De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1940 20 april pagina 6

20 april 1940 – pagina 6

Dit is een ingescande tekst.

KANTTEEKENINGEN Onverminderde spanning Wat het Noorden betreft, heeft de politiekstrategische weegschaal weer een zeker evenwicht bereikt. Hevige schommelingen hebben zich voor gedaan, eerst, toen de overrompeling volledig ge slaagd scheen te zijn, een sterk dalen van de Duitsche balans, daarna, toen de tegenactie tot vernietigende resultaten voor het Derde Rijk ging leiden, een snel zakken van den schaal der Ge allieerden. Het is, met sterke beroering, dagen lang op-en-neer gegaan, maar voor het oogenblik heeft zich de toestand geconsolideerd. Desondanks is de spanning onverminderd. Want er zijn zooveel mogelijkheden voor betrekkelijk kleine nevenacties, dat wij toch eiken dag voor groote en pijnlijke verrassingen kunnen worden geplaatst. De expeditie naar Scandinavi was zulk een hevenactie; er zijn relatief weinig troepen bij betrokken, er wordt behalve wat de vloten betreft relatief weinig materiaal verbruikt. Dergelijke nevenacties kan Duitschland met gering economisch bezwaar ook elders risqueeren. Kan. Of het zulks ook zal doen, is een andere vraag. Intusschen heeft het de aandacht getrokken dat men zich deze week in Luxemburg steeds ongeruster is gaan maken over Duitsche toebereidselen die op een aanval kunnen wijzen. Tot welke gevolgen een eventueele Duitsche actie in Luxemburg zal leiden, kan niemand voorzien. Maar wellicjit blijft de Duitsche actie geheel uit en pogen de Duitschers slechts angstaanjagende geruchten tot verspreiding te brengen door maatregelen die op grensbewoners diepen indruk maken. Dan is er de tweede vleugel van het gevechts terrein: de Balkan. Daar rommelt het weer. Duitschland heeft gepoogd, het toezicht op den Donau tot zich te trekken, voorloopig zonder succes. Uit Roemeniëkomen berichten over voortdurende troepenverplaatsingen naar de Russische grens (waar in allerijl een sterke verdedigingslinie wordt aan gelegd) en naar de grens met het op de ZuidDobroedsja beluste Boelgarije. Boekarest heeft den uitvoer van tarwe verboden. Groote steenkool reserves worden verzameld. Het land bereidt zich op het allerergste voor. Voor alle zekerheid. Want of het allerergste komt, is niet zeker. Hetzelfde geldt voor Griekenland en Zuid-Slavië. Italiëtreft in Albanië-en in het algemeen bij de Middellandsche Zee toebereidselen die in Athene en Belgrado eenige opschudding hebben veroor zaakt. Maandag j.l. zijn groote Italiaansche vlootmanoeuvres begonnen. Italiëzendt tienduizenden arbeiders naar Albanië, die onder den werkmanskiel wel eens het soldatenpak kunnen dragen. Men is op den Balkan bang voor een Italiaansch oprukken naar Saloniki. Dat zou Italiëechter automatisch in oorlog brengen met de Geallieerden die Grieken land een garantie" hebben gegeven voor bijstand. Zal Italiëdezen strijd risqueeren ? Zijn grondstoffenpositie is zwak. Het zou geheel op zijn reeds krap zittenden bondgenoot Duitschland zijn aangewezen. Sterke Britsche en Fransche eskaders liggen in de Middellandsche Zee. De grens van het Fransche Tunis is stevig bewaakt door de Mareth-linie, terwijl Egypte gedekt" is door eigen troepen en het Geallieerde leger in het Nabije Oosten. Neen.. het Duitsche belang bij een Italiaansche actie schijnt niet groot te zijn. Vandaar dat men Italië's dreigementen (de pers is weer fel pro-Duitsch geworden) ook kan interpreteeren als een middel om de Geallieerden te noodzaken, belangrijke reserves voor het Middellandsche Zee-gebied gereed te houden, zoodat de druk op Duitschland ver minderd wordt. Hoe plausibel dit echter moge klinken, wij zijn in dezen oorlog al voor zooveel verrassingen ge plaatst, dat het noodig is op den onzekerheids-factor die in al deze en dergelijke beschouwingen steekt, te wijzen. Voor overzichtschrijvers die gaarne een vaste lijn aanbrengen in hetgeen zij schrijven en voelen, hoezeer vele lezers haken naar een ver helderend en klaar woord dat eenige zekerheid geeft voor dezulke ongelukkigen is het een tijd om schier wanhopig te worden. De strijd om Narvik Dat de Geallieerden het eerst bij Narvik tot een krachtige tegenactie overgingen, was geen toeval. Met de geringste middelen konden zij hier het grootste resultaat bereiken. In de eerste plaats konden de Duitschers zoo ver naar het Noorden nauwelijks versterkingen zenden. In de tweede plaats had in dit gebied de Noorsche mobilisatie, weinig gehinderd door Duitsche stoottroepen, nog het meeste succes. In de derde plaats waren de mogelijkheden voor Duitsche luchtactie, zoo ver van de bases, geringer dan in het Zuiden. Vandaar dat de Geallieerden terstond aanvielen. En met succes. Vergde deze actie dus relatief geringe middelen, zij heeft tenzij de Duitschers de plaats weten te heroveren zeer groote resultaten. Ten eerste zal zij het moreel der Noren versterken. Ten tweede beheerschen de Engelschen aldus den belangrijksten toegangsweg tot de Laplandsche ertsmijnen. Ten derde en dit lijkt ons het belangrijkste hebben zij verbinding met Zweden. Mocht Zweden in het Zuiden aangevallen worden, dan kunnen de Ge allieerden via den spoorweg Narvik-Lulea en vandaar verder langs den Botnischen Golf tot Stockholm, versterkingen zenden, materieel en eventueel ook troepen. De herovering van Narvik versterkt dus de positie van Zweden, dat reddeloos overgeleverd scheen te zijn aan de Duitsche machthebbers, in aanzienlijke mate. Intusschen: n spoorweg verbinding die plaatselijk slechts enkel spoor heeft, is niet zoo hél sterk. Tenslotte moet men ook afwachten, hoe de Sowjet-Unie zal reageeren op het zich vastzetten der Gealliërden in een gebied, dicht bij de Russische grenzen. De Iswestia nam vorige week in een artikel over de brutale Duitsche actie in Scandinavië, geheel het Duitsche standpunt over. Dit kan een beleefdheidsgebaar zijn en blijven. Het kan ook meer beteekenen, maar dat dient men af te wachten. Oorlog in Zuid-Noorwegen Naar Zuid-Noorwegen hebben de Duitschers, naar het schijnt, vrij belangrijke versterkingen kunnen overbrengen. Zweden staat geen doortocht van troepen toe. Door de lucht werden deswege dagelijks eenige duizenden manschappen gezonden, terwijl de Duitschers ook over zee troepentrans porten zenden die, weliswaar zwaar gehavend, toch voor een deel hun doel weten te bereiken. Daardoor kunnen de Duitschers in de omgeving van Oslo het bezette gebied uitbreiden. Om Bergen en Drontheim wordt nog fel gestreden. Wellicht dat hier Engelsche en Fransche troepen een aanval zullen wagen. Het is van vitaal belang dat de Geallieerden een verbinding weten te bewerk stelligen met de troepen die in Centraal-Noorwegen, ten Noorden van Oslo, den strijd tegen de Duitsche indringers hebben aangebonden. Inmiddels is uit velerlei berichten wel duidelijk geworden, hoezeer in Noorwegen verraad is ge pleegd. Slechts met behulp van Noren op vooraan staande posten heeft Duitschland zijn oogmerken kunnen bereiken. Centrale punten zijn den Duit schers door verraad in handen gespeeld. De be volking is geheel verrast. In de groote centra is militair verzet onmogelijk geweest. Spontaan, passief verzet is stellig voorgekomen. De Duitschers hebben er onmiddellijk den kogel op gesteld. De Duitsche regeering heeft met haar eerste marionetten geen succes gehad. Het kabinet van den verrader Quisling is Maandag j.l. afgetreden. De Duitschers zagen in dat zij een politieke vergissing hadden gemaakt. Of de Noren de nieuw-gevormde regeering, die tenslotte ook zal moeten dansen naar het pijpen van generaal Falkenhorst, aannemelijker zullen vinden, is zeer de vraag. Wij moeten afwachten. Scandinavische balans Wanneer men op het oogenblik balans opmaakt, is de toestand voor de Geallieerden aanzienlijk gun stiger, ondanks alle dubieuze posten, dan einde vorige week het geval was. De Duitsche vloot heeft door de gewaagde actie zeer zwaar geleden. Onze militaire medewerker geeft daarvan op pag. 4 verslag. Men heeft zelfs de veronderstelling geopperd dat Engeland willens en wetens de Duitsche expeditie heeft toegelaten, willend dat de Duitsche vloot zou uitvaren, wetend dat zij niet meer zou terugkomen. In Den Haag kan men zelfs hooren dat sommige personen aldaar reeds op den Zondag vóór de Engelsche mijnen gelegd werden, van de Duitsche expeditie afwisten. Des te onbegrijpelijker ware in dat geval het feit dat Noorwegen zoo compleet verrast is! Intusschen, is de genoemde hypothese juist Engeland heeft dan wel een zeer zwaar risico aanvaard ! dan heeft Churchill zijn doel bereikt: de Duitsche vloot is zeer zwaar gehavend. Voorts is het lek in de Duitsche blokkade gedicht: door Noorwegens kustwateren zal Duitschland nog maar weinig bereiken. De weg naar de Laplandsche ijzerertsen heeft het niet weten te bezetten. Voorts is de Geallieerde handelsvloot versterkt met een groot deel van de Noorsche en Deensche scheepsruimte een uiterst welkome aanvulling. Tenslotte hebben de Geallieerden de Far-Oer bezet. Duitschland van zijn kant kan reeds vrij be schikken over Denemarken. Van den Deenschen landbouw kan het dit jaar profijt trekken. De afsnijding van den invoer van veevoeder en kunstmeststoffen zal de agrarische productie echter sterk doen dalen. Kunstmeststoffen kan Duitschland op het einde van dit jaar via Finland uit de Sowjet-Unie ontvangen, die op het schier eiland Kola, dan met Finland verbonden, groote reserves bezit (maar wil de Unie leveren?), de situatie wat het veevoeder betreft, is echter veel ongunstiger. Bovendien moet Duitschland de Deensche bevolking althans in leven houden. De economische voordeelen van de expeditie zijn dus, door het verzet der Geallieerden, minder groot dan zich aanvankelijk liet aanzien. (Wat Engeland aan voedingsimport verloren heeft, kan het met eenige moeite uit de Dominions halen). De militaire voor deelen zijn ook vrij gering: Duitsche bases in Noorwegen zijn niet zoo bijster belangrijk. De moreele voordeelen der Duitsche actie zijn door de groeiende verdediging der Noren te niet gedaan. De VS?Japan?Nederlandsch Indi Door de gebeurtenissen in Scandinaviëzijn ook de Vereenigde Staten weer dichter bij den strijd gekomen. Zij hebben haastig verklaard dat de Monroeleer zich over het Deensche Groenland uitstrekt. Zij zullen niet dulden dat Duitschland zich er vestigt. Wat met dit gebied gebeurt, is vooralsnog onbekend. Men heeft zich om en bij den Stillen Oceaan deze week ongerust gemaakt over de toekomst van Nederlandsch-Indië, mocht onverhoopt het moeder land aangevallen worden. Japan heeft verklaard, geen bezetting van Indiëdoor een andere mogend heid te zullen dulden. De Vereenigde Staten en Engeland zullen waarschijnlijk een bezetting door Japan niet dulden. De Nederlandsche regeering heeft, terecht, laten weten dat het besturen van Nederlandsch-Indiëlos van het moederland kan worden gevoerd. Voorloopig is zooveel belangstelling dus niet van noode. Intusschen teekenen berichten als deze wel blitzartig" de gespannenheid in de politieke ver houdingen rond den Pacific. Er heerscht een potentieele oorlog van allen tegen allen. Net als in Europa. Men vraagt zich wel af wanneer de rust weerkeert. De kansen worden er, althans voor de naaste toekomst, niet grooter op. UIT DE GROEN] Een staaltje van Amerikaansche bericht geving : In de luchtige maar niet ondegelijke New Yorker, bekend Amerikaansch weekblad, stond kort geleden een Brief uit Amsterdam" van een zeke ren Bernard Lansing, gedateerd Februari". Deze schrijver begon met mede te deelen dat de Hollanders zich niets van den oorlog aantrokken. Als konijntjes die rustig in het hok van den python op worteltjes zitten te knabbelen, eten acht millioen Hollanders iederen dag hun smake1 ijke kaas en genieten zij's avonds van hun glaasje Bols." (De stoutste droomen van de genoemde firma worden werkelijkheid !) Enfin de hoofdstad van kaasetend en Bolsdrinkend Nederland is een centrum van intrigue en spionnage. De stad is zoo propvol agenten van alle oorlogvoerende volkeren dat men dik wijls moeite heeft, zich in te denken dat er ook nog Amsterdammers in wonen." Er zijn tal van Gestapo-agenten; hun centrum is het VictoriaHótel. Engelsche journalisten vinden het leuk, elkaar uit te dagen, de lobby van dit hotel binnen te gaan en een exemplaar van de Times te ope nen." De Engelsche agenten vullen de bar van Carlton. Het meest indrukwekkend zijn de Franschen, die in Packards en Lincolns rondrijden en in de lobbies der hotels zitten te confereeren met rijk-uitziende Hollandsche zakenlieden, of agenten van de Balkan staten." Dan zitten er, aldus de heer Lan sing, in ons goed oud Amsterdam ook nog PAG. « DE GROENE No. 3281

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl