorsteen en boezem; de wand
is in tweeën verdeeld. Een vlakke wand
daarentegen laat een volkomen andere
Onder: Een studeerkamer onder den grond.
meubileering toe. Bij een geringe ver
dieping-hoogte zal een horizontale
indeeling van de wand het beste
voldoen; als het onderste deel van de
wand leeg blijft, behoudt het vertrek
een ruime aanblik. Zoo'n horizontale
indeeling wordt onmogelijk gemaakt
door de aanwezigheid van een schoor
steenboezem. Het is niet steeds doen
lijk deze te sloopen, omdat die boezem
wel eens de rookkanalen bevat van
een lager gelegen tage. Dan blijft de
gelegenheid om aan weerszijden en
op gelijke diepte van de boezem een
hangende kast te plaatsen, zoodat n
het onderstuk van de muur onbezet
blijft n een horizontale verdee
ling ontstaan kan. Bij een vertrek
van groote hoogte krijgen wij soms de
kans, door middel van een ondiepe
galerij tegen het bovengedeelte van
de muur veel boeken goed bereikbaar
onder te brengen waar anders geen
plaats voor zou zijn.
Onze tweede afbeelding is eveneens
een dokters-kamer; de gefotografeerde
wand bezat vroeger een schoorsteen
boezem en mantel in het midden. Door
beide te verwijderen werd de kamer
niet alleen ruimer van aanblik, maar
er ontstond zoowel gelegenheid, een
waschbak met aangrenzende
i.istrumententafel een onderkomen te bezor
gen, als om een boekerij te maken.
Het vertrek dat vroeger zelfs te
benauwd-vol was om een prettige
spreek-behandel-kamer te kunnen zijn,
verkreeg nu de bestemming erbij van
studeerkamer.
Conclusie:
Wij laten in onze woningen te veel
bestaan wat geen werkelijke
beteekenis bezit en alleen een hindernis vormt
om de woning zóó te gebruiken als wij
dit feitelijk zouden willen.
PAUL BROMBERG
MET
Combinatie van
Bvus
selsch Lof } Ham en Kaas
GESCHIKT VOOR UW
VUURvaste schotel en als hoofdschotel voor
acht hongerige magen is het volgende
recept :
Kook 2 kilo Brusselsch lof, laat het
goed uitdruipen. Neem drie-en-een-half
ons gesneden schouderham en omwikkel
daarmede deze lofstronkjes.
Plaats deze gevalletjes in uw inge
vette vuurvaste schotel.
Maak van een halve liter melk een
gewone bloemkool-saus en vermeng, van
't vuur af, anderhalf ons geraspte kaas
plus een half ons parmezaansche kaas
hier doorheen (wat Engelsche saus
smaakt er goed in).
Deze witte kaas-saus wordt nu over
de rose bekleede lofstronkjes gegoten
en maak dat na een kwartier oven
(bovenwarmte), deze schotel als een geu
rend kaas-souffl''-achtig gerecht ter tafel
komt en bij diepgaand onderzoek iets
veel substantieeier s oplevert.
Kinderen
Toen de schoone zang O, Mama...!"
door iedereen geneuried, gezongen of
gebruld werd, toen Freek het op zijn
snerpend fluitinstrument speelde, met
hevig accompagneerend hakgestamp
omderwille van het rhythme, zong ook
Broer, als hij 's avonds warm ingestopt
in bed lag en nog niet aanstonds
insliep, dit lied. Of eigenlijk: hij zong
den eerste regel! En als hij die klaar
had, zong hij een tweeden van eigen
inspiratie: ,,0, mama...., dat leven
van papa! O, mama...., dat leven van
papa....!" Enzoovoorts, tot er altijd
na een poosje een stem van omlaag
kwam, die zei: Ophouden, Broer,
en nu gaan slapen!"
Waarom zing je dat liedje toch
zoo fout, kind?" vroeg Zus vaak,
kriebelig. Waarop Broer antwoordde:
Och, ik ken het niet zoo goed! En
dan maak ik het zelf maar af....!"
Ditzelfde beginsel past Broer toe
bij diverse zaken, die hij niet zoo goed
kent en op een of andere manier tot
een eind wil brengen. Misschien zijn
daarom de oplossingen van zijn som
metjes voor de juffrouw een beetje
wanhopig. En misschien wordt hij
daarom, tot in zijn boosheid en ver
driet toe, niet altijd zoo vlot begrepen
door de overige familieleden.
Dat is een leuke.. . .eh .. . .sieru..,
hè, vader?" zegt Broer wijzend op
een weinig-geflatteerde teekening van
een bevriend staatshoofd in een week
blad.
Sieru?!" vraagt vader verbijsterd.
Ja, dat heet immers zoo", houdt
Broer vol en begint alvast te trappelen
van kwaadheid omdat Freek en Guus
hem uitlachen en Zus, goeiïg-wuivend
in zijn richting, preuvelt: Tralala,
hoor! Enkele reis!" Hetgeen in de
moderne-jeugd-taal zooveel zeggen wil
als dat iemand ze lichtelijk ziet vliegen.
Na veel heen en weer gevraag blijkt
tenslotte dat Broer caricatuur" be
doelde.
Nou ja, het was toch haast goed!"
zegt hij getroost en met een on
verklaarbare gedachtensprong voegt
hij er aan toe: Wanneer gaan we
weer eens bij de Chineezen eten,
vader?" Want die eetpartij op een
keer in een bekend Chineesch restau
rantje in de Chineezenwijk heeft bij
allen een diepen indruk nagelaten.
Hè, ik krijg al watertanden, als ik
er aan denk...., wat aten we ook
weer.. .., iets als .... als ....
hansop...."
Nu brullen ze allemaal: om die
watertanden en om de hansop!
Wat is er nou weer. Waarom
lachen ze me nou weer uit," gilt
Broer, stampvoetend, 't is heelemaal
niet gek. Het heette hansop...."
Neen, Broer, dat kan niet", beslist
vader. Maar Guus zal wel weten hoe
het heette, niet Guus?"
En Guus, die staat te dansen van
plezier, gilt: Ooooo, wat een kind!
Hij bedoelt natuurlijk duifgarni,
bakgop-soem...."
Als de onbeschrijfelijke herrie een
beetje is gekalmeerd, zegt moeder:
Nu ja, zóó erg mal was het toch
ook weer niet, hoor, dezelfde klank
zat er in. Hij herinnerde zich toch
wel iets." En Zus, de oudste, besluit,
droog: O, jawd. ... Noemen ze
zooiets tegenwoordig niet aanpassen"
moeder?" ERICA.
PAG. 14 DE GROENE No,326S