Historisch Archief 1877-1940
ontwikkelt die afhankelijk is van de hoeveelheid
licht die er op valt. Met een spiegelgalvanometer
wordt de stroomsterkte afgelezen. Bij de jongste
verbetering van den microfotometer is de
thermozuil vervangen door een foto-electrische cel.
Om de helderheid van een ster nog nauwgezetter
te kunnen bepalen maakt met opnamen met den
arceerkijker. Dat is een dubbele foto-telescoop met
platencassetfen die schoksgewijs bewogen worden.
ledere seconde verschuift de plaat met een schokje
over een zeer kleinen afstand, b.v. 0,1 mm. Na
vijftien schokjes gaat de plaat 0,1 mm in
zijwaartsche richting en vervolgens in de richting die tegen
gesteld is aan die waarin hij begonnen is.
Zig-zagsgewijs wordt zoo heen en weer gegaan totdat een
vierkantje gevormd is, dat bestaat uit 225 opnamen
van de ster. In dit vierkantje is de licht-hoeveelheid
van de ster mooi gelijkmatig verdeeld; een der
gelijke opname levert nauwkeuriger resultaten op
bij de metingen in den microfotometer.
Er wordt veel met foto's gewerkt die elders zijn
opgenomen. De filiaal-sterrenwacht te Johannesburg
zendt halfjaarlijks (in normale tijden althans) een
kist met opnamen. Ook materiaal uit andere sterren
wachten, zooals die te Parijs, Berlijn, Greenwich,
Algiers, Bordeaux en Helsinki, wordt onder de
loupe genomen.
Maar met kijken, en kijken naar foto's alleen
komt men er niet. Er moet veel gerekend worden.
Daarvoor zitten er tien rekenaars dag in dag uit te
cijferen met onuitsprekelijk groote getallen. Een
berekening beslaat soms vier groote vol met kleine
cijfertjes geschreven pagina's, en gelukkig is er de
hulp van enkele electrische rekenmachines. Het
aantal metingen dat op de Leidsche sterrenwacht
de laatste tien jaar gemaakt is, bedraagt ongeveer
1.770.000. Deze metingen worden in lijvige
boeken bewaard, die een heele bibliotheek vormen.
Ook de fotografische platen worden, in blikken
doozen geborgen, zorgvuldig in een kamer vol
rekken bewaard. De belangrijkste platendoozen
zijn momenteel onder den grond gestopt, met het
oog op den oorlogstoestand. Gelukkig beteekent
het geen ramp voor de Leidsche sterrenwacht dat
het contact met andere sterrenwachten verbroken is.
Met het voorhanden zijnde fotografische materiaal
kan nog jaren doorgewerkt worden. Het
Hollandsche klimaat is uiteraard niet geschikt voor astro
nomische waarnemingen. De lucht is zelden helder.
En op het oogenblik heeft men bij de observaties
te kampen met de moeilijkheden die ontstaan door
de door de luchtbescherming voorgeschreven ver
duistering. De klokken en andere wijzerplaten zijn
nu afgeschermd en worden met flauwe blauwe
lampjes belicht. Want bij het werk der duisternis
is nu eenmaal licht noodig voor de instelknoppen
en de afleesinstrumenten.
NIET alleen de beweging der sterren wordt in
Leiden onderzocht; er gebeurt heel wat meer.
Professor Oort bestudeert de nevels en verricht
theoretisch werk met statistieken en catalogi.
Dr. Woltjer bepaalt zich tot het
pulsatieverschijnsel bij sommige sterren; dat zijn sterren die periodiek
uitzetten en inkrimpen. Verder legt hij zich toe op
het onderzoek van de atmosfeeren der sterren, en
het sterinwendige. Dr. Hins en dr. van Herk
houden zich bezig met meridiaan-astronomie, een
werk dat op visueele metingen berust.
En zoo werkt een staf van wetenschapsmannen,
waarvan er hier slechts enkele genoemd zijn, dag
in dag uit, en nacht in nacht uit. De resultaten van
het werk worden gepubliceerd in de Annalen van
de Sterrenwacht te Leiden", en in het Bulletin"
waaraan ook de sterrenwachten te Utrecht, Gro
ningen en Amsterdam meewerken, al heeft Leiden
het leeuwendeel.
Onafgebroken wordt er voortgewerkt aan de
ontdekking van het heelal waarmee men nooit
gereed zal komen. Het heelal is een dankbaar object
voor onderzoek evenals de wereld der atomen en
electronen dat is. En tusschen de wereld van het
oneindig groote en de wereld van het oneindig
kleine leven de menschen als groote dwergen of
kleine reuzen met een eindelooze nieuwsgierigheid.
Van de oneindigheid van het heelal uit gezien zijn
zij onzichtbaar kleine microscopische stofjes die
beschavinkjes hebben met kunstjes en
wetenschapjes die tezamen hun wereldgeschiedenisje vormen,
een wereldgeschiedenis die in de eeuwigheid van
het heelal niet veel meer is dan een eendagsvlieg.
Want in hetzelfde tijdsverloop waarin oceanen
droog worden en in tropische oerwouden veran
deren, of waarin heele continenten in de zee weg
zinken schommelt de Weegschaal even en kwispelt
de Groote Beer met zijn staart.
De menschen kunnen er uit leeren dat zij den uiterst
korten tijd dien zij hebben, goed moeten besteden.
De Leidsche sterrenwacht heeft dat in de drie eeuwen
dat zij bestaat, zeker gedaan. E. UYLDERT
Vondel in het Vondelpark
HET treurtoneel is in den paradijze." We konden,
met niet al te veel moeite ons daar Zaterdag
namiddag inderdaad verplaatst wanen. Zachte zon ;
een van de mooiste plekken in het Vondelpark.
Daar ontrolde zich aller treurspelen treurspel.
Voorspel van den benijdend om 't zalig oord
warenden Lucifer met zijn helschen raad. Adam
en Eva in lyrische vreugde opkomend; dan het
de schepping bewonderend bezingende dubbelkoor.
Dan, in het tweede bedrijf, de daling van de
aartsengelen; het hemelsche dat 's Hemels
geschapenen zegenend en beschermend tegentreedt.
En de wachtengelen leiden de bruiloft in.
Maar terwijl die hemelsch voltrokken wordt, bezet
de hel den hof en smet hem met zijn listen: Belial
en Asmode, Lucifer's raden en rotgenooten beramen
den val. Tot de stoet het paar, van wachtengelen
geleid, de booze geesten loerend doet schuil gaan.
Dan, in het vierde bedrijf, de verleiding; de drama
tische samenstoot van de hel en 't
hemelschgeschapene; de tragische omslag in twee felle
tempo's. De tooneelkracht van Vondel ten volle.
Volgt slotbedrijf van wanhoop en verworpenheid.
Zuiver verbeeld dit alles, zonder hapering; al
bleven wel enkele verzen achterwege. Lucifer van
Dalsum geeft den krachtigen inzet, met klare stem.
De verschijning grootsch en helsch. De hellegeesten
in hun slaafsch aansluipen in goeden toon; misschien
wat te helgroen gepruikt. Adam en Eva (Johan
Schmitz en Willy Haak) gekleed in witte zijde van
erf rechtvaardigheid"; die bij den val symbolisch
zal verrafelen. Adam de roodbruine"? van
donkerder mannelijkheid; Eva blank en blond
de dubbele verschijning roept herinnering op aan
primitieven; b.v. aan de diptiek van Van der Goes
teWeenen. Met de dramatiek (IV) groeit aangrijpend
de suggestie. De engelen dan; voorop drie
musi~ ceerenden, niet de minste wat de standen betreft
1 (BéPimentel, Cor Gaffel en Henny Gompertz; de
sobere muziek is van Arnold Juda). Een mooie
symphonie-van-kleur; men denkt aan f ra Angelico's
hemelschen dans in 't San-Marcoklooster te Florence.
De aanvoersters der rijen misschien wat te breed
van gestalte en van dictie (Sarah Heyblom en
Nell Knoop); maar het is moeilijk, duidelijk en
tevens bezield de koorverzen voor te dragen. En
het is nog moeilijker den zwevenden dans op een
nattig grasveld geheel tot zijn recht van engel
achtigheid te doen komen. En het eischt opperste
grimeerkunst om de engelenheerlijkheid uit het
gelaat te doen stralen. Maar er zijn picturale voor
beelden. .. .
Gabriël loopt, mee door zijn woordenrijk
dom, het gevaar dat hij te gemoedelijk wordt;
zijn voorkomen en houding mogen niet aan een
pastoor in albe doen denken. Het was Hans van
Meerten die dit, naar vermogen, vermeed. Rafaël
was een vrouwelijke verschijning van Carel Briels,
Michael int harrenas" slank en rap tot afweer
bezig. Zou men die aartsengelen niet wat grooter
van gestalte wenschen? Louis van Gasteren als
vleermuisachtige Asmode, Jan Musch als
overzoetgevooisde Belial met hóe fleemende accenten,
en valsch den tak omslingerenden klauw waren
volmaakte paranymfen van den hellevorst, gruw
zame schaduwen in 't bloeiend bruilofts-paradijs.
En Frits van Dijk, terecht hooggesteld, in blinkende
rusting, vertolkte Gods stem en beheerschte den
uittocht van de gevloekten uit den heerlijken Tuin.
De zon, die we ons in den aanvang als opgaand
moesten en konden voorstellen, ging naar eisch
van 't spel, aan 't einde onder. JAN WALCH
£"i iiiiinii iiimimtmi i ui iiiiiiiiiin
s
i Verrassende mededelingen
l Het tijdschrift houdt zich bezi},'
jj met de bedrijvigheid van madame
Tabouis, Pertinax, Burc en Kcrillis, bijzondere bekoriiu
= die zich tlians gedeeltelijk in Kn^eland,
;edee!telijk in de Vereeni^de Staten ..H(lt rtrcchtsclu
miiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiii
IIIIIIIIIIIIMIIIIIII im£
Geslachtelijke moeilijkheden dij-; te maken." (R.)
Daar was de chtrmc van het on- =
bevinden", f Vad.j
liet zijn langgerekte, smalle dier
tjes voorzien van 4 vleugels en (> po
ten, die bij aanraking wegspringen".
Een zware jongen |
t bleek dat een ethisch uredi- z
Verbinding verbroken
Bij liet vervallen van dit voordeel
Paindeluxe-brood
.Alvorens op de nieuwe vragen een
den prijs van hun tele!ooii niet meer woordt." (Li'o^llc)
evenredig zullen achten aan hel «e- Waarom niet?
mak der verbinding." ( l'tit/.j
z antwooi
= sonen t
Huisbakkeii taal
liet voorbij t rekken van de troepen
Pianissirno
Onderstaande getuigenis van Lodewijk van Deyssel bij Charivarius' zeventigsten verjaardag
kwam door vertraging in de postbestelling veel te laat in ons bezit. Wij meenden nochtans
onzer: lezers deze betuiging van den nestor onzer literatoren niet te mogen onthouden. Red. Groene.
nilllllMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIlllllllllllllllllllllllllllllllllllllltllllllllltllltlIllllUlllllllllllllllllllllllllllllllllll
PAG. 5 DE GROENfc N o. 3296