Historisch Archief 1877-1940
China in de hoofdstad
HET is met de Chineezen die sedert
jaar en dag op even beminnelijke
als bescheiden wijze binnen onze
grenzen toeven, in zekeren zin als met
ons, de legendarische Chineezen van
Europa", wier wiegen aan de boorden
onzer vaderlandsche oevers stonden:
beide volkeren laten zich veel misver
stand, uit de praat der goêgemeent
geboren, rustig aanleunen en knijpen,
voor zoover noodig, een oogje dicht
omdat ze beter weten. Maar diezelfde
Chineezen van Europa verschillen
meer met die uit China dan dat ze
gemeen hebben, al was het alleen
maar op grond van het evidente voor
deel dat de Hollander zich met een
bijkans vanzelfsprekend gemak en de
zoon uit het verre Oosten zich nauwe
lijks of heelemaal niet verstaanbaar
kan maken.
Op gezag van de ethnografen, van
wier nauwgezetheid wij ons overtuigd
mogen houden, nemen wij gaarne aan
dat er vier honderd millioen Chineezen
zijn in China en bij zulk een verbijs
terend groot aantal mag onze hoofd
stedelijke Chineesche kolonie van bijna
vier honderd man natuurlijk geen
naam hebben. Men late zich evenwel
niet van de wijs brengen door ,,1'art de
groupper les chiffres", hoe verdien
stelijk dit handwerk ook zijn moge,
want in diezelfde vier honderd Chi
neezen die tezamen en in vereeniging
de Chineesche kolonie op hun naam
hebben staan en wier bestaan met het
bruisend leven van de hoofdstad ver
groeide, is een brokje uitheemsch
folkloristisch leven gecondenseerd, dat
even eigen van karakter en typisch
van kleur is als dat van iedere andere
kolonie in elk ander land.
Hoe zij zich in het voor eigen ge
bruik bestemde leven gedragen, deze
Chineezen zonder gezinsverband, wat
zij ondergaan en welke hun simpele
belangen zijn op andere uren dan die
waarop wij ze ontmoeten op de straat
of in het eethuis, dat alles blijft ver
borgen voor wie de zonder twijfel
sierlijke maar helaas ietwat gecom
pliceerde Chineesche taal niet machtig
is. Maar n ding is zeker: wij weten
wat en wij weten hóe zij eten en menig
Hollander dankt aan die kennis en
derhalve voor alles aan zijn nieuws
gierigheid de bijzondere geneugten
die de oeroude kookkunst van het
Hemelsche Rijk vermag te geven.
Wanneer het waar is dat elk volk
de keuken krijgt die het verdient, er
zijn er wier tradities met tong-tergende
kleinigheden verbonden zijn, andere
die bij solide knalmaaltijden zweren
en nog andere voor wie zoutelooze
taaiheden nectar en ambrozijn vormen,
dan moet de Chinees in zijn oor
sprong wel een voortreffelijk mensch
zijn geweest. Want zoo verfijnd geraf
fineerd en van zoo verrassende ver
scheidenheid zijn de Chineesche kostjes
die de gedienstige broeders van Kong
Hing in de Amsterdamsche Binnen
Bantammerstraat U voorzetten, dat
de meest verwende kauwenist en de
meest deskundige gastronoom daar
nog verblijdende ontdekkingen kan
doen.
De Binnen Bantammerstraat, op
honderd meter van het fraaie
Waaggebouw, dat door stedeling en vreem
deling eerst recht kon worden ontdekt,
nadat de misdadig leelijke vischhal
onder de sloopershanden was gevallen,
is en blijft eine Marke an sich. Het is
er weliswaar niet allemaal China wat
de klok slaat maar ge bevindt U er
toch in de eenige Amsterdamsche
straat waar de eigenaars van
waschen strijk-inrichtingen hun namen in
sierlijk Chineesch schrift op de ruiten
schilderen en hunne dierbare vrouwen
de hare er in het Nederlandsch onder
zetten en in een der weinige straten,
waar de zonen van het land der goede
aarde hun volledige Chineesch leven
slijten, dat zij met Oostersche gelaten
heid trouw blijven, waar ter wereld
zij zich ook bevinden.
Het gevalt natuurlijk niet iederen
dag dat ge een onbedwingbaar ver
langen bespeurt naar een kloeke portie
Sijoe Tji Dije, die blijkens de ver
klarende spijskaart uit geroosterd
speenvarken met Sambosaus en rijst"
is samengesteld of wel dat ge harts
tochtelijk verlangt naar een schotel
Yu Tjhi, achter welke ongetwijfeld
gevoelvolle naam zich een kruidig
bordje haaievinnensoep met gemalen
kip" verschuilt. Het duurt misschien
zelfs jaren onbekend maakt on
bemind nietwaar? alvorens Uw
gemaagte naar gestoofde krabbetjes
met Chineesche kool",
vogelnestjessoep met kip" of kip met bamboe en
rijst vraagt, (in Uw onschuld meende
U natuurlijk dat bamboe alleen de
wandelstokken-fabricatie goede dien
sten bewees!), maar het is bepaald
onnoodig een dergelijke
gastronomische bevlieging af te wachten, want
ge zult nochtans aan Uw expeditie
naar het Amsterdamsche China een
genoeglijke herinnering bewaren.
HET is overigens pleizierig en
uitermate gerieflijk dat de spijs
kaart van King Hong, die de bediende
U minzaam verzoekt te raadplegen,
de verschillende schotels in het Chi
neesch n in het Nederlandsch aan
kondigt. Dat was vroeger heel anders.
Toen volstond men met de Chineesche
hieroglyphen, hetgeen aparte bezwaren
opleverde voor den bezoeker die toe
vallig niet sterk in Chineesch bleek.
In die dagen kon het gebeuren men
heeft het ons bij een recent bezoek
nog eens plechtiglijk verzekerd dat
een hongerig bezoeker met zin voor
avontuur zijn wijsvinger lukraak er
gens op de spijskaart plantte met
vriendelijk dat maar te brengen".
Waar op de kelner, zijn aandoening
nauwelijks meester maar nochtans
gul glimlachend als gewoonlijk, in
onberispelijk Nederlandsch opmerkte:
Dat gaat niet mijnheer, dat is de
naam van den eigenaar." Sedertdien
is de Hollandsche tekst er bij gekomen.
Wie er komen in het pursang
Chineesche eethuis, in het knusse
zaaltje waarvan vijftig bezoekers ge
makkelijk een plaatsje vinden, terwijl
ze, al naar aanleg en geaardheid met
vork en mes of met de klassieke
eetstokjes manoeuvreeren? Chineezen en
niet-Chineezen en beide categorieën
van alle rang en stand. Chineesche
importeurs van snuisterijen en 1001
andere nuttige voorwerpen, thans veel
al op non-actief gesteld, die zich op de
complete maaltijden werpen en hun
afnemers, de Amsterdamsche Chinee
zen van den straatverkoop, die ge
woonlijk op een later uur en tegen
gereduceerd tarief of zelfs te geef
hun rijstschoteltjes met
kip-fragmenten in ontvangst nemen. Hier in het
eethuis zijn zij allen landgenooten,
zonder meer en zij ondergaan er de
bekoringen van het nimmer aflatende,
diepwortelende nationaliteitsgevoel en
het meest zuivere gemeenschapsbesef.
Met overtuiging en houten stokjes
genieten zij hun inheemsche maal
tijden, mede tot genoegen van de
Westersche bezoekers, van wie velen
bij Kong Hing als kind in huis komen.
Dagblad-directeuren en kopy-jongens,
procuratiehouders en beursbedienden,
artsen, artisten, handelsreizigers en
niet te vergeten studenten, wanneer
het einde van de maand niet te ver
achter den rug ligt, zij allen
frequenteeren het eethuis der Chineezen met
een regelmaat waaraan het etablis
sement zijn reputatie ontleent. En
zelfs beroemdheden nuttigen er hun
uithuizige hapjes.
Pauwde Josephine Baker niet tijdens
haar Amsterdamsche visite urenlang
in het zaaltje, waar nog heden ten
dage haar foto triomfantelijk de
wanden siert ?
Het is en blijft een typisch en aan
trekkelijk tafereel op het etensuur,
wanneer de Hollandsche gasten zich
gemengd hebben onder die vele Chi
neesche heeren de vrouwtjes van
het Hemelsche Rijk zijn kennelijk
schaarsch die zelfs onder het eten
kans zien te glimlachen.
Twee werelden, twee beschavingen,
ontmoeten elkaar in de Binnen Ban
tammerstraat en zoo er al technische
bezwaren aan de onderlinge kout
verbonden zijn, de croquante loembia's
en de kippen-pasteitjes worden er niet
minder gretig om verorberd.
Dit zij ten overvloede en ter koele
ontnuchtering van sensatie zoekenden
vastgesteld:
De Binnen Bantammerstraat is geen
mysterieus centrum van half donkere
sloppen, waar sinistere
stuiverromangestalten rondwaren met vlijmscherpe
messen in de wijde mouwen hunner
Chineesche gewaden, maar een keurig
geasphalteerd straatje met
geruischlooze buren en een degelijke midden
stand.
En zoo ge wilt, is hier het eenige
mysterie? waar halen de Chineezen
toch al hun kippen vandaan, die
dagelijks de bouwstof voor honderden
pasteitjes en andere gerechten leveren?
Europa en Aziëaan tafel
in Amsterdam
PAG. 17 DE GROENE No. 3Ï9I