De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1940 8 juni pagina 14

8 juni 1940 – pagina 14

Dit is een ingescande tekst.

Verfraaiing of verminking? Het coupeeren van hondenooren en -staarten WELHAAST geen enkel wreed gebruik bestaat, of eens is het ingesteld met een in dien tijd redelijk doel. Zoo is het ook met het afsnijden van stukken van de oor schelpen en van den staart van honden. Dat ooit het coupeeren van de staarten van paarden op een redelijk doel zou hebben berust en dan wel een van zooveel belang, dat het zwaarder ge wogen zou hebben dan het gemis van hun beste wapen tegen de vliegen, is mij niet bekend. Was er geen, dan moet deze verminking allén uit vernielzucht en wansmaak zijn ontstaan. Maar als gezegd, het snijden, waarmee thans nog de hond wordt gepijnigd, heeft inderdaad goede reden bestaan. Bij de jacht op wild, dat terugbeet en bij de gevechten in de dieren arena's, hetzij tusschen honden onder ling, hetzij met andere dieren, liep een lang oor licht letsel op. Enkele eige naars van jacht- en de meeste van vechthonden sneden daarom de oor schelpen tot zoo klein mogelijk. Op de schilderijen van Snijders van beren en wilde varkens, achterhaald en bestookt door honden, treft men eenige met verkleinde oorschelp aan. Daarentegen bestaan oudere afbeeldingen van strijd bare jachthonden in een beschermend, opgevuld dek gestoken en met een halsband met stekels naar buiten tegen beet en greep, die nochtans ongeschon den ooren hebben. Bij sommige driften schijnt bij de snelle honden, wier taak het inhalen en belemmeren was, het oor gaaf gelaten en alleen bij de vech ters, die zich door zwaarderen bouw onderscheiden, verkleind te zijn. Kennelijk was het dus toen geen mode, men paste coupeeren allén toe, wanneer men het noodig achtte in het belang van den hond. Dat men er niet toe overging honden met een kort, staand oor te fokken, is begrijpelijk. Men wenschte honden met goeden reuk en achtte dit met hangend oor samen te gaan. Bovendien had men minder inzicht in de erfelijkheidsleer dan thans. Maar beer en wolf verdwenen en daarmede de jacht op hen. De bearpit" (arena voor gevechten van honden met beren, leeuwen of wie er verder waren) en dogpit" (honden-arena) werden (in Groot Brittanniëruim tachtig jaren geleden) verboden. Het afsnijden der ooren verloor dus zijn doel. Maar intusschen was het mode ge worden, speculatie op den wansmaak van het publiek. Om den enkelen hond, die vroeger voor zijn vechtambacht gekortoord was, moesten alle van dat ras verminkt worden. Met de aardhonden was het verschillend. Duitschland liet zijn dashond het lange oor gaaf, omdat hij ook op spoor werd gebruikt. De terrier rassen van Schotland en de puike werkers van de grensstreek tusschen dit land en Engeland behielden staart en ooren, maar bij bijna alle Engelsche en lersche terrierrassen werd de staart ingekort en bij menig ras ook het oor. DE dierenbescherming was nog in haar opkomst en het was destijds twijfelachtig of een vervolging wegens coupeeren kon worden ingesteld. Mendel, wiens inzichten thans de genetica leiden, was toen reeds overleden en Voorbeeld van een met geschonden hond: Airedale terriër vergeten. Het was dus moeilijk een gaaf oor te fokken, dat kon bevredigen. Maar de Engelsche Kennel Club gaf reeds in 1895 net tot hun schande door geen enkel leidend lichaam in andere landen nagevolgd voorbeeld. Onder den drang der dierenvrienden, daaronder de toenmalige prins van Wales, de latere koning Edward VII, sloot zij honden met verminkte ooren van be kroningen op tentoonstellingen uit. Daarmee was in Groot Brittanniëde wreedheid afgeloopen. Het gave oor werd immers mode! Nog verbiedt, voorzoover ik weet, geen artikel in de strafwet er het coupeeren, doch vond het thans plaats, er zou ongetwijfeld op grond van dierenmishandeling pro ces verbaal volgen, met groote kans, dat de rechter hard zou toeslaan. In de voornaamste staten van NoordAmerika is sinds veertien jaar het houden van aan de ooren verminkte honden bij de wet strafbaar gesteld. Onder min of meer beperkende voor waarden mag men er voorloopig wel invoeren, die elders zijn gemutileerd. Rijkskanselier Hitler heeft, toen hij in Duitschland aan het bewind kwam, terstond alle gesnij verboden. Onder den druk van hen, die anders tegenover het dier staan dan hij, is hiervan over gebleven, dat het alleen door of onder toezicht van een dierenarts, onder verdooving en vóór den vijftienden levensdag moet geschieden. Het laatste treft vooral het coupeeren der ooren, hetwelk men liefst zoo oud mogelijk doet en zelden onder zeven weken. IN ons land schrijft de Raad van Beheer voor, dat in rassen, waarin de ooren verminkt plegen te worden, gave honden bij het keuren gelijke rechten hebben. Wat de wettelijke zijde betreft, art.c 254 Wetboek van Strafrecht, dat dieren mishandeling strafbaar stelt, spreekt van redelijk doel". Hierop beroept zich de snijder" en na mislukte proef processen over het inkorten van den staart bij paarden, wachtte de dieren bescherming op een nieuwe wet, waar voor nooit tijd was. Tot in 1935 de Arrondissements Rechtbank te Amsterdam iemand veroordeelde wegens het snoei en der ooren van een koehond. Tal van veroordeelingen volgden. Niemand echter ging in hooger beroep en men bleef rustig doorsnijden. Enkele jaren later veroordeelde de politierechter te Utrecht den secretaris der Nederlandsche Duitsche Doggen Club. Hij ging wél in hooger beroep en het Amsterdamsche Hof heeft, na tal van getuigen te hebben gehoord, hem veroordeeld tot n gulden. Dit overeenkomstig den eisch van den advocaat generaal, die daar verdachte door bespuiting met chlooraethyl de gevoeligheid verminderd had en geen over"-knippen was geschied, zoodat alle extra-wreedheid ontbrak, een principieele uitspraak omtrent het coupeeren wenschte. Het Hof verwierp de verdedigingen, dat het gave oor zich zou stuk slaan en in de oogen hangen en overwoog, dat het aesthetisch inzicht en het economisch voordeel der eigenaars voormelde verminking niet tot een redelijk doel kunnen stempelen, te minder nu niet gebleken is, dat de nuttigheid of bruikbaarheid der honden daardoor zou worden verhoogd." Na dit arrest kan men aannemen, dat het coupeeren der ooren hier uit is. De dierenartsen weigeren reeds sinds jaren het te doen. Wel zal voorloopig in het geheim worden gesneden, doch er wordt op gelet en volgende overtreders zullen thans zwaar worden gestraft. Wat de staarten betreft, dit mag no.; in Engeland, al neemt daar het aantal gave staarten nog sneller toe dan hier. Om twee redenen staan de overtre ders in dit geval sterker. Jachthonden toch kunnen in dicht hout den staart stuk slaan, en de mogelijkheid van het fokken van een korten staart is nog onzeker. Een staand oor daaren tegen is in ettelijke jaren fokzuiver. Echter geldt bij den staart, zóó het redelijk doel al wordt aangenomen, dit allén voor werkelijk jagende honden, dus niet voor: ie. terriërs, 2e. schootrassen en 36. honden, welke niet jagen, zelfs niet daarvoor zijn ge fokt, ook al behooren zij tot een ras, waarvan andere exemplaren wél voor de jacht worden gebruikt. P. M. C. TOEPOEL ADRESWIJZIGINGEN Aan onze abonné's wordt beleefd verzocht adresveranderingen duidelijk op te geven, met vermelding of deze blijvend of tijdelijk zijn. Na des Woensdags 12 uur v.m. kunnen geen veranderingen meer worden aangenomen. DE ADMINISTRATIE. en i Edelmetaalbewerking J. C. W^ienecke VermeerLaan 35 Bilthoven Ontwerpt gedenkplaten, medailles en Jtempeb Ceramiek LUIGI EN SOFIA DE LERMA-VAN DER DOES DE WILLEBOIS KASTANJELAAN 4, GROENEKAN BIJ UTRECHT ITALIAANSCH-HOLLANDSCHE CERAMIEK. PERMANENTE EXPOSITIE PAG. 14 DE GROENE No. 328';

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl