De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1940 27 januari pagina 5

27 januari 1940 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

Het geval Rauschning Welke beteekenis hebben De nihilistische Revolutie" en Hitler s eigen woorden ? HET behoort langzamerhand tot den goeden toon, het boek van Rauschning Die Revolution des Nihilismus" (in het Nederlandsch vertaald onder den titel De nihilistische revolutie") gelezen te hebben. Meer en meer wordt dit boek als hét standaardwerk over het nationaal-socialisme be schouwd, hetgeen te verwonderlijker is omdat het geschreven is in den quasi-diepzinnigen, vermoeienden stijl waarvan de Duitschers, zelfs in de emigratie het geheim bezitten. Men moet zich door Rauschning's boek als door een rijstebrij-berg met luttele krenten heen-eten, en het lijdt voor schrijver dezes dan ook geen twijfel of het aantal aandachtige lezers van De nihilistische Revolutie" is aanzienlijk kleiner dan'het aantal koopers. Daarvoor is het nu eenmaal een modeboek. Dat het een modeboek is geworden, ligt ten deele aan het feit dat Hermann Rauschning er het samen gaan van Duitschland en de Sowjet-Unie in heeft voorspeld. Zulks is echter geschied uit abstracte over wegingen die door de werkelijkheid overhoop zijn gestoken: dezelfde Rauschning wien men thans den profetenmantel om de schouders hangt, was (blijkens de latere drukken van Die Revolution des Nihilismus") er in April en Mei van het vorige jaar van overtuigd dat de onderhandelingen tusschen Frankrijk, Engeland en de Sowjet-Unie tot het ontstaan van een hesht Vredesfront zouden leiden. Het is anders geloopen.... En ook zijn verwachting dat het eventueel afsluiten van een DuitschRussisch verbond onmiddellijk een proletarische revolutie in het Derde Rijk zou doen ontstaan, is niet bewaarheid. Desondanks is hij voor velen de gezaghebbende auteur over het nationaal-socialistische Duitsch land. Hoe komt dat? Ziedaar de vraag die door dat merkwaardige feit wordt gesteld. En het is meer dan alleen maar een litteraire quaestie. Reeds in den herfst van het vorig iaar deed het gerucht de ronde dat de Geallieerden het instellen van een Duitsche emigranten-regeering (analoog aan de reeds be staande Poolsche) in den zin hadden, die onder leiding zou staan van Hermann Rauschning. Latei heette het dat hij elders opgeroepen zou worden als getuige in spionnageprocessen, waarbij vertegen woordigers van het Derde Rijk betrokken waren. Dat alles stempelt hem tot een politieke figuur. HERMANN Rauschning is Junk^r" in hart en nieren. In 1887 enkele biografische aanteekeningen laten zich niet vermijden is hij als zoon van een officier-grootgrondbezitter geboren. Na zelf tot officier te zijn opgeleid en in München en Berlijn gestudeerd te hebben, nam hij aan den wereldoorlog deel waarin hij gewond werd. Versailles kwam; hij trok zich op zijn landgoed terug. Agrarische problemen brachten hem in 1931 (een iaar na Hitler's intrede in de wereldpolitiek) tot aansluiting bij het nationaal-socialisme. Spoedig nam hij in deze beweging een vooraanstaande plaats in. In 1933 werd hij tot president van den Danzigschen Senaat gekozen. Deze functie bracht hem verschillende malen in contact met Hitler zelf, die mij waardig achtte, ingewijd te worden in zijn geheimste ge dachten" aldus Rauschning. Het contact wilde echter niet vlotten. Rauschning was te eerlijk, om de onscrupuleuze methoden van zijn partijgenooten te kunnen billijken. Hij had gehoopt, dat het nationaal-socialisme zijn revolutionair karakter zou afleggen. Toen zulks niet geschiedde en ook de z.g. revolutie van Von Papen in Juni 1934 gesmoord werd in het bloed van den Duitschen Bartholomei's-nacht (31 Juni), besefte Rauschning dat zijn positie te Danzig onhoudbaar werd. Hij begaf zich naar Berlijn. Terwijl hij daar ziek lag, inde hoop binnenkort tot Hitler toegelaten te worden, sloeg hij den Bijbel op. Het eerste wat hij las, was: fanden, VORÖIL DOOS 20CT. TUBE 40 EN 60 CT. met Zij zullen niet altijd heerschen, want hun waanzin springt een ieder in het oog." Hun waanzin was hè.n althans in het oog ge sprongen. In IQ3<C verliet hij Duitschland. En in datzelfde jaat begon hij met het schrijven van zijn studie over het stelsel dat hem zoo diep had teleur gesteld. Eerst drie iaar later verscheen deze studie in boekvorm. BIJ een critische bespreking mag op den voor grond worden gesteld dat Die Revolution des Nihilismus" een werk is waaraan niemand die zich voor Duitschland interesseert, achteloos kan voor bijgaan. Het bevat meesterlijke analyses van ver schillende onderdeelen van de nationaal-sociali stische leer en werkelijkheid. De wijze waarop Rauschning de nationaal-socialistische ideologie ontmaskert, is onovertrefbaar. Hij schetst haar als een stelsel dat eiken dieperen achtergrond ontbeert, kortom: dat nihilistisch" of doktrinlos" is. De partijleiding doet wat haar goed duikt. Metschoone phrases weet zij haar politiek den schijn eener werkelijke fundeering te geven. In werkelijkheid is het haar slechts te doen om de macht: de macht over de geheele wereld. Deze macht eischt de nationaal-socialistische elite voor zich op. Naast dit, in eindelooze variaties uitgewerkt hoofdthema, schetst Rauschning nog tal van andere verschijnselen waar hij van een scherp, critisch inzicht blijk geeft. Men kan in het algemeen zeggen dat zijn oordeel raker wordt, naarmate de groep waartegen hij zich keert, in scherper tegenstelling staat tot de Junk rs" waartoe hij zelf behoort. Bourgeoisie middenstand proletariaat, zij waren, zooals Rauschning ze in deze studie teekent, alle in wezen voos, krachteloos en zonder fut. Het gevaar van een linksche revolutie was in 1932 '33 volslagen denkbeeldig, aldus Rauschning. Op de basis van de algemeene thf oretische en practische slapheid konden de Nazi's de staatsmacht veroveren. Daarmee begon de revolutie haar loopbaan die hem tsnslotte buiten Duitschland heeft geworpen. Gelijk gezegd deze analyse is op vele plaatsen voortreffelijk. Een sociologische analyse, gelijk Rauschning zelf wil, is zij echter niet. Daarvoor ontbreekt er in de eerste plaats het vergelijkings materiaal in. Rauschning verklaart niet, hij critiseert. De vraag of het vroegere Fransche en Engelsche imperialisme niet even doktrinlos" was als het huidige Duitsche is, wordt door hem niet gesteld. Hij kent slechts Hitler, geen Cecil Rhodes. Daardoor zal dit boek wel elk van de oprechtheid van Rauschnings persoon, maar menig een niet van de juistheid van zijn visie overtuigen. Men kan de feitelijke gegevens die in deze 500 bladzijden voorkomen, aan de vingers van twee handen aftellen. De rest is beschouwing. Be schouwing, die bewijst dat Rauschning een oprecht man is, die diep gegrepen werd door het probleem Duitschland dat hem in feite nog in zijn ban houdt. RAUSCHNING'S wereld is vernietigd. Hij is een man van Pruisische hardheid, wien de Romeinsche toga niet zou misstaan. Dat hij zich daartoe aangetrokken voelt, bewijst, behalve het overvloedig gebruik van Latijnsche zegswijzen, het feit dat hij Hitler bij voorkeur met Catilina vergelijkt. Inderdaad in Rauschning zélf leeft iets van den tijd van Cicero, en vooral van Cato, dien vermoeienden en onvruchtbaren zedepreker. Als een waardig leerling van Spengler (wiens geest door dit geheele werk rondwaart) wil hij vóór alles Stoïcijn zijn, zij het ook een Lutheraansch Stoïcijn. De luidruchtigheid, het gebrek aan distance, het pöbelhafte" van den modernen tijd ergert hem. Hij kan er niet in leven. Deze eeuw is de zijne niet. Zijn tijd was, toen zijn voorvaderen als patriarchale grootgrondbezitters God en Koning dienden op hun landgoederen. De orde die hem in het bloed zit, is de feodale. Wij gelooven niet dat de West-Europeesche lezers van Die R;volution des Nihilismus" zich tot deze feodale sfeer aangetrokken zullen voelen. Eén ding echter is een feit: een feodaal-monarchaal Duitsch land ware een veel geringer gevaar voor de rust der West-Europtërs dan het nationaal-socialistische. Hier en daar erkent Rauschning dat dat nationaalsocialisme rechtstreeks uit de Duitsche werkelijk heid is voortgekomen. De grondtendenz echter van zijn boek is: dat is Duitschland niet, het nationaalsocialisme is een vergissing. Rauschning's boek pleit West-Europa in wezen vrij van schuld. En wat wil hij in de plaats stellen van het natio naal-socialisme ? De Volksdemokratie einer konservativen Monarchie." Hij wil de Wiederchristlichung unseres Staats- und Kulturlebens." Hij wil de transzendenïe Ordnungen" herstellen. Hij wil de Hohenzollerns terug hebben, niet als Spitze" maar als echte Autoritat". Hij wil de generaals-revolutie. En wat willen de Engelsche conservatieven anders op het oogenblik? Rauschning is vleesch van hun vleesch, bloed van hun bloed. HOEZEER Rauschning, zij het onbewust, in wezen en dit dankt ons d? oorzaak van zijn succes tegemoet komt aan de wenschen van den gezeten West-Europeeschen burger, blijkt sterker nog dan uit Die Revolution des Nihilismus" uit zijn nieuwe werk, Hitler m'a dit", dat onder den titel Hitler'i eigen woorden" dezer dagen in ons land zal verschijnen. In dit boek doet Rauschning verslag van de gesprekken die hij in '32 en '33 met Hitler c.s. heeft gevoerd. Deze gesprekken zijn volgens den Franschen inleider van een phonografische ge trouwheid." Rauschning-zelf drukt zich gereser veerder uit. Schrijver dezes moet als zijn indruk weergeven dat de letterlijke authenticiteit van deze gesprekken uiterst twijfelachtig is. Geen enkel gesprek is bij voorbeeld gedateerd. Wat geeft dit boek? In de eerste plaats veel wat reeds in zijn voorganger stond. Daarnaast slechts een chronique scandaleuse" van Hitler, aangepast aan de wenschen en behoeften der Geallieerden. Hitler is een maniak. Hij lijdt aan achtervolgingswaanzin. Midden in den nacht wordt hij als verlamd wakker, en schreeuwt om hulp. Hij is een medium, bezocht door machten die uit een andere wereld komen." Hij heeft gehuild toen zijn kanarie stierf. Hij heeft pornografische bladen in zijn werktafel; in een van zijn kamers bevinden zich pornografische schilderijen. Zijn bed moet altijd op dezelfde manier worden opgemaakt. Niemand mag ooit zijn slaap kamer betreden, sinds Himmler hem gewaarschuwd heeft tegen een poeder dat cp zijn kussen gestrooid zou worden en dat hij zou inademen om onder de vreeselijkste pijnen te sterven." Zijn horoscoop toont eerst een reeks van overwinningen, dan onzekerheid, veroorzaakt door een Birkenfeld." Welnu in Westfalen ligt n, in het Saargebied een tweede Birkenfeld". Is het wonder dat hij zich steeds onzekerder gaat voelen? Twijfel en angst nijpen hem de keel dicht. Hij is ziek. Hij betast zijn pols. Vrees bekruipt hem. Het net sluit zich rondom hem. Ik wil niet doodgaan !" Angstzweet beekt hem uit. Hij b ;eft. De voorspelling ! De laatste horo scoop l Hij heeft de waarschuwing in den wind geslagen. . .." Met dezen Wunschtraum" eindigt Rauschning's nieuwe boek. Laat ons billijk zijn: er staan ook reëlere dingen in. Maar daarop zal zijn succes niet berusten. Dat succes berust op den kittel van het z.g. kijkje achter de schermen" dat het geeft, op het speculeeren op de valet-de-chambre"-belustheid dermenschen, op het schenken van de aantrekkelijke illusie dat Hitler een halve waanzinnige en het meerendeel van zijn volgelingen niet veel beter is. Waarna men de deken over de ooren kan trekken om in te slapen in de zalige rust dat het spooksel over de grenzen zich wellicht reeds morgen, maar anders toch zeker in den loop van dit jaar in niets heeft opgelost. Dat Rauschning zich geleend heeft tot het wekken van dergelijke spotgoedkoope en gevaarlijke illusies, stelt teleur. EN zoo staan wij voor het raadsel Duitschland, even onzeker als te voren. In positieven zin weet ook Rauschning ons niet te helpen, integendeel. En op dat positieve komt het aan. Historische analogie .i schijnen te falen. Is Hitler een Napoleon III? Hun aan de macht komen geschiedde onder vergelijkbare omstandig heden. Zal de Parijsche Commune zich na een Duitsche nederlaag herhalen? Zullen de SowjetUnie en Duitschland versmelten? Zal ooit nog een einde komen aan de nachtmerrie der concentratie kampen? En wat dan? Revolutie van rechts of van links? Burgerlijke democratie of proletarische dicta'uur? Zooveel vragen, zooveel vraagteekens. Geen tweede Versailles dat is het eenige vaste punt waarop zich in de huidige onzekerheid een democratische politiek kan, neen: wet richten. L. DE JONG PAG. S DE GROENE No. 3269

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl