Historisch Archief 1877-1940
Een verhaal van De Groene
De vossenjacht
TOEN juffrouw Bellamy bezoek
kreeg van den voorzitter van
de plaatselijke Fox Hunting
Vereeniging, die haar toestemming
kwam vragen om over haar bezitting
in Westchester te jagen, had zij die
gegeven onder de voorwaarde, dat er
geen schade, zou aangericht worden
en er geen hekken opengelaten zouden
worden. De Jachtmeester, een zekere
meneer Prichet, was zeer geruststellend
geweest aangaande juffrouw Bellamy's
beide voorwaarden. Vooral ten aanzien
van.de laatste was hij zeer positief ge
weest; hij zei: We gebruiken de hek
ken niet; we gaan over de hekken."
Juffrouw Bellamy had geen over
tuiging ten aanzien van vossenjachten.
Ze had het argument gehoord, dat het
een wreede sport was. Misschien was
dat zoo. Ze had ook de tegenwerping
gehoord, dat het voor een goed doel
was omdat schadelijke vossen uitge
roeid werden. Misschien was dat ook
zoo. Zij had geen voorkeur voor een
van de twee.
Op twee-en-zeventig jarigen leeftijd
was haar grootste zorg de conditie
van haar spijsvertering, en buiten te
zitten in haar dekstoel bij het boschje
op haar bezitting. De dagelijksche
wandeling van vijf minuten, met een
boek en, in het vroege voorjaar en den
herfst een plaid, was net goed. Daar,
met haar rug naar de boomen en links
van haar het ongeveer vier meter
breede riviertje, dat de grens van haar
buiten vormde, genoot juffrouw Bel
lamy eenzaamheid en vrede. Zij genoot
er des te meer van, omdat ze in een
dekstoel zat, die van dat beroemde
schip, de oude Mauretania afkomstig
was.
Jarenlang had juffrouw Bellamy
elk jaar een reisje met dit schip ge
maakt en ze hield er eerst mee op, toen
het schip uit den dienst genomen werd
en een vreemd nieuw schip in de plaats
kwam. Op haar laatste reis had zij er
bij den purser op aangedrongen, haar
den dekstoel, dien zij gebruikte, te
verkoopen. Ze wilde dien behouden
als een souvenir. De kosten van haar
aanwinst drie pond, invoerrechten
inbegrepen waren ean beetje over
dreven, vond ze, maar het geld was
goed besteed.
Terwijl ze nu in haar dekstoel zjt
met de plaid om haar beenen en een
geopend boek op haar schoot, hoorde
ze het geblaf van de honden, die den
vos opjoegen. Een paar minuten later
hoorde ze het opnieuw, een flink stuk
dichterbij. De jacht was rechts van
juffrouw Bellamy en op baar eigen
velden. Plotseling, tot haar verbazing,
zag ze den vos. Hij schoot uit het lage
kreupelhout geen tien meter van waar
zij zat. De groote pluim van zijn staart
hing laag. Zijn roode tongetje hing
uit den bek en hij hijgde.
Juffrouw Bellamy zat heel stil toen
de vos op haar aankwam. De
smeekende roode oogjes schenen in haar
geen levend wezen te herkennen. Pijl
snel, maar moeizaam, kwam de vos
zoo dicht langs juffrouw Bellamy, dat
zijn staart langs de plaid streek, die
haar voeten overdekte. Zij keek terwijl
ze haar hoofd omdraaide. Toen de vos
de rivier bereikt had, plonsde hij er
in en, een beetje afdrijvend door den
stroom, zwom hij er rustig overheen.
Toen hij op den tegenovergelegen oever
gekomen was, draafde hij, zwaar en
druipnat, weg in het hakhout.
IUFFROUW Bellamy had geen tijd
J meer aan den vos te denken toen
de honden, een groot pak, uit het
kreupelhout braken en, met hun neus
op den grond, direct op haar toeholden.
Toen de voorste aan de plaid rook,
gaf hij een luiden blaf en het pak, dat
achter hem aan kwam, zwermde
rondom juffrouw Bellamy.
Een oogenblik was zij bang. Maar
toen de honden, inplaats van haar
aan te vallen, hulpeloos snuffelden
en aan haar dekstoel sloegen en krab
belden, werd ze boos.
Ze vond het vernederend, op z'n
minst genomen. En ze kon niet inzien
waarom ze daar moest zitten aanzien
hoe ze een dekstoel ruïneerden, die
van de Mauretania afkomstig was.
Direct daarop kwam de jacht aan
gereden met zijn helder-roode jassen
en met dampende paarden. De
jachtopziender, geschrokken van het tafe
reel, blies op zijn hoorn. Een meisje
met geel haar zei: mooie vos!" en
de man naast haar lachte.
Roep die dieren terug", beval
juffrouw Bellamy. Roep ze onmid
dellijk terug."
De jachtopziender sprak een paar
scherpe woorden tegen de honden.
Juffrouw Bellamy zag meneer Pri
chet op een kastanjebruin paard, iets
achter den Jachtmeester. De meester
zelf, een zware man met een over
verhit roze gezicht, vroeg beleefd:
Hebt u hem gezien, Mevrouw? Is-ie
hierlangs gekomen?"
Ja", antwoordde juffrouw Bellamy
met een hoog, vast stemgeluid.
Waar is hij heengegaan?"
Jullie dieren", zei juffrouw Bellamy
die wist dat jagers niet graag hun
honden met dieren hooren bestem
pelen jullie dieren dachten, dat ik
de vos was. Ze.. .."
Ja, maar waar is-ie heen gegaan?"
Juffrouw Bellamy keek hem een
oogenblik aan. Dat zeg ik jullie niet",
zei ze. Zegt U ons niet?" De Jacht
meester was verbaasd.
Zegt U ons niet?", echode meneer
Prichet. Maar juffrouw Bellamy!"
Nee", zei ze, vast en zeker niet."
De deelnemers aan den jacht keken
haar zwijgend aan. De honden pro
beerden het weer verder, voorbij juf
frouw Bellamy. Een van hen blafte
kort en rende naar het riviertje, de
anderen achter hem aan.
Verrassende mededeelingen
Volksbond voor drankmisbruik
helpt gemobiliseerden." (Vad.)
Aderiseeren verkort den levens
duur van de banden niet, maar ver
lengt den levensduur der inzittenden."
(Autokamp.)
Paindeluxe- brood
Beide genres hebben gemeen dat
zij ten slotte weer her-ontdekt zijn."
(H. D.)
Dat is onnutte struisvogelpoli
tiek." (Syll.)
Dat lastige Hollandsen
De kanons van een Britschen
torpedojager hebben een Duitschen
onderzeeër onder vuur genomen." (T)
Hij wenschte niet te dansen naar
de ontstemde pijpen van Colijn. Het
heele land weigerde naar diezelfde
pijpen te dansen." (Tijd)
Beter kunnen
De president antwoordde dat verd.
zich beter kon verdiepen in het schan
delijke gedrag van zichzelf." (R.)
Je kunt 'm beter vasthouden,
zeide hij." (T.)
Met de distributie kan men beter
te vroeg dan te laat zijn." (M. v. K.)
'CHARIVARIA
Beter niet kunnen
Hij is een strijder tegen wien men
beter niet den degen kan opnemen."
(R.)
Men kan dit beter niet overlaten
aan den schrijver." (E. d. D.)
,,De heer Van Rappard had beter
zijn vragen niet kunnen stellen."
(Aap.)
Bij den rand bleven ze staan, waarna
ze langs den oever holden.
Daar!", riep de jagermeester. Laat
het pak oversteken. Aan den overkant
krijgen ze weer lucht". Zijn knieën
bewogen al om zijn paard de sporen te
geven. De Jachtmeester bracht de
hoorn naar zijn lippen.
Durf dat eens", riep juffrouw
Bellamy schel. Durven jullie eens
hier over te steken!"
De knieën van den jagermeester
ontspanden zich. De jachtopziender liet
zijn hoorn zakken. De heele trotsche
jacht stopte op het zelfde oogenblik,
dat hij in beweging zou komen. Meneer
Prichet sprak nog eens.
Het spijt ons, het spijt ons geweldig,
van alles wat gebeurd is. Maar U hebt
ons Uw toestemming gegeven, juffrouw
Bellamy. En nu zult U toch wel zoo
vriendelijk zijn, ons.. .."
Nee!", zei juffrouw Bellamy. Ik
trek mijn toestemming in. Haal Uw
paarden en Uw honden en jullie zelf
van mijn goed af."
Dat beteekent, dat we twee kilo
meter moeten omrijden", zei de Jacht
meester.
Des te beter", zei juffrouw Bellamy.
??Mooie vos!", zei het geelharige
meisje toen ze haar paard deed keeren
en weggaloppeerde. De honden werden
geroepen. De hoorn weerklonk. Er
was een gedreun van hoeven van de
talrijke paarden toen de jacht wegtrok.
JUFFROUW Bellamy zat in haar
stoel, mengsel van woede en te
vredenheid. Ze dacht niet aan den vos.
Ze realiseerde zich niet, dat hij nog
steeds werd opgejaagd totdat de honden
weer begonnen te blaffen, ver weg.
Na een tijdje verscheen de vos aan
de overzijde van den stroom en zwom
zonder inspanning naar juffrouw Bel
lamy. Blijkbaar had hij gerust en ging
hij zijn weg weer terug. Ditmaal schrok
hij, toen hij haar daar zag en gaf haar
een snellen, spiedenden blik voor hij
weer in het kreupelhout verdween,
waar hij den eersten keer uit te voor
schijn gekomen was.
Juffrouw Bellamy keek hem na. Ze
hoopte niet, dat hij zou ontkomen. Ze
wist, dat hij zou ontkomen, net zoo
als ze wist, dat de jacht in een oogenblik
aan den overkant van den stroom zou
verschijnen.
Ze ging gemakkelijker zitten in den
dekstoel van de oude Mauretania en
nam haar boek op, vastbesloten verder
nergens meer eenige aandacht aan te
besteden. THEODORE PRATT
IIIIIIIIIIMIIII IIIMIIIIIIIIIllllllllllllllllmlII Mlllll Illlliy
De vreemdeling. Waarom luidt |
de klok? i
De klokkeluider. Omdat ik an 't |
touw trek, meheer. |
Hollandsche zorgzaamheid
Carl Sieger heeft de illustraties
verzorgd." (R.)
De regisseur had voor een zeer
verzorgd geheel gezorgd." (T.)
Naasting
Naast Vondel, zijn studie, en de
kunst gingen zijn sympathieën naar
zijn geboortestad uit." (R.)
Dit boek herinnert naast de films
soms even aan teekeningen van
Spier." (H.)
Xaast een uitnemend, bovendien
een zeer goedkoop voedingsmiddel."
====== (H. D.)
,,Ik denk, dat deze opvatting kort
zichtig is." (R.)
To think: to judge. (Webster)
Waarom is de kinder-evacuatic
in Engeland mislukt?" (Gr.)
i
i
i
i
^MlflIIIIIIIIIIHHIIIIIIIIIIIItllHIIIIIIIIIIIIINIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIUHIlHIIIIIIHIIIInlIllllllHHIIHHIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHtllltllllllllMIIIMIIIIIII
Het vitamine B is een verbinding,
bestaande uit een
dimethylaminopyrimidinering gekoppeld aan een
methylhydroxyethylthiazolring." (H.)
Men vervaardigt er kettingen van,
de zgn.
dimethylaminopyrimidine
methylhydroxyethylthiazolkettin
gen' ===
Onze adverteerende
humoristen
Mevr. Diana, helderziende, vrij
bovenhuis, wijd en zijd vermaard,
werkt op eigen kracht." (/.*:. .\'bl.)
Foxterriers te koop met boom
stam." (Nl>l. v. llcbn.)
Correspondentie
W. te A. Ik lees in de Telegraaf:
Daarom monteerde men het achterste
stuk er eenvoudig af.
Mag men ook zeggen: demonteercn ?
Antw. Ja, dat is beter. De samen
voeging van het Hollandsche af en
het vreemde monteeren lijkt mij
een weinig uitlegante meebinatie.
PAG. 20 DE GROENE No. 3265