De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1940 9 maart pagina 17

9 maart 1940 – pagina 17

Dit is een ingescande tekst.

CHARIVARIA Palndeluxe- brood Paris is door den Franschen zwembond weer gerehabiliteerd." (R.) Verkiezing secretaris wegens het overlijden van wijlen collega Smit." (Onze Strijd) De nominatief-accusatiefconstructie Wat er te bewonderen is, vertelt A. Graber en wordt door indruk wekkende foto's verduidelijkt." (V ad.) Dat blijft onverklaard en aan vaarden wij." (G.) Een schitterende prestatie beloond niet een stukje vlijt Met een schitterende prestatie met betrekking tot het karakter van het Nederlandsche volk en verschillende heldenfiguren uit onze Vaderlandsche Geschiedenis besloot de heer Dekker zijn gloedrijke rede, welke geweldig insloeg. Als blijk van erkentelijkheid bood de Voorzitter den spreker een fraai stukje huisvlijt aan, dat door een der te Alphen gelegerde militairen was vervaardigd." (Ows Leger) En de accusatief-datief constructie Een volk dat zich respecteert moet die risico's aanvaarden en het hoofd bieden." (H.) Het juiste woord op de juiste plaats Men gaat een N.V. stichten, de Maatschappij tot stichting van Overijsselsche kanalen". (Prov.O.en Zw.C.) Kolonel Rost van Tonningen voerde het openingswoord." (H.) Onze scherpschutters Ik moet er op attent maken dat deze situatie de scherpste gevolgen kan hebben." (R.) Deze dingen moet men scherp in gedachte houden." (E. d. D.) Er bestaat een scherp verschil tusschen deze maatregelen." (Zakenwereld.) Wat men beter kan Hij had beter de boomen kunnen laten vertellen over hetgeen zich in hun lommer afspeelde, dan deze goed aardige tuinlui." (R.) Het verhaal is zo banaal, dat men toch maar beter iets waardevollers voor de schoolbibliotheek kan aan schaffen." (Levende Talen) Huisbakken journalistiek Ik wil den licht ontvlambaren Beets geeneens meetellen." (H.D.) Welles' bezoek zal niet het ka rakter van een staatsbezoek kunnen hebben, maar het zal toch wel veel van zulk een bezoek weg hebben." (R.) De vogels zijn dezelfde en de taal is net zoo." (T.) Populaire kunstgeschiedenis De bekende Italiaansche beeld houwer Donatello, die in de I4de eeuw leefde, heeft tot zijn 47ste jaar een vulcanische steensoort gebruikt, af komstig van de Canarische eilanden. In die dagen maakte men zich echter los van het Canarisch marmer om meer tot het brons te komen." (Amers/. C.) Deze rolprent dateert uit het jaar 1757 tijdens den zevenjarigen oorlog." ^====^ (H. C.) De ontploffing veroorzaakte geen persoonlijke ongelukken, maar bracht groote schade te weeg in de kleed kamer van het station te Marbleach." f V ad.) De reizigers die juist bezig waren zich er te verkleeden, kwamen dus met den schrik vrij. Noemden de Amerikanen die beurswaarden niet War baby's?" (Ons Volk) Ja, maar ze spelden 't anders. Zoo komt het dan tot een happy end, een huwelijk. Nou ja, happy end " (R.) Nou nee, happy ending. De gemzensprong Ze hielden elkaar innig omstrengeld en sprongen als gemzen naar be neden." (H.) Banknieuws Trip naar Schiermonnikoog." (T.) Zij hebben het plan opgegeven om in Lima, Peru, Santiago, Chili te con certeeren." (T.) Vier concerten foetsie. Gemengd nieuws Kleine fouten tweetal Amsterdamsche inbrekers is gevat nadat zij?naar men zegt getracht hadden een Kalverstraatsche juwelierswinkel te plunderen en nadat ze dat een maand geleden mzt succes bij een concurrent van den Kalverstrater gedaan hadden. Waarom zijn deze heeren gepakt ? Omdat ze in de bar van hst Ritz Hotel een platina-blonde een collier van zestig duizend gulden om den nek hingen ? Of omdat ze bij een twist om den buit elkaar in avondtoilet meteenbrowningeengaatje in het witgesteven overhemd schoten ? Neen! De politie werd onmiddellijk na de poging tot inbraak subs. vernie ling van een juweliersruit op de daders opmerkzaam doordat ze in de verboden richting door de Kalverstraat reden. En nu kan deze civilisatie veel vergeven: dat men platina-blondes colliers van zestigduizend gulden om de hals hangt, dat men elkaar desnoods een gaatje, in het overhemd schiet. Maar in geen geval dat men zondigt tegen veilig verkeer. Doe het liever veilig verkeerd dan dat. Hadden deze wakkere jongens beter gelet op de bordjes met ,,Niet inrijden", een witte balk op een rood veld, dan was er in hun leven niets gebeurd en hingen ze nu door een ruit gevischte colliers om een welgevormd halsje en soupeerden zij in avondtoilet met platina remontoir en browning. Maar ze hebben niet opgepast. Ze hebben de balk in het veld van de Kalver straat niet gezien en wel den splinter in het raam van den juwelier en nu han gen ze, inplaats van colliers om platina blonde nekjes, zelf. Want in het leven gaat het nu eenmaal om die verkeersteekens en dan op te letten dat men niet toch doorrijdt. Het zijn niet alleen beruchte inbre kers dit hier hun Waterloo vonden. Er zijn ook staatslieden, die op beslissende oogenblikken niet meer gelet hebben op inrijverboden die bij wegen stonden die zij wilden inslaan. Eenmaal kan men zulk een bord met een witte balk in een rood veld negeeren. Men kan er zelfs een balk dwars doorheen zetten en er zoo een kruis van maken. Ook een tweede maal kan men nog het bordje waarop de verboden voertuigen als handkarren, tanks, Mercedes-Benzwagens staan afgebeeld, negeeren. Maar een derde maal loopt men tegen de lamp. En dan is er de kans, dat men alles, wat er van vorige inbraken nog over is, af moet staan. Het is in het leven nooit zoo fataal om in te breken; het is niet zoo fataal om een mislukte inbraak te plegen. Het is zelfs niet fataal om er na gauw weg te rijden en te doen of er niets gebeurd is. Maar het straft zich zelf zwaar, als men niet let op inrijverboden en straten doorgaat in de verkeerde, in de ver boden richting. Dan wordt je gepakt. De kleine dieven en de staatslieden. FORTUNATU Toen het nog vrede was in Finland Een beeld van het Klooster Vèlamo NA den wereldoorlog werd de jonge, Finsche Vrijstaat van het Rus sische Rijk losgemaakt. Toen men de grens brpaalde, werd de eilanden groep Vèlamo in het meer van Ladoga tot het Finsche gebied gerekend. Vèlamo een paar steenhoopen, een paar rotsachtige eilandjes in het wijde, wijde meer van Ladoga ! Maar daarop staat een klooster, een pelgrimsoord, dat eens beroemd was tot aan de verste grenzen van Rusland ! En nog heden ten dage leven meer dan vijfhonderd monniken op het eiland Vèlamo, dat thans onder het kerkelijk bewind van den Patriarch van Constantinopel staat. Bijna achthonderd jaren zag deze oude monniksnederzetting aan het oog voorbijglijden maar in de kloostergangen en -ruimten bleef het leven zich zelve steeds gelijk, onverschillig hoeveel en wat er buiten in de wereld ook veranderde. Aan de oevers van de groote zee zaten eens de Finsche en de Karelische visschers bij hun wachtvuren, ongeduldig turend naar het eerste glimpje morgenlicht, om dan te kunnen uitvaren naar hun vangplaatsen. Over de wijde water vlakten klonken de gezangen van het Kalewala-Epos, waarmede de wach tenden den langen tijd poogden te verkorten, en waarin de daden vzn de Fi.ische nationale helden bezongen werden. Alles ademde op Vèlamo poëzie. De Middeleeuwen brachten den tijd, dat hier de Koning der Denen, Waldemar de Eerste, naar den scepter over het Noorden van Europa greep: Gotland en Estland werden Deensche leenstaten, Aböaan de Finsche kust een Deensche burcht. En wederom wisselde de macht dezer aarde: Zweden werd een groote Staatsmacht. Finland en de Baltische gebieden kwamen onder Zweedsche opperheerschappij. In den Dertigjarigen Oorlog streden Finsche regimenten onder Zweedsche vlag op alle slagvel !en van Midden-Europa. Met Peter den Grooten verscheen de Russische macht aan de kusten van de Oostzee: ve rweer en tege nweer begon met deze Oostersche macht en leidde in de achttiende eeuw tot de inlijving van Finland bij het Groot-Russische Rijk en liet eerst in 1919 toe, dat Finland zich tot een onafhankelijken staat kon ontwikkelen. DEZE omwent liigen van alle-lei aard hebben in den loop djr eeuwen beken tranen en bloed gekost, maar het klooster van Vèlamo hebben zij nist kunnen aantast ;n. Al zijn ook van tijd tot tijd de gebouwan en de ruimten, waarin de monniken leven vergroot geworden, of vernieuwd het kloosterleven zelf is op den dag van heden nog precies hetzelfde als vóór ett.lijke eeuwen. Elke bezoeker, die zijn voet op dezen pelgrimsgrond zet, voelt het onmiid llijk:hierheerscht de rust die van geen tijden weet, die aan de eeuwigheid ontspruit, en de blikken der monniken weerspiegelen deze geheimzinnige rust vol van gelatenheid. Zij schijnen allen oud te zijn want de Grieksch-orthodoxe ritus, volgens welken zij leven, ver biedt hun (zooals de Engel het aan den ouden Samson verbood) het haar te knippen of den baard af te scheren. Zoo komt het, dat zelfs jonge lieden van ternauwernood vijfentwintig jaar, met lange wuivende baarden en donkere monnikspijen aan, aan oude Patriar chen doen denken. Maar deze patriar chen voelen niets voor lediggang. Hun vlijtige handen doen al het werk in het klooster zelf. Zij werken als tuinders in de kloosterlijke dreven en plantsoenen en op het land, en ofschoon de ligging van Vèlamo reeds tamelijk Noordelijk is, gedijen hier onder deze zorgvuldige handen een menigte nut tige gewassen en sierplanten. De monniken weven en naaien, maken schoenen en schrijnwerk, boenen en koken, werken in de boekbinderij, maar vergeten hierbij niet hun gebeden en godsdienstige oefeningen, evenmin als hun taaistudies. Want Vèlamo is een herberg en toevluchtsoord voor monniken uit alle landen der aarde, en dat gaf aanleiding tot uitgebreide studies op het gebied der talen, waarin deze monniken het buitengewoon ver gebracht hebben, wat hen tot Europeesche beroemdheden op taalgebied maakte, 's Avonds, wanneer de dagtaak ten einde is, verzamelen allen zich om de lange, boersche houten tafels, waar een eenvoudig maal in zindelijk aardewerk opgediend wordt. Dit maal bestaat gewoonlijk uit een Russische koolsoep, kruiden en wortels en wat donker brood. En vroeg gaan de monniken naar bed en rusten, terwijl de sterren in de golven van het meer van Ladoga weerkaatsen. De bezoeker, die afscheid neemt en het veege lijf weer aan de wankele veerboot toevertrouwt, gaat weg met een onbeschrijfelijk en eigen aardig gevoel, dat uit rust en beklem ming schijnt saamgesteld. Hij verlaat deze rotsachtige eilanden met hun kloosterlijke eenzaamheid en stilte en keert in de wereld terug, die ook thans zoo vol van krijgsrumoer is als eens ten tijde van Waldemar den Grooten of van Karel XII van Zweden toen deze naar de heerschappij over het Noorden streefde. De machten, die heden tegen elkaar te velde trekken, dragen andere namen. Maar wanneer eens hun tijd om is, en zij en hun krijgsgerucht verstomd zullen zijn, dan zullen nog altijd stille, vredige monniken op Vèlamo huizen, hun leven God en de meditatie, de studie en de wetenschap wijden, zooals zij het thans doen en reeds acht eeuwen deden. Vèlamo geeft den wereldschen zwer ver een gevoel van diepe rust en stillen vrede. Met dit gevoel keert hij naar huis terug en laakt naar bestendigheid van dit gevoel, een streven, dat tot vrede leidt. En bitterheid geeft het, te bedenken dat thans deze gewijde rust door den donder van kanonnen wreedelijk gestoord wordt TIL BRUGMAN MANUSCRIPTEN GEVRAAGD VOOR JONGENSBOEKEN ALLEEN OORSPRONKELIJKE, NOG NIET UITGEGEVEN WERKEN KOMEN IN AANMERKING HOXOKAKUJÏI TJE KEOELKX BIJ Brieven Lett. T 45, Adv. Bur. Gebr. Gevers, Wijnhaven 42, Rotterdam PAG. 17 DE GROENE No. 3275

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl