De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1940 24 april pagina 8

24 april 1940 – pagina 8

Dit is een ingescande tekst.

8 DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. No. 1400 LTJGNÉ-POE. NuJLugné-Poe met onze talentvolle landgenoote Marie Kalff op tournee komt in Holland, schijnt het oogenblik goed gekozen om over dezen artiest, aan wiens bizonder soort tooneelspeelkunst ik pas elders 1) eenige woorden jwijdde, iets te zeggen als geheele figuur. Deze [figuur is die van den eenzame. Zijn vroegere leermeester, de man, die be gonnen is met het reageeren op de verstol lende Parijsche tooneelisterij : Antoine, is onmiskenbaar van grooter invloed geweest, binnen de stadsgrenzen van Parij s tenminste, dan de hem geestelijk supérieure Lugné-Poe. In het buitenland is dat andersom, en het buitenland heeft gelijk. Maar een Fransch kunstenaar ademt nu eenmaal het liefst in Parijs en zoekt daar het eerst de verdiende erkenning. Is Lugné-Poe wel zoo vooi alles fransch kunstenaar? Ik durf het ontkennen. Hij mag geestig, brillant, ironisch op het cynische afzijn, alles Fransche eigenschappen, hjj heeft die eigenschappen niet op zijn Fransch. Zijn eigen landgenooten geven u dat het eerste toe. Daar is weer de Assiette au Beurre, die onder een zeer zouteloos caricatnur van den man dien we bespreken, een paar verzen zet, karakteristiek voor de Fransche appreciatie:] Napoléon, j>asteur protestant, collabore Aux tuvu-huM des vaudevillistes, qouiqu' pris d'lbseu. C'est uu chaud-iïoid, ou l'on retrouve entore Lajglaco de Norvège et les fours de Paris.] Pasteur protestant... [chaud-froid ... het is niet onaardig gezien. Ach, wat staat het ver af van den doorsneeParijzenaar een pasteur protestant" te zijn of froid", zooals hij zich alle menschen van Germaansch ras voorstelt! Die fijne geest van Lugné-Poe is hem daarom vreemd en moeilijk bereikbaar, hij ziet geen verschil tusschen diens beheersching en een gewoon gemis aan temperament. Tusschen het kunstleven van de Fransche hoofdstad staat Lugnéals een eenzame propagandist van ideeën, vergeef me het groote woord : Germaansch van inhoud... en van oorsprong. Ook van oorsprong, want hij was de eerste niet, en hij heeft er nooit voor willen door gaan. Met bewondering schreef hij in de negentiger jaren over de Engelsche Shakespeare-vrienden, van wier piëteitvolle opvoe ringen, op de plaatsen zelf waar de groote dichter zijn stukken ten tooneele bracht, door hem warm verslag werd gedaan in de Fran sche tijdschriften. Zij waren het, die hem de mogelijkheid bewezen de innigheid van 't gelezen drama door wegdoen van alle aandacht-afleidende tooneel-requisiten ook bij vertooning te be waren. Hij heeft zich hiervoor geweerd, naar links en naar rechts, heeft bij Maeterlinckopvoeringen deze ideeën in praktijk gebracht, maar Parijs is conservatief en al zeker weinig te gemoet komend, waar het de kunst uit het nevelig Noorden" betreft. Nog onlangs heeft Lugnéin een feuilleton, voor La Petite Eépublique geschreven, de kwestie der enëcèneering te berde gebracht. Ik geef eenige uittreksels : Ieder begrijpt, dat er een einde moet komen aan het bestaan van de ergerlijke galerijen", dat ook die gouden lijst weg moet, waar achter een gordijn omhoog gaat of en dan hebben we met vooruitstrevende directies te doen open schuift, dat de domme gewoonte der pauze's dient afgeschaft, die op een ouderstreeping uitkomen van de voornaamste momenten uit het stuk, en dat evenzoo het applaudisseeren der tooneelspelers behoort verboden te worden, die de eerbewijzingen, den schrijver verschuldigd, naar zich toehalen, en dan verder dat applau disseeren der decors. : Niemand schijnt te voelen, dat het even dwaas is Oedipus te spelen in het schip van het Théatre Francais als onduldbaar het beursspel te laten bedrijven in een pseudo-Grieksch gebouw of (gelijk de heer Plumet zeer juist opmerkte in zijn artikel in Les'Arts de la Vie) schilderijen-tentoonstel lingen te houden in de door hun rijke versie ringen doodende zalen van den Louvre. Sedert eenigen tijd bedreigt men ons met een Koning Lear, geschikt gemaakt door den heer 1) Maandel. Tijdschrift voor Tooneel, afl. Aprü'04. Loti met de uitvindsels van Antoine en de muziek van Debussy. Al deze menschen heb ben ieder voor zich veel talent, zelfs Shakespeare waarmee ze zich associeeren; maar de commercieele drijfveer van die onder neming, Shakespeare, Debussy, Antoine en Cie maakt me bang. Trouwens Shakespeare' was heelemaal niet verdacht op die koordedanserstoeren van geschikt maken", toen hij voor Jacobus den Eerste zijn King Lear liet spelen, zonder mise-en-scène, zonder decor en ook zonder de beroemde bordjes; de opvoeringen van die dagen waren misschien minder schilderachtig", maar zij waren ongetwijfeld meer vol leven." Ik geef deze beschouwingen, waar ik het maar ten deele mee eens kan zijn, zonder commentaar, daar ik nu alleen de bedoeling heb de onveranderde gezindheid van Lugn Poe ten opzichte der heerschende tooneelinrichting aan te toonen. Frankrijk was in alle geval het land niet, waar deze radicaal zijn weggetje geplaveid zou vinden. Er is moed en overmoed voor noodig geweest om den strijd te beginnen. Wel had hij aanhangers er is trouwens geen idee, waarvoor men in Parijs geen man netjes bijeen krijgt , wel was de lucht vol van zijn zaak, van zijn cause célèbre, ja het leek soms of de dagen van Hernani terug gekomen waren, toen men op de galerijen en in de stalles elkander te lijf ging, maar een groot vuur dooft gauw uit als er geen brand stof is, en er was geen brandstof. Hugo's MARIE KALFF. Hernani was een jong geslacht uit het hart gegrepen, de ideeën van Lugnéwaren daar entegen planten van vreemden grond. Hoe meer moeten wij, zelf van vreemden grond, dezen man dan de hulde brengen, die hij verdient. De artiest, die Mellot ge vormd heeft, welke op het oogenblik vijand en vriend verbaast door haar spel in de rol van Tatiana (Oiseaux de Passage), die Bady en Desprès tot de groote actrices gemaakt heeft, welke ze zijn, de regisseur waaraan Marie Kalff mij zeide (het meest) verplicht te zijn, Marie Kalff, welke, voor het volgend seizoen bij Antoine geëngageerd, de eerste plateau's betreedt van een waarschijnlijk schitterende toekomst, deze man, die aan Parijs meer goeds gedaan heeft dan Parijs aan hem, hij is, schijnt het mij toe, bij ons in het nevelige Noorden" meer thuis dan in zijn al te Fransche Frankrijk. En dan zijn spel, waar ik hier niet over uitweiden zal. Dat chaud-froid" spel, die superbe ironie, waarmee hij van een Hei mer" of Allmers" hoog-comische burgerheeren maakt. Er zijn Hollanders, die men naar Frankrijk zou willen zenden, om ze te leeren eens een bloemetje in het knoopsgat te steken, maar er zijn Franschen, die men wel naar ons zou willen overplaatsen om ze te houden. P a r ij s. H. W. UJT NATUUR. TiXTTT. Teekenen in en naar de Natuur. Merkwaardig is het, hoeveel menscben be weren, dat ze niet teekenen kunnen, ofschoon ze het nog nooit ernstig hebben geprobeerd. Nu is het mogelijk, dat iemands pogen zoo zwak, bijziende of onderling verschillend zijn dat het lang en aandachtig kijken bepaald hinderlijk is, en aan zoo iemand valt het teekenen werkelijk moeilijk, maar dat zijn uitzonderingen; ieder die gezonde oogep en niet al te nerveuse handen heeft, kan teeke nen of kan het althans leeren. Daartoe is volstrekt geen bij zondere aanleg of groote gave noodig; dure lessen en inge spannen methodische oefening zijn over bodig, 't eenige noodige is : plezier in het buiten zijn en de lust iets met de handen te kunnen doen of maken. Deze beide nu zijn haast altijd te vinden fluit en dennengeruisch om je heen, gaat dat veel beter. Eerst wordt de hand wat gauw moe, omdat er geen steun is, dan leg je 't schetsboek maar plat op den grond of op de knie. Hoe je 't potlood houdt, doet er heel weinig toe, als je de lijnen maar niet in 't papier graveert; maar ze er zachtjes op legt. Later kunnen er altijd dikke en zwarte lijnen of vlakken op gelegd worden; met schuin of bijna plat gelegde potloodpunt. 't Is verrassend hoe snel kinderen aanleeren als ze buiten uit eigen beweging gaan schet sen. Vooral in 't vinden van suggestieve strepen en vlakken, die iets moeten aandui den, b.v. schorsteekening op berken, sparren, eiken of andere boomen, zijn sommige kin deren verbazend sterk. Zoo zelfs dat ik me wel eens afgevraagd heb, waar die toch in de jeugd stellig en ongetwijfeld aanwezige kunstaanleg op later leeftijd gebleven is. Misschien ligt het aan 't opd wingen vaneen bepaalde manier, die niet strookt met den bij normale kinderen; daardoor is 't zoo gemakkkelijk een kind er toe te brengen iets te gaan nateekenen; het voorbeeld moet interesseeren en het moet heel stil en mooi om hen heen zijn, dan is de lust er ook. Het groote geheim van elk succes in de opvoeding van onze kinderen zit in de kunst, hun op den juisten tijd iets te doen te geven, waarin ze plezier hebben. Het doel daarbij is volstrekt niet, een zekere kunstvaardigheid in een andere branche te verkrijgen, of ook maar iets blijvends, een sterke neiging voor 't eene of andere op te wekken. Het resultaat is bijzaak, het bezig-zijn hoofddoel. De gelegenheid er toe moet heel spontaan, heel toevallig aangeboden worden; en de opwekking tot schetsen moet nooit iets van een aanzetten of opdringen hebben. 't Beste gaat alles als moeder of vader zelf meedoen, niet voordoen; hoe minder deze er ooit aan gedaan hebben hoe beter, zou 'k haast zeggen ; maar dat is natuurlijk paradox. Een klein schetsboekje en een goed potlood, dat niet vlekt op de overstaande bladzijde (koh-i-noor b.v.), en een stukje olifantsgom. De aanleiding tot de schetspartij kan wezen: een treffend prentje in een illustratie, zoo eenvoudig, dat een kind denkt, zoo kan ik 't ook, of het ten geschenke geven van het materiaal zelf, ter gelegenheid van verjaring of wat ook. De eenige moeilijkheid ligt in 't kiezen van voorbeelden, met het oog op den leeftijd en de handigheid van de kinderen. Te ge makkelijk kan het niet licht zijn, vooral wanneer kinderen van verschillenden leeftijd het samen probeeren, zooals in de meeste families het geval wel zal zijn. Ga nu niet dadel^k een landschap opzetten of ook maar een huis of een laan. Begin met kleinigheden: een boomstam met n zijtak, zonder aan de bladen toe te komen, een paar rietpluimen, een boomtakje met knop pen, een vonder over een sloot, een hek aan een weide. Zulke dingen gelijken altijd heel goed, als ze maar niet te groot worden opge zet ; ze geven daardoor voldoening aan de beginners. Laat in 't eerst nooit veel of lang achter elkaar teekenen, een kwartiertje meer niet; dan het schetsboek weer weg; weer wat wandelen, kijken en luisteren. Kinderen willen alles precies nadoen; is het voorbeeld wat ver af, dan verzinnen ze er wat bij ; dat hindert niet. Wijs er dadelijk op, als ze 't laten kijken en komen vragen of 't lijkt, dat teekenen geen fotografeeren is. Als de teekenaar maar zelf kan zien wat 't voor moet stellen, is 't vooreerst genoeg. Wat met drie lijntjes duidelijk is, wordt met vier soms onkenbaar, dit merken kinderen al heel gauw. Dat heb ik zelf bij ondervinding. Al heel spoedig krijgen ze er plezier in, de meeste kir deren teekenen ook wel op school, maar dat is veel moeilijker; daar heb je een voorbeeld zoo mooi, dat je 't toch nooit zoo kunt namaken, of 't is een vierkant of cirkel of vaas die je toch niet precies recht, rond of aan beide kanten eender kunt krijgen ; al veeg en streep je nog zoo lang. Hier buiten in de schaduw met vogelgeaanleg, of van bepaalde, modellen waarvoor 't kind zoo weinig voelt, dat het de dingen geen aandacht schenkt; dan trekt het nog liever ruitjes en vakjes over ingekraste stre pen of vult sterren in uit den treuren. Laat uw kinderen van 6 a 8 jaar eens stil hun gang gaan, help ze alleen maar eens denken aan 't schetsboekje en potlood door 't voor de hand te leggen; meer niet. Als ze zoo al wat gekrabbeld hebben, kunnen ze eens een bloem probeeren; een heel eenvou dige, met sterk sprekende lijnen; liefst krin gen, madeliefje b.v. Laat ook later maar invullen metkleurkrijt dat niet vlakt of met de verfdoos; maar buiten eerst schetsen, naar de levende bloem, dan liggen ze er vast niet te dichtbij. Wil het niet best lukken met de ovalen, wat met mijn kinderen ook wel't geval was, dan gaf ik ze den raad straks thuis eerst eens een groot voorwerp te nemen dat eenigszins op een madeliefje lijkt, wat den vorm betreft. Een theeschoteltje b.v. met een pillendoosje of een groote knoop er midden in. Nu hangt het maar af van den afstand en de hoogte of ze den knoop midden in 't schoteltje zullen zien, of meer naar voren of meer naar achter. Het hartje van de ganzebloem of 't madeliefje zetten ze daarna al veel beter. Mooi of correct zijn zulke eerste proeven in de verste verte niet, en dat hoeft ook niet. Kinderen die beginnen met schrijven of pianospelen leveren ook geen artistiek werk; 't teekenen moet altijd beoordeeld worden naar den oefen tijd. Nai'ef is altijd de perspectief in iolk« kin derlijke schetsen; daar moet niet te veel over geredeneerd worden. Dat komt later best in orde. Om kinderen, die een bloempje willen teekenen, eenige notitie van perspectivisch.» vorm wijzigingen te geven, kan men heel goed bij regenachtig weer eens binnenshuis op de ruiten laten teekenen; een bloem in bloempot buiten voor 't venster gezet, wordt daar eerst op getrokken. Ook is het heel nuttig een kind, dat er lust in begint te krijgen aan te raden vóór het teekenen van een hekje, boomstam of bloem er altijd met het potlood omheen te wijzen, d. w. z. het al eerst eens in de lucht met bijna uitgestrekten arm op een denk beeldige ruit te teekenen. Kinderen schetsen in 't eerst de niet zicht bare lijnen ook; dat wordt langzamerhand minder; de vooruitgang in dit opzicht kan bespoedigd worden, al is 't niet noodzakelijk, als vader of moeder of een ander stille toe kijker en bewonderaar bij gelegenheid aan raadt, de strepen weg te vegen; die zijn toch, niet te zien, doordat ze achter iets anders verborgen zijn. Heerlijke modellen om zich hierin op winteravonden of bij slecht zomer weer te oefenen, zijn krullen van den tim merman, een handdoek tegen den muur, de plooien van het tafelkleed bij een poot, en vooral de mooie geelbruin dorre bladeren van eiken, beuken, tamme kastanjes en eschdoorns, die door afwisseling van vocht en droogte allerlei mooie vormen hebben gekregen, en die toch geheel en al gaaf tot in 't voorjaar bij honderden onder de kale struiken te vinden zijn. E. HEIMANS. MlllllUHIIIIimmillllllHllllllllllllllllllllllltllllllllllllHWMIlWIUIIIIIMMi Het portret yan Baltasar Betóer. (Ingezonden). In het nr van 2 April was overgenomen uit het werk Amsterdam in de 17de Eeuw" het portret van den schrijver der Betoverde Weereld". Men zal opgemerkt hebben dat Bekker nu juist geen Adonis was. Kent men het vermakelijke spotversje, dat een Franschman, de la Monnaye, maakte, nadat het boek met het portret was verschenen? Het luidt aldus: Oui, par toi de Satan la puissance est bridée, Mais tu n'as cependant pas encore assez fait, Pour nous ter du Diable entièrement l'idée, Bekker, supprime ton portrait. Z. N. J. B. NIEUWE UITGAVEN. Bij P. Noordhofi te Groaingen. zal de vol gende week verschijnen, Vota Academia, overwegingen en wenschen op het gebied van het hooger onderwijs, door dr. Is. VAN DIJK, hoogleeraar te Groningen. Prof. Hector Treub en het nwuw-Malthusianisme, door prof. B. J. KOUWEE. Kampen, Stads- en Courantdrukkerij. F. BUITENRUST HETTEMA, Waarom volkstaal, waarom 't fries bestudeerd ? Amsterdam, Van Holkema & Warendorf. Kritiek van beeldende kunsten en kunstnijver heid, Ie jaargang, afl. IV. Amsterdam, ,W. Versluys. In het bloembollen land, door ANNA VAN GOGH-KAULBACH, geïllustreerd met 22 plaatjes naar oorspronkelijke teekeningen, van W. K. DE BKUIN. Groningen, J. B. Wolters. llllllllllllllllllllllllllllllllllllllHIIIIIIIIIIMIIffltMll J. J. BIESING, JUunst/iantiel. 's-GRA-VENHAGE, Molenstraat 65,65A en 67. Moderne Schilderijen, Aquarellen en Gravures. MASSIEF EIKEN. 150 X 80 / Gt).MEUBELBAZAR SINGEL 263 283. l>y de Paleisstraat Rantoor-Menbelen enz. J. MEUERIM MEIJER, TeleF. 3968. FAIENCE EN TEGEL FABRIEK HOLLAND NAAML-VENN-CEV-TE UTRECHT AmSTERPAffl AARDËUJERK EM TEGELS 12 Etsen van WILM STEFXINK. Met Tekst van J. F. VAN SOMEREN, Bibliothecaris te Utrecht Gedrukt op zeer fraai papier, de tekst in rood kader met vele vignetten en handteekeningen, koat dit prachtwerk (groot folio form.) gebonden slechts ? i BINNEN INRICHTING-TOT MEUBELEERING EN -VERSIERING I2O-ROKIN-120

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl