De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1939 30 december pagina 20

30 december 1939 – pagina 20

Dit is een ingescande tekst.

Een verhaal van De Groene De vossenjacht TOEN juffrouw Bellamy bezoek kreeg van den voorzitter van de plaatselijke Fox Hunting Vereeniging, die haar toestemming kwam vragen om over haar bezitting in Westchester te jagen, had zij die gegeven onder de voorwaarde, dat er geen schade, zou aangericht worden en er geen hekken opengelaten zouden worden. De Jachtmeester, een zekere meneer Prichet, was zeer geruststellend geweest aangaande juffrouw Bellamy's beide voorwaarden. Vooral ten aanzien van.de laatste was hij zeer positief ge weest; hij zei: We gebruiken de hek ken niet; we gaan over de hekken." Juffrouw Bellamy had geen over tuiging ten aanzien van vossenjachten. Ze had het argument gehoord, dat het een wreede sport was. Misschien was dat zoo. Ze had ook de tegenwerping gehoord, dat het voor een goed doel was omdat schadelijke vossen uitge roeid werden. Misschien was dat ook zoo. Zij had geen voorkeur voor een van de twee. Op twee-en-zeventig jarigen leeftijd was haar grootste zorg de conditie van haar spijsvertering, en buiten te zitten in haar dekstoel bij het boschje op haar bezitting. De dagelijksche wandeling van vijf minuten, met een boek en, in het vroege voorjaar en den herfst een plaid, was net goed. Daar, met haar rug naar de boomen en links van haar het ongeveer vier meter breede riviertje, dat de grens van haar buiten vormde, genoot juffrouw Bel lamy eenzaamheid en vrede. Zij genoot er des te meer van, omdat ze in een dekstoel zat, die van dat beroemde schip, de oude Mauretania afkomstig was. Jarenlang had juffrouw Bellamy elk jaar een reisje met dit schip ge maakt en ze hield er eerst mee op, toen het schip uit den dienst genomen werd en een vreemd nieuw schip in de plaats kwam. Op haar laatste reis had zij er bij den purser op aangedrongen, haar den dekstoel, dien zij gebruikte, te verkoopen. Ze wilde dien behouden als een souvenir. De kosten van haar aanwinst drie pond, invoerrechten inbegrepen waren ean beetje over dreven, vond ze, maar het geld was goed besteed. Terwijl ze nu in haar dekstoel zjt met de plaid om haar beenen en een geopend boek op haar schoot, hoorde ze het geblaf van de honden, die den vos opjoegen. Een paar minuten later hoorde ze het opnieuw, een flink stuk dichterbij. De jacht was rechts van juffrouw Bellamy en op baar eigen velden. Plotseling, tot haar verbazing, zag ze den vos. Hij schoot uit het lage kreupelhout geen tien meter van waar zij zat. De groote pluim van zijn staart hing laag. Zijn roode tongetje hing uit den bek en hij hijgde. Juffrouw Bellamy zat heel stil toen de vos op haar aankwam. De smeekende roode oogjes schenen in haar geen levend wezen te herkennen. Pijl snel, maar moeizaam, kwam de vos zoo dicht langs juffrouw Bellamy, dat zijn staart langs de plaid streek, die haar voeten overdekte. Zij keek terwijl ze haar hoofd omdraaide. Toen de vos de rivier bereikt had, plonsde hij er in en, een beetje afdrijvend door den stroom, zwom hij er rustig overheen. Toen hij op den tegenovergelegen oever gekomen was, draafde hij, zwaar en druipnat, weg in het hakhout. IUFFROUW Bellamy had geen tijd J meer aan den vos te denken toen de honden, een groot pak, uit het kreupelhout braken en, met hun neus op den grond, direct op haar toeholden. Toen de voorste aan de plaid rook, gaf hij een luiden blaf en het pak, dat achter hem aan kwam, zwermde rondom juffrouw Bellamy. Een oogenblik was zij bang. Maar toen de honden, inplaats van haar aan te vallen, hulpeloos snuffelden en aan haar dekstoel sloegen en krab belden, werd ze boos. Ze vond het vernederend, op z'n minst genomen. En ze kon niet inzien waarom ze daar moest zitten aanzien hoe ze een dekstoel ruïneerden, die van de Mauretania afkomstig was. Direct daarop kwam de jacht aan gereden met zijn helder-roode jassen en met dampende paarden. De jachtopziender, geschrokken van het tafe reel, blies op zijn hoorn. Een meisje met geel haar zei: mooie vos!" en de man naast haar lachte. Roep die dieren terug", beval juffrouw Bellamy. Roep ze onmid dellijk terug." De jachtopziender sprak een paar scherpe woorden tegen de honden. Juffrouw Bellamy zag meneer Pri chet op een kastanjebruin paard, iets achter den Jachtmeester. De meester zelf, een zware man met een over verhit roze gezicht, vroeg beleefd: Hebt u hem gezien, Mevrouw? Is-ie hierlangs gekomen?" Ja", antwoordde juffrouw Bellamy met een hoog, vast stemgeluid. Waar is hij heengegaan?" Jullie dieren", zei juffrouw Bellamy die wist dat jagers niet graag hun honden met dieren hooren bestem pelen jullie dieren dachten, dat ik de vos was. Ze.. .." Ja, maar waar is-ie heen gegaan?" Juffrouw Bellamy keek hem een oogenblik aan. Dat zeg ik jullie niet", zei ze. Zegt U ons niet?" De Jacht meester was verbaasd. Zegt U ons niet?", echode meneer Prichet. Maar juffrouw Bellamy!" Nee", zei ze, vast en zeker niet." De deelnemers aan den jacht keken haar zwijgend aan. De honden pro beerden het weer verder, voorbij juf frouw Bellamy. Een van hen blafte kort en rende naar het riviertje, de anderen achter hem aan. Verrassende mededeelingen Volksbond voor drankmisbruik helpt gemobiliseerden." (Vad.) Aderiseeren verkort den levens duur van de banden niet, maar ver lengt den levensduur der inzittenden." (Autokamp.) Paindeluxe- brood Beide genres hebben gemeen dat zij ten slotte weer her-ontdekt zijn." (H. D.) Dat is onnutte struisvogelpoli tiek." (Syll.) Dat lastige Hollandsen De kanons van een Britschen torpedojager hebben een Duitschen onderzeeër onder vuur genomen." (T) Hij wenschte niet te dansen naar de ontstemde pijpen van Colijn. Het heele land weigerde naar diezelfde pijpen te dansen." (Tijd) Beter kunnen De president antwoordde dat verd. zich beter kon verdiepen in het schan delijke gedrag van zichzelf." (R.) Je kunt 'm beter vasthouden, zeide hij." (T.) Met de distributie kan men beter te vroeg dan te laat zijn." (M. v. K.) 'CHARIVARIA Beter niet kunnen Hij is een strijder tegen wien men beter niet den degen kan opnemen." (R.) Men kan dit beter niet overlaten aan den schrijver." (E. d. D.) ,,De heer Van Rappard had beter zijn vragen niet kunnen stellen." (Aap.) Bij den rand bleven ze staan, waarna ze langs den oever holden. Daar!", riep de jagermeester. Laat het pak oversteken. Aan den overkant krijgen ze weer lucht". Zijn knieën bewogen al om zijn paard de sporen te geven. De Jachtmeester bracht de hoorn naar zijn lippen. Durf dat eens", riep juffrouw Bellamy schel. Durven jullie eens hier over te steken!" De knieën van den jagermeester ontspanden zich. De jachtopziender liet zijn hoorn zakken. De heele trotsche jacht stopte op het zelfde oogenblik, dat hij in beweging zou komen. Meneer Prichet sprak nog eens. Het spijt ons, het spijt ons geweldig, van alles wat gebeurd is. Maar U hebt ons Uw toestemming gegeven, juffrouw Bellamy. En nu zult U toch wel zoo vriendelijk zijn, ons.. .." Nee!", zei juffrouw Bellamy. Ik trek mijn toestemming in. Haal Uw paarden en Uw honden en jullie zelf van mijn goed af." Dat beteekent, dat we twee kilo meter moeten omrijden", zei de Jacht meester. Des te beter", zei juffrouw Bellamy. ??Mooie vos!", zei het geelharige meisje toen ze haar paard deed keeren en weggaloppeerde. De honden werden geroepen. De hoorn weerklonk. Er was een gedreun van hoeven van de talrijke paarden toen de jacht wegtrok. JUFFROUW Bellamy zat in haar stoel, mengsel van woede en te vredenheid. Ze dacht niet aan den vos. Ze realiseerde zich niet, dat hij nog steeds werd opgejaagd totdat de honden weer begonnen te blaffen, ver weg. Na een tijdje verscheen de vos aan de overzijde van den stroom en zwom zonder inspanning naar juffrouw Bel lamy. Blijkbaar had hij gerust en ging hij zijn weg weer terug. Ditmaal schrok hij, toen hij haar daar zag en gaf haar een snellen, spiedenden blik voor hij weer in het kreupelhout verdween, waar hij den eersten keer uit te voor schijn gekomen was. Juffrouw Bellamy keek hem na. Ze hoopte niet, dat hij zou ontkomen. Ze wist, dat hij zou ontkomen, net zoo als ze wist, dat de jacht in een oogenblik aan den overkant van den stroom zou verschijnen. Ze ging gemakkelijker zitten in den dekstoel van de oude Mauretania en nam haar boek op, vastbesloten verder nergens meer eenige aandacht aan te besteden. THEODORE PRATT IIIIIIIIIIMIIII IIIMIIIIIIIIIllllllllllllllllmlII Mlllll Illlliy De vreemdeling. Waarom luidt | de klok? i De klokkeluider. Omdat ik an 't | touw trek, meheer. | Hollandsche zorgzaamheid Carl Sieger heeft de illustraties verzorgd." (R.) De regisseur had voor een zeer verzorgd geheel gezorgd." (T.) Naasting Naast Vondel, zijn studie, en de kunst gingen zijn sympathieën naar zijn geboortestad uit." (R.) Dit boek herinnert naast de films soms even aan teekeningen van Spier." (H.) Xaast een uitnemend, bovendien een zeer goedkoop voedingsmiddel." ====== (H. D.) ,,Ik denk, dat deze opvatting kort zichtig is." (R.) To think: to judge. (Webster) Waarom is de kinder-evacuatic in Engeland mislukt?" (Gr.) i i i i ^MlflIIIIIIIIIIHHIIIIIIIIIIIItllHIIIIIIIIIIIIINIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIUHIlHIIIIIIHIIIInlIllllllHHIIHHIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHtllltllllllllMIIIMIIIIIII Het vitamine B is een verbinding, bestaande uit een dimethylaminopyrimidinering gekoppeld aan een methylhydroxyethylthiazolring." (H.) Men vervaardigt er kettingen van, de zgn. dimethylaminopyrimidine methylhydroxyethylthiazolkettin gen' === Onze adverteerende humoristen Mevr. Diana, helderziende, vrij bovenhuis, wijd en zijd vermaard, werkt op eigen kracht." (/.*:. .\'bl.) Foxterriers te koop met boom stam." (Nl>l. v. llcbn.) Correspondentie W. te A. Ik lees in de Telegraaf: Daarom monteerde men het achterste stuk er eenvoudig af. Mag men ook zeggen: demonteercn ? Antw. Ja, dat is beter. De samen voeging van het Hollandsche af en het vreemde monteeren lijkt mij een weinig uitlegante meebinatie. PAG. 20 DE GROENE No. 3265

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl