De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1940 17 februari pagina 18

17 februari 1940 – pagina 18

Dit is een ingescande tekst.

Brieven uit Loenen <vio Loenen. Mijn beste vriend, Met geweldig veel belangstelling heb ik in de kranten de becijferingen gelezen omtrent de plaats, welke onze winter in gestrengheid in de weerannalen zal innemen. Je zoudt werke lijk niet gedacht hebben, dat de winter bij ons ik reken me onder de Bilt te behooren No. 5 in hevigheid is geweest en elders No. 4 en nog weer op een andere plaats No. 5 of zelfs 6. Dat dat in verschillende streken van een klein landje als het onze zoo verschillen kan ! Inmiddels: de balans is wat vroeg opgemaakt, want na slechts enkele dagen van dooi heeft de winter alweer de overwinning behaald en het is dit maal zelfs druk voor mijn deur ge worden. Merkwaardig, dat de menschen nu vooral zin schijnen te hebben om de Vecht te berijden. Het is overigens fantastisch, zooals het ijs hier opduikt en daar weer verdwijnt. In het Merwedekanaal b.v. was het ijs in een ommezien geheel verdwenen, naar men zegt, is het door het kolossale verschil in waterstand weggevaagd. In mijn tuin daarentegen heeft de sneeuw voor ijs plaats gemaakt, doordat de sneeuw tot water smolt en toen bevroor. Je vraagt je wel af, waar het heen moet. Krijgen we soms de dubbele eeuwviering van den winter van 1740 mede te maken? Toen moet het immers zoo beestachtig koud geweest zijn, dat er om zoo te zeggen dien zomer geen gras meer wilde groeien. Het zou wat moois zijn, juist in dezen tijd. ZOO zitten we weer in de kou en dat niet alleen in den letter lijken zin van het woord. Wat je in de krant leest, is ook al om er iets van te krijgen. Ik doel daarbij niet op gevaren van buitenaf. Daar is een rechtgeaarde Hollander nu een maal niet zoo ontvankelijk voor. Maar wat anders zijn de finantiën. Ik vrees, dat er heel wat oude kousen in plaats van als bergplaats vóór edel metaal dienst te doen, weer hun oude beroep van beenbekleeding zullen op vatten. Het is bepaald onaardig, dat nieuwe verlanglijstje van Vadertje Staat! Het ergste is, dat je kommetje koffie zoo overbelast wordt. Jullie stadsmenschen drinken, geloof ik, veel thee, maar wij moeten het den heelen dag nu eenmaal met koffie stellen. Dat is typisch Hollandsch en zelfs de Hollander, die naar den vreemde getrokken is, verbaast er zich altijd weer over, dat we tegen ii uur, half twaalf in den morgen zonder koffie eenvoudig geen mensch zijn. Daar wordt me ineens 8 millioen gulden belasting op onze koffie gezet en de suiker, die we er in moeten doen om het geurige vocht drinkbaar te maken .... Maar wat me meer dan dit alles de schrik op het lijf deed slaan, dat is, dat de successiebelasting met 15 opcenten naar boven gaat. Ons erfenisstelsel wordt langzamerhand een buitengewone halfslachtigheid. IK herinner me nog, dat ik eens op een hevig zwoelen zomer avond in 1921 op weg was van Abazzia naar Holland. Ik was aan het beroerd worden van Italiaansche koude dran ken en watermeloenen. Mijn koffer had ik bij gebrek aan geld moeten achterlaten als onderpand en dien middag had ik na veel omzwervingen in Triest nog een chèque-je opgediept, dat me den weg huiswaarts open stelde. Zoo zat ik in het begin van den nacht op een steiger voor het station aan het Canal Grande van de Dogestad te wachten op het bootje, dat me naar het echte Lido moest voeren, want ik was op de onzalige idee gekomen om voor een enkele nacht den volgenden morgen ging ik door naar Milaan heelemaal naar Lido te trekken. In die naoorlogsche, vóórfascistische dagen was nu letterlijk alles in Italiëbelast. Ik begon daarover een debat met den eersten, den besten Italiaan, die bij het lange wachten op het bootje, nog voor een gesprek vatbaar was. Hij vertelde van de brug der belastingzuchten, die elke Italiaan had over te gaan. Ik heb toen dit lijden doel treffend kunnen lenigen door melding te maken van onze successiebelasting. Daar had hij nog nooit van gehoord, dat je het erven zoo lastig maakte. Je zou, als er geen kinderen waren, het kapitaal in een paar generaties op die manier vrijwel doen verdwijnen. Maar 1921 is nu alweer in vele opzich ten die goeie ouwe tijd geworden. Laat ik nu maar ophouden, waarde vriend, anders ga je nog boven deze epistelen Tristia ex Lona zetten en dat is de bedoeling niet. Nicht diese Töne: een volgend maal, naar ik hoop, freudenvollere l je NICOLAAS C. OMDAT ik mijn vacanties rustig wil kunnen doorbrengen, heb ik het plan opgevat om in een uithoek van mijn landgoed een jachtslot te laten bouwen. Dat jachtslot heeft echter heel wat voeten in de aarde gehad. Om te beginnen was er de moeilijkheid van het ontwerp. Ik moest een archi tect zoeken. Ik vond er eenige dozijnen, die allen hun ontwerpen inzonden. Deze waren echter onbevredigend. Al deze architecten waren meer persoon lijkheid dan architect, en ik zocht juist het omgekeerde. Toen besloot ik een groote prijsvraag uit te schrijven met een hoofdprijs van 10.000 gulden. Deze prijsvraag werd een waar succes. Gedurende een half jaar was het ge kras van trekpennen en teekenstiften niet van de lucht. Bijna alle architecten van de heele wereld dongen mee. Mijn opgaaf was geen gemakkelijke, er werd door de teekenaars dermate gegumd dat de rubberprijzen omhoog gingen, zoodat mijn onderstalmeesters met de laatste Kerstmis geen nieuwe over schoenen van mij hebben gekregen. Hoewel het mij duidelijk voor den geest stond dat er ten hoogste n uit verkoren architect zou zijn om den hoofdprijs weg te slepen, gaf het mij toch een zeldzame voldoening te weten dat er zoo vele duizenden min of meer bekwame lieden voor mij aan het werk waren, dat er zoo vele duizenden de hoop van hun leven op mij gevestigd hielden. Immers: hoop doet leven, en zoo leven er een heele hoop. MHCHHAUSEMjr. De ontwerpen werden mij op grootscheepsche wijze toegezonden. Dage lijks kwamen lange files vrachtauto's voorgereden, en groote ploegen ver huizers wisselden elkaar weken lang dag en nacht af om de ontwerpen uit te laden en mijn schilderijengalerij binnen te brengen. Met het oog op het oorlogsgevaar had ik deze ontruimd, waarbij ik, niet voor de eerste maal, tot de conclusie kwam dat de oorlog toch ook zijn zegeningen heeft. Met mijn neef Baron Goudknots heb ik gedurende vier weken de ontwerpen bezichtigd. Daartoe had ik een spoor baan doen aanleggen in de galerij, en van de Mitropa een spijswagen ge charterd. Ik en mijn neef Baron Goud knots hebben in den wagen, die zeer langzaam voortreed, aan n stuk door gedineerd en champagne ge dronken. Zoodoende kwamen we in een zeer goede stemming. Des nachts sliepen we in den slaapwagen. Op een ochtend toen ik in mijn compartiment lag uit te slapen en mij mijn. bouillon met ei werd gebracht, bedacht ik hoe geslaagd de tentoonstelling in het Rijksmuseum: Onze Kunst van Heden", zou zijn geweest, indien men deze gecombineerd had met de Spoor wegtentoonstelling, opdat het gerecon strueerde historische treintje, volge propt met kijklustigen, door de bijna eindelooze hoeveelheid zalen had kun nen stoomen. Af en toe schreven wij het nummer op van een ontwerp dat ons beviel, en als wij de ontwerpen met elkaar vergelijken wilden, gaven wij den machinist via den conducteur het bevel, met groote snelheid naar het een of andere ontwerp toe te rijden. Helaas liep niet alles zonder ongelukken af; onze trein derailleerde op een Zondagmiddag over een groote autobus vol architecten, waarbij n hunner juist tegenover zijn meesterwerk zijn enkel verstuikte. Na rijp beraad bleken wij tenslotte geen bepaalde voorkeur te hebben. Omdat er een beslissing genomen moest worden, noodigde ik den ge meenteraad van de dichtstbijzijnde stad uit om de ontwerpen te komen zien en er een uit te kiezen. Ik en Baron Goudknots hadden namelijk inmiddels ingezien dat we geen bevoegdheid hadden tot oordeelen, omdat we daar voor te veel van architectuur af wisten. En wat is er objectiever dan een ge meenteraad? Na een schier eindeloos aantal zittingen die tot gevolg hadden dat de gemeentebegrooting in de eerst komende tien jaren ondanks d» be lasting die ik betaal slechts uit tekorten zou kunnen bestaan, bleek de Raad met twintig architecten te sympathiseeren. Ik liet deze twintig architecten allen een nieuw ontwerp maken. Toen ik na nog eenige herhaalde opgaven een ontwerp naar mijn zin gekregen had, bemerkte ik dat ik in mijn opgave niet volledig was geweest, ik had het zoutwaterzwembad vergeten. Daarom kon ik mij ontslagen voelen van de verplichting het ontwerp te accep teeren, en ik schreef een herhaalde herhaalde prijsvraag uit. Omdat ik nu zeker wilde zijn eenig resultaat te heb ben, nam ik zelf deel aan de prijsvraag, onder een schuilnaam. Tenslotte heeft deze schuilnaam den eersten prijs gewonnen, en terecht. Het ontwerp was een mengeling van mijn kasteel, een schuilkelder en een Mitropa-wagen zonder wielen. Mijn relaas moet ik afbreken, want mijn Hispano staat voor; in aanwezig heid van 99.999 architecten zal ik den eersten steen leggen. De afwezige eigenaar van den schuilnaam zal ik tactvol excuseeren, wat mij niet veel moeite zal kosten. Want is het niet plausibel dat een waarachtig groot kunstenaar zichzelf verloochent en zich niet op den voorgrond dringt? Holland op z'n malst Toor de beste Inzending; voor \ deze rubriek stelt ,,I>e Groene" j elke week een bedrag; van f 9.50 ? beschikbaar. Ook n i e t-a b o n» '" n e's mogen mededingen. JDe knipsels moeten afkomstig zijn uit een In Nederland verschij nend dag-, week-, maandblad of ander periodiek. Men gelieve ze toe te zenden In het verband waarin ze staan. Op de enveloppe, te stnren aan de redactie ,,De Groene" Keizersgracht 355 te Amster dam, vermelde men: Holland op z'n malst." De prijs voor de beste inzending is deze week toegekend aan Dpi. N. Hartsuiker, 3-II-5 It.I. (Veldleger). Staphorst, wees op Uw hoede! De ruil verkaveling is niet naar Gods woord. Dat zegt: Gij zult niet begeeren iets van Uw naaste. Deze verkaveling is de moderne wijze van Achab, om Naboth's wijngaard te nemen. Daarom bevat deze Verkaveling de kiem voor burgertwist en doodslag. (Ingezonden stuk in de ,,Meppel-'r Courant" ) De drie schilderijen, die de Nederlandsche regeering indertijd aan het ; Yredespaleis in leen heeft afgestaan ' (?Het vinden van Mozes", De Valsche Beschuldiging van Benjamin" en Achilles en Thetis"), zijn eenige ; maanden geleden uit de Ferdinand ' Bol-zaal naar elders overgebracht, uit vrees voor een luchtbombardement .... Het kan wel haast niet ar Jers of de afwezigheid van die schilderijen en de oorzaak daarvan zullen, bewust of onbewust, de deelnemers aan de Inter- '. nationale Conferentie voor de be- '? spreking van Economische en Sociale Vraagstukken met zoo mogelijk nog i meer ijver doen zoeken naar een op- \ lossing voor de vele problemen, welke onze wereld benauwen. (Algemeen Handelsblad) \ Waarom ga ik ook bij slecht weer ! naar de kerk ? Daarom : door de week i gaat zelfs bij noodweer de handelaar naar de beurs, en de koopman naar j zijn kantoor, en voor zoover ik weet, i laat men zich ook niet door den regen tegenhouden van bioscoop of comedie. (Maandbericht van de Doopsgezinde Gemeente Iluizen-Hilrersum) De Rotterdamsche motorrenner Willy van Gent, kampioen van Neder land, heeft in zijn vrijen tijd een minia tuur motortje gebouwd voor zijn drie-jarig zoontje. Het is tot in de finesses uitgewerkt, (cylinderinhoud 78 kub. cm., snelheid 35 km. per uur). \ (Fntobijschrift in de ,, \ieuwe mTtie Cot., ant" i ALDUS SPRAK FIK CARELSE3ST (Kop in de Haagsche Post'') Luit. Gen. b.d. W. H. C. Boellaard vertaalde ook dit nieuwe boek van dr. Lin Yutang op zeer zorgvuldige wijze. Anton Pieck verzorgde omslag en bandontwerp, ontleend aan een oud Chineesch beeldje van zeer hooge waarde. (Adv. in het ,, Nieuwsblad voor den Boekhandel") lu Scala" wordt door de Yereenigde Schouw spelers" opgevoerd het welbekende tooneelstuk Het teeken des Kruises." in de hoofdrollen zien we den heer Boezer, die eerst den Nero speelt en daarna de .slavin. In zijn eerste kwaliteit voldoet hij verre weg het best. (De Tijd) Gisteravond is de nieuwe dansvloer in het Gebouw voor Kunsten en Wetenschappen" in Den Haag met een gecostumeerd vastenavondbal in gebruik genomen. Er waren fraaie en origineele costuums. Zoo had een jongeman zich gehuld in een kunstige nabootsing op ware grootte van een projectiel voor een 40 cm. kanon, mei een spleet als lucht- en kijkgal. (\iewi'f Kotlci'dantscke Courant) PAG. 18 DE GROENE No. 3272

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl